Etaamb.openjustice.be
Document van 24 mei 2018
gepubliceerd op 19 juli 2018

Besluit van de Regering betreffende de bezwarencommissie bij gemeenteraadsverkiezingen

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2018202971
pub.
19/07/2018
prom.
24/05/2018
ELI
eli/besluit/2018/05/24/2018202971/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 MEI 2018. - Besluit van de Regering betreffende de bezwarencommissie bij gemeenteraadsverkiezingen


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op de wet van 31 december 1983Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/1983 pub. 11/12/2007 numac 2007000934 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, artikel 7;

Gelet op het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, artikel L4146-9, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 21 november 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/11/2016 pub. 22/12/2016 numac 2016206175 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Decreet tot wijziging van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, in het bijzonder inzake gemeenteraadsverkiezingen sluiten;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 20 februari 2018;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister-President, bevoegd voor Begroting, d.d. 23 februari 2018;

Gelet op advies 63.107/4 van de Raad van State, gegeven op 17 april 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister bevoegd voor Lokale Besturen;

Na beraadslaging, Beschließt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op alle bezwaren die worden ingediend bij de bezwarencommissie opgericht overeenkomstig artikel L4146-5, eerste lid, van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, hierna 'Wetboek'.

Art. 2.De bezwarencommissie opgericht bij artikel L4146-5, eerste lid, van het Wetboek is gevestigd bij het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, Gospertstraße 1 te 4700 Eupen.

Art. 3.De leden van de bezwarencommissie hebben recht op presentiegeld en reiskostenvergoeding overeenkomstig het besluit van de Regering van 12 juli 2001 tot harmonisatie van het presentiegeld en van de reisvergoedingen in instellingen en raden van beheer van de Duitstalige Gemeenschap. HOOFDSTUK 2. - Bezwarenprocedure Afdeling 1. - Geldigverklaring van de gemeenteraadsverkiezingen

Art. 4.Overeenkomstig artikel L4146-8, § 1, eerste lid, van het Wetboek moeten bezwaren, op straffe van verval, worden ingediend binnen tien dagen na opmaak van het proces-verbaal met de uitslag van de verkiezingen, zoals die overeenkomstig artikel L4146-4 van het Wetboek door het gemeentelijke bureau is afgekondigd.

Art. 5.Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend in de vorm van een gedagtekend verzoekschrift dat de volgende gegevens bevat : 1° de identiteit en de woonplaats van de verzoekende partij;2° het voorwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van de feiten en middelen;3° de naam en de zetel van de tegenpartij. De verzoekende partij voegt bij haar bezwaar een afschrift van het bestreden proces-verbaal.

Art. 6.Overeenkomstig artikel L4146-8, § 1, tweede lid, van het Wetboek wordt het verzoekschrift tegen ontvangstbewijs bij de bezwarencommissie afgegeven of per aangetekende brief aan de bezwarencommissie gericht.

Art. 7.De voorzitter van de bezwarencommissie zendt de andere partijen zonder verwijl een afschrift van het verzoekschrift toe.

Die partijen beschikken over een termijn van tien dagen om de bezwarencommissie een memorie te doen geworden.

De voorzitter van de bezwarencommissie deelt de partijen mee op welke dagen en uren zij inzage van het dossier kunnen nemen. Hij zendt de memories van antwoord zonder verwijl aan de verzoekende partij. Hij geeft de partijen kennis van de datum van de openbare terechtzitting.

Art. 8.Overeenkomstig artikel L4146-10 van het Wetboek geschieden de uiteenzetting van de zaak door een lid van de bezwarencommissie en de uitspraak van de beslissing in openbare vergadering. De beslissing is met redenen omkleed en vermeldt de naam van de verslaggever en de namen van de aanwezige leden, alles op straffe van nietigheid.

Art. 9.Overeenkomstig artikel L4146-12, § 1, van het Wetboek doet de bezwarencommissie uitspraak binnen dertig dagen na ontvangst van het verzoekschrift.

Art. 10.Onverminderd de bepalingen van artikel L4146-14 van het Wetboek brengt de bezwarencommissie haar beslissing of uitblijven van een beslissing binnen de voorgeschreven termijn - overeenkomstig artikel L4146-13 van het Wetboek - binnen drie dagen per aangetekend schrijven ter kennis van de gemeenteraad en van de verzoekende partij. Afdeling 2. - Controle van de verkiezingsuitgaven

Art. 11.De bepalingen van afdeling 1 zijn mutatis mutandis van toepassing op de bezwaren die overeenkomstig artikel L4146-29 van het Wetboek bij de bezwarencommissie zijn ingediend. HOOFDSTUK 3. - Onderzoek Afdeling 1. - Onderzoeksmaatregelen

Art. 12.De bezwarencommissie of degene die zij onder haar leden aanwijst, kan rechtstreeks briefwisseling voeren met alle overheden en deze overheden alle dienstige inlichtingen vragen.

Ze heeft het recht zich door de administratieve overheden alle bescheiden te doen overleggen.

Ze kan van de partijen en de advocaten van de partijen alle aanvullende ophelderingen vorderen.

Art. 13.De bezwarencommissie of degene die zij onder haar leden aanwijst, kan de partijen en alle andere personen horen.

Het proces-verbaal van verhoor wordt ondertekend door de voorzitter van de bezwarencommissie en door de gehoorde persoon. Als een lid van de bezwarencommissie aangewezen wordt om aan het verhoor deel te nemen, ondertekent dat lid ook het proces-verbaal.

Art. 14.De bezwarencommissie of degene die zij onder haar leden aanwijst, kan ter plaatse overgaan tot alle vaststellingen.

