Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 03 september 2015
gepubliceerd op 11 september 2015

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques

bron
waalse overheidsdienst
numac
2015204138
pub.
11/09/2015
prom.
03/09/2015
ELI
eli/besluit/2015/09/03/2015204138/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 SEPTEMBER 2015. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007201836 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 8 van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques


De Waalse Regering, Gelet op de wet van 20 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/2001 pub. 24/07/2001 numac 2001009636 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van artikel 186bis van het Gerechtelijk Wetboek sluiten tot bevordering van buurtdiensten en -banen, artikel 9bis, § 1, lid 2, ingevoegd bij de wet van 27 december 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007201836 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 8 van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques;

Gelet op het evaluatierapport van 3 juni 2015 over de weerslag van het project op de respectievelijke toestand van vrouwen en mannen, opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203532 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 mei 2015;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 4 juni 2015;

Gelet op het advies nr. A.1224 van de "Conseil économique et social de Wallonie" (Sociaal-economische raad van Wallonië), gegeven op 29 juni 2015;

Gelet op advies 15/06 van het beheerscomité van de "Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi" (Waalse Dienst voor Beroepsopleiding en Arbeidsbemiddeling), gegeven op 1 juli 2015;

Gelet op advies nr. 57.996/2/V van de Raad van State, gegeven op 29 juli 2015, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd als volgt;

Overwegende dat de overgangsperiode voor de uitoefening van de bevoegdheid inzake het opleidingsfonds dienstencheques door FOD Werk in opdracht van het Waalse Gewest, bepaald in het protocol van 6 juni 2014 gesloten tussen de Federale Staat, enerzijds, en, anderzijds, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de overgangsmaatregelen voor uitoefening van de bevoegdheden overgedragen aan de Gemeenschappen en de Gewesten op het vlak van arbeidsmarktbeleid die tot op heden onder de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Werk en Sociaal Overleg vielen, op 31 maart 2015 afliep;

Overwegende dat het protocol, gesloten op 4 juni 2014, tussen dezelfde partijen voor de overgehevelde bevoegdheden die onder de bevoegdheid van de RVA vielen, bepaalt dat de RVA in opdracht van het Gewest de boekhoudkundige verwerking van de betalingen op zich neemt in het kader van de regeling inzake opleidingen ten laste van het opleidingsfonds dienstencheques, uitgevoerd door de RVA voor de opleidingskosten aanvaard door het Secretariaat "Opleidingsfonds dienstencheques" van FOD Werk tot en met 31 maart 2015;

Dat het Waalse Gewest sinds 1 april 2015 de uitoefening van de bevoegheid inzake het opleidingsfonds dienstencheques moet waarborgen;

Overwegende dat het Operationeel Directoraat-Generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst en "FOREm" door de Waalse Regering ermee belast zijn de uitoefening van de bevoegheid over te nemen volgens deze verdeling : voor de erkenning van de opleidingsaanvragen moet de verwerking van de aanvragen ingediend na 31 maart 2015 gegarandeerd worden door de Waalse Overheidsdienst en voor de aanvragen tot gedeeltelijke terugbetaling aan de ondernemingen erkend voor dienstencheques moet de verwerking van de aanvragen ingediend na 31 maart 2015 gegarandeerd worden door de "Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi" (Waalse Dienst voor Beroepsopleiding en Arbeidsbemiddeling);

Dat de teksten van het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007201836 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 8 van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen sluiten betreffend het opleidingsfonds dienstencheques aangepast dienen te worden en dat die aanpassingen uitwerking zouden kunnen hebben op 1 april 2015;

Overwegende dat de wijzigingen vervat in dit besluit, gelet op de uitoefening van de bevoegdheid door het Waalse Gewest sinds 1 april 2015, zo spoedig mogelijk aangenomen dienen te worden;

Op de voordracht van de Minister van Tewerkstelling;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 juni 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 11/07/2007 numac 2007201784 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende het opleidingsfonds dienstencheques type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007002103 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk type koninklijk besluit prom. 07/06/2007 pub. 29/06/2007 numac 2007201836 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 8 van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen sluiten betreffende het opleidingsfonds dienstencheques wordt vervangen door hetgeen volgt : «

