Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 maart 2004
gepubliceerd op 04 mei 2004

Besluit van de Waalse Regering tot verbod van het storten van sommige afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004201082
pub.
04/05/2004
prom.
18/03/2004
ELI
eli/besluit/2004/03/18/2004201082/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 MAART 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot verbod van het storten van sommige afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen, gewijzigd bij het programmadecreet van 19 december 1996 houdende verschillende maatregelen inzake financiën, tewerkstelling, milieu, gesubsidieerde werken, huisvesting en sociale actie, bij het arrest nr. 81/97 van 17 december 1997 van het Arbitragehof, bij het programmadecreet van 17 december 1997 houdende verschillende maatregelen inzake belastingen, taksen en retributies, huisvesting, onderzoek, milieu, plaatselijke besturen en vervoer, bij het decreet van 27 november 1997 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, bij het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning, bij het decreet van 15 februari 2001, bij het besluit van de Waalse Regering van 20 december 2001 tot invoering van de euro inzake afvalstoffen, bij het decreet van 20 december 2001 houdende wijziging van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen door het invoeren van een terugnameplicht voor bepaalde goederen of afvalstoffen, bij het decreet van 18 juli 2002 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, bij het decreet van 19 september 2002 tot wijziging van de decreten van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen en van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning en het decreet van 15 mei 2003 tot wijziging van het decreet van 11 september 1985 tot organisatie van de milieueffectbeoordeling in het Waalse Gewest, het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen en het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning, bij het decreet van 16 oktober 2003, inzonderheid op artikel 19, § 3;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 juli 1997 tot vaststelling van een afvalcatalogus, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 januari 2002 en gedeeltelijk vernietigd bij arrest nr 94.211 van de Raad van State van 22 maart 2001;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 februari 2003 houdende sectorale voorwaarden voor de exploitatie van centra voor technische ingraving;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 maart 2001;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 7 maart 2001;

Gelet op de adviezen van de Afvalcommissie, gegeven op 23 mei 2001 en 8 december 2003;

Gelet op de adviezen van de « Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne » (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), gegeven op 24 april 2001 en 3 december 2003;

Gelet op adviezen 32.049/4 en 36.208/4 van de Raad van State, gegeven op 7 november 2001 en 17 december 2003;

Overwegende dat, krachtens de door de gewestelijke regelgeving vastgestelde afvalbeheersprincipes en de milieu-, maatschappelijke en economische effecten, het storten van afvalstoffen in centra voor technische ingraving moet worden beperkt tot de afvalstoffen waarvoor het storten in genoemde centra de enige vorm van nuttige toepassing of verwijdering is;

Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Bij dit besluit worden richtlijnen 75/442/EEG van de Raad van 15 juli 1975 betreffende de afvalstoffen en 1999/31/EG van de Raad betreffende het storten van afvalstoffen gedeeltelijk omgezet.

