Etaamb.openjustice.be
Decreet van 05 juni 1997
gepubliceerd op 09 juli 1997

Decreet houdende oprichting van de Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid

bron
franse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
1997031243
pub.
09/07/1997
prom.
05/06/1997
ELI
eli/decreet/1997/06/05/1997031243/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 JUNI 1997. - Decreet houdende oprichting van de Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid (1)


De Vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie heeft aangenomen en Wij, College, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 128 van de Grondwet krachtens artikelen 138 en 178 van de Grondwet.

Art. 2.Voor de toepassing van dit decreet dient te worden verstaan onder : 1° het College : het College van de Franse Gemeenschapscommissie;2° de Adviesraad : de Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid;3° het Bestuur : de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie. HOOFDSTUK II. - Oprichting, structuur en opdrachten

Art. 3.Een "Brusselse Franstalige Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid" wordt opgericht.

Art. 4.1. De Adviesraad is samengesteld uit een Bureau en vier afdelingen : 1° de afdeling "Thuishulp en -verpleging";2° de afdeling "Ambulante diensten";3° de afdeling "Opvang";4° de afdeling "Gehandicapten". 2 Het Bureau bestaat uit de voorzitter, ondervoorzitter en twee leden van iedere afdeling.

Art. 5.1. De afdeling "Thuishulp en -verpleging" geeft op initiatief of op verzoek van het College advies over kwesties met betrekking tot het houden thuis, gezins- en bejaardenhulp, palliatieve zorg, coördinatie van thuisverpleging en -diensten. Haar advies is vereist voor ontwerpen van decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan en ook wanneer een regel voorschrijft dat het advies van een adviesorgaan vereist is voor een centrum of dienst die door het College erkend is voor een van de voornoemde sectoren. 2 De afdeling "Ambulante diensten" geeft op initiatief of op verzoek van het College advies over kwesties met betrekking tot de geestelijke gezondheid, verslaving, gezinsplanning, maatschappelijke dienstverlening en ambulante geneeskunde. Haar advies is vereist voor ontwerpen van decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan en ook wanneer een regel voorschrijft dat het advies van een adviesorgaan vereist is voor een centrum of dienst die door het College erkend is voor een van de voornoemde sectoren. 3 De afdeling "Opvang" geeft op initiatief of op verzoek van het College advies over kwesties met betrekking tot de structuren inzake opvang en/of verzorging in instellingen. Haar advies is vereist voor ontwerpen van decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan en ook wanneer een regel voorschrijft dat het advies van een adviesorgaan vereist is voor een centrum of dienst die door het College erkend is voor een van de voornoemde sectoren. 4 De afdeling "Gehandicapten" geeft op initiatief of op verzoek van het College advies over alle kwesties met betrekking tot gehandicapten. Haar advies is vereist voor ontwerpen van decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan en ook wanneer een regel voorschrijft dat het advies van een adviesorgaan vereist is voor een centrum of dienst die door het College erkend is voor een van de voornoemde sectoren. 5 Het Bureau geeft op initiatief of op verzoek van het College of van een afdeling advies over kwesties met betrekking tot meerdere afdelingen. HOOFDSTUK III. - Samenstelling van de afdeling

Art. 6.Met inachtneming van de beginselen die zijn vastgesteld bij dit decreet bepaalt het College de regels voor de werking en de samenstelling van de Adviesraad.

Elke afdeling bestaat uit werkende en plaatsvervangende leden, meer bepaald : 1° vertegenwoordigers van de inrichtende macht;2° vertegenwoordigers van de werknemers uit de sectoren;3° vertegenwoordigers van de gebruikers of doelgroepen;4° deskundigen. Elke afdeling moet minstens voor één derde uit leden van het andere geslacht bestaan.

Art. 7.De vertegenwoordigers van het Bestuur en van de bevoegde leden van het College worden uitgenodigd op de vergaderingen van de afdelingen en het Bureau.

Art. 8.1. De voorzitters, ondervoorzitters en de leden van de afdelingen en van het Bureau worden door het College benoemd voor een duur van vijf jaar. Hun mandaat is hernieuwbaar. 2. Op gezamenlijke voordracht van de Leden van het College bevoegd voor Bijstand aan Personen en Gezondheid voor de afdelingen bedoeld in artikel 4, 1, 1°, 2° en 3°, en op voordracht van het Lid van het College belast met Bijstand aan Personen voor de afdeling bedoeld in artikel 4, 1, 4°, benoemt het College de leden van de afdelingen alsook de voorzitters en ondervoorzitters van elke afdeling..

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3. De voordrachten van het Lid van het College gebeuren op basis van de kandidatenlijsten die zijn ingediend door de representatieve organisaties van elke ledencategorie zoals bepaald in artikel 6, 1°, 2° en 3°.Elke kandidatuur is met redenen omkleed en opgenomen in een inleidend document waarin de representativiteit van de kandidaat voor één van de betrokken sectoren nader wordt omschreven. 4. De beide leden van elke afdeling, die samen met de voorzitter en ondervoorzitter van elke afdeling het Bureau zoals bedoeld in artikel 4, 2, vormen, worden door elke afdeling gekozen binnen de twee maanden na de installering van de nieuwe leden.Elk lid van de afdeling heeft het recht zijn kandidatuur als lid van het Bureau in te dienen. De verkiezing gebeurt geheim en bij meerderheid van stemmen van de aanwezige leden.

Op voordracht van de Leden van het College bevoegd voor Bijstand aan Personen en Gezondheid benoemt het College de voorzitter en ondervoorzitter van het Bureau. Zij moeten behoren tot verschillende afdelingen. HOOFDSTUK IV. - Opheffende en slotbepalingen

Art. 9.De verordening van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 april 1991 houdende oprichting van een Brusselse Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid wordt opgeheven.

Art. 10.De adviesopdrachten van de Brusselse Adviesraad voor Welzijnszorg en Gezondheid, opgericht bij de verordening van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 april 1991, worden voortaan uitgeoefend door de Adviesraad.

Meer bepaald de adviesopdrachten voor de afdeling verslaving, opgericht bij decreet van 27 april 1995 betreffende de erkenning en de toelagen van de diensten die werkzaam zijn op het gebied van verslaving, alsmede de adviesopdrachten voor de erkenningscommissies zoals voorzien in het decreet van de Franse Gemeenschap van 29 maart 1993 betreffende de erkenning en subsidiëring van de verenigingen voor geïntegreerde gezondheid en in het decreet van de Franse Gemeenschap van 19 juni 1989 houdende organisatie van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor coördinatie van thuisverpleging en -diensten, zullen voortaan door de Adviesraad worden vervuld.

Art. 11.Het College stelt de datum van de inwerkingtreding van dit decreet vast.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 5 juni 1997.

H. HASQUIN, Voorzitter van het College van de Franse Gemeenschapscommissie belast met Begroting, de Betrekkingen met de Franse Gemeenschap en het Waals Gewest, alsook met de Internationale Betrekkingen Ch. PICQUE, Lid van het College belast met Bijstand aan Personen D. GOSUIN, Lid van het College belast met Cultuur, Sport en Toerisme E. ANDRE, Lid van het College belast met de Beroepsopleiding en de Permanente Opleiding van de Middenklasse E. TOMAS, Lid van het College belast met Gezondheid, Beroepsomscholing en Bijscholing, Onderwijs, Sociale Promotie, Leerlingenvervoer en Openbaar Ambt

^