Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 19 december 2018

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 7 november 2018 in zake S. A., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 november 2018, heeft de familierechtbank van de Rechtban « Schendt artikel 632bis van het Gerechtelijk Wetboek, in zoverre het de familierechtbank die zitti(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2018206168
pub.
19/12/2018
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 7 november 2018 in zake S. A., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 november 2018, heeft de familierechtbank van de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 632bis van het Gerechtelijk Wetboek, in zoverre het de familierechtbank die zitting houdt ten zetel van het hof van beroep in wiens rechtsgebied de verzoeker zijn woonplaats of zijn verblijfplaats heeft, als de bevoegde rechter inzake staatloosheid aanwijst, met name de artikelen 10 en 11 van de Grondwet (waarbij meer bepaald een vergelijking wordt gemaakt met het criterium van territoriale bevoegdheid inzake nationaliteit), al dan niet in samenhang gelezen met andere, supranationale wetsbepalingen zoals het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en onder meer artikel 6, in zoverre het recht op toegang tot een rechter, in de hiervoor beschreven feitelijke en juridische context, ook op een niet-objectieve wijze zou beperken ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7045 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^