Art. 2.Het is verboden de volgende afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving te storten : a) vloeibare afvalstoffen, met uitzondering van slib;b) gevaarlijke afvalstoffen met één van de volgende gevaareigenschappen : H1, H2, H3 A, H3 B, H6, H8, H12 of H13, zoals bedoeld in bijlage III bij het besluit van de Waalse Regering van 10 juli 1997 tot vaststelling van een afvalcatalogus;c) ziekenhuis- en gezondheidszorgafval van klasse B1 en B2, zoals bedoeld in artikel 1, 5° en 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 30 juni 1994 betreffende de ziekenhuis- en gezondheidszorgafvalstoffen;d) afvalstoffen met één van de gevaareigenschappen bedoeld in bijlage III bij het besluit van de Waalse Regering van 10 juli 1997 tot vaststelling van een afvalcatalogus en die bestaan uit niet-geïdentificeerde en/of nieuwe chemische stoffen afkomstig van onderzoek-, ontwikkelings- of onderwijsactiviteiten en waarvan de effecten op de mens en/of het milieu niet gekend zijn;e) afvalstoffen die niet kunnen worden ondergegraven;f) dierlijke afval, zoals bedoeld in artikelen 1, 3, van het besluit van de Waalse Regering van 21 oktober 1993 betreffende de dierlijke afvalstoffen;g) stoffen, apparaten of voorwerpen die meer dan 50 mg/kg PCB's en/of PCT's bevatten;h) hele afvalbanden, met uitzondering van fietsbanden, en opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 16 Niet elders in de lijst genoemd afval. 16 01 afgedankte voertuigen van verschillende soorten vervoer (met inbegrip van niet voor de weg bestemde machines) en afval van de sloop van afgedankte voertuigen en het onderhoud van voertuigen (exclusief 13, 14, 16 06 en 16 08). 16 01 03 Afgedankte banden. i) de afvalstoffen afkomstig van een selectieve inzameling bij gezinnen of van een vrijwillige inbreng alsook de afvalstoffen afkomstig van een aparte inzameling bij handels, industrieën en besturen, die gesorteerd en hergroepeerd zijn met het oog op de nuttige toepassing ervan, en opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde 20 01 gescheiden ingezamelde fracties. (exclusief 15 01). 20 01 01 Papier en karton. 20 01 02 glas. 20 01 08 biologisch afbreekbaar keuken- en kantineafval. 20 01 10 kleding. 20 01 11 textiel. 20 01 13 oplosmiddelen. 20 01 14 zuren. 20 01 15 basisch afval. 20 01 17 fotochemicalien. 20 01 19 pesticiden. 20 01 21 tl-buizen en ander kwikhoudend afval. 20 01 23 afgedankte apparatuur die chloorfluorkoolwaterstoffen bevat. 20 01 25 spijsolie en -vetten. 20 01 26 niet onder 20 01 25 vallende olien en vetten. 20 01 27 verf, inkt, lijm en hars die gevaarlijke stoffen bevatten. 20 01 28 niet onder 20 01 27 vallende verf, inkt, lijm en hars. 20 01 29 detergenten die gevaarlijke stoffen bevatten. 20 01 30 niet onder 20 01 29 vallende detergenten. 20 01 31 cytotoxische en cytostatische geneesmiddelen. 20 01 32 niet onder 20 01 31 vallende geneesmiddelen. 20 01 33 onder 16 06 01, 16 06 02 of 16 06 03 vermelde gemengde batterijen en accu's alsmede ongesorteerde mengsels van batterijen en accu's die dergelijke batterijen en accu's. bevatten. 20 01 34 niet onder 20 01 33 vallende batterijen en accu's. 20 01 35 niet onder 20 01 21 en 20 01 23 vallende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur die gevaarlijke onderdelen (2) bevat. 20 01 36 niet onder 20 01 21, 20 01 23, en 20 01 35 vallende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur. 20 01 37 hout dat gevaarlijke stoffen bevat. 20 01 38 niet onder 20 01 37 vallend hout. 20 01 39 kunststoffen. 20 01 40 metalen. 20 01 41 afval van het vegen van schoorstenen. 20 01 99 niet elders genoemde gescheiden ingezamelde fracties : groen afval, afgedankte banden. 20 02 tuin- en plantsoenafval. 20 02 01 biologisch afbreekbaar afval. j) batterijen en accu's, opgenomen onder volgende codes met 6 cijfers : 16 niet elders genoemd afval. 16 06 batterijen en accu's. 16 06 01 loodaccu's. 16 06 02 NiCd-batterijen. 16 06 03 kwikhoudende batterijen. 16 06 04 alkalibatterijen (exclusief 16 06 03). 16 06 05 overige batterijen en accu's. 16 06 06 elektrolyt uit batterijen en accu's. k) metaalhoudend afval, opgenomen onder volgende codes met 6 cijfers : 02 Afval van landbouw, tuinbouw, aquacultuur, bosbouw, jacht en visserij en de voedingsbereiding en -verwerking. 02 01 Afval van landbouw, tuinbouw, aquacultuur, bosbouw, jacht en, visserij. 02 01 10 metaalafval. 12 afval van de machinale bewerking en de fysische en mechanische oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen. 12 01 afval van de machinale bewerking en de fysische en mechanische oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen. 12 01 01 ferrometaalvijlsel en -krullen. 12 01 02 ferrometaalstof en -deeltjes. 12 01 03 non-ferrometaalvijlsel en -krullen. 12 01 04 non-ferrometaalstof en -deeltjes. 16 Niet elders in de lijst genoemd afval. 