Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 19 juni 2014
gepubliceerd op 31 oktober 2014

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verkiezingsprocedures van Directeur-Presidenten en Categoriedirecteurs van de Hogescholen georganiseerd en gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2014029658
pub.
31/10/2014
prom.
19/06/2014
ELI
eli/besluit/2014/06/19/2014029658/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 JUNI 2014. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de verkiezingsprocedures van Directeur-Presidenten en Categoriedirecteurs van de Hogescholen georganiseerd en gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen en artikel 68, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2006, en artikel 69bis, ingevoegd bij het decreet van 11 april 2014;

Gelet op het onderhandelingsprotocol van het Onderhandelingscomité van sector IX, van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, afdeling II, en van het Onderhandelingscomité voor de statuten van het personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs;

Gelet op het overleg van 28 maart 2014 met de inrichtende machten van de Hogescholen;

Gelet op het overleg van 12 maart 2014 met de representatieve studentenverenigingen erkend op gemeenschapsniveau, overeenkomstig artikel 33 van het decreet van 21 september 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/09/2012 pub. 23/10/2012 numac 2012029442 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de deelneming en de vertegenwoordiging van studenten in het hoger onderwijs sluiten betreffende de deelneming en de vertegenwoordiging van studenten in het hoger onderwijs;

Gelet op het advies nr. 56.273/2 van de Raad van State, gegeven op 21 mei 2014 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Opmaken van lijsten voor de verkiezing van kandidaten voor het ambt van directeur-voorzitter en de ambten van categoriedirecteur

Artikel 1.Voor het opmaken van de lijst met drie kandidaten voor het ambt van Directeur-Voorzitter worden kiezers de leden van de verschillende personeelscategorieën van de Hogeschool die op de datum van de afsluiting van de kieslijsten minimum één tiende van een volledige tijdsbezetting binnen deze presteren. De personeelsleden moeten over een contract- of statutair verband met de hogeschool beschikken en dit, tijdens elk van de drie jaren voorafgaand aan de datum van de afsluiting van deze lijsten.

Art. 2.Onverminderd artikel 100 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, voor het opmaken van de lijst met drie kandidaten voor het ambt van Categoriedirecteur, worden kiezers de personeelsleden van de Hogeschool, die volledig of gedeeltelijk aangewezen worden voor de betrokken categorie, en die op de datum van de afsluiting van de kieslijsten minimum één tiende van een volledige tijdsbezetting binnen deze presteren. De personeelsleden moeten over een contract- of statutair verband met de Hogeschool beschikken tijdens elk van de drie jaren voorafgaand aan de datum van afsluiting van deze lijsten.

Art. 3.Het secretariaat van de Hogeschool stelt de kieslijst op voor elke verkiezing, in voorkomend geval per georganiseerd onderwijscategorie. Ze wordt vier weken vóór de verkiezingsdatum bedoeld in dit besluit afgesloten. De kieslijsten worden bekendgemaakt door aanplakking bij de afsluiting ervan. Ze kunnen ook geraadpleegd worden aan het secretariaat van de Hogeschool.

Art. 4.Bij elke verkiezing wordt een verkiezingscommissie opgericht.

Ze is samengesteld uit vijf personeelsleden van de Hogeschool, aangewezen door de academische overheden van de Hogeschool op advies van het Directiecollege buiten de kandidaten. Deze Commissie stelt haar voorzitter aan.

De secretaris van de Verkiezingscommissie wordt aangesteld door de Voorzitter van de Verkiezingscommissie.

Een waarnemer, aangesteld door het plaatselijk overlegorgaan, wordt uitgenodigd op de vergaderingen van deze commissie.

