Etaamb.openjustice.be
Decreet van 10 mei 2013
gepubliceerd op 14 juni 2013

Decreet tot instelling van een procedure voor de erkenning van de kwaliteitsfitnesszalen

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2013029364
pub.
14/06/2013
prom.
10/05/2013
ELI
eli/decreet/2013/05/10/2013029364/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 MEI 2013. - Decreet tot instelling van een procedure voor de erkenning van de kwaliteitsfitnesszalen (1)


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen, en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.In de zin van dit decreet, wordt verstaan onder : 1° Fitness : geheel van recreatiesportactiviteiten, die alleen of in groepsverband worden uitgeoefend, met of zonder de bijstand van een monitor, in een binnenruimte, en die inzonderheid gericht zijn op lichamelijk welzijn, lichamelijke inspanning of versterking van spiermassa, met uitzondering van de activiteiten inzake verzorging of medische revalidatie.2° Fitnesszaal : elke binnenruimte waar materiële uitrusting voor de beoefening van fitness ter beschikking van sporters wordt gesteld of elke binnenruimte waar individuele of collectieve fitnesslessen worden voorgesteld.3° Exploitant van een fitnesszaal : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroepshalve een fitnesszaal met of zonder winstoogmerk exploiteert.4° Beheerder : elke natuurlijke persoon die door de exploitant van een fitnesszaal wordt belast met het dagelijkse beheer van de fitnesszaal.5° Sporter : elke persoon die, in het kader van een contract dat met de exploitant van een fitnesszaal wordt gesloten, op onverschillig welk niveau fitness beoefent.6° Monitor : elke natuurlijke persoon, houder van een brevet dat ter uitvoering van dit decreet wordt uitgereikt, of van een studiediploma dat door de Regering wordt gehomologeerd, die wordt opgeleid om sporters te begeleiden om hen in staat te stellen fitness te beoefenen op een medisch verantwoorde wijze.7° Persoonlijke trainer : de monitor die in het kader van individuele fitnesslessen, een geïndividualiseerde begeleiding aan een sporter tegen bezoldiging verschaft.8° Monitor voor collectieve lessen : de monitor die een fitnessles tegen bezoldiging geeft aan een groep sporters.9° Label : kwaliteitslabel van de Franse Gemeenschap dat wordt toegekend aan de fitnesszalen die beantwoorden aan een geheel van kwaliteitscriteria.10° Dopingdecreet : het decreet van de Franse Gemeenschap van 20 oktober 2011 betreffende de strijd tegen doping.11° Administratie : de algemene directie sport van het ministerie van de Franse Gemeenschap.12° Gelabelde fitnesszaal : elke fitnesszaal die het kwaliteitslabel van de Franse Gemeenschap geniet. 13° Topsporter : de topsporter bepaald bij artikel 1.10° van het dopingdecreet. 14° Commissie voor dopingbestrijding : de commissie voor dopingbestrijding die elke exploitant van een gelabelde fitnesszaal in zijn midden moet oprichten of machtigen met toepassing van artikel 9, 12°, in voorkomend geval samen met andere exploitanten van fitnesszalen of andere sportorganisatoren en -organisaties in de zin van het dopingdecreet.15° Verantwoordelijke volwassene : elke meerderjarige persoon die het ouderlijk gezag uitoefent over een minderjarige, te weten de ouders of de wettelijke voogd, of elke persoon aan wie het ouderlijk gezag wordt gedelegeerd.

Art. 2.Het decreet is van toepassing : a) op het grondgebied van het Franse taalgebied;b) op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, op de instellingen die, zowel wegens hun organisatie als wegens hun activiteiten, moeten worden beschouwd uitsluitend te behoren tot de bevoegdheid van de Franse Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - Label

Art. 3.De Regering erkent de fitnesszalen die aan een geheel van kwaliteitscriteria beantwoorden.

Die erkenning neemt de vorm van een label aan.

Art. 4.De aanvraag om toekenning van het label wordt door elke exploitant van een fitnesszaal bij de Regering ingediend volgens door deze nader te bepalen regels.