16 01 afgedankte voertuigen van verschillende soorten vervoer (met inbegrip van niet voor de weg bestemde machines) en afval van de sloop van afgedankte voertuigen en het onderhoud van voertuigen (exclusief 13, 14, 16 06 en 16 08). 16 01 17 ferrometalen. 16 01 18 non-ferrometalen. 17 bouw- en sloopafval (inclusief afgegraven grond van verontreinigde locaties). 17 04 metaal (inclusief legeringen). 17 04 01 koper, brons en messing. 17 04 02 aluminium. 17 04 03 lood. 17 04 04 zink. 17 04 05 ijzer en staal. 17 04 06 tin. 17 04 07 gemengde metalen. 17 04 09 metaalafval dat met gevaarlijke stoffen is verontreinigd. 17 04 10 kabels die olie, koolteer of andere gevaarlijke stoffen bevatten. 17 04 11 niet onder 17 04 10 vallende kabels. 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 01 afval van de verbranding of pyrolyse van afval. 19 01 02 uit bodemas verwijderde ferromaterialen. 19 10 afval van de shredding van metaalhoudend afval. 19 10 01 ijzer- en staalafval. 19 10 02 non-ferroafval. 19 12 afval van niet elders genoemde mechanische afvalverwerking (bv. sorteren, breken, verdichten, palletiseren). 19 12 02 ferrometalen. 19 12 03 non-ferrometalen. l) afvalstoffen met vrij asbest en opgenomen onder volgende codes mes 6 cijfers. 06 afval van anorganische chemische processen. 06 07 afval van BFLG van halogenen en chemische processen met halogenen. 06 07 01 asbesthoudend afval van elektrolyse. 06 13 afval van niet elders genoemde anorganische chemische processen. 06 13 04 afval van asbestverwerking. 10 afval van thermische processen. 10 13 afval van de fabricage van cement, (ongebluste) kalk en pleistermortel en producten die hiervan zijn gemaakt. 10 13 09 afval van de fabricage van asbestcement dat asbest bevat. 16 niet elders in de lijst genoemd afval 16 02 afval van elektrische en elektronische apparatuur. 16 02 12 afgedankte apparatuur die vrije asbestvezels bevat. 17 bouw- en sloopafval (inclusief afgegraven grond van verontreinigde locaties). 17 06 isolatiemateriaal en asbesthoudend bouwmateriaal. 17 06 01 asbesthoudend isolatiemateriaal. 17 06 05 asbesthoudend bouwmateriaal. m) slib van septic tanks, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde. 20 03 overig stedelijk afval. 20 03 04 slib van septic tanks. n) afval van elektrische en elektronische apparatuur, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 16 niet elders in de lijst genoemd afval. 16 02 afval van elektrische en elektronische apparatuur. 16 02 11 afgedankte apparatuur die chloorfluorkoolwaterstoffen, HCFK's en/of HFK's bevat. 16 02 13 niet onder 16 02 09 tot en met. 16 02 12 vallende afgedankte apparatuur die gevaarlijke onderdelen (2) bevat. § 2. Het is verboden de volgende afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving te storten vanaf 1 juli 2004 : a) het verpakkingsafval opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 15 verpakkingsafval;absorbentia, poetsdoeken, filtermateriaal en beschermende kleding (niet elders genoemd). 15 01 verpakking en verpakkingsafval (inclusief gescheiden ingezamel stedelijk verpakkingsafval). 15 01 01 papieren en kartonnen verpakking. 15 01 02 kunststofverpakking. 15 01 03 houten verpakking. 15 01 04 metalen verpakking. 15 01 05 composietverpakking. 15 01 06 gemengde verpakking. 15 01 07 glazen verpakking. 15 01 09 textielen verpakking. 15 01 10 verpakking die resten van gevaarlijke stoffen bevat of daarmee is verontreinigd. 15 01 11 metalen verpakking die een gevaarlijke vaste poreuze matrix (bijvoorbeeld asbest) bevat, inclusief lege drukhouders. 15 01 97 verpakkingen die fytosanitaire producten van klasse C bevatten of hebben bevat. 15 01 98 verpakkingen die fytosanitaire producten van klasse A en B bevatten of hebben bevat. 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde. 20 97 afval van kleine handels, administraties, kantoren, gemeenschappen, zelfstandigen en van de HORECA-sector (inclusief tehuizen, kostscholen, scholen en kazernen). 20 97 93 selectief ingezamelde primaire kartonverpakkingen bestemd voor gewone gezinsactiviteiten. 20 97 94 selectief ingezamelde primaire kunststofverpakkingen bestemd voor gewone gezinsactiviteiten, met een inhoud van minder dan 10 liter. 20 97 95 selectief ingezamelde primaire metaalverpakkingen bestemd voor gewone gezinsactiviteiten, met een inhoud van minder dan 10 liter. 20 97 96 selectief ingezamelde primaire glasverpakkingen bestemd voor gewone gezinsactiviteiten. 20 97 97 selectief ingezamelde primaire houtverpakkingen bestemd voor gewone gezinsactiviteiten. 20 97 98 secundaire verpakkingen voor primaire verpakkingen die gelijkgesteld zijn met huishoudelijke afvalstoffen. b) Textielafval opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 04 afval van de leer-, bont- en textielindustrie. 04 02 afval van de textielindustrie. 04 02 09 afval van composietmaterialen (geimpregneerde textiel, elastomeren, plastomeren). 04 02 21 afval van onverwerkte textielvezels. 04 02 22 afval van verwerkte textielvezels. 