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de wet : de wet van 20 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/2001 pub. 24/07/2001 numac 2001009636 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van artikel 186bis van het Gerechtelijk Wetboek sluiten tot bevordering van buurtdiensten en -banen;2° de "FOREm" : de "Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi" (Waalse Dienst voor Beroepsopleiding en Tewerkstelling) bedoeld in artikel 2 van het decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/05/1999 pub. 08/07/1999 numac 1999027535 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de "Office wallon de la formation professionnelle et de l'emploi" (1) sluiten betreffende de "Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi";3° de onderneming: de erkende onderneming bedoeld in artikel 1, lid 1, 5°, van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 22/12/2001 numac 2001013259 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende de dienstencheques sluiten betreffende de dienstencheques;4° het uitgiftebedrijf : het uitgiftebedrijf bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, van het voornoemd besluit van 12 december 2001;5° de Minister: de Minister van Werk of de door hem aangewezen ambtenaar van de administratie;6° de administratie: de Directie Beroepsopleiding van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst;7° de "Raad" : de Sociaal-Economische Raad voor Wallonië, opgericht bij decreet van 25 mei 1983 tot wijziging, wat de Economische Raad van het Waalse Gewest betreft, van de kaderwet van 15 juli 1970, houdende organisatie van de planning en economische decentralisatie en tot oprichting van een Economische en Sociale Raad van het Waalse Gewest.

Art. 2.In artikel 3, 2° en 3°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2009 en 10 oktober 2013 worden de woorden "van het opleidingsinstituut of" opgeheven.

Art. 3.Artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juli 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/07/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009203451 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, wordt vervangen als volgt : «

Art. 4.§ 1. Er wordt bij de Administratie een adviescommissie opleidingsfonds dienstencheques opgericht, hierna "de Commissie opleidingsfonds dienstencheques" genoemd. De Commissie moet op eigen initiatief of op verzoek van de Minister advies verstrekken over aanvragen tot goedkeuring van opleidingen die, gelet op hun inhoud, al dan niet passen in het kader van dit besluit en bijgevolg al dan niet in aanmerking komen voor het verkrijgen van de gedeeltelijke terugbetaling van de opleidingskosten bedoeld in artikel 9bis, § 1, van de wet. § 2. De Commissie is samengesteld uit : 1° twee werkende leden en twee plaatsvervangende leden die zijn voorgedragen door de representatieve werknemersorganisaties;2° twee werkende leden en twee plaatsvervangende leden die zijn voorgedragen door de representatieve werkgeversorganisaties;3° een werkend lid en een plaatsvervangen lid die de "FOREm" vertegenwoordigen;4° een werkend lid en een plaatsvervangen lid die de Administratie vertegenwoordigen. De Commissie kan een beroep doen op deskundigen en technici die de vergaderingen met raadgevende stem bijwonen. § 3. De Minister benoemt de leden van de Commissie en waakt erover dat maximum twee derden van de leden van hetzelfde geslacht zijn.

De commissieleden bedoeld in paragraaf 2, 1° en 2°, worden benoemd op grond van een dubbele lijst van kandidaten voorgedragen door de "Raad".

Het mandaat van de leden loopt vijf jaar en eindigt : 1° in geval van ontslag;2° als de organisatie, die een lid heeft voorgedragen, om zijn vervanging vraagt;3° wanneer een lid niet langer de hoedanigheid heeft die zijn mandaat rechtvaardigde. Het lid dat zijn mandaat vóór de normale einddatum neerlegt wordt vervangen door zijn plaatsvervanger, die het mandaat voleindigt. In dat geval wordt er een nieuw plaatsvervanger aangewezen. § 4. De administratie neemt het secretariaat van de Commissie waar. § 5. De Commissie stelt haar huishoudelijk reglement vast en legt het ter goedkeuring aan de Minister voor. »

Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2009 en 10 oktober 2013, wordt vervangen als volgt : « Art.5. § 1. Voor de aanvang van de opleiding en alvorens de terugbetaling van de opleidingskosten aan te vragen, richt het bedrijf een aanvraag tot goedkeuring van die opleiding aan de administratie.