Als de exploitant van een fitnesszaal eigenaar is van verschillende zalen, bepaalt zijn aanvraag de zaal of de zalen waarvoor hij het label aanvraagt. Het label wordt voor één of meer zalen toegekend.

Indien het label voor verschillende zalen wordt toegekend, moet elk van die aan de door het label vereiste kwaliteitscriteria beantwoorden.

Art. 5.De Regering geeft kennis van haar beslissing, bij aangetekend schrijven, binnen een termijn van vier maanden te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het volledige aanvraagdossier.

Art. 6.Het label wordt voor een periode van vijf jaar toegekend. Op het einde van die termijn, dient de exploitant van een fitnesszaal een aanvraag om vernieuwing van het label in. De aanvraag om vernieuwing van het label wordt ten minste 3 maanden vóór het verstrijken van de geldigheidsduur van het label ingediend.

Art. 7.Bij verandering van exploitant van een gelabelde fitnesszaal, geeft de nieuwe exploitant binnen één maand daarvan kennis aan de Regering.

De nieuwe exploitant moet voldoen aan alle voorwaarden betreffende de toekenning van het bestaande label.

Art. 8.De titularis van het label geeft de Regering kennis van elk gegeven dat de in artikel 9 opgesomde voorwaarden voor de toekenning van het label kan wijzigen, bij aangetekend schrijven binnen de 30 dagen na de verschijning van het nieuwe gegeven.

