Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 23 juli 1997
gepubliceerd op 02 september 1997

Besluit van de Vlaamse regering houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1997036091
pub.
02/09/1997
prom.
23/07/1997
ELI
eli/besluit/1997/07/23/1997036091/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 JULI 1997. Besluit van de Vlaamse regering houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen


De Vlaamse Regering, Gelet op artikel 69 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen;

Gelet op het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen en inzonderheid de artikelen 5, 2, 3 en 4, 6, 7 en 9, 1;

Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering op 21 mei 1997 betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen een termijn van een maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 17 juni 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het decreet : het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen;2° de Vlaamse minister : de Vlaamse minister bevoegd voor het gezondheidsbeleid;3° de administratie : de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;4° de Vlaamse Gezondheidsraad : de raad opgericht bij artikel 3 van het decreet van 20 december 1996 houdende oprichting van een Vlaamse Gezondheidsraad en van een Vlaamse Adviesraad voor erkenning van verzorgingsvoorzieningen.

Art. 2.1. Ter uitvoering van artikel 5, 2, derde lid, van het decreet, stelt de Vlaamse minister, na advies van de Vlaamse Gezondheidsraad, een lijst op van thema's inzake het kwaliteitsbeleid, eventueel gedifferentieerd, rekening houdend met de verschillende soorten voorzieningen en met de voor deze voorzieningen geldende erkenningsnormen. 2. Na advies van de Vlaamse Gezondheidsraad duidt de Vlaamse minister de thema's aan die verplicht ontwikkeld dienen te worden, conform artikel 5, 2, vierde lid, van het decreet en de geldende erkenningsnormen. Voor elk thema bepaalt de Vlaamse minister tevens, na advies van de Vlaamse Gezondheidsraad, de lijst van aanvaarde kwaliteitsindicatoren, conform artikel 5, 3, tweede lid, van het decreet.

Art. 3.Het totaal aantal te ontwikkelen thema's bedraagt minimum : - voor de ziekenhuissector : 5, waarvan 3 aangeduid door de Vlaamse minister, conform artikel 2, 2; - voor de andere sectoren : 3, waarvan 2 aangeduid door de Vlaamse minister, conform artikel 2, 2.

Art. 4.1. Ter uitvoering van artikel 6, eerste lid van het decreet, legt elke erkende voorziening binnen een termijn van 6 maanden, die begint te lopen na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van de lijst van thema's, van de aanvaarde indicatoren voor elk thema en van de thema's die verplicht moeten worden opgenomen, haar kwaliteitsplan en kwaliteitshandboek ter goedkeuring voor aan de Vlaamse minister.

Een voorziening, die pas erkend wordt na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad waarvan sprake in het eerste lid, doet dit uiterlijk zes maanden na de betekening van de beslissing tot erkenning. 2. Het kwaliteitsplan en kwaliteitshandboek worden opgesteld overeenkomstig de modellen, opgemaakt door de administratie. Het kwaliteitshandboek omvat minimaal : 1° een opdrachtsverklaring van de voorziening;2° de doelstellingen en de omschrijving van het kwaliteitsbeleid en de gekozen thema's;3° de structuur van de voorziening, met inbegrip van een organigram dat de verantwoordelijkheden en onderlinge verhoudingen duidelijk weergeeft, vooral op het vlak van het kwaliteitsbeleid;4° naargelang het kwaliteitsbeleid wordt ontwikkeld, op progressieve wijze, de procedures en instructies van het kwaliteitssysteem met betrekking tot de gekozen thema's;5° een beschrijving van de verantwoordelijkheden inzake het beheer, de beoordeling en de actualisering van het handboek.3. De aanvraag tot goedkeuring van het kwaliteitsplan en kwaliteitshandboek, wordt telkens via aangetekend schrijven verstuurd aan de administratie.

Art. 5.Het ingezonden dossier bevat, behalve het kwaliteitsplan en- handboek zoals omschreven in artikel 5, 2 en 3, van het decreet, ook de naam en kwalificatie van de kwaliteitscoördinator die door de leiding van de voorziening is aangesteld, alsmede de namen en kwalificaties van de eventuele andere verantwoordelijke personen voor de kwaliteitszorg.

Deze kwaliteitscoördinator beschikt minstens over een diploma van het niveau hoger onderwijs buiten de universiteit van het korte type of van hoger onderwijs van een basisopleiding van één cyclus. Hij moet aantonen dat hij de kenmerken, bepalingen, methoden en beginselen van kwaliteitszorg in de betrokken sector kan toepassen, hetzij op basis van een opleiding, hetzij uit een aangetoonde en door de Vlaamse minister aanvaarde ervaring.

Deze kwaliteitscoördinator moet een voldoende interne betrokkenheid hebben.

Art. 6.Indien de Vlaamse minister geen beslissing heeft genomen over de goedkeuring van het ingediende plan en het handboek, uiterlijk 1 jaar na de uiterste indieningstermijn zoals omschreven in artikel 4, 1, van dit besluit, wordt overeenkomstig artikel 6, derde lid, van het decreet, de goedkeuring geacht stilzwijgend te zijn verleend.

Indien het ingediende plan of handboek onvoldoende worden geacht, dient een aangepast plan of handboek te worden ingediend binnen drie maanden na de betekening van de gemotiveerde beslissing.

Indien op het einde van de overgangsperiode een voorziening nog niet beschikt over een goedgekeurd kwaliteitsplan en- handboek, kan de Vlaamse minister de lopende erkenningstermijn bij gemotiveerde beslissing beperken tot maximum 1 jaar, conform de bepalingen van artikel 7, tweede lid, van het decreet.

Art. 7.De ambtenaren van de administratie Gezondheidszorg die belast zijn met inspectieopdrachten betreffende de erkenning van de voorzieningen, zijn belast met het toezicht op de toepassing van de bepalingen van het decreet en zijn uitvoeringsbesluiten.

Art. 8.De Vlaamse minister bevoegd voor het gezondheidsbeleid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 juli 1997.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER

^