Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 05 juli 2018
gepubliceerd op 12 juli 2018

Ordonnantie betreffende de specifieke gemeentelijke bestuursvormen en de samenwerking tussen gemeenten

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2018031497
pub.
12/07/2018
prom.
05/07/2018
ELI
eli/ordonnantie/2018/07/05/2018031497/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 JULI 2018. - Ordonnantie betreffende de specifieke gemeentelijke bestuursvormen en de samenwerking tussen gemeenten


Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, het geen volgt : TITEL 1. - Algemeen

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

TITEL 2. - De gemeentebedrijven HOOFDSTUK 1. - De gewone gemeentebedrijven

Art. 2.Gemeentelijke instellingen en diensten kunnen worden georganiseerd als gemeentebedrijf en beheerd worden buiten de algemene diensten van de gemeente.

Art. 3.De gemeentebedrijven worden beheerd volgens industriële en commerciële methoden.

Het financieel dienstjaar van de gemeentebedrijven begint op 1 januari en eindigt op 31 december.

De begroting van gemeentebedrijven omvat de exploitatiebegroting, de patrimoniale begroting en de bijlagen.

Jaarlijks hecht de gemeenteraad uiterlijk op 31 december van het dienstjaar zijn goedkeuring aan de begroting voor het volgende dienstjaar.

De rekening van gemeentebedrijven omvat de balans, de resultatenrekening, de exploitatierekening en de patrimoniale rekening, zoals deze jaarlijks op 31 december worden afgesloten, evenals de bijlagen.

De rekeningen dienen uiterlijk op 1 juni van het volgende dienstjaar door de gemeenteraad te zijn goedgekeurd.

De nettowinsten van de gemeentebedrijven worden jaarlijks in de gemeentekas gestort.

De nadere regels van het financieel beheer van de gemeentebedrijven worden bepaald door de Regering.

Art. 4.De ontvangsten en uitgaven van de gemeentebedrijven moeten door een bijzondere rekenplichtige worden verricht. Deze rekenplichtige valt onder dezelfde regels als de gemeenteontvangers voor wat betreft benoeming, tuchtstraffen en aansprakelijkheid. HOOFDSTUK 2. - De autonome gemeentebedrijven Afdeling 1. - Organieke bepalingen

Art. 5.Het gemeentebedrijf is een structuur die beschikt over rechtspersoonlijkheid en eenzijdig door de gemeente is opgericht en belast met het beheer van één of meerdere activiteiten van industriële of commerciële aard die voor de gemeente van belang zijn, met uitzondering van de activiteiten die verband houden met de kerntaken van de gemeente.

Art. 6.§ 1. Voorafgaand aan de oprichting van een autonoom gemeentebedrijf maakt het college van burgemeester en schepenen de volgende documenten over aan de gemeenteraad : 1° een businessplan;2° een driejarig financieringsplan;3° ontwerpstatuten;4° een ontwerp van beheersovereenkomst. § 2. Het businessplan moet minstens voorzien in de volgende elementen : 1° een analyse die aantoont welke voordelen en efficiëntie het beheer via een autonoom gemeentebedrijf biedt in vergelijking met intern beheer bij de gemeente;2° de bepaling van de doelstellingen en van de te ondernemen acties om die te verwezenlijken;3° de evaluatiecriteria;4° een beschrijving van de interne organisatie;5° de financiële middelen;6° de bedrijfsinfrastructuur;7° de controlemiddelen van de gemeente. § 3. Het driejarig financieringsplan is een voorbalans van de geplande investeringen en de financieringsbronnen die de beoogde activiteit mogelijk maken. Het dient over drie jaar gespreid te worden en aan te tonen dat het kapitaal waarover het gemeentebedrijf zal beschikken volstaat om de activiteit uit te oefenen gedurende de drie jaar die volgen op de oprichting. § 4. Er kan maar gestemd worden over de oprichting van het autonoom gemeentebedrijf nadat over alle elementen van het dossier bedoeld in § 1 is beraadslaagd. Van dan af is de rechtspersoonlijkheid van het gemeentebedrijf verworven.

Art. 7.§ 1. De statuten van het autonoom gemeentebedrijf vermelden op zijn minst : 1° de naam;2° het doel of de doelen;3° de maatschappelijke zetel gevestigd in de oprichtende gemeente;4° de samenstelling, de bevoegdheden en de werking van de bestuursorganen, alsook de wijze waarop hun leden worden aangesteld en ontslagen;5° de wijze waarop het driejarig financieringsplan wordt opgesteld en opgevolgd;6° de voorwaarden waaronder het autonoom gemeentebedrijf rechtstreeks deelnemingen kan aangaan in privaat- of publiekrechtelijke vennootschappen, verenigingen of instellingen die een maatschappelijke doel nastreven dat verenigbaar is met het zijne en de wijze van toezicht op deze filialen;7° de regels op grond waarvan het driejarig financieringsplan en de rekeningen, het activiteitenverslag, het verslag van de revisor en de overige documenten bestemd voor de gemeenteraad worden overgemaakt aan de gemeente;8° onverminderd artikel 18 de wijze van ontbinding en vereffening van het autonoom gemeentebedrijf, de wijze van aanstelling van de vereffenaars en de rechtsregeling van de goederen en het personeel bij ontbinding. § 2. Voor statutenwijzigingen is de gemeenteraad bevoegd, op voorstel of na advies van de raad van bestuur.

Art. 8.§ 1. Het autonoom gemeentebedrijf omvat een raad van bestuur en een directiecomité. Het kan geen andere organen in het leven roepen. § 2. De raad van bestuur is bevoegd voor alle handelingen die dienstig of vereist zijn om het doel van het autonoom gemeentebedrijf te verwezenlijken, onverminderd de bevoegdheden die in deze afdeling, de statuten of de in artikel 10 bedoelde beheersovereenkomst zijn toegewezen aan de gemeenteraad.

De raad van bestuur vertegenwoordigt het bedrijf ten aanzien van derden en in rechte, als eiser of als verweerder.

De raad van bestuur controleert het door het directiecomité verrichte beheer. Het directiecomité brengt regelmatig verslag uit bij de raad van bestuur. § 3. De gemeenteraad stelt de leden van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf aan zoals wordt bepaald in de statuten.

Het aantal leden van de raad van bestuur bedraagt maximaal de helft van het aantal gemeenteraadsleden, met een maximum van elf. Een meerderheid van de leden van de raad van bestuur zijn gemeenteraadslid. De zetelverdeling in de raad van bestuur gebeurt overeenkomstig de artikelen 56 en volgende van het Brussels gemeentelijk Kieswetboek. Wanneer politieke fracties die deel uitmaken van de gemeenteraad niet vertegenwoordigd zijn, wordt de raad van bestuur uitgebreid met een bestuurderszetel. De bijkomende zetel wordt aan een niet-vertegenwoordigde fractie toegewezen, voor zover de samenstellende delen van die fractie elk individueel de democratische beginselen en regels aanvaarden en zich daaraan houden.

De raad van bestuur mag niet bestaan uit meer dan twee derde leden van hetzelfde geslacht.

De raad van bestuur kiest een voorzitter en een ondervoorzitter uit zijn leden. De voorzitter mag niet afkomstig zijn uit de groep verkozen gemeenteraadsleden. De ondervoorzitter moet behoren tot de groep van bestuurders die is aangesteld uit verkozen gemeenteraadsleden. Bij gelijkheid van stemmen in de raad van bestuur is de stem van de voorzitter doorslaggevend. § 4. Het directiecomité is belast met het dagelijks beheer, met de vertegenwoordiging met betrekking tot dat beheer en met de uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur. Het bestaat uit een gedelegeerd bestuurder en maximaal vier bestuurders-directeurs die door de raad van bestuur worden aangesteld in eigen midden.

Het directiecomité wordt voorgezeten door de gedelegeerd bestuurder.

Bij gelijkheid van stemmen in het directiecomité is zijn stem doorslaggevend.

Het directiecomité moet bestaan uit minstens één man en minstens één vrouw. § 5. De aanstellingen in de verschillende bestuursorganen zijn hernieuwbaar. Deze aanstelling van leden van de raad van bestuur kan te allen tijde ingetrokken worden door de gemeenteraad en deze in de directieraad door de raad van bestuur. § 6. Gemeenteraadsleden van wie het mandaat eindigt, worden geacht van rechtswege ontslagnemend te zijn in het autonoom gemeentebedrijf. § 7. Na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad blijven de leden van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf in functie tot de nieuwe gemeenteraad hen heeft vervangen. § 8. De mandaten van bestuurder worden kosteloos uitgeoefend.

De beschikkingen van deze paragraaf gelden evenzeer voor de filialen van autonome gemeentebedrijven en voor de instellingen gecontroleerd door het autonoom gemeentebedrijf. § 9. De bestuurders zijn bij de normale uitoefening van hun mandaat geenszins persoonlijk aansprakelijk voor de verbintenissen van het autonoom gemeentebedrijf en niet hoofdelijk verantwoordelijk voor enig verzuim.

Zij worden ontheven van enige hoofdelijke verantwoordelijkheid voor inbreuken waaraan zij geen deel hebben gehad indien hun geen schuld kan worden toegeschreven en zij die inbreuken gemeld hebben bij de gemeenteraad zo spoedig mogelijk nadat zij hiervan kennis hebben gekregen.