15 verpakkingsafval; absorbentia, poetsdoeken, filtermateriaal en beschermende kleding (niet elders genoemd). 15 02 absorbentia, filtermateriaal, poetsdoeken en beschermende kleding. 15 02 02 absorbentia, filtermateriaal (inclusief niet elders genoemde oliefilters), poetsdoeken en beschermende kleding die met gevaarlijke stoffen zijn verontreinigd. 15 02 03 niet onder 15 02 02 vallende absorbentia, filtermateriaal, poetsdoeken en beschermende kleding. 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 12 afval van niet elders genoemde mechanische afvalverwerking (bv. sorteren, breken, verdichten, palletiseren). 19 12 08 textiel. c) de geneesmiddelen opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 18 afval van de gezondheidszorg bij mens of dier en/of verwant onderzoek (exclusief keuken- en restaurantafval dat niet rechtstreeks van de gezondheidszorg afkomstig is). 18 01 afval van verloskundige zorg en de diagnose, behandeling of preventie van ziektes bij de mens. 18 01 08 cytotoxische en cytostatische geneesmiddelen. 18 01 09 niet onder 18 01 08 vallende geneesmiddelen. 18 02 afval van onderzoek en de diagnose, behandeling of preventie van ziektes bij dieren. 18 02 07 cytotoxische en cytostatische geneesmiddelen. 18 02 08 niet onder 18 02 07 vallende geneesmiddelen. § 3. Het is verboden de volgende afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving te storten vanaf 1 januari 2006 : a) afval van de shredding van metaalhoudend afval, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 10 afval van de shredding van metaalhoudend afval. 19 10 03 lichte fractie die gevaarlijke stoffen bevat. 19 10 04 niet onder 19 10 03 vallende lichte fracties. 19 10 05 andere fracties die gevaarlijk stoffen bevatten. 19 10 06 andere, niet onder 19 10 05 vallende fracties. b) afgedankte voertuigen, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 16 niet elders in de lijst genoemd afval. 16 01 afgedankte voertuigen van verschillende soorten vervoer (met inbegrip van niet voor de weg bestemde machines) en afval van de sloop van afgedankte voertuigen en het onderhoud van voertuigen (exclusief 13, 14, 16 06 en 16 08). 16 01 04 afgedankte voertuigen. 16 01 06 afgedankte voertuigen die noch vloeistoffen, noch andere gevaarlijke onderdelen bevatten. c) fijngemalen afvalbanden.d) inert afval, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 17 bouw- en sloopafval (inclusief afgegraven grond van verontreinigde locaties). 17 01 beton, stenen, tegels en keramische producten. 17 01 01 Beton. 17 01 02 stenen. 17 01 03 tegels en keramische producten. 17 01 07 niet onder 17 01 06 vallende mengsels van beton, stenen, tegels of keramische producten. 17 01 06 mengsels van beton, stenen, tegels of keramische producten, of afzonderlijke fracties daarvan, die gevaarlijke stoffen bevatten. 17 03 bitumineuze mengsels, koolteer en met teer behandelde producten. 17 03 02 bitumineuze mengsels. 17 07 gemengd bouw- en sloopafval. 17 07 95 sloopafval afkomstig van woon-, kantoorgebouwen of soortgelijke gebouwen dat niet is gemengd met bederfelijke of brandbare stoffen. 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde. 20 01 gescheiden ingezamelde fracties (exclusief 15 01). 20 01 99 niet elders genoemd afval. e) bodemas opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 12 afval van niet elders genoemde mechanische afvalverwerking (bv. sorteren, breken, verdichten, palletiseren). 19 12 01 papier en karton. c) afval van elektrische en elektronische apparatuur, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 16 niet elders in de lijst genoemd afval. 16 02 afval van elektrische en elektronische apparatuur. 16 02 14 niet onder 16 02 09 tot en met 16 02 13 vallende afgedankte apparatuur. d) slakken, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 10 afval van thermische processen. 10 02 afval van de ijzer- en staalindustrie. 10 02 01 afval van de verwerking van slakken. 10 02 02 onverwerkte slakken. 10 09 afval van ijzergieten. 10 09 03 ovenslak. 10 10 afval van het gieten van non-ferrometalen. 10 10 03 ovenslak. e) vliegas en slakken van steenkoolcentrales, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 10 afval van thermische processen. 10 01 afval van elektriciteitscentrales en andere verbrandingsinstallaties (exclusief hoofdstuk 19). 10 01 01 bodemas, slakken en ketelstof (exclusief het onder 10 01 04 vallende ketelstof). 10 01 02 koolvliegas. f) slib uit zuiveringsstations, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 02 afval van landbouw, tuinbouw, aquacultuur, bosbouw, jacht en visserij en de voedingsbereiding en -verwerking. 02 02 afval van de bereiding en verwerking van vlees, vis en ander voedsel van dierlijke oorsprong. 02 02 04 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 02 03 afval van de bereiding en verwerking van fruit, groente, granen, spijsolie, cacao, koffie, thee en tabak, de productie van conserven, de productie van gist en gistextract en de bereiding en fermentatie van melasse. 