Art. 5.§ 1. De Verkiezingscommissie bepaalt haar huishoudelijk reglement, voert alle verkiezingsoperaties en zorgt voor het goede verloop en de regelmatigheid ervan. § 2. Elke klacht betreffende een of andere onregelmatigheid in de organisatie en het verloop van de verkiezingen wordt per aangetekende brief aan de Voorzitter van de Verkiezingscommissie gestuurd, ten laatste binnen de drie dagen nadat de resultaten bedoeld in de artikelen 11 en 14 worden aangeplakt. Indien de termijn op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag verstrijkt, wordt deze verlengd tot de dag daarna.

De klacht kan ook ingediend worden door een geschreven tekst te bezorgen aan de Voorzitter van de Verkiezingscommissie binnen de termijn bedoeld in het eerste lid. De handtekening geplaatst door de Voorzitter op het dubbele van die geschreven tekst geldt slechts als ontvangstbewijs van de indiening van de klacht.

De Verkiezingscommissie beslist binnen de vijf dagen over de indiening van een klacht neergelegd overeenkomstig de vorige leden. Wanneer een verkiezing door de Verkiezingscommissie nietig verklaard wordt, wordt een nieuwe stemming georganiseerd binnen de tien dagen na deze nietigverklaring. Indien de termijn op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag verstrijkt, wordt deze verlengd tot de dag daarna. HOOFDSTUK II. - Kandidaten Afdeling 1. - Categoriedirecteurs

Art. 6.Onverminderd artikel 100 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, doen de academische overheden van de Hogeschool ofwel bij aanplakking, ofwel langs elektronische aankondigingenborden, een beroep op de kandidaturen met het oog op de verkiezing voor de ambten van Categoriedirecteur ten minste tussen de achtste en zesde week voorgaand aan het einde van het mandaat van Categoriedirecteur in dienst. De weken tussen 15 juli en 15 augustus, alsook de twee weken wintervakantie of de twee weken lentevakantie, worden niet in aanmerking genomen.

Art. 7.De kandidaten voor het ambt van Categoriedirecteur dienen hun kandidatuur in bij de academische overheden in de loop van de eerste veertien dagen volgend op de bekendmaking van de oproep tot kandidaten. Hun namen worden aangeplakt ten laatste de eerste dag volgend op het verstrijken van de termijn voorzien voor de indiening van de kandidaturen. Indien de termijn op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag verstrijkt, wordt deze verlengd tot de dag daarna. Afdeling 2. - Directeur-Voorzitter

Art. 8.De academische overheden van de Hogeschool, doen, ofwel bij aanplakking, ofwel langs elektronische aankondigingenborden, een beroep op de kandidaturen met het oog op de verkiezing voor de ambten van Directeur-Voorzitter ten laatste de zesde week voorafgaand aan het einde van het mandaat van Directeur-Voorzitter in dienst. De weken tussen 15 juli en 15 augustus, alsook de twee weken van wintervakantie of de twee weken van lentevakantie, worden niet in aanmerking genomen.

Art. 9.De kandidaten voor het ambt van Directeur-Voorzitter dienen hun kandidatuur in bij de academische overheden van de Hogeschool in de loop van de eerste veertien dagen volgend op de bekendmaking van de oproep tot kandidaten. Hun namen worden aangeplakt ten laatste de eerste dag volgend op het verstrijken van de termijn voorzien voor de indiening van de kandidaturen. Indien de termijn op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag verstrijkt, wordt deze verlengd tot de dag daarna. HOOFDSTUK III. - Stemming Afdeling 1. - Categoriedirecteurs

Art. 10.De stemming is slechts geldig als de meerderheid van de personeelsleden van de betrokken georganiseerde onderwijscategorie gestemd heeft. De stemming is geheim. Elke kiezer beschikt over een stem.

Art. 11.Na de stemming worden de personen die, per georganiseerde onderwijscategorie, de meeste stemmen hebben behaald, tot kandidaat voorgedragen. Hun namen worden onmiddellijk aangeplakt.