Art. 9.Het is elke bestuurder van een autonoom gemeentebedrijf verboden : 1° aanwezig te zijn bij en deel te nemen aan de beraadslaging over onderwerpen waarbij deze een rechtstreeks belang heeft of waarbij familieleden of verwanten tot in de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dit verbod geldt niet verder dan familieleden of verwanten tot in de tweede graad wanneer het gaat om de voordracht van kandidaten, de aanstelling in een betrekking, ontslag of schorsing; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan overheidsopdrachten gegund met het autonoom gemeentebedrijf;3° als advocaat, notaris of zakenman op te treden in processen ingesteld tegen het autonoom gemeentebedrijf.Hij mag in die hoedanigheid evenmin pleiten, advies verlenen of enigerlei geschil opvolgen in het belang van het autonome gemeentebedrijf, tenzij kosteloos.

Dit verbod geldt eveneens voor advocaten, notarissen of zakenmensen die behoren tot dezelfde groepering, dezelfde vereniging of hun kantoren op hetzelfde adres hebben als de bestuurder van het autonoom gemeentebedrijf.

Iedere bestuurder die omwille van een belangenconflict verhinderd is deel te nemen aan een beraadslaging, moet de precieze redenen daarvan laten vastleggen in het verslag.

Art. 10.§ 1. De gemeente sluit een beheersovereenkomst met het autonoom gemeentebedrijf.

Deze overeenkomst bepaalt de onderlinge verplichtingen van de partijen en vermeldt minstens volgende aspecten : 1° de aard en strekking van de opdrachten die het autonoom gemeentebedrijf dient te vervullen;2° de middelen die de gemeente ter beschikking stelt van het autonoom gemeentebedrijf, zowel voor wat betreft activa, infrastructuur en personeel;3° de voorwaarden op grond waarvan eigen inkomsten of overige financieringen mogen worden verworven of gebruikt;4° de tariferingsprincipes en -voorwaarden voor prestaties die het autonome gemeentebedrijf in het kader van zijn taken verstrekt;5° de kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren verbonden aan de verwezenlijking van alle doelstellingen die verband houden met de opdrachten van het autonoom gemeentebedrijf.Voor elk van deze indicatoren dient een referentiewaarde vermeld te worden. Deze indicatoren worden opgenomen in een boordtabel die op periodieke basis aangeeft in welke mate deze worden verwezenlijkt en evolueren en die aan de gemeenteraad moet worden toegestuurd; 6° de procedures voor de wijziging, de hernieuwing en de ontbinding van de beheersovereenkomst, alsook de wijze waarop geschillen tussen contractpartijen beslecht worden;7° de sancties voor het verzuimen van de plichten vervat in de beheersovereenkomst. § 2. Onder voorbehoud van de mogelijkheid tot verlenging, wijziging, schorsing en ontbinding van de beheersovereenkomst, wordt deze gesloten voor een periode die eindigt uiterlijk zes maanden na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad.

De beheersovereenkomst en de uitvoering hiervan worden jaarlijks op basis van een schriftelijk verslag geëvalueerd door de gemeenteraad in aanwezigheid van de gedelegeerd bestuurder of de voorzitter van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf.

Art. 11.§ 1. Binnen de perken vastgesteld door de beheersovereenkomst of de statuten, kan het autonoom gemeentebedrijf in eigen naam onteigeningen om redenen van openbaar nut verrichten, leningen aangaan, giften aanvaarden en subsidies ontvangen. § 2. Het autonoom gemeentebedrijf beslist binnen de grenzen van de beheersovereenkomst vrij over de verwerving, de aanwending en de vervreemding van hun materiële en immateriële goederen, over de vestiging of opheffing van zakelijke rechten op die goederen, alsook over de uitvoering van deze beslissingen en de financiering hiervan. § 3. Het autonoom gemeentebedrijf stelt de tarieven en de tariefstructuur voor de door het bedrijf verstrekte prestaties vast binnen de perken van de in de beheersovereenkomst vastgestelde tariferingsregels. § 4. Het autonoom gemeentebedrijf kan rechtstreekse participaties aangaan in vennootschappen en privaat- of publiekrechtelijke instellingen die een maatschappelijk doel nastreven dat verenigbaar is met het zijne. Het kan eveneens een filiaal oprichten, meer bepaald met elke andere privaat- of publiekrechtelijke rechtspersoon waarvan het maatschappelijk doel verenigbaar is met het zijne.

De beslissing tot participatie of tot beëindiging van participatie, alsook de beslissing tot oprichting van een filiaal wordt voorafgaandelijk ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.

Meerdere gemeentebedrijven kunnen participeren in dezelfde vennootschappen en publiek- of privaatrechtelijke instellingen die een maatschappelijk doel nastreven dat verenigbaar is met het hunne.

Onverminderd de bestaande posities, wordt de participatie van het Gewest in een filiaal van een autonoom gemeentebedrijf toegestaan en vastgesteld bij ordonnantie, wanneer zij verantwoord wordt door redenen van gewestelijk belang.

De oprichting van subfilialen is verboden.

Ongeacht de grootte van de participatie of de inbreng van de verschillende partijen in het maatschappelijk kapitaal, dienen de aandeelhoudende autonome gemeentebedrijven over de meerderheid van de stemmen te beschikken en het voorzitterschap waar te nemen in de beheerorganen. § 5. Leden van de gemeenteraad die als bestuurder zetelen in een bestuursorgaan van een autonoom gemeentebedrijf mogen geen bezoldigd mandaat als bestuurder of commissaris uitoefenen noch enige bezoldigde activiteit verrichten bij een filiaal van dat gemeentebedrijf.

Art. 12.De raad van bestuur stelt om de drie jaar een financieringsplan op dat de verbinding maakt tussen de goedgekeurde rekeningen van de vorige drie dienstjaren en de perspectieven voor de evolutie en de verwezenlijking voor de volgende drie jaar en dat verwijst naar de werkings- en investeringsbegrotingen voor de volgende drie jaar. Eventuele wijzigingen van het driejarig financieringsplan worden ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.

Het eerste driejarig financieringsplan moet door de gemeenteraad definitief worden goedgekeurd uiterlijk zes maanden nadat de gemeenteraad de rekeningen voor het derde boekjaar van het autonoom gemeentebedrijf heeft goedgekeurd.

Jaarlijks stelt de raad van bestuur voorlopig de jaarrekeningen vast en stuurt deze, samen met een bestand van de voltijdsequivalenten die tewerkgesteld waren in het bedoelde boekjaar, toe aan de gemeenteraad voor definitieve goedkeuring.

De rekeningen dienen uiterlijk op 1 juni van het volgende dienstjaar door de gemeenteraad definitief zijn goedgekeurd.

Art. 13.§ 1. De raad van bestuur stelt jaarlijks een activiteitenverslag op. Aan dat verslag wordt een evaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst toegevoegd. Deze documenten worden binnen de termijnen bepaald in de statuten aan de gemeenteraad meegedeeld, en dit ten laatste op 1 juni, samen met de rekeningen voor het vorige dienstjaar. § 2. Daarnaast kan de gemeenteraad de raad van bestuur en het directiecomité steeds verzoeken om rechtstreekse informatie over het beheer en de financiële toestand van het autonoom gemeentebedrijf en/of de filialen ervan en in voorkomend geval eveneens een verslag over zijn activiteiten of een aantal hiervan.

De gemeenteraadsleden kunnen zich een kopie laten bezorgen van de beraadslagingen van de beheerorganen van het autonoom gemeentebedrijf.

Art. 14.De controle op de financiële toestand en de jaarrekeningen van het autonoom gemeentebedrijf wordt uitgeoefend door een commissaris-revisor die is aangesteld door de gemeenteraad en die lid is van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze stelt een technisch verslag op. Dit verslag wordt aan de gemeenteraad voorgelegd.

Art. 15.De boekhouding van het autonoom gemeentebedrijf wordt gevoerd volgens de wetgeving met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen.

Art. 16.De gemeenteraad hoort het activiteitenverslag en het verslag van de commissaris-revisor en bespreekt de voorlopige jaarrekeningen vastgesteld door de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf.

Na de goedkeuring van de jaarrekening spreekt de gemeenteraad zich uit over de kwijting aan de bestuurders Deze kwijting geldt enkel indien noch de jaarrekeningen van het autonoom gemeentebedrijf, noch het activiteitenverslag weglatingen of onjuiste opgaven bevatten die de reële toestand van het gemeentebedrijf kunnen verhullen.

Art. 17.§ 1. Voor zijn personeel kan het gemeentebedrijf kiezen voor het statutair stelsel of voor het contractueel stelsel, hetzij voor beide.

Het statutair en contractueel personeel is onderworpen aan het personeelsstatuut van de gemeente waar het gemeentebedrijf gevestigd is. § 2. De personeelsleden worden aangeworven en ontslagen door de raad van bestuur. De raad van bestuur kan zijn bevoegdheid inzake aanwervingen delegeren aan het directiecomité. § 3. De burgers met een andere dan de Belgische nationaliteit en die geen onderdaan zijn van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, komen in aanmerking voor de civiele ambten bij het autonoom gemeentebedrijf die geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden en niet voorzien in de bescherming van de algemene belangen van de Staat of andere openbare instanties.