De aanvraag waarvan het model bij de Administratie beschikbaar is, bevat een dossier dat bestaat uit : 1° het uniek ondernemingsnummer, de identiteit of sociale benaming, het erkenningsnummer, de woonplaats of de maatschappelijke zetel, het paritair comité waaronder de dienstencheque-werknemers ressorteren;2° de benaming van de voorziene opleiding en de naam van de verstrekker van deze opleiding;3° de aanduiding van de in artikel 2 bedoelde categorie waaronder deze opleiding valt;4° een precieze en gedetailleerde omschrijving van de voorziene opleiding en het aantal betrokken werknemers. § 2. De administratie bericht ontvangst van de aanvraag binnen tien dagen na ontvangst ervan. Indien de aanvraag of het dossier onvolledig is, deelt de Administratie dit in dezelfde brief aan de onderneming mee.

Indien de onderneming haar aanvraag of dossier niet vervolledigt binnen de vijftien dagen volgend op de verzending van de in lid 1 bedoelde brief, stuurt de Administratie de onderneming een herinnering met een overzicht van de ontbrekende stukken.

Indien ze de ontbrekende stukken niet ontvangen heeft binnen de maand die volgt op de verzending van deze herinnering, wordt het bedrijf erover ingelicht dat de aanvraag als onbestaande beschouwd wordt. § 3. De Administratie maakt het dossier over aan de Minister.

De Minister neemt een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 4. De administratie kan, zodra zij het volledige dossier bedoeld in paragraaf 3 ontvangen heeft en voordat het dossier aan de Minister wordt overgemaakt, het advies van de Commissie aanvragen. In dat geval bezorgt de Commissie haar advies aan de administratie binnen de zestig dagen na het verzoek om adviesverlening.

De Administratie maakt het volledige dossier, met het advies van de Commissie, over aan de Minister. In dat geval neemt de Minister een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier, met het advies van de Commissie.

Wordt het advies niet binnen de voorziene termijn uitgebracht, maakt de administratie het volledige dossier aan de Minister over, zonder dat advies. In dat geval neemt de Minister een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier, zonder advies van de Commissie.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 5. Als de administratie geen advies heeft aangevraagd, kan de Minister, zodra hij het volledige dossier bedoeld in paragraaf 3 ontvangen heeft en voordat hij zijn beslissing neemt, het advies van de Commissie aanvragen. In dat geval maakt de Commissie haar advies aan de Minister over binnen de zestig dagen na de aanvraag tot adviesverlening.

De Minister neemt een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op het advies uitgebracht door de Commissie.

Wordt het advies niet binnen de voorziene termijn uitgebracht, neemt de Minister zijn beslissing binnen de dertig dagen volgend op het verstrijken van de termijn binnen welke de Commissie haar advies moet uitbrengen.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 6. De Minister bezorgt zijn beslissing aan de administratie, die kennis geeft van de beslissing tot goedkeuring of weigering van de opleiding wat betreft de terugbetaling van de opleidingskosten aan de aanvragende onderneming binnen een termijn van tien dagen na ontvangst ervan. De administratie bezorgt een digitaal afschrift van de beslissing aan de Commissie en aan "FOREm".

De beslissing tot goedkeuring geldt voor een onbepaalde duur of totdat de Minister die geldigheidsduur herziet. »

Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2009 en 10 oktober 2013, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de paragrafen 1 en 3 worden de woorden "het Secretariaat opleidingsfonds" telkens vervangen door de woorden "FOREm";2° in paragraaf 1 wordt lid 1 aangevuld als volgt : « Er dient een afzonderlijke aanvraag te worden opgesteld voor elke bedrijfseenheid waarop de terugbetaling van een opleiding van toepassing is.»; 2° in paragraaf 1, lid 2, 2°, worden de woorden "bedoeld in artikel 5, § 4" vervangen door de woorden "bedoeld in artikel 5";3° paragraaf 3 wordt aangevuld met volgend lid : « Als "FOREm" de ontbrekende stukken niet krijgt binnen een termijn van 2 maanden, deelt "FOREm" de onderneming mee dat haar aanvraag geen gevolg krijgt.»

