Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 08 december 2003

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 22 oktober 2003 in zake J.P. Caspers tegen de v.z.w. HDP - Verrekenkas voor Kinderbijslag, waarvan de expeditie ter griffie van he « Schendt artikel 60, § 3, 3 o , a), en in fine (wet van 22 februari 1998, artikel 3(...)

bron
arbitragehof
numac
2003202081
pub.
08/12/2003
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 22 oktober 2003 in zake J.P. Caspers tegen de v.z.w.

HDP - Verrekenkas voor Kinderbijslag, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 27 oktober 2003, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 60, § 3, 3o, a), en in fine (wet van 22 februari 1998, artikel 31, 2o) van de samengeordende wetten van 19 december 1939 betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het de kinderen van feitelijk gescheiden paren waarvan één ouder een loontrekkende activiteit en de andere een zelfstandige activiteit uitoefent verschillend behandelt, doordat het de leeftijd in aanmerking neemt als doorslaggevend criterium, waarop de verschillende situatie is gebaseerd ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2808 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^