Art. 18.§ 1. De gemeenteraad is als enige bevoegd om te beslissen tot ontbinding van het autonoom gemeentebedrijf. In de beslissing tot ontbinding wijst de gemeenteraad de vereffenaar aan en bepaalt zijn opdracht. § 2. Het personeel in statutair dienstverband van het ontbonden autonoom gemeentebedrijf wordt overgenomen door de gemeente. § 3. De rechten en plichten van het ontbonden autonoom gemeentebedrijf worden overgenomen door de gemeente. Afdeling 2. - Bepalingen met betrekking tot de organisatie van het

gewoon toezicht op de autonome gemeentebedrijven en hun filialen Onderafdeling 1. - Algemene bepalingen

Art. 19.Bij de uitoefening van het gewoon toezicht worden de akten van de autonome gemeentebedrijven en de besluiten van de Regering verzonden, hetzij bij ter post aangetekende brief met ontvangstmelding, hetzij per bode, tegen afgifte van een ontvangstbewijs.

Voor de verzending mag ook gebruik gemaakt worden van e-mail gevalideerd door een geavanceerde elektronische handtekening. De ontvangst van een per e-mail verzonden akte wordt bevestigd met een ontvangstbewijs.

De Regering bepaalt het praktisch verloop van deze verzendingen.

Art. 20.Met betrekking tot de termijnen waaraan zij is gebonden, dient de Regering te voldoen aan de volgende regels : 1° de termijn gaat in op de dag na de ontvangst van de akte van het autonoom gemeentebedrijf;2° de dag waarop de termijn verstrijkt, wordt meegerekend;3° elk besluit van de Regering moet schriftelijk worden bekendgemaakt aan het autonoom gemeentebedrijf en op straffe van nietigheid dient dit verstuurd te worden uiterlijk op de dag waarop de termijn verstrijkt. Indien de vervaldag op een zaterdag, een zondag of een feestdag valt, wordt deze naar de eerstvolgende werkdag verschoven. Onder feestdagen wordt verstaan : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaart, Pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1, 2, 11 en 15 november, 25 en 26 december, alsook de dagen die bij ordonnantie of besluit van de Regering worden vastgesteld.

Onderafdeling 2 Het informeren van de toezichthoudende overheid

Art. 21.§ 1. gemeentebedrijven sturen hun akten door naar de Regering als deze betrekking hebben op de volgende onderwerpen : 1° akten die zijn onderworpen aan het goedkeuringstoezicht krachtens artikel 28;2° akten houdende intrekking of verantwoording van een geschorste akte;3° de beheersovereenkomst en de wijzigingen die hieraan zijn aangebracht;4° reglementen en de wijzigingen die hieraan zijn aangebracht, met inbegrip van statutenwijzigingen; 5° de keuze van de procedure voor de gunning en de vaststelling van de voorwaarden voor overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten met betrekking tot opdrachten met een bedrag dat exclusief belasting op de toegevoegde waarde gelijk is aan of hoger is dan 175.000 euro, alsook de selectie van inschrijvers, kandidaten of deelnemers aan deze opdrachten en de toewijzing hiervan; 6° de vaststelling van de voorwaarden voor concessies voor werken en diensten, alsook de selectie van inschrijvers of kandidaten voor deze concessies en de toewijzing hiervan;7° de personeelsformatie;8° de consolidatie en de herschikking van de financiële lasten van aangegane leningen;9° het sluiten van thesaurie- of saneringsleningen;10° de verwerving of vervreemding van een eigendomsrecht of van zakelijke rechten op onroerende goederen;11° de driejarige financieringsplannen met de eventuele wijzigingen die hieraan zijn aangebracht. § 2. Deze akten worden doorgestuurd binnen twintig dagen nadat ze zijn genomen, behoudens de driejarige financieringsplannen en de wijzigingen die hieraan zijn aangebracht en de rekeningen, die doorgestuurd moeten worden binnen twintig dagen na de definitieve goedkeuring door de gemeenteraad. De akten gaan vergezeld van alle stukken die vereist zijn om te controleren of zij beantwoorden aan de wet en het algemeen belang. § 3. Akten die bij wet in de beide landstalen moeten worden opgesteld, worden in de beide talen doorgestuurd. § 4. De Regering bezorgt het Observatorium van de Referentieprijzen voor de Overheidsopdrachten de akten van de autonome gemeentebedrijven of verzoekt het autonoom gemeentebedrijf om dit te doen.

Art. 22.De autonome gemeenbedrijven sturen binnen twintig dagen nadat ze zijn genomen aan de Regering een lijst toe waarin alle akten, behoudens deze bedoeld in artikel 21, beknopt worden omschreven.

Art. 23.De Regering kan autonome gemeentebedrijven verzoeken haar alle informatie, gegevens en inlichtingen toe te sturen die dienstig zijn en deze zelfs ter plaatse inwinnen. De Regering kan vaststellen hoe haar de gevraagde gegevens worden overgemaakt.

Onderafdeling 3. - Het algemeen toezicht

Art. 24.De Regering kan bij besluit een akte schorsen waarmee een autonoom gemeentebedrijf de wet of zijn statuten overtreedt of het algemeen belang schaadt.

De schorsingstermijn bedraagt dertig kalenderdagen na ontvangst van de akte.

Het autonoom gemeentebedrijf kan de geschorste akte intrekken of verantwoorden.

Op straffe van nietigheid van de geschorste akte verstuurt het de akte waarmee het de geschorste akte verantwoordt naar de Regering binnen een termijn van veertig dagen na ontvangst van het schorsingsbesluit.

De schorsing wordt opgeheven bij het verstrijken van een termijn van dertig dagen na ontvangst van de akte waarmee het autonoom gemeentebedrijf de geschorste akte verantwoordt.

De termijn vermeld in het tweede en vijfde lid kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen, moet eveneens bekendgemaakt worden aan het autonoom gemeentebedrijf vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Art. 25.De Regering kan bij besluit een akte vernietigen waarmee een autonoom gemeentebedrijf de wet of zijn statuten overtreedt of het algemeen belang schaadt.

De vernietigingstermijn bedraagt dertig dagen na ontvangst van de akte of, in voorkomend geval van de akte waarmee het autonoom gemeentebedrijf een geschorste akte verantwoordt.

Deze termijn kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen, moet eveneens bekendgemaakt worden aan het autonoom gemeentebedrijf vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Art. 26.De akten van de autonome gemeentebedrijven vermeld op de lijst bedoeld in artikel 22 kunnen niet langer geschorst of vernietigd worden indien de Regering deze akten niet binnen twintig dagen na ontvangst van de lijst heeft gevorderd bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.

De schorsings- of vernietigingstermijn van een akte die de Regering vordert binnen de termijn opgelegd in het eerste lid bedraagt twintig dagen na ontvangst van deze akte.

Art. 27.De akten waarmee het autonoom gemeentebedrijf overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten, evenals de concessies voor werken en diensten toewijst, worden pas aan de geselecteerde inschrijver meegedeeld van zodra deze niet langer geschorst of vernietigd kunnen worden, hetzij in voorkomend geval vanaf de dag waarop de Regering het autonoom gemeentebedrijf meedeelt dat de acte onmiddellijk mag worden uitgevoerd.

Het eerste lid is niet van toepassing : 1° op akten die voorzien in de toewijzing van overheidsopdrachten bedoeld in artikel 42, § 1, 1°, b), van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten;2° op akten die voorzien in de toewijzing van overheidsopdrachten die niet aan de Regering toegestuurd hoeven te worden in toepassing van artikel 21. Onderafdeling 4. - Het goedkeuringstoezicht

Art. 28.Zijn onderworpen aan de goedkeuring van de Regering : 1° de rekeningen, hetzij de ontvangsten- en uitgavenstaat van het autonoom gemeentebedrijf, vergezeld van het verslag van de commissaris-revisor;2° de oprichting van ondernemingen, verenigingen en instellingen of de deelneming in ondernemingen, verenigingen en instellingen en inbrengen van het autonoom gemeentebedrijf in deze ondernemingen, verenigingen of instellingen.

Art. 29.De goedkeuringstermijn bedraagt veertig kalenderdagen na ontvangst van de akte.

De Regering kan deze termijn eenmalig verlengen voor een duur die niet langer mag zijn dan de oorspronkelijke termijn. De beslissing om de termijn bedoeld in het eerste lid te verlengen, moet bekendgemaakt worden aan het autonoom gemeentebedrijf vóór het verstrijken van de termijn.

Indien deze termijnen niet worden nageleefd, wordt de akte geacht te zijn goedgekeurd.

Art. 30.§ 1. De Regering kan bij besluit een bijzondere commissaris aanstellen als het autonoom gemeentebedrijf verzuimt de gevraagde inlichtingen en elementen te verstrekken of de maatregelen in uitvoering te brengen die worden voorgeschreven door wetten, ordonnanties, besluiten, verordeningen of statuten of door een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan.

De bijzondere commissaris is gemachtigd om de gevraagde elementen of waarnemingen te verzamelen en om in plaats van het autonoom gemeentebedrijf alle noodzakelijke maatregelen te nemen, binnen de perken van het mandaat dat hem is verleend door het besluit waarmee hij is aangesteld. § 2. Voorafgaand aan het sturen van een bijzondere commissaris : 1° stuurt de Regering bij aangetekend schrijven het autonoom gemeentebedrijf een gemotiveerde aanmaning toe waarin zij uiteenzet wat zij vraagt van het gemeentebedrijf of welke maatregelen dit verzuimd heeft te nemen;2° verstrekt zij het autonoom gemeentebedrijf in diezelfde aanmaning een welbepaalde en redelijke termijn om haar vraag te beantwoorden, zijn houding te verantwoorden, zijn standpunt te bevestigen of de voorgeschreven maatregelen te treffen. § 3. De kosten, erelonen en wedden die zijn verbonden aan de uitvoering van de opdracht van de bijzondere commissaris komen ten laste van de personen die in gebreke zijn gebleven bij de uitoefening van hun functie of mandaat. Die kosten worden, zoals de inkomstenbelasting, ingevorderd door de ontvanger van de directe belastingen nadat de Regering het bevelschrift uitvoerbaar heeft verklaard.

