Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 11 oktober 2007
gepubliceerd op 08 januari 2008

Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit van het Verenigd College van 15 september 2005 houdende het geldelijk statuut van de personeelsleden van de diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, wat de eindejaarstoelage betreft

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2007031553
pub.
08/01/2008
prom.
11/10/2007
ELI
eli/besluit/2007/10/11/2007031553/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 OKTOBER 2007. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit van het Verenigd College van 15 september 2005 houdende het geldelijk statuut van de personeelsleden van de diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad, wat de eindejaarstoelage betreft


Het Verenigd College, Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, inzonderheid op artikel 79, § 1;

Gelet op het besluit van het Verenigd College van 15 september 2005 houdende het geldelijk statuut van de personeelsleden van de diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad;

Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 10 oktober 2007;

Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt, gegeven op 1 oktober 2007;

Gelet op het advies van de Directieraad, gegeven op 17 april 2007;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 februari 2007;

Gelet op het protocol nr 2007/14 van het Sectorcomité XV van 29 maart 2007;

Gelet op het advies 43.340/2/V, gegeven op 21 augustus 2007 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 27 van het besluit van het Verenigd College van 15 september 2005 houdende het geldelijk statuut van de personeelsleden van de diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad vervallen de woorden « en de eindejaarstoelage ».

Art. 2.In hetzelfde besluit, wordt een artikel 29bis ingevoegd, luidende : «

Art. 29bis.§ 1. Onverminderd artikel 29, 3°, van het koninklijk besluit van 22 december 2000 tot bepaling van de algemene principes van het administratief en geldelijk statuut van de rijksambtenaren die van toepassing zijn op het personeel van de diensten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en van de Franse Gemeenschapscommisie, alsook op de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen, bekomen de ambtenaar en de stagiair het volledig genot van het bedrag van de in §§ 4 tot 7 bepaalde eindejaarstoelage, indien zij als titularis van een ambt met volledige prestaties het volledig voordeel van hun wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding hebben genoten tijdens de hele periode van 1 januari tot 30 september van het in aanmerking genomen jaar. « § 2. Wanner de ambtenaar of de stagiair, als titularis van een ambt met volledige of onvolledige prestaties, niet het volledig voordeel van hun in § 1 bedoelde wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding hebben genoten, bekomen zij een eindejaarstoelage waarvan het bedrag verminderd wordt naar rata van de wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding die zij werkelijk hebben ontvangen. « § 3. Wanner de ambtenaar of de stagiair, als titularis van een ambt met volledige of onvolledige prestaties, tijdens de periode van 1 januari tot 30 september van het in aanmerking genomen jaar : 1° met ouderschapsverlof waren;2° niet in dienst zijn kunnen treden of hun ambtsverplichtingen hebben geschorst wegens de verplichtingen die hem worden opgelegd, krachtens de wet van 16 mei 2001 houdende statuut van de militairen van het reservekader van de krijgsmacht, worden deze periodes gelijkgesteld met periodes tijdens welke zij het volledig voordeel van hun wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding hebben genoten. « § 4. Het bedrag van de eindejaarstoelage bestaat uit een forfaitair gedeelte en een veranderlijk gedeelte. « § 5. Het bedrag van de eindejaarstoelage wordt berekend als volgt : 1° voor het forfaitair gedeelte : het bedrag van het forfaitair gedeelte wordt, voor het jaar 2006, op 263,64 EUR vastgesteld en, voor het jaar 2007, op 336,48 EUR.Deze bedragen worden aan het spilindexcijfer 138,01 van de consumptieprijzen gekoppeld en worden geïndexeerd op dezelfde wijze als de voor de maand oktober van het lopende jaar verschuldigde wedde; 2° voor het veranderlijk gedeelte : het veranderlijk gedeelte bedraagt 2,5 pct.van de jaarlijkse brutowedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding die tot grondslag diende voor de berekening van de wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding aan de gerechtigde voor de maand oktober van het in aanmerking genomen jaar. « § 6. Wanneer de ambtenaar of de stagiair niet hun wedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding hebben genoten voor de maand oktober van het in aanmerking genomen jaar, komt voor de berekening van het verandelijk gedeelte van de toelage die jaarlijkse brutowedde of in plaats daarvan gestelde vergoeding in aanmerking welke voor de berekening van de wedde voor deze maand tot grondslag zou hebben gediend, indien deze laatste verschuldigd was geweest. « § 7. Voor de ambtenaar of de stagiair die van de in artikel 27 bedoelde gewaarborgde bezoldiging genieten, zal het bedrag van de gewaarborgde bezoldiging in aanmerking moeten worden genomen voor de berekening van het veranderbaar gedeelte van de eindejaarstoelage. « § 8. Op de eindejaarstoelage worden de inhoudingen verricht welke zijn vastgesteld krachtens de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, behalve voor de gerechtigden die uitsluitend onderworpen zijn aan de regeling van verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit, sector geneeskundige verzorging. « § 9. De eindejaarstoelage wordt tijdens de maand december van het in aanmerking genomen jaar uitbetaald. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.

Art. 4.De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt, worden belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 11 oktober 2007.

Voor het Verenigd College : Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor het Openbaar Ambt, P. SMET De Voorzitter van het Verenigd College, Ch. PICQUE

^