Art. 9.Om het label voor één of meer fitnesszalen te kunnen genieten, moet de exploitant voldoen aan de volgende cumulatieve voorwaarden : 1° beschikken over het door de Regering vast te stellen aantal monitoren, persoonlijke trainers, monitoren voor collectieve lessen die noodzakelijk zijn voor de exploitatie van een kwaliteitsfitnesszaal en voor de medisch verantwoorde beoefening van fitness;2° voor het dagelijkse beheer van de zaal een beheerder aanstellen die, ook al is hij niet de uitbater van de zaal, titularis is van de akten die vereist zijn door de programmawet van 10 februari 1998Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 10/02/1998 pub. 21/02/1998 numac 1998016046 bron ministerie van middenstand en landbouw Programmawet tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap sluiten tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap;3° voldoen aan de voorwaarden bedoeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 25 april 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2004 pub. 07/05/2004 numac 2004011167 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit houdende reglementering van de organisatie van actieve ontspanningsevenementen sluiten houdende reglementering van de organisatie van actieve ontspanningsevenementen;4° een verzekering « burgerlijke aansprakelijkheid » sluiten;5° een huishoudelijk reglement aannemen, waarvan een afschrift aan alle sporters wordt meegedeeld bij hun inschrijving, dat : a) het verbod van de verkoop van dopingproducten en van dopingpraktijken oplegt;b) sporters informeert dat dopingcontroles kunnen worden uitgevoerd overeenkomstig de ter zake geldende regeling;c) sporters informeert dat elk bewezen dopingfeit een ernstige contractuele tekortkoming van de sporter uitmaakt, die de schorsing van zijn contract met de exploitant tot gevolg heeft;d) de regels inzake veiligheid en hygiëne nader bepaalt die binnen de fitnesszaal na te leven zijn;e) een afschrift inhoudt van het dopingdecreet en de besluiten tot uitvoering ervan, alsook de lijst van verboden die overeenkomstig artikel 7 van dat decreet vast te stellen is;f) een afschrift inhoudt van het procedurereglement van de Commissie voor de dopingbestrijding die de eerbiediging van de rechten van de verdediging alsook de onpartijdigheid en de onafhankelijkheid van de rechters waarborgt, overeenkomstig de door de Regering vast te stellen beginselen;6° sporters bewust maken voor de voordelen van gezonde voeding en voor de risico's in verband met het gebruik van voedingssupplementen;7° de monitoren die in de fitnesszaal werken, contractueel ertoe verplichten een door de Regering erkende voortgezette opleiding te volgen;8° algemene voorwaarden opstellen die toepasselijk zijn op de aansluitingscontracten die met sporters worden gesloten, en die hun bij hun inschrijving worden meegedeeld en in overeenstemming moeten zijn met de wet van 6 april 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/04/2010 pub. 12/04/2010 numac 2010011166 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming sluiten betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming;9° elke sporter, voor de eerste keer bij zijn inschrijving en vervolgens één keer per jaar, een individuele evaluatie van zijn sportcapaciteiten en van de staat van zijn vorm, uitgevoerd door een monitor, bieden, en hem op die basis een aangepast fitnessprogramma voorstellen;10° de toegang tot de fitnesszalen beperken tot sporters die een medisch attest voorleggen dat bewijst dat er geen contra-indicatie bestaat voor de beoefening van fitness en dat, in voorkomend geval, uitsluitend met een therapeutisch doel, het gebruik van stoffen of methoden die overeenkomstig het dopingdecreet verboden zijn, rechtvaardigt;11° De toegang van sporters beneden twaalf jaar niet toelaten, tenzij : a) ze, naar gelang van het geval begeleid door een monitor voor collectieve lessen of een persoonlijke trainer, aan collectieve of individuele lessen deelnemen die aan hun leeftijd aangepast zijn;b) ze, zoniet, worden begeleid en onder het permanente toezicht staan van een verantwoordelijke volwassene;12° binnen de zaal een commissie voor dopingbestrijding oprichten, belast met het vaststellen van door sporters bedreven dopingfeiten, en met het straffen van deze, of daartoe een onafhankelijke commissie voor dopingbestrijding machtigen, in voorkomend geval samen met andere exploitanten van fitnesszalen of andere organisatoren en sportorganisaties in de zin van het dopingdecreet;13° ten minste twee keer per jaar, een opendeurendag in de fitnesszaal organiseren en vrije toegang tot zijn installaties verlenen, met als doel de fitnessbeoefening in de Franse Gemeenschap aan te moedigen;14° de fitnesszaal uitrusten met een automatische externe defibrillator van categorie 1, zoals bepaald in artikel 1, 2°, van het koninklijk besluit van 21 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/04/2007 pub. 18/05/2007 numac 2007022623 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie en federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende veiligheids- en andere voorwaarden inzake een automatische externe defibrillator gebruikt in het kader van een reanimatie type koninklijk besluit prom. 21/04/2007 pub. 05/09/2018 numac 2018013422 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende veiligheids- en andere voorwaarden inzake een automatische externe defibrillator gebruikt in het kader van een reanimatie. - Duitse vertaling sluiten houdende veiligheids- en andere voorwaarden inzake een automatische externe defibrillator gebruikt in het kader van een reanimatie, en de monitoren opleiden tot het gebruik ervan;15° zorgen voor de ontwikkeling van de fitnessbeoefening met het oog op sport voor allen, waarbij een bijzondere aandacht wordt geschonken aan de volgende doelgroepen : minder-validen, bejaarden, vrouwen;16° de bepalingen betreffende hoofdstuk 3 van dit project naleven en toepassen.

Art. 10.Het label wordt door een logo gesymboliseerd, waarvan het model door de Regering wordt vastgesteld.

De Regering bepaalt de regels betreffende het gebruik ervan door de exploitanten van gelabelde fitnesszalen.

Dat logo blijft eigendom van de Franse Gemeenschap.

Niemand mag dat logo of elk ander teken dat ernaar verwijst, gebruiken, als hij niet titularis is van het label.

Art. 11.De Regering zorgt voor de promotie van de gelabelde fitnesszalen alsook voor de organisatie van hun opendeurendagen, inzonderheid door middel van de bekendmaking op de website van de administratie.

Art. 12.De Regering kan een subsidie toekennen voor de aanschaffing van een automatische externe defibrillator, zoals bedoeld in artikel 9, eerste lid, 14°. Het bedrag van de subsidie wordt op 75 % van de werkelijke prijs van het materieel vastgesteld, met een maximumtegemoetkoming van 1.500 euro inclusief BTW voor elke aanvrager.