Art. 31.De artikelen 19 tot 30 zijn mutatis mutandis toepasbaar op de filialen van de autonome gemeentebedrijven, bedoeld in artikel 11, § 4.

De bepalingen vervat in de artikelen 19 tot 30 zijn niet van toepassing op de beslissingen van de filialen van autonome gemeentebedrijven waarin permanent een vertegenwoordiger van de Regering is aangesteld die beschikt over de voorrechten van een bijzondere commissaris.

TITEL 3. - De gemeentelijke vzw's HOOFDSTUK 1. - Organieke bepalingen

Art. 32.§ 1. Een gemeente kan rechtstreeks of onrechtstreeks een vzw oprichten in de zin van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de stichtingen en de Europese politieke partijen en stichtingen, waarvan de activiteiten voorzien in de uitvoering van taken van gemeentelijk belang. § 2. Een gemeente kan rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen in een vzw waaraan zij een welomschreven opdracht van gemeentelijk belang delegeert. § 3. Deze verenigingen worden hierna gemeentelijke vzw's genoemd.

Art. 33.Een vzw wordt geacht gemeentelijk te zijn wanneer zij aan minstens een van de volgende voorwaarden voldoet : 1° één of meerdere van zijn bestuursorganen is voor meer dan de helft samengesteld uit leden van de gemeenteraad of leden voorgedragen door de gemeenteraad;2° de gemeente of haar rechtstreekse of onrechtstreekse vertegenwoordigers beschikken over de meerderheid van de stemmen in één of meerdere bestuursorganen;3° de gemeente neemt het grootste deel van het structureel tekort van de vzw of van het vereffeningspassief op zich. In de gevallen bepaald in de punten 1° en 2° zetelen de gemeenteraadsleden of de door hen voorgedragen leden in de organen van de gemeentelijke vzw als vertegenwoordigers van de gemeente. De statuten van de gemeentelijke vzw vermelden dat op dezelfde manier.

Art. 34.Wanneer de gemeente in toepassing van artikel 32 beslist een vzw op te richten of hierin te participeren, dan steunt de beslissing van de gemeenteraad op een verslag van het college van burgemeester en schepenen dat aantoont waarom aan de gedelegeerde opdracht of opdrachten niet even efficiënt kan worden voldaan binnen de gemeente zelf of in een autonoom gemeentebedrijf.

Het verslag bevat de doelstellingen en de te nemen initiatieven om die te bereiken, een beschrijving van de interne organisatie en de controlemiddelen van de gemeente. Het bevat als bijlage een ontwerp van statuut en, in voorkomend geval, een ontwerp van overeenkomst.

Art. 35.Alle andere publiek- of privaatrechte rechtspersonen mogen eveneens deel uitmaken van een gemeentelijke vzw.

Ongeacht de verhouding van de inbrengen van de verschillende partijen bij de samenstelling van het maatschappelijk kapitaal beschikt de gemeente steeds over de meerderheid van de stemmen in één of meerdere bestuursorganen van de vzw, waaronder de algemene vergadering.

Meerdere gemeenten samen kunnen enkel eenzelfde vzw oprichten of hierin participeren in naleving van de bepalingen van titel 6.

Art. 36.§ 1. De gemeenteraad stelt de vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering van de gemeentelijke vzw aan.

Ten minste een derde van de vertegenwoordigers zijn niet van hetzelfde geslacht. § 2. Minstens een derde van de leden van de raad van bestuur wordt aangesteld door de algemene vergadering op voordracht van de gemeenteraad of van de leden van de algemene vergadering die door de gemeenteraad zijn aangewezen.

De raad van bestuur mag niet voor meer dan twee derde bestaan uit leden van hetzelfde geslacht. De gemeenteraad kan de algemene vergadering verzoeken de aanstellingen te herroepen die op grond van hun voorstellen zijn gebeurd.

Wanneer politieke fracties die deel uitmaken van de gemeenteraad niet vertegenwoordigd zijn, wordt de raad van bestuur uitgebreid met een bestuurderszetel. De bijkomende zetel wordt aan een niet-vertegenwoordigde fractie uit de oppositie toegewezen, voor zover de samenstellende delen van die fractie elk individueel de democratische beginselen en regels aanvaarden en zich daaraan houden. § 3. Elk lid van een gemeenteraad dat in die hoedanigheid een mandaat uitoefent in een vzw wordt van rechtswege als ontslagnemend beschouwd van zodra het geen deel meer uitmaakt van de gemeenteraad. § 4. Na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad blijven de leden van de algemene vergadering van de vzw die de gemeente vertegenwoordigt in functie tot de nieuwe gemeenteraad hen heeft vervangen.

Art. 37.Het is elke bestuurder van een gemeentelijke vzw verboden : 1° aanwezig te zijn bij de beraadslaging over onderwerpen waarbij deze een rechtstreeks belang heeft of waarbij familieleden of verwanten tot in de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dit verbod geldt niet verder dan familieleden of verwanten tot in de tweede graad wanneer het gaat om de voordracht van kandidaten, de aanstelling in een betrekking, ontslag of schorsing; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan overheidsopdrachten gegund met de vzw;3° als advocaat, notaris of zakenman op te treden in processen ingesteld tegen de gemeentelijke vzw.Hij mag in die hoedanigheid evenmin pleiten, advies verlenen of enigerlei geschil opvolgen in het belang van de gemeentelijke vzw, tenzij kosteloos.

Dit verbod geldt eveneens voor advocaten, notarissen of zakenmensen die behoren tot dezelfde groepering, dezelfde vereniging of hun kantoren op hetzelfde adres hebben als de bestuurder van de gemeentelijke vzw.

Iedere bestuurder die omwille van een belangenconflict verhinderd is deel te nemen aan een beraadslaging, moet de precieze redenen daarvan laten vastleggen in het verslag.

Art. 38.De gemeente sluit een overeenkomst met de gemeentelijke vzw waarvan minstens 50 % van het budget gedekt wordt door een gemeentelijke subsidie.

Art. 39.§ 1. De overeenkomst voorziet minstens in de volgende vermeldingen : 1° de aard en de strekking van de taken van gemeentelijk belang die de vzw op zich dient te nemen en geeft voor elke van deze taken de kwalitatieve en kwantitatieve criteria en indicatoren aan waarmee de verwezenlijking hiervan kan worden geëvalueerd;2° het orgaan belast met de verwezenlijking van het evaluatieverslag op grond van de vooraf vastgestelde indicatoren en de wijze waarop dit verslag aan de gemeente bezorgd moet worden;3° het bepaalt de middelen waarover de gemeente beschikt om de financiële toestand van de vzw te controleren en de concrete regels aan de hand waarvan zij een effectieve controle kan uitoefenen op het gebruik van de subsidies die door de gemeente worden toegekend;4° de middelen die aan de vzw ter beschikking gesteld worden door de gemeente;5° de looptijd. § 2. De overeenkomst en de uitvoering ervan worden jaarlijks op basis van een schriftelijk verslag geëvalueerd door de gemeenteraad in aanwezigheid van de voorzitter van de raad van bestuur van de gemeentelijke vzw.

Art. 40.De partijen van de overeenkomst bepalen de duur ervan, alsook de hernieuwings- en ontbindingsprocedures, met dien verstande dat de overeenkomst eindigt uiterlijk zes maanden na de volledige hernieuwing van de gemeenteraad.

Art. 41.Deze titel geldt niet voor vzw's die zijn opgericht krachtens een specifiek wettelijk kader.

Art. 42.Het college van burgemeester en schepenen houdt een register bij van alle vzw's waarmee de gemeente een overeenkomst heeft gesloten. Aan dit register worden de statuten van al deze vzw's en de overeenkomsten die hiermee zijn gesloten aangehecht. HOOFDSTUK 2. - Bepalingen met betrekking tot de organisatie van het gewone toezicht op gemeentelijke vzw's Afdeling 1. - Algemene bepalingen

Art. 43.De bepalingen van de artikelen 19, 20, 23 en 30 zijn mutatis mutandis toepasbaar op de gemeentelijke vzw's. Afdeling 2. - Het informeren van de toezichthoudende overheid

Art. 44.§ 1. De gemeentelijke vzw's sturen de volgende akten door naar de Regering : 1° de akten houdende intrekking of verantwoording van een geschorste akte;2° de akten van de algemene vergadering;3° de beheersovereenkomst en de wijzigingen daarvan;4° de jaarrekeningen;5° de statuten en de wijzigingen van de statuten; 6° de keuze van de procedure voor de gunning en de vaststelling van de voorwaarden voor overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten met betrekking tot opdrachten met een bedrag dat exclusief belasting op de toegevoegde waarde gelijk is aan of hoger is dan 175.000 euro, alsook de selectie van inschrijvers, kandidaten of deelnemers aan deze opdrachten en de toewijzing hiervan; 7° de vaststelling van de voorwaarden voor concessies voor werken en diensten, alsook de selectie van inschrijvers of kandidaten voor deze concessies en de toewijzing hiervan;8° de overeenkomsten;9° de afsluiting van leningen;10° de verwerving of vervreemding van een eigendomsrecht of van zakelijke rechten op onroerende goederen. Deze akten worden ter informatie aan het gemeentecollege bezorgd.