02 03 05 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 02 04 afval van de suikerverwerking. 02 04 03 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 02 05 afval van de zuivelindustrie. 02 05 02 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 02 06 afval van bakkerijen en de banketbakkersindustrie. 02 06 03 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 02 07 afval van de productie van alcoholische en niet-alcoholische dranken (exclusief koffie, thee en cacao). 02 07 05 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 03 afval van de houtverwerking en de productie van panelen en meubelen alsmede pulp, papier en karton. 03 03 afval van de productie en verwerking van pulp, papier en karton. 03 03 11 niet onder 03 03 10 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 04 afval van de leer-, bont- en textielindustrie. 04 01 afval van de leer- en bontindustrie. 04 01 06 chroomhoudend slib, met name van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 04 01 07 chroomvrij slib, met name van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 04 02 afval van de textielindustrie. 04 02 19 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 04 02 20 niet onder 04 02 19 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 04 02 19 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 04 02 20 niet onder 04 02 19 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 05 afval van olieraffinage, aardgaszuivering en de pyrolytische behandeling van kool. 05 01 afval van olieraffinage. 05 01 09 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 05 01 10 niet onder 05 01 09 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 06 afval van anorganische chemische processen. 06 05 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 06 05 02 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 06 05 03 niet onder 06 05 02 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 afval van organische chemische processen. 07 01 afval van bereiding, formulering, levering en gebruik (BFLG) van organische basischemicalien. 07 01 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 01 12 niet onder 07 01 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 02 afval van BFLG van kunststoffen, synthetische rubber en kunstvezels. 07 02 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 02 12 niet onder 07 02 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 03 afval van BFLG van organische kleurstoffen en pigmenten (exclusief 06 11). 07 03 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 03 12 niet onder 07 03 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 04 afval van BFLG van organische gewasbeschermingsmiddelen (exclusief). 02 01 08 en 02 01 09), houtverduurzamingsmiddelen (exclusief 03 02) en andere biociden. 07 04 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 04 12 niet onder 07 04 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 05 afval van BFLG van farmaceutische producten. 07 05 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 05 12 niet onder 07 05 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 06 afval van BFLG van vetten, smeermiddelen, zepen, detergenten, desinfecterende middelen en cosmetische producten. 07 06 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 06 12 niet onder 07 06 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 07 07 afval van BFLG van fijnchemicalien en niet elders genoemde chemische producten. 07 07 11 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 07 07 12 niet onder 07 07 11 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 10 afval van thermische processen. 10 01 afval van elektriciteitscentrales en andere verbrandingsinstallaties (exclusief hoofdstuk 19). 10 01 20 slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse dat gevaarlijke stoffen bevat. 10 01 21 niet onder 10 01 20 vallend slib van afvalwaterbehandeling ter plaatse. 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 08 niet elders genoemd afval van afvalwaterzuivering. 19 08 05 slib van de behandeling van stedelijk afvalwater. 19 08 09 vet- en oliemengsels uit olie/waterscheiders die spijsolie en -vetten bevatten 19 08 10 niet onder 19 08 09 vallende vet- en oliemengsels uit olie/waterscheiders. 19 08 11 slib van de biologische zuivering van industrieel afvalwater dat gevaarlijke stoffen bevat. 19 08 12 niet onder 19 08 11 vallend slib van de biologische zuivering van industrieel afvalwater 19 08 13 slib van andere behandelingen van industrieel afvalwater dat gevaarlijke stoffen bevat. 19 08 14 niet onder 19 08 13 vallend slib van andere behandelingen van industrieel afvalwater. 19 09 afval van de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik. 19 09 02 waterzuiveringsslib. 19 09 03 onthardingsslib. § 5. Het is verboden de volgende afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving te storten vanaf 1 januari 2008 : a) de stoffen van hoogovens en staalfabrieken, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 10 afval van thermische processen. 