De Regering bepaalt de procedure voor het indienen en het onderzoeken van de aanvragen alsook de nadere regels voor de toekenning en de uitbetaling van de in het vorige lid bedoelde subsidie. HOOFDSTUK III. - Sancties wegens doping

Art. 13.Wanneer een dopingcontrole die in een gelabelde fitnesszaal wordt uitgevoerd tot een abnormaal definitief analyseresultaat leidt, kijkt de Regering na of de gecontroleerde sporter aangesloten of niet aangesloten is bij een sportorganisatie in de zin van het dopingdecreet.

De in artikel 14 voorgeschreven procedure is op de aangesloten sporters van toepassing.

Artikel 15 is op de niet aangesloten sporters van toepassing.

Art. 14.§ 1. De Regering geeft de sportorganisatie waarbij de sporter aangesloten is, overeenkomstig artikel 15 van het dopingdecreet, kennis van de abnormale resultaten van de in artikel 13 bedoelde dopingcontrole.

De sportorganisatie waarbij de gecontroleerde sporter aangesloten is, is bevoegd om te oordelen, in het kader van de tuchtvervolgingen die tegen hem worden gericht, of de sporter zich schuldig heeft gemaakt aan een dopingfeit. § 2. Zodra de Regering, overeenkomstig artikel 19, derde lid, van het dopingdecreet, op de hoogte is van de in kracht van gewijsde gegane tuchtbeslissing die een dopinggeval vaststelt tegen de sporter, deelt ze die mee aan de exploitant van de gelabelde fitnesszaal waarin de controle werd verricht.

De exploitant van de gelabelde fitnesszaal zendt de tuchtbeslissing aan de Commissie voor dopingbestrijding over. § 3. De sporter, de exploitant van de gelabelde fitnesszaal en de Commissie voor dopingbestrijding worden gebonden door de gegevens die een wezenlijk bestanddeel hebben uitgemaakt van de in kracht van gewijsde gegane tuchtbeslissing, inzonderheid het bestaan van een dopingfeit waaraan de sporter zich schuldig heeft gemaakt.

Indien de in kracht van gewijsde gegane tuchtbeslissing het bestaan van een dopingfeit waaraan de sporter zich schuldig heeft gemaakt, vaststelt, stelt de Commissie voor dopingbestrijding een termijn vast binnen welke de sporter de toegang tot de gelabelde fitnesszalen wordt ontzegd. Die termijn stemt niet overeen met de termijn die wordt opgelegd door de tuchtoverheid van de sportorganisatie waarbij de sporter aangesloten is, met toepassing van § 1, tweede lid.

De schorsingstermijn die door de Commissie voor dopingbestrijding wordt opgelegd, is in verhouding tot de ernst van de vastgestelde dopingfeiten. Hij kan, onder voorbehoud van § 4, niet korter dan 8 dagen en niet langer dan 2 jaar zijn. Bij herhaling wordt die termijn verdubbeld. § 4. Wanneer de sporter geen antecedent inzake doping heeft, straft de Commissie voor dopingbestrijding hem met een gewone berisping, indien hij, met inachtneming van de gegevens die een wezenlijk bestanddeel hebben uitgemaakt van de in kracht van gewijsde gegane tuchtbeslissing : 1° bewijst dat hem geen tekortkoming of onachtzaamheid kan worden verweten; 2° of bewijst op welke wijze de geïdentificeerde stof, in de zin van de lijst van de verboden bedoeld in artikel 1.6° van het dopingdecreet, in zijn lichaam wordt teruggevonden of in zijn bezit is, en bewijst dat die geïdentificeerde stof niet tot doel had zijn prestatie te verbeteren, of het gebruik van een stof die de prestatie verbetert, te maskeren.

Art. 15.§ 1. Als de sporter niet bij een sportorganisatie aangesloten is, deelt de Regering de abnormale resultaten van de in artikel 13 bedoelde dopingcontrole mee aan de exploitant van de gelabelde fitnesszaal waarin de controle werd verricht.

De exploitant van de gelabelde fitnesszaal zendt de resultaten aan de Commissie voor dopingbestrijding over. § 2. De Commissie voor dopingbestrijding oordeelt over het bestaan van een dopingfeit vanwege de gecontroleerde sporter, overeenkomstig de bepalingen van het dopingdecreet.

