Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 11 april 2019
gepubliceerd op 20 augustus 2019

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid wat betreft de financiering van de erkende coördinatiecentra

bron
waalse overheidsdienst
numac
2019203750
pub.
20/08/2019
prom.
11/04/2019
ELI
eli/besluit/2019/04/11/2019203750/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 APRIL 2019. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het reglementair deel van het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid wat betreft de financiering van de erkende coördinatiecentra


De Waalse Regering, Gelet op het Waals Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, inzonderheid op artikel 469, leden 1, 6 en 7, gewijzigd bij het decreet van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/11/2018 pub. 26/02/2019 numac 2019030151 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2019 type decreet prom. 30/11/2018 pub. 26/02/2019 numac 2019010696 bron brussels franstalig parlement Decreet betreffende de sociale samenhang sluiten;

Gelet op het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid;

Gelet op het rapport van 20 december 2018, opgesteld overeenkomstig artikel 4, 2°, van het decreet van 3 maart 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 03/03/2016 pub. 14/03/2016 numac 2016201315 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen, voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 december 2018;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 20 december 2018;

Gelet op de beslissing van 23 januari 2019 van het inter-Franstalig overlegorgaan om geen advies en/of aanbeveling uit te brengen;

Gelet op het verzoek om adviesverlening binnen een termijn van dertig dagen, gericht aan de Raad van State op 21 februari 2019, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het gebrek aan adviesverlening binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt krachtens artikel 138 van de Grondwet een materie bedoeld in artikel 128 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 1595 van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 december 2014, wordt vervangen als volgt: "

Art. 1595.§ 1. Overeenkomstig artikel 469 van het decreetgevend deel van het Wetboek wordt een jaarlijkse toelage toegekend aan het erkend centrum: 1° bestemd om de personeelskosten te dekken en verdeeld als volgt: a) voor een voltijds equivalent coördinator: (1) 46.500 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 0 tot 7 jaar; (2) 55.000 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 8 tot 13 jaar; (3) 59.000 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 14 tot 19 jaar; (4) 66.250 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 20 jaar en meer; b) voor een voltijds equivalent administratief medewerker: (1) 30.000 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 0 tot 7 jaar; (2) 30.624 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 8 tot 13 jaar; (3) 31.922 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 14 tot 19 jaar; (4) 32.462 euro voor personeel met een schaalanciënniteit van 20 jaar en meer; 2° bestemd om de werkingskosten te dekken en verdeeld als volgt: a) 7.500 euro voor een voltijds equivalent coördinator; b) 4.500 euro voor een voltijds equivalent administratief medewerker.

In afwijking van het eerste lid, 1°, worden de bedragen die per persoon toegekend worden, verminderd met de bedragen ontvangen door het centrum in het kader van de steun voor tewerkstelling toegekend overeenkomstig het decreet van 25 april 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/04/2002 pub. 24/05/2002 numac 2002027463 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector sluiten betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs. § 2. Voor elk centrum bepaalt de Minister het aantal in paragraaf 1 bedoelde voltijdse equivalenten dat voor de toelage in aanmerking genomen wordt. § 3. De toelage wordt gewogen voor de erkende centra die zorggebieden bestrijken met een bevolkingsdichtheid die lager dan of gelijk is aan honderd inwoners per vierkante kilometer. De wegingscoëfficiënt wordt bepaald op 0,33 per zorggebied met een lage dichtheid gedekt door het centrum in zijn erkenningsgebied.

De bevolkingsdichtheid wordt bepaald op grond van: 1° de oppervlakte van de gemeenten zoals meegedeeld in de Patrimoniumdocumentatie van de FOD Financiën; 2° de cijfers van de werkelijke bevolking per gemeente op 1 januari van bedoeld jaar, zoals bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad door het Directoraat-generaal Statistiek van de Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie.".