10 02 afval van de ijzer- en staalindustrie. 10 02 07 vast afval van gaszuivering dat gevaarlijke stoffen bevat. 10 02 08 niet onder 10 02 07 vallend vas afval van gaszuivering. b) ruw huisvuil en niet-fijngemalen grof huisvuil, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde fracties. 20 03 overig stedelijk afval. 20 03 07 grofvuil. 20 96 Overig afval afkomstig van de gebruikelijke activiteiten van de gezinnen. 20 96 61 ruw huisvuil. c) afval van ziekenhuis- en gezondheidszorgactiviteiten van klasse A, zoals bedoeld in artikel 1, § 4, van het besluit van de Waalse Regering van 30 juni 1994 betreffende de afval van ziekenhuis- en gezondheidszorgactiviteiten; § 6. Het is verboden de gietzanden opgenomen onder volgende codes met zes cijfers te storten in een centrum voor technische ingraving vanaf 1 januari 2009 : 10 afval van thermische processen. 10 09 05 gietkernen en -vormen die gevaarlijke stoffen bevatten en niet voor gieten zijn gebruikt. 10 09 06 niet onder 10 09 05 vallende gietkernen en -vormen die niet voor gieten zijn gebruikt. 10 09 07 gietkernen en -vormen die gevaarlijke stoffen bevatten en voor gieten zijn gebruikt. 10 09 08 niet onder 10 09 07 vallende gietkernen en -vormen die voor gieten zijn gebruikt. 10 10 afval van het gieten van non-ferrometalen. 10 10 05 gietkernen en -vormen die gevaarlijke stoffen bevatten en niet voor gieten zijn gebruikt. 10 10 06 niet onder 10 10 05 vallende gietkernen en -vormen die niet voor gieten zijn gebruikt. 10 10 07 gietkernen en -vormen die gevaarlijke stoffen bevatten en voor gieten zijn gebruikt. 10 10 08 niet onder 10 10 07 vallende gietkernen en -vormen die voor gieten zijn gebruikt. § 7. Het is verboden de volgende afvalstoffen in een centrum voor technische ingraving te storten vanaf 1 januari 2009 : a) fijngemalen grof huisvuil;b) biologisch afbreekbare organische afvalstoffen, opgenomen onder volgende codes met zes cijfers : 02 afval van landbouw, tuinbouw, aquacultuur, bosbouw, jacht en visserij en de voedingsbereiding en -verwerking. 02 01 afval van landbouw, tuinbouw, aquacultuur, bosbouw, jacht en visserij. 02 01 03 afval van plantaardige weefsels. 02 01 06 dierlijke feces, urine en mest (inclusief gebruikt stro), afvalwater, gescheiden ingezameld en elders verwerkt. 02 01 07 afval van de bosbouw. 02 02 afval van de bereiding en verwerking van vlees, vis en ander voedsel van dierlijke oorsprong. 02 02 01 slib van wassen en schoonmaken. 02 02 03 voor consumptie of verwerking ongeschikt materiaal. 02 03 afval van de bereiding en verwerking van fruit, groente, granen, spijsolie, cacao, koffie, thee en tabak, de productie van conserven, de productie van gist en gistextract en de bereiding en fermentatie van melasse. 02 03 01 slib van wassen, schoonmaken, pellen, centrifugeren en scheiden. 02 03 04 voor consumptie of verwerking ongeschikt materiaal. 02 05 afval van de zuivelindustrie. 02 05 01 voor consumptie of verwerking ongeschikt materiaal. 02 06 afval van bakkerijen en de banketbakkersindustrie. 02 06 01 voor consumptie of verwerking ongeschikt materiaal. 02 07 afval van de productie van alcoholische en niet-alcoholische dranken (exclusief koffie, thee en cacao). 02 07 01 afval van wassen, schoonmaken en mechanische bewerking van de grondstoffen. 03 afval van de houtverwerking en de productie van panelen en meubelen alsmede pulp, papier en karton. 03 01 afval van de houtverwerking en de productie van panelen en meubelen. 03 01 01 schors- en kurkafval. 03 01 04 zaagsel, schaafsel, spaanders, hout, spaanplaat en fineer die gevaarlijke stoffen bevatten. 03 01 05 niet onder 03 01 04 vallend zaagsel, schaafsel, spaanders, hout, spaanplaat en fineer. houtverduurzamingsmiddelen. 03 03 afval van de productie en verwerking van pulp, papier en karton. 03 03 01 schors- en houtafval. 17 bouw- en sloopafval (inclusief afgegraven grond van verontreinigde locaties) 17 02 hout, glas en kunststof 17 02 01 hout 19 afval van installaties voor afvalbeheer, off-site waterzuiveringsinstallaties en de bereiding van voor menselijke consumptie bestemd water en water voor industrieel gebruik 19 12 afval van niet elders genoemde mechanische afvalverwerking (bv. sorteren, breken, verdichten, palletiseren). 19 12 06 hout dat gevaarlijke stoffen bevat. 19 12 07 niet onder 19 12 06 vallend hout. 19 12 12 overig, niet onder 19 12 11 vallend afval (inclusief mengsels van materialen) van mechanische afvalverwerking. 20 stedelijk afval (huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen) inclusief gescheiden ingezamelde 20 03 overig stedelijk afval 20 03 01 gemengd stedelijk afval. 20 03 02 marktafval. 20 03 03 veegvuil. 20 96 Overig afval afkomstig van de gebruikelijke activiteiten van de gezinnen. 20 96 62 composteerbare of biomethaniseerbare fractie van ruw huisvuil.