Art. 6.Artikel 6bis van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juli 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/07/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009203451 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten, wordt vervangen als volgt : «

Art. 6bis.§ 1. Voor aanvang van de opleiding kan de opleidingenverstrekker een aanvraag tot goedkeuring van die opleiding aan de administratie bezorgen.

De aanvraag waarvan het model bij de Administratie beschikbaar is, bevat een dossier dat bestaat uit : 1° het uniek ondernemingsnummer, de identiteit/sociale benaming, de verblijfplaats/maatschappelijke zetel;2° een nauwkeurige en gedetailleerde omschrijving van de voorziene opleiding;3° de benaming van de opleiding, de adres- en contactgegevens van de opleidingenverstrekker, een nauwkeurige en gedetailleerde omschrijving van de opleiding en het tarief van de opleiding;4° in voorkomend geval, het adres van de website waar nuttige informatie over de opleiding gevonden kan worden. § 2. De administratie bericht ontvangst van de aanvraag binnen tien dagen na ontvangst ervan. Indien de aanvraag of het dossier onvolledig is, deelt de Administratie dit in dezelfde brief aan de opleidingenverstrekker mee.

Indien de opleidingenverstrekker zijn aanvraag of dossier niet vervolledigt binnen de vijftien dagen volgend op de verzending van de in lid 1 bedoelde brief, stuurt de Administratie de opleidingenverstrekker een herinnering met een overzicht van de ontbrekende stukken. Indien ze de ontbrekende stukken niet ontvangen heeft binnen de vijftien dagen volgend op de verzending van deze herinnering, wordt de opleidingenverstrekker erover ingelicht dat de aanvraag als onbestaande beschouwd wordt. § 3. De Administratie maakt het dossier over aan de Minister. De Minister neemt een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 4. De administratie kan, zodra zij het volledige dossier bedoeld in paragraaf 3 ontvangen heeft en voordat het dossier aan de Minister wordt overgemaakt, het advies van de Commissie aanvragen.

De Commissie bezorgt haar advies aan de administratie binnen de zestig dagen na het verzoek om adviesverlening. In dat geval kan de Commissie vooraleer ze advies uitbrengt de opleidingenverstrekker verzoeken het aanvraag uiteen te zetten op een vergadering met de Commissie. In dat geval wordt de termijn om advies uit te brengen met dertig dagen verlengd.

De Administratie maakt het volledige dossier, met het advies van de Commissie, over aan de Minister.

In dat geval neemt de Minister een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier, met het advies van de Commissie.

Wordt het advies niet binnen de voorziene termijn uitgebracht, maakt de administratie het volledige dossier aan de Minister over, zonder dat advies. In dat geval neemt de Minister een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op de ontvangst van het volledige dossier, zonder advies van de Commissie.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 5. Als de administratie geen advies heeft aangevraagd, kan de Minister bij ontvangst van het volledige dossier bedoeld in paragraaf 3 vooraleer hij zijn beslissing neemt de Commissie om advies vragen.

De Commissie maakt haar advies aan de Minister over binnen de zestig dagen na de aanvraag tot adviesverlening. In dat geval kan de Commissie vooraleer ze advies uitbrengt de opleidingenverstrekker verzoeken het aanvraag uiteen te zetten op een vergadering met de Commissie. In dat geval wordt de termijn om advies uit te brengen met dertig dagen verlengd.

De Minister neemt een beslissing uiterlijk binnen een termijn van dertig dagen volgend op het advies uitgebracht door de Commissie.

Wordt het advies niet binnen de voorziene termijn uitgebracht, neemt de Minister zijn beslissing binnen de dertig dagen volgend op het verstrijken van de termijn binnen welke de Commissie haar advies moet uitbrengen.

Bij ontstentenis van een beslissing vanwege de Minister binnen de voornoemde termijn, wordt de beslissing geacht gunstig te zijn. § 6. De Minister bezorgt zijn beslissing aan de administratie, die kennis geeft van de beslissing tot goedkeuring of weigering van de opleiding wat betreft de terugbetaling van de opleidingskosten aan de aanvragende onderneming binnen een termijn van tien dagen na ontvangst ervan. De administratie bezorgt een digitaal afschrift van de beslissing aan de Commissie en aan "FOREm".