Art. 12.Indien geen enkele klacht ingediend wordt bij de Verkiezingscommissie bedoeld in artikel 4, worden de resultaten van de verkiezingen door de Directeur-Voorzitter aan de inrichtende macht bezorgd en dit, ten laatste de vierde dag na de datum van de afsluiting van de verkiezingen. Indien de termijn op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag verstrijkt, wordt deze verlengd tot de dag daarna.

Indien de Verkiezingscommissie een klacht ontvangt, zullen de resultaten slechts de negende dag volgend op de datum van de afsluiting van de verkiezing bezorgd worden.

Bij staking van stemmen bevat de lijst die aan de academische overheden bezorgd wordt, naast de twee eerste kandidaten, de kandidaten die als derde gerangschikt worden en die een gelijk aantal stemmen behaald hebben. Afdeling 2. - Directeur-Voorzitter

Art. 13.De stemming is slechts geldig als de meerderheid van de personeelsleden van de Hogeschool gestemd heeft. De stemming is geheim. Elke kiezer beschikt over een stem.

Art. 14.Na de stemming worden de personen die de meeste stemmen hebben behaald, tot kandidaat voorgedragen. Hun namen worden onmiddellijk aangeplakt.

Art. 15.Indien geen enkele klacht bij de Verkiezingscommissie bedoeld in artikel 4 ingediend wordt, worden de resultaten van de verkiezingen door het oudste lid in dienst binnen het Directiecollege aan de inrichtende macht bezorgd, en dit ten laatste de vierde werkdag volgend op de datum van de afsluiting van de verkiezingen.

Indien de Verkiezingscommissie een klacht ontvangt, zullen de resultaten slechts bezorgd worden de negende dag volgend op de datum van de afsluiting van de verkiezingen.

Bij staking van stemmen bevat de lijst die aan de academische overheden bezorgd wordt, naast de twee eerste kandidaten, de kandidaten die als derde gerangschikt worden en die een gelijk aantal stemmen behaald hebben HOOFDSTUK IV. - Wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 augustus 1996 tot regeling van de samenstelling en werking van de pedagogische raad, de sociale raad, de categorieraden en de departementsraden en van de werking van de raad van bestuur en van het bestuurscollege van de door de Franse Gemeenschap georganiseerde hogescholen.

Art. 16.Artikel 52 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 augustus 1996 tot regeling van de samenstelling en werking van de pedagogische raad, de sociale raad, de categorieraden en de departementsraden en van de werking van de raad van bestuur en van het bestuurscollege van de door de Franse Gemeenschap georganiseerde hogescholen, wordt vervangen als volgt : « Artikel 52 . Voor het opmaken van de lijst met drie kandidaten voor het ambt van Directeur-Voorzitter worden kiezers de leden van de verschillende personeelscategorieën van de Hogeschool die op de datum van de afsluiting van de kieslijsten minimum één tiende van een volledige tijdsbezetting in hoofdambt binnen deze presteren. De personeelsleden moeten over een contract- of statutair verband met de hogeschool beschikken tijdens elk van de drie jaren voorafgaand aan de datum van de afsluiting van deze lijsten. »

Art. 17.§ 2 van artikel 56 van hetzelfde besluit wordt geschrapt.

Art. 18.Het derde lid van artikel 57 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Worden kiezers de personeelsleden van de Hogeschool die op de datum van de afsluiting van de kieslijsten minimum één tiende van een volledige tijdsbezetting binnen de categorie presteren waarin de directeur vervangen wordt. De personeelsleden moeten over een contract- of statutair verband met de Hogeschool beschikken tijdens elk van de drie jaren voorafgaand aan de datum van de afsluiting van deze lijsten. ».

Art. 19.§ 2 van artikel 63 van hetzelfde besluit wordt geschrapt. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 20.De verkiezingen die aan de gang of afgesloten zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, zijn niet bedoeld bij de bepalingen van dit besluit.

Art. 21.De Minister van Hoger Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 19 juni 2014.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Hoger Onderwijs, J.-C. MARCOURT

^