Etaamb.openjustice.be
Decreet van 03 april 2009
gepubliceerd op 04 mei 2009

Decreet houdende oprichting van de "Caisse d'Investissement de Wallonie" en tot invoering van een vermindering van de personenbelasting bij inschrijving op aandelen of obligaties van de kas (1)

bron
waalse overheidsdienst
numac
2009201938
pub.
04/05/2009
prom.
03/04/2009
ELI
eli/decreet/2009/04/03/2009201938/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

3 APRIL 2009. - Decreet houdende oprichting van de "Caisse d'Investissement de Wallonie" (Investeringskas voor Wallonië) en tot invoering van een vermindering van de personenbelasting bij inschrijving op aandelen of obligaties van de kas (1)


Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling

Artikel 1.Dit decreet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 39 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Investeringskas voor Wallonië

Art. 2.§ 1. Er wordt een gespecialiseerde vennootschap opgericht in de zin van artikel 22, § 1, lid 1, van de wet van 2 april 1962 betreffende de Federale Investeringsmaatschappij en de gewestelijke investeringsmaatschappijen, zoals gewijzigd bij het decreet van 6 mei 1999, "Caisse d'Investissement de Wallonie" genaamd, afgekort "C.I.W.". De statuten van de "C.I.W." worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Regering.

Behoudens de afwijkingen voortvloeiend uit de bepalingen van dit decreet zijn de artikelen 22 tot en met 41 van de wet van 2 april 1962 van toepassing op de "C.I.W.". § 2. In afwijking van artikel 22, § 1, lid 4, van de wet van 2 april 1962 kan de "C.I.W." naast de uitvoering van de opdrachten die haar bij decreet of regeringsbesluit opgelegd worden, met eigen middelen voor eigen rekening optreden.

Overeenkomstig artikel 28, lid 2, van de wet van 2 april 1962 worden enkel de verrichtingen die de "C.I.W." heeft uitgevoerd in het kader van de haar overgedragen opdrachten afzonderlijk in haar rekeningen opgenomen.

De controle uitgeoefend door de twee regeringscommissarissen bedoeld in artikel 29, § 2, van de wet van 2 april 1962 betreft ook de akten die de "C.I.W." neemt in het kader van de activiteiten die ze overeenkomstig lid 1 voor eigen rekening ontwikkelt. § 3. De "C.I.W." heeft als voornaamste doel, de bevordering, samen met één of meerdere publiek- of privaatrechtelijke personen, van investeringen in niet-beursgenoteerde kleine en middelgrote ondernemingen. De investeringen door de "C.I.W." geschieden op grond van het beginsel van de mede-investering.

De "C.I.W." kan meer bepaald om de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel te begunstigen : 1° elke verenigingsovereenkomst sluiten, deel uitmaken van elke vereniging, elke groep of elk syndicaat of er belangen in nemen; 2° een dochteronderneming oprichten, een participatie in het kapitaal van een vennootschap verkrijgen door inbrenging, overdracht, intekening op aandelen of bij enig ander middel, voor zover het maatschappelijk doel van de dochteronderneming of van de maatschappij waarin ze een participatie neemt, overeenstemt met het maatschappelijk doel van de "C.I.W."; 3° inschrijven op, in voorkomend geval converteerbare obligatieleningen met of zonder inschrijvingsrecht, leningen toekennen, waarborgen toestaan;4° alle persoonlijke of zakelijke waarborgen of zekerheden nemen, met name een pandrecht op een handelszaak;5° een beroep doen op de diensten van derden en ze belasten met elke opdracht nuttig voor de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel;6° elk roerend effect verwerven in het kader van haar schatkistbeheer;7° gespecialiseerde investeringsfondsen oprichten en/of beheren of deelnames nemen in door derden opgerichte en/of beheerde gespecialiseerde investeringsfondsen. In afwijking van artikel 646 van het Wetboek van vennootschappen kan de "C.I.W." alle aandelen bezitten in een naamloze vennootschap, zonder beperking van duur en zonder geacht te worden hoofdelijk borg te staan voor de verbintenissen van deze vennootschap. § 4. De "C.I.W." mag alle verrichtingen van enigerlei aard uitvoeren die rechtstreeks of onrechtstreeks, geheel of gedeeltelijk, verband houden met haar maatschappelijk doel alsook alle verrichtingen die de verwezenlijking ervan zouden kunnen bevoordelen, vergemakkelijken of bevorderen.