De beslissing tot goedkeuring geldt voor een onbepaalde duur of totdat de Minister die geldigheidsduur herziet. § 7. De administratie maakt maandelijks op de website van het Departement Werk en Beroepsopleiding van het Operationeel Directoraat-Generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst de bijgewerkte lijst bekend van de goedgekeurde opleidingen met in voorkomen geval een link naar het adres van de website bedoeld in § 1, lid 2, 4°. »

Art. 7.In artikel 6, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 juli 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/07/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009203451 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques sluiten en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 oktober 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de paragrafen 1 en 3 worden de woorden "het Secretariaat opleidingsfonds" vervangen door het woord "FOREm";2° in paragraaf 1 wordt lid 1 aangevuld als volgt : « Er dient een afzonderlijke aanvraag te worden opgesteld voor elke bedrijfseenheid betrokken bij de terugbetaling van een opleiding.»; 3° in paragraaf 1, lid 2, 2°, worden de woorden "bedoeld in artikel 6bis, § 4" vervangen door de woorden "bedoeld in artikel 6bis";4° paragraaf 3 wordt aangevuld met volgend lid : « Als "FOREm" de ontbrekende stukken niet krijgt binnen een termijn van twee maanden, deelt "FOREm" de onderneming mee dat haar aanvraag geen gevolg krijgt.»

Art. 8.In artikel 6quater van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijke besluit van 10 oktober 2013, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1 wordt lid 1 aangevuld als volgt : « Er dient een afzonderlijke aanvraag te worden opgesteld voor elke bedrijfseenheid waarop de terugbetaling van een opleiding van toepasing is.»; 2° in paragraaf 1, lid 5, worden de woorden "het Secretariaat opleidingsfonds" vervangen door het woord "FOREm" 3° in paragraaf 2, lid 2, worden de woorden "het Secretariaat opleidingsfonds" vervangen door het woord "FOREm";4° paragraaf 2 wordt aangevuld met volgend lid : « Als "FOREm" de ontbrekende stukken niet krijgt binnen een termijn van twee maanden, deelt "FOREm" de onderneming mee dat haar aanvraag geen gevolg krijgt.»

Art. 9.In artikel 8 wordt paragraaf 4, van hetzelfde besluit opgeheven.

Art. 10.Artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2009 en 10 oktober 2013, wordt vervangen als volgt : «

Art. 9.Na verificatie van de aanvraag bedoeld in artikel 6, artikel 6ter of artikel 6quater en na verificatie of het maximum recht op terugbetaling voor opleidingskosten van een bepaald kalenderjaar voor de erkende onderneming niet is overschreden voor een terugbetaling bedoeld in artikel 6 of artikel 6ter gaat FOREm binnen de maand overgaat tot de terugbetaling aan de erkende onderneming voor zover het globaal aan FOREm toegekende budget inzake het opleidingsfonds dienstencheques voor het desbetreffende kalenderjaar niet is overschreden. »

Art. 11.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 10.De administratie, wat betreft de al dan niet goedgekeurde opleidingen, en FOREm, wat betreft het opleidingsfonds dienstencheques, stellen jaarlijks een evaluatieverslag op dat ze aan de Minister en aan de Raad mededelen. »

Art. 12.In hetzelfde besluit wordt een artikel 10ter ingevoegd, luidend als volgt : « Art.10ter. De in dit besluit bedoelde termijnen zijn volle dagen. De dag van de akte die de aanvang van de termijn uitmaakt, is niet inbegrepen. De vervaldag wordt meegerekend in de termijn. Indien die dag evenwel een zater-, een zondag of een wettelijke feestdag is, wordt de vervaldag uitgesteld tot de eerstkomende werkdag.

In afwijking van het beginsel verwoord in vorig lid worden de termijnen bepaald in dit besluit opgeschort tijdens de maanden juli en augustus. »

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2015.

Art. 14.De Minister van Tewerkstelling is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 3 september 2015.

De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Mevr. E. TILLIEUX

^