Artikel 84 van de Nieuwe Gemeentewet is van toepassing op voormelde akten. § 2. Deze akten worden doorgestuurd binnen twintig dagen nadat ze zijn genomen, en gaan vergezeld van alle stukken die vereist zijn om te controleren of zij beantwoorden aan de wet en het algemeen belang. § 3. De Regering bezorgt het Observatorium van de Referentieprijzen voor de Overheidsopdrachten de akten van de gemeentelijke vzw die aan zijn adviezen onderworpen zijn of verzoekt de gemeentelijke vzw om dit te doen.

Art. 45.De gemeentelijke vzw's sturen de lijst met de door hun beheersorganen genomen akten binnen de twintig dagen nadat zij genomen zijn, door naar de Regering. Die lijst bevat een beknopte omschrijving van alle akten, behalve die welke bedoeld zijn in artikel 44. Afdeling 3. - De toezichtsregels

Art. 46.De Regering kan bij besluit de uitvoering van een akte opschorten waarmee een gemeentelijke vzw de wet of haar statuten overtreedt of het algemeen belang schaadt.

De schorsingstermijn bedraagt dertig dagen na ontvangst van de akte.

De gemeentelijke vzw kan de geschorste akte intrekken of verantwoorden.

Op straffe van nietigheid van de geschorste akte verstuurt zij de akte waarmee zij de geschorste akte verantwoordt naar de Regering binnen een termijn van veertig dagen na ontvangst van het schorsingsbesluit.

De schorsing wordt opgeheven bij het verstrijken van een termijn van dertig dagen na ontvangst van de akte waarmee de gemeentelijke vzw de geschorste akte verantwoordt.

De termijn vermeld in het tweede en vijfde lid kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen, moet eveneens bekendgemaakt worden aan de gemeentelijke vzw vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Art. 47.De Regering kan bij besluit een akte vernietigen waarmee een gemeentelijke vzw de wet of de statuten overtreedt of het algemeen belang schaadt.

De vernietigingstermijn bedraagt dertig dagen na ontvangst van de akte of, in voorkomend geval, na ontvangst van de akte waarmee de gemeentelijke vzw een geschorste beslissing verantwoordt.

Deze termijn kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen moet eveneens bekendgemaakt worden aan de gemeentelijke vzw vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Art. 48.De akten van de gemeentelijke vzw's vermeld op de lijst bedoeld in artikel 45 kunnen niet meer geschorst of vernietigd worden indien de Regering deze akten niet binnen twintig dagen na ontvangst van de lijst heeft gevorderd bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.

De schorsings- of vernietigingstermijn van een akte die de Regering vordert binnen de termijn opgelegd in het eerste lid bedraagt twintig dagen na ontvangst van de akte.

TITEL 4. - De overeenkomsten

Art. 49.Onder voorbehoud van de bepalingen die van toepassing zijn op de overheidsopdrachten, kunnen de gemeenten, de autonome gemeentebedrijven, de gemeentelijke vzw's en de intercommunales onderling en met andere plaatselijke besturen overeenkomsten van beperkte duur sluiten met betrekking tot aangelegenheden van gemeentelijk belang.

De in het vorige lid bedoelde overeenkomsten worden ter informatie bezorgd aan de betrokken colleges en gemeenteraden.

Art. 50.De overeenkomst bedoeld in artikel 49 vermeldt op zijn minst de volgende bepalingen : - de partijen; - het voorwerp; - de duur en in voorkomend geval de regels voor een verlenging; - de regels voor herziening en ontbinding; - de verbintenissen van de partijen; - de rechten en plichten van de partijen; - de regels voor het oplossen van geschillen.

TITEL 5. - De intercommunales HOOFDSTUK 1. - Organieke bepalingen Afdeling 1. - Aard en samenstelling van intercommunales

Art. 51.Deze titel bepaalt de organisatie- en werkingsregels en organiseert het gewoon administratief toezicht op de intercommunales waarvan het werkingsgebied de grenzen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet overschrijdt, alsook op de intercommunales die zijn onderworpen aan het recht van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest krachtens het samenwerkingsakkoord van 13 februari 2014 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de gewestgrensoverschrijdende intercommunales.

Art. 52.Meerdere gemeenten kunnen binnen de voorwaarden bepaald in deze titel verenigingen vormen met een welbepaald doel van gemeentelijk belang. Deze verenigingen worden hierna intercommunales genoemd.

Art. 53.Elke andere publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoon mag eveneens deel uitmaken van een intercommunale. Onverminderd de bestaande posities wordt de participatie van het Gewest in een intercommunale toegestaan en vastgesteld bij ordonnantie indien zij verantwoord is om redenen van gewestelijk belang, zonder dat het mag gaan om een meerderheidsparticipatie.

Art. 54.Intercommunales zijn publiekrechtelijke rechtspersonen. Zij hebben geen commercieel karakter.

Art. 55.Intercommunales nemen de rechtsvorm aan van coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid.

De bepalingen van de wetgeving met betrekking tot handelsvennootschappen die coöperatieve vennootschappen betreffen, zijn van toepassing op intercommunales voor zover de bepalingen van deze titel en van de statuten hier niet van afwijken wegens de bijzondere aard van de vereniging.

Art. 56.De zetel van de intercommunale is gevestigd in één van de deelnemende gemeenten, in kantoren die toebehoren aan de intercommunale of aan één van de deelnemende publiekrechtelijke rechtspersonen.

Art. 57.Onverminderd eventuele verlengingen bepaald in artikel 72 mag de duur van de intercommunale nooit langer zijn dan dertig jaar.

Art. 58.De statuten van de intercommunale nemen de bijzondere bepalingen over die worden opgelegd door deze titel of door de wetgeving met betrekking tot handelsvennootschappen en vermelden op zijn minst : 1° de naam;2° het doel of de doelen;3° de rechtsvorm;4° de maatschappelijke zetel;5° de duur;6° de nauwkeurige omschrijving van de deelgenoten, hun inbreng en hun verbintenissen;7° de samenstelling, de bevoegdheden en de werking van de wettelijke of statutaire bestuursorganen van de intercommunale, de regels voor de aanstelling en de herroeping van leden en de mogelijkheid waarover deze beschikken om een volmacht te verlenen aan een ander lid van hetzelfde bestuursorgaan dat wordt aangesteld in de categorie waartoe de lastgever behoort;8° de wijze waarop de jaarrekeningen, het verslag van de commissaris-revisor, het volledig verslag van de activiteiten van de intercommunale en alle andere documenten die voor de algemene vergadering bestemd zijn aan de deelgenoten worden meegedeeld;9° de bestemming van eventuele winsten;10° de voorwaarden waaronder de intercommunale rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemingen kan aangaan in privaat- of publiekrechtelijke vennootschappen, verenigingen of instellingen die een maatschappelijk doel nastreven dat verenigbaar is met het hare en de wijze van toezicht op deze filialen;11° de regels voor de terugtreding van een deelgenoot;12° de wijze van vereffening, de aanstelling van de vereffenaars en de vaststelling van hun volmachten en, onverminderd artikel 74, de bestemming van de goederen en het lot van het personeel in geval van ontbinding.

Art. 59.De statuten kunnen bepalingen omvatten die met naleving van de artikelen 65 en 69 voorzien in de bescherming van de belangen van de minderheidsdeelgenoten.

De statuten dienen op zijn minst de volgende principes tot regel te maken : 1° de aanwezigheid van personen van een verschillend geslacht in de wettelijke en statutaire bestuursorganen moet zijn gewaarborgd;2° de algemene vergadering is het hoogste bestuursorgaan van de intercommunale;3° enkel de algemene vergadering kan de statuten wijzigen.Zij kan enkel geldig beraadslagen en beslissen over wijzigingen in de statuten als de voorgestelde wijzigingen specifiek vermeld worden in de uitnodiging en als de aanwezigen minstens de helft van het maatschappelijke kapitaal vertegenwoordigen.

Indien aan deze laatste voorwaarde niet voldaan is, dan is een tweede bijeenroeping vereist; de nieuwe vergadering beraadslaagt en besluit op geldige wijze, ongeacht het door de aanwezige aandeelhouders vertegenwoordigde deel van het kapitaal.

Wijzigingen zijn enkel toegestaan indien hierop drie vierde van de stemmen worden uitgebracht; 4° de raad van bestuur dient de algemene vergadering samen te roepen indien een groep deelgenoten die een vijfde van het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen hierom verzoekt. De beschikkingen van dit artikel gelden evenzeer voor de filialen van intercommunales.

Art. 60.Jaarlijks dient volgens de regels bepaald door de statuten minstens één algemene vergadering gehouden worden op uitnodiging van de raad van bestuur.

Art. 61.De statuten kunnen een gemeente de mogelijkheid bieden zich terug te trekken vóór de duur van de intercommunale volbracht is.