Als de Commissie voor dopingbestrijding het bestaan van een dopingfeit vaststelt, stelt ze een termijn vast gedurende welke de sporter elke toegang tot gelabelde fitnesszalen wordt ontzegd.

De schorsingstermijn die door de Commissie voor dopingbestrijding wordt opgelegd, is in verhouding tot de ernst van de vastgestelde dopingfeiten. Hij kan, onder voorbehoud van § 3, niet korter dan 8 dagen en niet langer dan 2 jaar zijn. Bij herhaling wordt die termijn verdubbeld. § 3. Wanneer de sporter geen antecedent inzake doping heeft, straft de Commissie voor dopingbestrijding hem met een gewone berisping, indien hij : 1° bewijst dat hem geen tekortkoming of onachtzaamheid kan worden verweten; 2° of bewijst op welke wijze de geïdentificeerde stof, in de zin van de lijst van de verboden bedoeld in artikel 1.6° van het dopingdecreet, in zijn lichaam wordt teruggevonden of in zijn bezit is, en bewijst dat die geïdentificeerde stof niet tot doel had zijn prestatie te verbeteren, of het gebruik van een stof die de prestatie verbetert, te maskeren.

Art. 16.Wanneer de Regering, overeenkomstig artikel 19, derde lid, van het dopingdecreet, melding krijgt van een in kracht van gewijsde gegane tuchtbeslissing tot schorsing van een topsporter wegens een dopingfeit, als gevolg van een controle die buiten een gelabelde fitnesszaal wordt uitgevoerd, kijkt de Regering bij de gelabelde fitnesszalen na of die topsporter in één of meer gelabelde fitnessz(aal/alen) fitness beoefent.

Als dit het geval is, deelt de Regering de tuchtbeslissing mee aan de betrokken exploitant van de gelabelde fitnesszaal. Deze laatste zendt de tuchtbeslissing aan de Commissie voor dopingbestrijding over, voor de toepassing van artikel 14, §§ 3 en 4.

Art. 17.De Commissie voor dopingbestrijding, opgericht of gemachtigd door elke exploitant van een gelabelde fitnesszaal, stelt een procedurereglement vast.

Overeenkomstig de door de Regering vastgestelde beginselen, waarborgt dat reglement de eerbiediging van de rechten van de verdediging alsook de onpartijdigheid en de onafhankelijkheid van de rechters.

Voordat de Commissie voor dopingbestrijding een beslissing neemt, roept ze de sporter bij aangetekend schrijven op, om hem in zijn middelen te horen. De sporter kan door een raadsman worden bijgestaan of vertegenwoordigd.

De beslissing van de Commissie voor dopingbestrijding wordt geschreven en met redenen omkleed. Daarvan wordt de sporter bij aangetekend schrijven kennis gegeven. Er wordt een afschrift overgezonden aan de exploitant van de fitnesszaal.

Art. 18.Indien de Commissie voor dopingbestrijding, met toepassing van de artikelen 14, 15 of 16, beslist dat de sporter een dopingfeit heeft bedreven dat een schorsing rechtvaardigt, schort de exploitant van de fitnesszaal, wegens niet-uitvoering, het contract op waardoor hij met de sporter verbonden is, tijdens de duur die door de Commissie voor dopingbestrijding wordt vastgesteld.

De exploitant van de gelabelde fitnesszaal brengt daar onmiddellijk de Regering op de hoogte van en deelt hem de duur mee van de schorsing die hem door de Commissie voor dopingbestrijding wordt opgelegd.

De Regering zendt die informatie over aan alle exploitanten van gelabelde fitnesszalen, die de uitvoering van alle contracten die ze met de betrokken sporter hebben gesloten, onmiddellijk opschort.

De exploitanten van gelabelde fitnesszalen worden gebonden door de beslissing van de Commissie voor dopingbestrijding. Ze weigeren dat een sporter die wegens een dopingfeit wordt gestraft, toegang zou krijgen tot de fitnesszalen die ze exploiteren, zolang de door de Commissie voor dopingbestrijding vastgestelde termijn voor de opschorting van het contract niet verstreken is.