Haar doel wordt geacht commercieel te zijn en de handelingen die ze stelt, worden geacht commercieel te zijn. § 5. Met het oog op een efficiëntere bedrijfsvoering mag de "C.I.W." het voor haar eigen rekening uitoefenen van één of meer van haar beheertaken op grond van een lastgevings- of een aannemingsovereenkomst toevertrouwen aan een derde, voor zover die derde over een administratieve, boekhoudkundige, financiële en technische organisatie beschikt die in verhouding staat tot de aard van de taken van beheer waarvan de uitoefening haar is toevertrouwd en de bestuurders en de personen die er feitelijk de daadwerkelijke leiding over hebben de nodige professionele betrouwbaarheid en de geschikte ervaring voor de uitoefening van die functies bezitten. § 6. De "C.I.W." mag een openbaar beroep doen op het spaarwezen. De "C.I.W." mag in dat kader in voorkomend geval converteerbare obligatieleningen met of zonder intekenrecht uitgeven, evenals elk ander financieel instrument. De openbare beroepen op het spaarwezen worden ondergeschikt gemaakt aan de machtiging van de Regering, die er de voorwaarden van goedkeurt en ze kan ze voorzien van de gewestelijke waarborg tegen de voorwaarden die zij bepaalt en met inachtneming van artikel 4. HOOFDSTUK III. - Fiscale bepalingen

Art. 3.Als de "C.I.W."-aandelen en/of obligaties uitbrengt met een openbaar bod in België, geeft de inschrijving daarop recht op een belastingvermindering omschreven in de artikelen 4 en 5, onderstaand.

De belastingvermindering wordt toegekend aan de belastingplichtigen met de hoedanigheid van inwoner van het Waalse Gewest. Inwoner van het Waalse Gewest is de inwoner van het Rijk bedoeld in artikel 2 van het Wetboek der inkomstenbelastingen wiens woonplaats voor elk aanslagjaar bedoeld in artikel 4, § 3, en in artikel 5, § 3, gevestigd is in een gemeente van het Waalse Gewest.

Art. 4.§ 1. Er wordt de inwoners van het Waalse Gewest die onderworpen zijn aan de personenbelasting een belastingvermindering toegekend op de bedragen die tijdens het belastingtijdperk daadwerkelijk zijn gestort voor de inschrijving op aandelen uitgegeven door de "C.I.W.".

Voor de berekening van de belastingvermindering worden die stortingen tegen hun nettobedrag in overweging genomen, namelijk het brutobedrag verminderd met de commissies en belastingen en tegen een maximumbedrag van 2.500 euro per belastingtijdperk en per belastingplichtige. § 2. De belastingvermindering stemt overeen met 8,75 % van de bedragen die daadwerkelijk tijdens het belastingtijdperk zijn gestort voor de inschrijving op aandelen, binnen de perken bedoeld in § 1, lid 2. § 3. De belastingvermindering wordt toegekend voor vier opeenvolgende aanslagjaren. De belastingvermindering wordt toegekend voor het belastingtijdperk waarin ingeschreven is op de aandelen van de "C.I.W." op voorwaarde dat er sprake is van ononderbroken bezit van die aandelen in volle eigendom vanaf de inschrijving daarop tot aan het einde van het belastingtijdperk. De belastingvermindering wordt eveneens toegekend voor de drie daaropvolgende belastingtijdperken op voorwaarde dat er sprake is van ononderbroken bezit van de aandelen van de "C.I.W." in volle eigendom gedurende het hele betrokken belastingtijdperk.

Art. 5.§ 1. Er wordt de inwoners van het Waalse Gewest die onderworpen zijn aan de personenbelasting een belastingvermindering toegekend op de bedragen die tijdens het belastingtijdperk daadwerkelijk zijn gestort voor de inschrijving op obligaties op tien jaar uitgegeven door de "C.I.W.".

Voor de berekening van de belastingvermindering worden die stortingen tegen hun nettobedrag in overweging genomen, namelijk het brutobedrag verminderd met de commissies en belastingen en tegen een maximumbedrag van 2.500 euro per belastingtijdperk en per belastingplichtige. § 2. De belastingvermindering stemt overeen met 3,10 % van de bedragen die daadwerkelijk tijdens het belastingtijdperk zijn gestort voor de inschrijving op aandelen, binnen de perken bedoeld in § 1, lid 2. § 3. De belastingvermindering wordt toegekend voor vier opeenvolgende aanslagjaren. De belastingvermindering wordt toegekend voor het belastingtijdperk waarin ingeschreven is op de obligaties van de "C.I.W." op voorwaarde dat er sprake is van ononderbroken bezit van die obligaties in volle eigendom vanaf de inschrijving daarop tot aan het einde van het belastingtijdperk. De belastingvermindering wordt eveneens toegekend voor de drie daarop volgende belastingtijdperken op voorwaarde dat er sprake is van ononderbroken bezit van de obligaties van de "C.I.W." in volle eigendom gedurende het hele betrokken belastingtijdperk.