In ieder geval kan elke deelgenoot uittreden in de volgende gevallen : 1° na vijftien jaar al naargelang van het geval te rekenen vanaf de oprichting of de aansluiting van de intercommunale, mits twee derde van de stemmen van de overige leden hiermee instemt, voor zover de uitgebrachte vóór-stemmen de meerderheid van de door de vertegenwoordigers van de aangesloten gemeenten uitgebrachte stemmen uitmaken, en onder voorbehoud dat de uittredende partij de door deskundigen geraamde schade vergoedt die haar uittreding de intercommunale en aan de andere deelgenoten berokkent;2° indien eenzelfde aangelegenheid van gemeentelijk belang in dezelfde gemeente wordt toevertrouwd aan meerdere intercommunales, gemeentebedrijven of instellingen van openbaar nut, dan kan de gemeente, mits alle belanghebbende partijen hiermee instemmen, hetzij unilateraal bij gebrek aan deze instemming, beslissen deze voor heel haar grondgebied aan één enkele van deze instellingen toe te vertrouwen, en onder voorbehoud van de verplichting voor de uittredende partij om de door deskundigen geraamde schade te vergoeden die haar uittreding de intercommunale en aan de andere deelgenoten berokkent.

Art. 62.De publiekrechtelijke rechtspersonen die in de intercommunale zijn verenigd, mogen zich enkel afzonderlijk en tot een welbepaald bedrag verbinden.

Elke wijziging van de statuten die voor de gemeenten bijkomende verplichtingen of verminderde rechten meebrengt, dient het voorwerp uit te maken van een beraadslaging van de gemeenteraden.

Art. 63.De intercommunale kan rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemingen aangaan in privaat- of publiekrechtelijke vennootschappen, verenigingen of instellingen indien deze tot de verwezenlijking van hun maatschappelijk doel kunnen bijdragen.

Over de oprichting of de afschaffing van een filiaal of de deelneming door een intercommunale wordt, voorafgaand aan de conform artikel 69 goedgekeurde beslissing, beraadslaagd in de gemeenteraden van de aangesloten gemeenten. De vertegenwoordigers van de gemeente in de intercommunale zijn gebonden door die beraadslaging.

In overeenstemming met artikel 11, § 4, laatste lid, dienen de aandeelhoudende intercommunale of intercommunales in het geval van een gemeenschappelijk filiaal van één of meerdere autonome gemeentebedrijven en één of meerdere intercommunales, ongeacht de inbreng van de verschillende partijen in het maatschappelijk kapitaal, over de meerderheid van de stemmen te beschikken en het voorzitterschap waar te nemen in de bestuursorganen.

De oprichting van sub-filialen is verboden. Afdeling 2. - De bestuursorganen van de intercommunale

Art. 64.Elke intercommunale beschikt over een algemene vergadering, een raad van bestuur en, indien zulks verantwoord is, een auditcomité en een bezoldigingscomité. In voorkomend geval kan de raad van bestuur beperkte en welomschreven bevoegdheden delegeren aan één enkel beperkt bestuursorgaan.

Art. 65.Ongeacht de verhouding van de inbrengen van de verschillende partijen bij de samenstelling van het maatschappelijk kapitaal beschikken de gemeenten steeds over de meerderheid van de stemmen en staan zij in voor het voorzitterschap in de verschillende bestuurs- en toezichtsorganen van de intercommunale.

Art. 66.De vertegenwoordigers van de aangesloten gemeenten in de algemene vergadering worden door de gemeenteraad van elke gemeente aangewezen onder de raadsleden, de burgemeester en de schepenen van de gemeente.

Elke gemeente beschikt in de algemene vergadering over een stemrecht dat beantwoordt aan het aantal aandelen dat zij aanhoudt.

Art. 67.§ 1. De algemene vergadering stelt de leden van de raad van bestuur aan zoals wordt bepaald in de statuten.

In de bestuurdersfuncties voorbehouden aan de aangesloten gemeenten mogen enkel gemeenteraadsleden, burgemeesters of schepenen worden aangesteld. § 2. De raad van bestuur mag één of meerdere afgevaardigden van het personeel tellen. § 3. De algemene vergadering stelt een commissaris-revisor aan die lid is van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. § 4. De raad van bestuur richt onder zijn leden een audit- en een bezoldigingscomité op en stelt hun samenstelling vast.

Het bezoldigingscomité doet, nadat het de raad van bestuur daarvan in kennis heeft gesteld, aanbevelingen aan de algemene vergadering over elke beslissing over eventuele functievergoedingen en elk ander eventueel voordeel, al dan niet geldelijk, direct of indirect toegekend aan de leden van de directieraad.

Op voorstel van het bezoldigingscomité stelt de raad van bestuur de bezoldigingen vast en elk ander eventueel voordeel, al dan niet geldelijk, direct of indirect verbonden aan de directiefuncties. Het bezorgt een kopie van zijn beraadslagingen ter zake aan de raad van bestuur.

Ongeacht de wettelijke bepalingen inzake machtigingen die van toepassing zijn op de handelsvennootschappen, voert het auditcomité de taken uit die er door de raad van bestuur aan worden toegewezen. Het heeft bovendien als opdracht om de raad van bestuur bij te staan door het onderzoeken van financiële informatie, inzonderheid de jaarrekeningen, het beheerverslag en de tussentijdse verslagen. Het verzekert eveneens de betrouwbaarheid en de integriteit van de financiële verslagen inzake risicobeheer.

Het bezoldigingscomité en het auditcomité leggen de raad van bestuur om goedkeuring een huishoudelijk reglement voor dat uitdrukkelijk de regels voor hun werking bevat.

Art. 68.§ 1. Elk lid van een gemeenteraad dat in die hoedanigheid een mandaat uitoefent in een intercommunale wordt van rechtswege als ontslagnemend beschouwd van zodra dit geen deel meer uitmaakt van de gemeenteraad.

Alle mandaten in de verschillende organen van de intercommunale worden geacht onmiddellijk te eindigen na de algemene vergadering die volgt op de vernieuwing van de gemeenteraden. § 2. De mandaten van bestuurder worden voornamelijk kosteloos uitgeoefend, of indien in de statuten anders is bepaald, binnen de grenzen bepaald door de Nieuwe Gemeentewet en de ordonnantie van 12 januari 2006 betreffende de transparantie van de bezoldigingen van de Brusselse openbare mandatarissen.

De beschikkingen van deze paragraaf gelden evenzeer voor de filialen van intercommunales.

Art. 69.De beslissingen van de algemene vergadering en van de raad van bestuur zijn enkel rechtsgeldig indien deze niet alleen de meerderheid van de uitgebrachte stemmen maar tegelijk ook de meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde gemeenteraadsleden in deze bestuursorganen achter zich hebben gekregen.

Art. 70.Elk bestuursorgaan neemt een huishoudelijk reglement aan dat op zijn minst voorziet in de volgende aspecten : 1° de regels betreffende de plaats en het tijdstip van de vergaderingen;2° de frequentie van de vergaderingen;3° de regels voor de opmaak van de agenda van de vergaderingen;4° de uitnodigingstermijn voor de vergaderingen;5° de inhoud van de uitnodiging voor de vergaderingen;6° de regels die moeten worden nageleefd met betrekking tot het verloop van de vergaderingen;7° de regels voor de opmaak en de goedkeuring van de verslagen van de vergaderingen;8° de regels voor de behandeling van punten die niet staan ingeschreven op de agenda van de vergadering;9° de procedure voor de wijziging van het huishoudelijk reglement.

Art. 71.Het is elke bestuurder van een intercommunale verboden : 1° aanwezig te zijn bij de beraadslaging over onderwerpen waarbij deze een rechtstreeks belang heeft of waarbij familieleden of verwanten tot in de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dit verbod geldt niet verder dan familieleden of verwanten tot in de tweede graad wanneer het gaat om de voordracht van kandidaten, aanstelling, ontslag of schorsing; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan opdrachten gegund met de intercommunale;3° als advocaat, notaris of zakenman op te treden in processen ingesteld tegen de intercommunale.Hij mag in die hoedanigheid evenmin pleiten, advies verlenen of enigerlei geschil opvolgen in het belang van de intercommunale, tenzij kosteloos.

Dit verbod geldt eveneens voor advocaten, notarissen of zakenmensen die behoren tot dezelfde groepering, dezelfde vereniging of hun kantoren op hetzelfde adres hebben als de bestuurder van de intercommunale.

Iedere bestuurder die omwille van een belangenconflict verhinderd is deel te nemen aan een beraadslaging, moet de precieze redenen daarvan laten vastleggen in het verslag. Afdeling 3

Verlenging, ontbinding en vereffening van de intercommunale

Art. 72.Op verzoek van twee derde van de aanwezige of vertegenwoordigde leden van de algemene vergadering en voor zover de uitgebrachte vóór-stemmen de meerderheid van het totaal aantal door de vertegenwoordigers van de gemeenten uitgebrachte stemmen uitmaken, kan de duur van de intercommunale verlengd worden voor één of meer termijnen, die elk niet langer mogen duren dan dertig jaar.

Elke verlenging dient minstens een jaar vóór het verstrijken van de lopende statutaire termijn bepaald te worden.

Vóór de verlenging een feit is, mag evenwel geen enkele deelgenoot aangehouden worden na de vastgestelde termijn.

Art. 73.De algemene vergadering mag vóór het verstrijken van de termijn die is vastgesteld in de statuten enkel tot de ontbinding van de intercommunale beslissen met instemming van alle deelnemende gemeenten.