Art. 19.Alle informatie die, met toepassing van dit hoofdstuk, tussen de Regering en de exploitanten van gelabelde fitnesszalen wordt meegedeeld, vindt plaats via beveiligde communicatiekanalen, waarvan de Regering de nadere regels vaststelt. HOOFDSTUK IV. - Toezicht en intrekking van het label

Art. 20.Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie en de controles die worden verricht met toepassing van de dopingwetgeving, oefenen de door de Regering aangestelde personeelsleden toezicht op de uitvoering van dit decreet en van de besluiten tot uitvoering ervan. Die personeelsleden kunnen de bijstand van de diensten van gerechtelijke politie aanvragen.

Bij de uitoefening van hun ambt doen de personeelsleden alle vaststellingen en hoorzittingen van personen die ze als nuttig achten.

Ze worden ertoe toegelaten alle lokalen van de gelabelde fitnesszalen binnen te treden, te allen tijde tijdens de uren gedurende welke ze open zijn voor het publiek.

Elke overtreding van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten wordt in een proces-verbaal vastgesteld.

Elk proces-verbaal dat met toepassing van het decreet wordt opgemaakt, wordt als afschrift aan de betrokken exploitant van de gelabelde fitnesszaal bij aangetekend schrijven meegedeeld binnen de dertig dagen na de datum van de vaststelling.

Art. 21.Het label wordt ingetrokken als de titularis ervan niet meer voldoet aan de voorwaarden die noodzakelijk zijn voor de toekenning en het gebruik ervan.

Art. 22.Voordat de Regering een beslissing tot intrekking van het label neemt, brengt de Regering de titularis ervan bij aangetekend schrijven op de hoogte van de vastgestelde tekortkomingen en kent hem een termijn van drie maanden toe om zijn toestand te regulariseren. De exploitant kan in zijn middelen worden gehoord.

Als de toestand niet binnen die termijn wordt geregulariseerd, trekt de Regering het label van de exploitant van de fitnesszaal in.

De Regering bepaalt de nadere regels voor de procedure voor de intrekking van het label.

Art. 23.Van de beslissing tot intrekking van het label wordt door de Regering bij aangetekend schrijven kennis gegeven aan de titularis ervan. HOOFDSTUK V. - Opleiding van monitoren

Art. 24.De Regering stelt de minimumnormen vast inzake kwantiteit en kwaliteit voor de opleiding van monitoren van gelabelde fitnesszalen, persoonlijke trainers en monitoren voor collectieve lessen.

De Regering kan de organisatie van het gehele of een deel van de opleidingen delegeren aan : 1° openbare of privé-onderwijsinstellingen;2° openbare of privé-instellingen, gespecialiseerd inzake opleiding. De Regering kan het geheel of een deel van de opleidingen erkennen die worden georganiseerd door openbare of privé-onderwijsinstellingen of door openbare of privé-instellingen.

De Regering kan verschillende eisen inzake voortgezette opleiding stellen voor monitoren, persoonlijke trainers en monitoren voor collectieve lessen.

Art. 25.De Regering kan subsidies toekennen, bestemd om de opleiding van monitoren van fitnesszalen te ondersteunen.

De Regering stelt de nadere regels vast voor de indiening van de aanvragen om subsidie voor de opleiding van monitoren van fitnesszalen. Ze stelt de toekenningsvoorwaarden en de bedragen vast. HOOFDSTUK VI. - Evaluatie

Art. 26.Dit decreet wordt geëvalueerd binnen de twee jaar volgend op de inwerkingtreding ervan.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 10 mei 2013.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-President en Minister van Kind, Onderzoek en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Vice-President en Minister van Begroting, Financiën en Sport, A. ANTOINE De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Jeugd, Mevr. E. HUYTEBROECK De Minister van Cultuur, Audiovisuele Sector, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. F. LAANAN De Minister van Leerplichtonderwijs en van Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M.-D. SIMONET _______ Nota (1) Zitting 2012-2013 Stukken van het Parlement.- Ontwerp van decreet, nr. 468-1.- Commissie-amendementen, nr. 468-2.- Verslag, nr. 468-3. - Vergaderingsamendement, nr. 468-4.

Integraal verslag. - Bespreking een aanneming. - Vergadering van 8 mei 2013.

^