Art. 3.Voor hun storten in een centrum voor technische ingraving, worden de afvalstoffen verwerkt met het oog op het afnemen en het isoleren van nuttig toe te passen fracties en om negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu, in het bijzonder de verontreiniging van oppervlaktewater, grondwater, bodem en lucht, en voor het wereldwijde milieu, met inbegrip van het broeikaseffect, te voorkomen en zoveel mogelijk te verminderen.

Vanaf de vervaldatums en voor de in artikel 2 bedoelde categorieën afvalstoffen, mag enkel het overblijvende afval na de sortering en verwerking van genoemde afvalstoffen, gestort worden in een centrum voor technische ingraving.

Deze bepaling is niet van toepassing op inerte afvalstoffen waarvoor de verwerking niet technisch haalbaar is noch op alle overige afvalstoffen waarvoor een dergelijke verwerking niet zou bijdragen tot het bereiken van voornoemde doelstellingen.

Art. 4.Het is verboden, met het oog op het storten in een centrum voor technische ingraving, over te gaan tot een dilutie of mengsel van afvalstoffen met als enig doel te voldoen aan de stortingscriteria.

Art. 5.Onverminderd de voorwaarden die vastgelegd zijn in de specifieke vergunningen of verloven van het centrum voor technische ingraving, kan de Minister een afwijking toestaan van artikel 2, §§ 2 tot 6, met uitzondering van § 3, c), in geval van buitengewone omstandigheden en van artikel 2, § 1, en § 3, c), bij overmacht.