Art. 3.In hetzelfde Wetboek worden de artikelen 1595/1 tot 1595/3 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 1595/1.§ 1. Overeenkomstig artikel 469, lid 6, van het het decreetgevend deel van het Wetboek worden de berekeningscriteria voor de uitbetaling van het variabele deel van de toelage vastgesteld als volgt: 1° voor de beoordelingsopdracht: elke beoordeling van een nieuwe begunstigde die op basis van de BelRai screener gedaan wordt, geldt voor één actie;2° voor de coördinatieopdracht: elke opening van nieuwe dossiers, elke coördinatievergadering, elk opvolgingsbezoek bij de begunstigde, zijn vertegenwoordiger of een mantelzorger, elke coördinatievergadering met de dienstverleners, ongeacht of de begunstigde al dan niet aanwezig is, geldt voor één actie;3° voor de opdracht werk in netwerkverbanden: elke vergadering met het netwerk geldt voor één actie. § 2. Het geheel van de per coördinatiecentrum geregistreerde acties bepaalt de dynamiek van het erkende coördinatiecentrum bedoeld in artikel 469, vijfde lid, van het decreetgevend deel van het Wetboek.

De verwachtte activiteit van elk centrum bedraagt 222 acties per jaar en per voltijds equivalent coördinator. § 3. Het variabele gedeelte van de toelage bedoeld in artikel 469, vijfde lid, van het decreetgevend deel van het Wetboek wordt uitgekeerd naar rato van het aantal acties dat de dynamiek van het coördinatiecentrum in het voorgaande jaar meet, gedeeld door het aantal acties van de verwachte activiteit.

De eventule bedragen die na toepassing van het eerste lid niet uitbetaald werden, worden herverdeeld over de centra die hun verwachte activiteit overschreden hebben, in verhouding tot de overschrijding ervan. § 4. De in paragraaf 1, 1°, bedoelde acties tellen voor ten minste vijfentwintig procent van de verwachte activiteit. De in paragraaf 1, 2°, bedoelde acties tellen voor ten minste vijftig procent van de activiteit van het centrum. De in paragraaf 1, 3°, bedoelde acties tellen voor ten minste drie procent en voor maximaal tien procent van de activiteit van het centrum. § 5. Een evaluatie van dit artikel wordt tijdens het jaar 2022 alsook de twee daaropvolgende jaren verwacht.

Art. 1595/2.Voor de op 31 december 2018 erkende coördinatiecentra kunnen de in artikel 1595 bedoelde toelagen en forfaitaire bedragen gerechtvaardigd worden, zowel in de enveloppe voor de werkingskosten als in de enveloppe voor de personeelskosten, door toe te staan dat een globaal bedrag gebruikt wordt zonder beperking van de ene of de andere enveloppe.

Art. 1595/3.In afwijking van artikel 12/1, § 1, worden de toelagen voor het jaar 2019 en het jaar 2020 uitbetaald door de Minister in maximum één voorschot en één saldo.

Het voorschot, dat voor negentig procent van het bedrag van de verwachte toelage telt, wordt uiterlijk op 1 maart uitbetaald door verwijzing naar de voorbegroting van de uitgaven van het Agentschap met betrekking tot de coördinatiecentra van thuiszorg en thuisdienstverlening, zowel in de privé als in de openbare sector.

Het saldo wordt na onderzoek door de Administratie van het bewijsdossier bedoeld in artikel 12/2 uitbetaald onder de voorwaarden waarin dit Wetboek voorziet.

Na ontvangst van het bewijsdossier bedoeld in artikel 12/2 kan de Administratie verzoeken om de overlegging van elk bijkomend bewijsstuk dat ze nodig acht voor de controle op het gebruik van de toelagen. In dat geval wordt het saldo uitbetaald na onderzoek door de administratie van het bewijsdossier bedoeld in artikel 12/2 en van de opgevraagde bijkomende stukken.".

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2019.

In afwijking van het eerste lid treedt het in artikel 1595/1 bedoelde variabele gedeelte van de toelage op 1 januari 2021 in werking. Voor het jaar 2019 en het jaar 2020 wordt de in artikel 1595 bedoelde toelage op forfaitaire basis toegekend.

Art. 5.De Minister van Gezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 11 april 2019.

Voor de Regering: De Minister-President, W. BORSUS De Minister van Sociale Actie, Gezondheid, Gelijke Kansen, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, A. GREOLI

^