De partijen en hun advocaten worden hierbij opgeroepen. Afdeling 2. - Getuigenverhoor ter terechtzitting

Art. 15.In geval van getuigenverhoor ter terechtzitting worden de partijen en hun advocaten opgeroepen.

Het proces-verbaal van verhoor wordt getekend door de voorzitter van de bezwarencommissie en door de gehoorde persoon. HOOFDSTUK 4. - Tussengeschillen Afdeling 1. - Betichting van valsheid

Art. 16.Indien een partij een overgelegd stuk van valsheid beticht, wordt de partij die het stuk heeft overgelegd, door de bezwarencommissie zonder verwijl verzocht te verklaren of zij volhardt in haar voornemen ervan gebruik te maken.

Indien de partij niet ingaat op dat verzoek of verklaart dat zij geen gebruik wenst te maken van het stuk, wordt het stuk verworpen.

Indien zij verklaart dat zij er gebruik van wil maken en het stuk aldus van wezenlijk belang is voor de oplossing van het geschil, schorst de bezwarencommissie het geding tot het bevoegde rechtscollege over de valsheid uitspraak heeft gedaan. Indien het geschil bij geen enkel rechtscollege aanhangig is gemaakt, oordeelt de bezwarencommissie over de bewijskracht van het stuk.

Indien uitspraak kan worden gedaan zonder dat met het van valsheid betichte stuk rekening wordt gehouden, wordt de rechtspleging voortgezet. Afdeling 2. - Tussenkomst

Art. 17.Degenen die belang hebben bij de oplossing van het geschil kunnen erin tussenkomen.

De partijen kunnen diegenen wier aanwezigheid zij voor de zaak vereist achten, in tussenkomst roepen.

De bezwarencommissie kan het bezwaar meedelen aan eenieder wiens belangen bij de zaak betrokken zijn.

Art. 18.De eis tot tussenkomst geschiedt voor de sluiting van de debatten, bij verzoekschrift gesteld overeenkomstig artikel 5.

Het verzoekschrift vermeldt bovendien de gronden van de tussenkomst.

Art. 19.De bezwarencommissie doet zonder verwijl uitspraak over de ontvankelijkheid van het verzoekschrift.

De voorzitter van de bezwarencommissie brengt de beslissing ter kennis van de partijen, van de tussenkomende partij of van de in tussenkomst geroepen derden.

De tussenkomst mag de beslissing in de zaak niet vertragen. Afdeling 3. - Hervatting van het geding

Art. 20.Indien een van de partijen voor de sluiting van de debatten komt te overlijden, is er grond tot hervatting van het geding.

Behoudens spoedeisende gevallen wordt de rechtspleging geschorst gedurende een termijn van drie maanden en veertig dagen die de erfgenamen wordt toegekend voor boedelbeschrijving en beraad.

Het geding moet uiterlijk binnen acht dagen na het verstrijken van die termijn worden hervat.

Art. 21.De rechthebbenden van de overledene hervatten het geding door middel van een aan de bezwarencommissie gericht verzoekschrift dat gesteld is overeenkomstig artikel 5.

De voorzitter van de bezwarencommissie zendt de partijen een afschrift van dat verzoekschrift toe.

Art. 22.Na het verstrijken van de termijn voor boedelbeschrijving en beraad kan de rechtspleging op geldige wijze hervat worden tegen de rechthebbenden van de overledene, door middel van een verzoekschrift gesteld overeenkomstig artikel 5.

Art. 23.In de andere gevallen waarin er grond bestaat tot hervatting van het geding geschiedt zulks door een verklaring bij de bezwarencommissie. Afdeling 4. - Afstand van het geding

Art. 24.Wanneer uitdrukkelijk wordt afgezien van de eis doet de bezwarencommissie zonder verwijl uitspraak over de afstand. Afdeling 5. - Samenhang

Art. 25.Indien er grond bestaat om door eenzelfde beslissing uitspraak te doen over verscheidene zaken kan de voorzitter hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de partijen de samenvoeging van de zaken bevelen.

Ze geeft van die beschikking kennis aan de partijen. Afdeling 6. - Wraking

Art. 26.De leden van de bezwarencommissie kunnen gewraakt worden om de redenen die luidens de artikelen 828 en 830 van het Gerechtelijk Wetboek tot wraking aanleiding geven.

Ieder lid van de bezwarencommissie dat weet dat hem een grond van wraking treft, moet dat meedelen. De bezwarencommissie beslist of het lid zich al dan niet moet onthouden.

Art. 27.Wie wil wraken, moet dit doen zodra hij van de wrakingsgrond kennis heeft.

Art. 28.De wraking wordt gevraagd bij een met redenen omkleed verzoekschrift gesteld overeenkomstig artikel 5.

Art. 29.Over de wraking wordt zonder verwijl uitspraak gedaan, nadat de wrakende partij en het gewraakte lid zijn gehoord. HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen

Art. 30.In de bijlage van het besluit van de Regering van 12 juli 2001 tot harmonisatie van het presentiegeld en van de reisvergoedingen in instellingen en raden van beheer van de Duitstalige Gemeenschap, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van de Regering van 28 oktober 2016, wordt een bepaling onder 5° ingevoegd, luidende: "5° Sektor "Lokale Besturen" - De bezwarencommissie bij gemeenteraadsverkiezingen"

Art. 31.De minister die bevoegd is voor Lokale Besturen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 24 mei 2018.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, O. PAASCH De Viceminister-President, Minister van Cultuur, Werkgelegenheid en Toerisme, I. WEYKMANS

^