Art. 6.§ 1. Als de economische omstandigheden het verantwoorden, kan de Regering het volgende wijzigen : 1° het maximumbedrag van de stortingen dat in overweging wordt genomen in artikel 4, § 1, lid 2, evenals in artikel 5, § 1, lid 2;2° het percentage van de belastingvermindering bedoeld in artikel 4, § 2, en in artikel 5, § 2;3° de emissieduur van de obligaties bedoeld in artikel 5, § 1;4° het aantal aanslagjaren waarvoor de belastingvermindering wordt toegekend overeenkomstig artikel 4, § 3, en artikel 5, § 3. De wijziging, al naar gelang, van het maximumbedrag van de in overweging genomen stortingen, van het percentage van de belastingvermindering, van de emissieduur van de obligaties of van het aantal aanslagjaren heeft enkel gevolg voor de belastingverminderingen gebonden aan de effecten die de "C.I.W." uitgegeven heeft na het besluit genomen overeenkomstig lid 1. § 2. De Regering dient een ontwerp-decreet ter bevestiging van de maatregelen besloten ter uitvoering van § 1 bij het Parlement in. Het decreet dient bekrachtigd te worden binnen de drie maanden na inwerkingtreding van de besloten maatregelen. Blijft de bevestiging binnen de opgelegde termijn uit, dan worden de besloten maatregelen geacht nooit uitwerking te hebben gehad.

Art. 7.§ 1. Worden de effecten van de "C.I.W." overgedragen in de loop van één van de vier aanslagjaren bedoeld in artikel 4, § 3, en/of in artikel 5, § 3, dan wordt het recht op belastingvermindering beëindigd vanaf het aanslagjaar dat betrekking heeft op het belastingtijdperk waarin de effecten zijn overgedragen. De belastingverminderingen die zijn toegekend voor de vorige aanslagjaren staan evenwel vast. § 2. In afwijking van de eerste paragraaf wordt de belastingvermindering, indien de effecten van de "C.I.W." overgedragen worden wegens het overlijden van de belastingplichtige, toegekend aan de gerechtigde van de effecten vanaf het jaar van het overlijden, in verhouding tot het aantal effecten indien laatstgenoemde bewijst dat hij de effecten ononderbroken in volle eigendom bezat vanaf het overlijden tot aan het einde van het belastingtijdperk en, in voorkomend geval, voor elk van de overblijvende aanslagjaren.

Het recht op belastingvermindering bedoeld in § 2, lid 1, mag gecumuleerd worden met de belastingverminderingen waarvan sprake in de artikelen 4 en 5.

Art. 8.De belastingvermindering wordt toegerekend op de personenbelasting na aftrek van alle andere niet-terugbetaalbare aftrekposten die toegerekend worden op de belasting.

Art. 9.De Regering legt in overleg met de federale Minister van Financiën de bepalingen vast in verband met de bewijsstukken die voorgelegd dienen te worden overeenkomstig artikel 4, § 3, en artikel 5, § 3, alsook artikel 7, § 2. HOOFDSTUK IV. - Financiële bepalingen

Art. 10.§ 1. In het kader van de machtiging verleend bij het decreet houdende de uitgavenbegroting van het Gewest kan de Regering tegen de door haar bepaalde voorwaarden beslissen een waarborg van het Gewest te verlenen om de verwezenlijking van de doelstellingen van dit decreet te bevorderen. § 2. Er kan enkel een waarborg van het Gewest verleend worden voor de financiële instrumenten van de "C.I.W." die het voorwerp uitmaken of hebben uitgemaakt van een openbaar bod in België. § 3. De financiële instrumenten van de "C.I.W." die het voorwerp uitmaken of hebben uitgemaakt van een openbaar bod in België worden onvoorwaardelijk en onherroepelijk gewaarborgd door het Gewest tegen 90 % van hun nominale waarde of hun boekhoudkundig pari en van de prijs waartegen ze worden aangeboden zoals vastgesteld in artikel 4, lid 2, 2°, a), van de wet van 20 juli 2004Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/2004 pub. 09/03/2005 numac 2005003063 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles sluiten betreffende bepaalde vormen van beheer van beleggingsportefeuilles of tegen een ander percentage bepaald door de Koning krachtens diezelfde bepaling. § 4. Een garantie van het Gewest verleend voor de leningen aangegaan door een investeringsfonds van de "C.I.W." kan 100 % van de hoofdsom dekken. De Regering legt het juiste percentage en de nadere regels voor de toekenning van de garantie vast. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen en inwerkingtreding

Art. 11.De Regering legt het Parlement jaarlijks een verslag voor over de staat van vordering en de vooruitzichten inzake de toepassing van dit decreet.

Art. 12.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 3 april 2009.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE De Minister van Begroting, Financiën en Uitrusting, M. DAERDEN De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, Ph. COURARD De Minister van Economie, Tewerkstelling, Buitenlandse Handel en Patrimonium, J.-C. MARCOURT De Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, Nieuwe Technologieën en Buitenlandse Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Minister van Vorming, M. TARABELLA De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, D. DONFUT De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN _______ Nota (1) Zitting 2008-2009. Stukken van het Waals Parlement 956 (2008-2009), nrs. 1 en 2.

Volledig verslag, openbare vergadering van 1 juli 2009.

Bespreking - Stemming.

^