Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 07 juni 2013
gepubliceerd op 15 juli 2013

Besluit van de Vlaamse Regering houdende opheffing van Watering der Zeven Heerlijkheden

bron
vlaamse overheid
numac
2013203900
pub.
15/07/2013
prom.
07/06/2013
ELI
eli/besluit/2013/06/07/2013203900/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

7 JUNI 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende opheffing van Watering der Zeven Heerlijkheden


De Vlaamse Regering, Gelet op de wet van 5 juli 1956 betreffende de wateringen, gewijzigd bij decreet van 18 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/07/2003 pub. 14/11/2003 numac 2003201696 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het integraal waterbeleid sluiten betreffende het integraal waterbeleid, artikel 2, 6 en 7;

Gelet op de wet van 28 december 1967Relevante gevonden documenten type wet prom. 28/12/1967 pub. 17/08/2007 numac 2007000737 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de onbevaarbare waterlopen sluiten betreffende de onbevaarbare waterlopen, artikel 2 en 7;

Gelet op het decreet van 18 juli 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/07/2003 pub. 14/11/2003 numac 2003201696 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende het integraal waterbeleid sluiten betreffende het integraal waterbeleid, laatst gewijzigd bij decreet van 1 maart 2013;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1958 houdende bepaling van de datum waarop de wet betreffende de wateringen en de wet betreffende de polders in werking treden, en houdende afbakening van de polderzones;

Overwegende dat de opheffing van kleine en geïsoleerde wateringen bijdraagt tot administratieve vereenvoudiging voor de gemeenten en provincies, en tot een betere dienstverlening voor de burgers; dat het voorstel tot opheffing van Watering der Zeven Heerlijkheden hiertoe bijdraagt;

Overwegende dat tijdens het openbaar onderzoek dat werd georganiseerd van 29 november 2012 tot en met 18 december 2012 in de gemeente Mol, geen bezwaren werden ingediend;

Overwegende dat de gemeente Mol reeds advies verleende in de voorafgaande adviesronde; dat het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Mol in zitting van 16 mei 2012 een gunstig advies geeft voor de afschaffing van Watering der Zeven Heerlijkheden waarbij het volledige beheer van de waterlopen wordt overgedragen aan de provincie Antwerpen vanaf 1 januari 2013 en waterlopen van 3e categorie worden geklasseerd in 2e categorie;

Overwegende dat een mogelijke herklassering van de waterlopen dient te gebeuren via een afzonderlijke procedure;

Overwegende dat de Watering der Zeven Heerlijkheden in algemene vergadering van 21 december 2011 akkoord is gegaan met de opheffing van de watering;

Overwegende dat de Watering der Zeven Heerlijkheden met een oppervlakte van 353 ha te klein is om als afzonderlijke bestuur te blijven functioneren, dat een fusie met een andere watering uitgesloten is omwille van de geïsoleerde ligging en de watering instemt met de opheffing;

Gelet op het gunstig advies van de deputatie van de provincie Antwerpen, gegeven op 28 februari 2013;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 juni 2013;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De Watering der Zeven Heerlijkheden wordt opgeheven.

Art. 2.Na opheffing van Watering der Zeven Heerlijkheden worden de waterlopen beheerd zoals bepaald in de wet van 28 december 1967Relevante gevonden documenten type wet prom. 28/12/1967 pub. 17/08/2007 numac 2007000737 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de onbevaarbare waterlopen sluiten betreffende de onbevaarbare waterlopen.

Art. 3.Het vermogen van de in artikel 1 opgeheven watering wordt verdeeld onder de provincie Antwerpen en de gemeente Mol naar rato van het aantal kilometer te beheren waterlopen en wordt aangewend voor het beheer van de waterlopen binnen het ambtsgebied van de opgeheven watering.

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu en het Waterbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 7 juni 2013.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, J. SCHAUVLIEGE

^