Het gebrek aan verwerkings- of beheersinstallaties, de stopzetting of een ongeplande vertraging bij de aanleg van de verwerkingsinstallatie of van een beheerskanaal worden beschouwd als buitengewone omstandigheden.

Het begrip « overmacht » impliceert dat de betrokken omstandigheden bestaan uit onvoorzienbare gebeurtenissen.

De afwijking mag niet langer zijn dan twee jaar.

De afwijkingsaanvraag bevat ten minste de volgende gegevens : 1° de aard, samenstelling, hoeveelheid, oorsprong en bestemming van de afvalstoffen;2° de duur waarvoor de afwijking wordt aangevraagd;3° een overzicht van de verwerkingsinstallaties en van hun capaciteiten en van de in ontwikkeling zijnde onderzoeksprocessen en -programma's;4° een beschrijving van de omstandigheden die het storten in een centrum voor technische ingraving verantwoorden. De afwijkingsaanvraag wordt bij aangetekende brief ingediend bij de « Office wallon des déchets » (Waalse dienst voor afvalstoffen) of tegen ontvangbewijs overhandigd. Ze wordt medeondertekend door de houder van de afvalstoffen en de openbare of privé persoon die beschikt over de vergunning tot exploitatie van het centrum voor technische ingraving waar de afvalstoffen moeten worden gestort.

De ministeriële beslissing wordt ter kennis van de aanvragers gebracht binnen zestig dagen vanaf de ontvangst van de aanvraag door de « Office wallon des déchets ». Ze is voorzien van voorwaarden m.b.t. de storting, de bewakings- en controleprocedures en het onderzoek van beheersalternatieven.

Art. 6.Artikel 7 van het besluit van de Waalse Regering van 27 februari 2003 houdende sectorale voorwaarden voor de exploitatie van centra voor technische ingraving, wordt opgeheven.

Art. 7.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 18 maart 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET

^