Art. 74.Bij ontbinding vóór het einde van de termijn, bij niet-verlenging of bij terugtrekking van de intercommunale is de gemeente of de vereniging die bestemd is om de voorheen aan de intercommunale toevertrouwde activiteit uit te oefenen, verplicht over te gaan tot de overname van de door deskundigen geraamde installaties of inrichtingen die op haar grondgebied gelegen zijn en uitsluitend de verwezenlijking van het maatschappelijk doel voor wat haar betreft beogen, alsook volgens de tussen de partijen te bepalen regels het personeel van de intercommunale dat voor de overgenomen activiteit wordt ingezet. De goederen komen evenwel kosteloos toe aan de gemeente voor zover deze door haar of met behulp van subsidies van andere openbare besturen gefinancierd zijn; de bestemming van gemeenschappelijk gebruikte installaties of inrichtingen en de daaraan verbonden lasten dienen het voorwerp uit te maken van een akkoord tussen de partijen.

Een gemeente die zich terugtrekt, heeft, onverminderd enige andersluidende statutaire bepaling, het recht haar aandeel in de intercommunale te ontvangen zoals dit blijkt uit de balans van het boekjaar waarin de terugtrekking effectief gebeurt.

De overname van de activiteit van de intercommunale door de gemeente of door een andere vereniging treedt pas in voege op het ogenblik waarop alle bedragen die aan de intercommunale zijn verschuldigd, effectief betaald zijn terwijl zij ondertussen de activiteit blijft uitoefenen. Afdeling 4. - Diverse bepalingen

Art. 75.De boekhouding van de intercommunale wordt gevoerd volgens de wetgeving op de boekhouding van de ondernemingen.

De jaarrekeningen, het verslag van de revisoren en een gedetailleerd verslag van de activiteiten van de intercommunale worden jaarlijks toegestuurd aan alle gemeenteraadsleden van de aangesloten gemeenten, en dit binnen de termijnen vastgesteld door de statuten.

Zij worden voorgesteld door een vertegenwoordiger en de gemeenteraad neemt er akte van.

Art. 76.De intercommunale kan in eigen naam onteigeningen om redenen van openbaar nut verrichten, leningen aangaan, giften aanvaarden en subsidies ontvangen van openbare besturen.

Art. 77.De burgers met een andere dan de Belgische nationaliteit die geen onderdaan zijn van de Europese Unie of de Europese Economische Ruimte, komen in aanmerking voor civiele ambten bij de intercommunale die geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden en niet voorzien in de bescherming van de algemene belangen van de Staat of andere openbare instanties.

Art. 78.Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kan de intercommunales onderwerpen aan de fiscaliteit voor gewestelijke aangelegenheden. HOOFDSTUK 2. - Het toezicht op intercommunales en hun filialen Afdeling 1. - Algemene bepalingen

Art. 79.Bij de uitoefening van het gewoon toezicht worden de akten van de intercommunale en de besluiten van de Regering verzonden, hetzij bij ter post aangetekende brief met ontvangstmelding, hetzij per bode, tegen afgifte van een ontvangstbewijs.

Voor de verzending mag eveneens gebruik gemaakt worden van e-mail gevalideerd door een geavanceerde elektronische handtekening. De ontvangst van een per e-mail verzonden akte wordt bevestigd met een ontvangstbewijs.

De Regering bepaalt het praktisch verloop van deze verzendingen.

Art. 80.Met betrekking tot de termijnen waaraan zij is gebonden, dient de Regering te voldoen aan de volgende regels : 1° de termijn gaat in op de dag na de ontvangst van de akte van de intercommunale;2° de dag waarop de termijn verstrijkt, wordt meegerekend;3° elk besluit van de Regering moet schriftelijk worden bekendgemaakt aan de intercommunale en op straffe van nietigheid dient dit verstuurd te worden uiterlijk op de dag waarop de termijn verstrijkt. Indien de vervaldag op een zaterdag, een zondag of een feestdag valt, wordt deze naar de eerstvolgende werkdag verschoven. Onder feestdagen wordt verstaan : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaart, Pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1, 2, 11 en 15 november, 25 en 26 december, alsook de dagen die bij ordonnantie of besluit van de Regering worden vastgesteld.

Elk besluit dat een vernietiging, schorsing of niet-goedkeuring betreft en voorziet in een maatregel tot vervanging van een handeling of een termijn verlengt, dient uitdrukkelijk gemotiveerd te worden. Afdeling 2. - Het informeren van de toezichthoudende overheid

Art. 81.§ 1. Intercommunales sturen hun akten door naar de Regering als deze betrekking hebben op de volgende onderwerpen : 1° akten die zijn onderworpen aan het goedkeuringstoezicht krachtens artikel 87;2° akten houdende intrekking of verantwoording van een geschorste akte;3° akten van de algemene vergadering; 4° de keuze van de procedure voor de gunning en de vaststelling van de voorwaarden voor overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten met betrekking tot opdrachten met een bedrag dat exclusief belasting op de toegevoegde waarde gelijk is aan of hoger is dan 175.000 euro, alsook de selectie van inschrijvers, kandidaten of deelnemers aan deze opdrachten en de toewijzing hiervan; 5° de akten waarmee de raad van bestuur de voorwaarden voor concessies voor werken en diensten vaststelt en deze waarmee de raad van bestuur inschrijvers of kandidaten voor deze concessies selecteert en deze toewijst;6° de reglementen en wijzigingen daarvan;7° de overeenkomsten tussen intercommunales of tussen intercommunales en andere openbare besturen;8° de regels die het personeelsstatuut organiseren;9° de participaties in een openbare of privéonderneming. § 2. Deze akten worden doorgestuurd binnen twintig dagen nadat ze zijn vastgesteld. De akten gaan vergezeld van alle stukken die vereist zijn om te controleren of zij beantwoorden aan de wet en het algemeen belang. § 3. Akten die bij wet in de beide landstalen moeten worden opgesteld, worden in de beide talen doorgestuurd. § 4. De Regering bezorgt het Observatorium van de Referentieprijzen voor de Overheidsopdrachten de akten van de intercommunales die aan zijn adviezen onderworpen zijn of verzoekt de intercommunale dit te doen.

Art. 82.De intercommunales sturen de Regering de lijst met akten van de wettelijke of statutaire bestuursorganen toe waarin alle akten, behoudens deze bedoeld in artikel 81 beknopt staan omschreven, en dit binnen twintig dagen nadat ze zijn vastgesteld.

Art. 83.De Regering kan intercommunales verzoeken haar alle informatie, gegevens en inlichtingen toe te sturen die dienstig zijn en deze zelfs ter plaatse inwinnen. De Regering kan vaststellen hoe haar de gevraagde gegevens worden overgemaakt. Afdeling 3. - Algemeen toezicht

Art. 84.§ 1. De Regering kan bij besluit de uitoefening van een akte opschorten waarmee een intercommunale de wet of de statuten overtreedt of schaadt aan het algemeen belang.

De schorsingstermijn bedraagt dertig dagen na ontvangst van de akte.

De intercommunale kan de geschorste akte intrekken of verantwoorden.

Op straffe van nietigheid van de geschorste akte verstuurt het de akte waarmee het de geschorste akte verantwoordt naar de Regering binnen een termijn van veertig dagen na ontvangst van het schorsingsbesluit.

De schorsing wordt opgeheven bij het verstrijken van een termijn van veertig dagen na ontvangst van de akte waarmee de intercommunale de geschorste akte verantwoordt.

De termijn vermeld in het tweede en vijfde lid kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen, moet eveneens bekendgemaakt worden aan de intercommunale vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn. § 2. De akten van intercommunales die vermeld staan op de lijst bedoeld in artikel 82 kunnen niet langer geschorst of vernietigd worden indien de Regering deze akten niet binnen twintig dagen na ontvangst van de lijst heeft gevorderd bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.

De schorsings- of vernietigingstermijn van een akte die de Regering vordert binnen de termijn opgelegd in het eerste lid bedraagt twintig dagen na ontvangst van deze akte.

Art. 85.De Regering kan bij besluit een akte vernietigen waarmee een intercommunale de wet of zijn statuten overtreedt of het algemeen belang schaadt.

De vernietigingstermijn bedraagt dertig dagen na ontvangst van de akte of, in voorkomend geval van de akte waarmee de intercommunale een geschorste akte verantwoordt.

Deze termijn kan door de Regering één keer worden verlengd met een termijn van vijftien dagen. De beslissing om de termijn te verlengen moet eveneens bekendgemaakt worden aan de intercommunale vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn.

Art. 86.De akten van de intercommunales vermeld op de lijst bedoeld in artikel 82 kunnen niet meer geschorst of vernietigd worden indien de Regering deze akten niet binnen twintig dagen na ontvangst van de lijst heeft gevorderd bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs.

De schorsings- of vernietigingstermijn van een akte die de Regering vordert binnen de termijn opgelegd in het eerste lid bedraagt twintig dagen na ontvangst van de akte. Afdeling 4. - Goedkeuringstoezicht

Art. 87.De oprichtingsakte, de statuten en de eventuele bijlagen die hiervan krachtens de statuten ten volle deel uitmaken, alsook alle hieraan aangebrachte wijzigingen die voor de aangesloten gemeenten leiden tot bijkomende verplichtingen of een vermindering van hun rechten zijn onderworpen aan het goedkeuringstoezicht.

Art. 88.De goedkeuringstermijn bedraagt vijftig dagen na ontvangst van de akte.

De Regering kan deze termijn eenmalig verlengen voor een duur die niet langer mag zijn dan de oorspronkelijke termijn. De beslissing om de termijn bedoeld in het eerste lid te verlengen, moet bekendgemaakt worden aan de intercommunale vóór het verstrijken van de termijn.

Indien deze termijnen niet worden nageleefd, wordt de akte geacht te zijn goedgekeurd. Afdeling 5. - De bijzondere commissaris

Art. 89.§ 1. De Regering kan bij besluit een bijzondere commissaris aanstellen als de intercommunale verzuimt de gevraagde inlichtingen en elementen te verstrekken of de maatregelen in uitvoering te brengen die worden voorgeschreven door wetten, ordonnanties, besluiten, verordeningen of statuten of door een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan.

De bijzondere commissaris is gemachtigd om de gevraagde elementen of waarnemingen te verzamelen en om in plaats van de intercommunale alle noodzakelijke maatregelen te nemen, binnen de perken van het mandaat dat hem is verleend door het besluit waarmee hij is aangesteld. § 2. Voorafgaand aan het sturen van een bijzondere commissaris : 1° stuurt de Regering bij aangetekend schrijven de intercommunale een gemotiveerde aanmaning toe waarin zij uiteenzet wat zij vraagt van de intercommunale of welke maatregelen deze verzuimd heeft te nemen;2° verstrekt zij de intercommunale in diezelfde aanmaning een welbepaalde en redelijke termijn om haar vraag te beantwoorden, haar houding te verantwoorden, haar standpunt te bevestigen of de voorgeschreven maatregelen te treffen. § 3. De kosten, erelonen en wedden die zijn verbonden aan de uitvoering van de opdracht van de bijzondere commissaris komen ten laste van de personen die in gebreke zijn gebleven bij de uitoefening van hun functie of mandaat. Die kosten worden, zoals de inkomstenbelasting, ingevorderd door de ontvanger van de directe belastingen nadat de Regering het bevelschrift uitvoerbaar heeft verklaard.

Art. 90.De bepalingen die onder het hoofdstuk worden vermeld met betrekking tot het toezicht, zijn niet van toepassing op de beslissingen van de intercommunales waarin permanent een vertegenwoordiger van de Regering is aangesteld die beschikt over de voorrechten van een bijzondere commissaris.

De artikelen 79 tot 89 zijn mutatis mutandis toepasbaar op de filialen van intercommunales.

TITEL 6. - De meergemeentelijke vzw's

Art. 91.§ 1. In aangelegenheden die van gemeentelijk belang zijn, kunnen meerdere gemeenten een vzw oprichten of hierin samen rechtstreeks participeren, waarvan de activiteiten bestaan in het uitvoeren van taken van openbaar nut waaraan niet even efficiënt zou zijn voldaan door de algemene diensten van de gemeente. § 2. De Vereniging van de Stad en de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Brulocalis wordt uitgesloten van het toepassingsveld van deze titel.

Art. 92.Wanneer de gemeente beslist een meergemeentelijke vzw op te richten of hierin te participeren, dan steunt de beslissing van de gemeenteraad op een verslag van het college van burgemeester en schepenen dat aantoont dat de gemeente er voordeel bij heeft de uitvoering van taken van openbaar nut toe te vertrouwen aan een vereniging met een werkgebied dat verder reikt dan de gemeentegrenzen en anderzijds de keuze verantwoordt om een beroep te doen op de rechtsvorm van de vzw. Het verslag preciseert de doelstellingen van de meergemeentelijke vzw en de te nemen initiatieven om die te bereiken, een beschrijving van de interne organisatie en de controlemiddelen van de gemeente. Het bevat als bijlage een ontwerp van statuut of de bestaande statuten en, in voorkomend geval, een ontwerp van beheerovereenkomst.

Art. 93.De zetel van de meergemeentelijke vzw is gevestigd in één van de deelnemende gemeenten, in kantoren die toebehoren aan de meergemeentelijke vzw of aan één van de deelnemende publiekrechtelijke rechtspersonen.

Art. 94.§ 1. Elke andere publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoon mag eveneens deel uitmaken van de meergemeentelijke vzw. § 2. Ongeacht de verhouding van de inbrengen van de verschillende partijen bij de samenstelling van het maatschappelijk kapitaal beschikken de gemeenten steeds over de meerderheid van de stemmen in één of meerdere bestuursorganen van de meergemeentelijke vzw, waaronder de algemene vergadering.

Art. 95.§ 1. De gemeenteraad van elke gemeente stelt zijn vertegenwoordigers in de algemene vergadering van de meergemeentelijke vzw aan.

De statuten bepalen hoeveel leden door elke gemeente worden afgevaardigd.

De personen die hierbij worden aangesteld, zijn niet verplicht lid van de gemeenteraad die hen heeft afgevaardigd en zijn niet van hetzelfde geslacht. De aanstellingen kunnen worden herroepen. § 2. Minstens een derde van de leden van de raad van bestuur wordt aangewezen door de algemene vergadering op voordracht van de gemeenteraden of van de leden van de algemene vergadering die door de gemeenteraden zijn aangewezen.

De voorgedragen leden behoren niet tot hetzelfde geslacht. De gemeenteraden kunnen de algemene vergadering verzoeken leden te herroepen die zij of hun vertegenwoordigers hebben voorgedragen. § 3. Elk lid van een gemeenteraad dat in die hoedanigheid een mandaat uitoefent in een meergemeentelijke vzw wordt van rechtswege als ontslagnemend beschouwd van zodra het geen deel meer uitmaakt van de gemeenteraad. § 4. Na de volledige vernieuwing van de gemeenteraden blijven de leden van de algemene vergadering van de meergemeentelijke vzw die de gemeenten vertegenwoordigen in functie tot de nieuwe gemeenteraden hen vervangen hebben. § 5. Artikel 37 is van toepassing op de leden van de raad van bestuur van de meergemeentelijke vzw.

Art. 96.Tussen de meergemeentelijke vzw en de aangesloten gemeenten wordt een overeenkomst gesloten zoals bedoeld in de artikelen 39 en 40.

De jaarrekeningen en een gedetailleerd verslag van de activiteiten van de meergemeentelijke vzw worden jaarlijks toegestuurd aan alle gemeenteraadsleden van de aangesloten gemeenten, en dit binnen de termijnen vastgesteld door de statuten.

Zij worden voorgesteld door een bestuurder en de gemeenteraad neemt er akte van.

Art. 97.De administratieve toezichtregels die toepasbaar zijn op de gemeentelijke vzw's zijn ook van toepassing op de meergemeentelijke vzw's.

TITEL 7. - De verenigingen van gewestelijk belang

Art. 98.Het is de gemeenten toegestaan om binnen de bij ordonnantie bepaalde voorwaarden te participeren in verenigingen opgericht door het Gewest, waarin het beschikt over een meerderheid van stemmen in de bestuursorganen, om bij te dragen aan de verwezenlijking van doelstellingen van gewestelijk belang.

De bepalingen van de wetgeving met betrekking tot handelsvennootschappen zijn van toepassing op verenigingen van gewestelijk belang voor zover noch de tekst van de ordonnantie, noch de statuten hiervan afwijken wegens de bijzondere aard van de vereniging.

Wordt aanzien als « vereniging van gewestelijk belang » de vereniging waarin het Brussels Hoofdstedelijk Gewest over een meerderheid van stemmen beschikt in de verschillende bestuurs- en toezichtsorganen van de vereniging van gewestelijk belang.

Het is de vereniging van gewestelijk belang toegestaan bij ordonnantie een filiaal op te richten met om het even welke publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoon voor zover het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beschikt over een meerderheid van stemmen in de verschillende bestuurs- en toezichtsorganen van het filiaal.

De oprichting van sub-filialen is verboden.

TITEL 8. - Overgangs- en slotbepalingen

Art. 99.Worden opgeheven : 1° de artikelen 86 tot 88 van de gemeentewet van 30 maart 1836 aangezien deze voorzien in bepalingen met betrekking tot het toezicht op de autonome gemeentebedrijven van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;2° hoofdstuk V van Titel VI van de Nieuwe Gemeentewet met uitzondering van artikel 263decies;3° de wet van 22 december 1986 betreffende de intercommunales, met uitzondering van artikel 8, tweede en derde lid, aangezien dit van toepassing is op een gemeente die zou beslissen voor heel haar grondgebied een doel van gemeentelijk belang toe te vertrouwen aan één enkel gemeentebedrijf, en met uitzondering van de artikelen 26, 27 en 28, eerste lid;4° de ordonnantie van 19 juli 2001 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;5° het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot bepaling van de activiteiten van industriële of commerciële aard waarvoor de gemeenteraad een autonoom gemeentebedrijf met rechtspersoonlijkheid kan oprichten.

Art. 100.Autonome gemeentebedrijven, intercommunales en gemeentelijke en meergemeentelijke vzw's die zijn opgericht vóór de datum van inwerkingtreding van deze ordonnantie dienen hun statuten in overeenstemming te brengen met deze ordonnantie en zich te houden aan de overige verplichtingen die deze ordonnantie oplegt, en dit binnen een maximale termijn van 24 maanden te rekenen vanaf de inwerkingtreding van deze ordonnantie.

Art. 101.Deze ordonnantie treedt in werking de eerste dag van de tweede maand volgend op de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 102.Het toezicht dat deze ordonnantie organiseert op de akten van de autonome gemeentebedrijven en hun filialen, de intercommunales en hun filialen en de gemeentelijke vzw's geldt niet voor akten die dateren van vóór de inwerkingtreding van de ordonnantie.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 5 juli 2018.

De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, G. VANHENGEL De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, D. GOSUIN De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, P. SMET De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, C. FREMAULT _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2017-2018 A-576/1 Ontwerp van ordonnantie A-576/2 Verslag A-576/3 Amendement na verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 8 juni 2018

^