Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 13 oktober 2015

Administratieve schikking betreffende de toepassing van het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale Gelet op het Verdrag dat op 6 december 2010 in Brussel werd gesloten tussen het Koninkrijk België e(...)

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2015022351
pub.
13/10/2015
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID


Administratieve schikking betreffende de toepassing van het Verdrag tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid Gelet op het Verdrag dat op 6 december 2010 in Brussel werd gesloten tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid, hierna "het Verdrag" genoemd;

Met het oog op het bepalen van de nadere regels voor de uitvoering van dit Verdrag zoals bepaald in artikel 16 van het Verdrag en om de doeltreffendheid ervan te waarborgen;

Beslissen de bevoegde autoriteiten, te weten : voor België : de bevoegde Ministers op het federale niveau, en op het niveau van de gedefedereerde entiteiten de bevoegde Ministers van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie en voor Nederland : de minister die het aangaat in onderlinge overeenstemming het volgende : Artikel 1 Definities 1. "Verdrag" : het Verdrag dat op 6 december 2010 in Brussel werd gesloten tussen het Koninkrijk België en het Koninkrijk der Nederlanden voor de ontwikkeling van de samenwerking en van de wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van de sociale zekerheid.2. "Overdracht" : elke verwerking of elk geheel van verwerkingen met betrekking tot persoonsgegevens, al dan niet uitgevoerd met behulp van geautomatiseerde procedés, zoals het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiden of op enigerlei andere wijze ter beschikking stellen, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van persoonsgegevens.3. De in deze Administratieve Schikking gebruikte termen hebben de betekenis die daaraan in artikel 1 van het Verdrag wordt gegeven. Artikel 2 Uitwisseling van gegevens en procedures Algemeen : Bij de beschrijving van de gegevens dient vermeld te worden welke instellingen of autoriteiten betrokken zijn bij de uitwisseling van deze gegevens. Er wordt duidelijk bepaald welke partij de gegevens ter beschikking stelt, welke partij de gegevens uiteindelijk ontvangt en welke andere partijen bij de uitwisseling betrokken zijn.

Wat België betreft : Voor elke uitwisseling van gegevens buiten het netwerk, door de Kruispuntbank of de instellingen van sociale zekerheid, dient in voorkomend geval vooraf machtiging te worden gegeven in overeenstemming met de Belgische wetgeving.

Artikel 3 Uitvoeringsprocedures inzake de samenwerking voor de toepassing van de Belgische wettelijke niet-contributieve, inkomensgebonden uitkeringen die aan behoeftige personen worden toegekend en de Nederlandse wetgeving inzake sociale bijstand 1. Het verlenen van bijstand, het in verband brengen van bestanden, de verificatie van gegevens en de samenwerking bij controles zoals bedoeld in respectievelijk de artikelen 7, 9, 10 en 13 van het Verdrag vindt plaats tussen de verbindingsorganen.Deze verbindingsorganen worden vermeld in Bijlage II bij deze Administratieve Schikking. 2. De verbindingsorganen wijzen een vertegenwoordiger aan die de aanvragen van het verbindingsorgaan van de andere Verdragsluitende Partij in ontvangst neemt en als contactpersoon fungeert.3. De verbindingsorganen werken in Samenwerkingsovereenkomsten een procedure uit voor het in verband brengen van bestanden en de verificatie van gegevens, waaronder gegevens betreffende het inkomen en vermogen. Artikel 4 Vertrouwelijkheid en bescherming van de gegevens Wat België betreft : België past de Wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens toe. Bovendien moeten de verschillende instellingen die betrokken zijn bij een overdracht van bepaalde gegevens zich aanpassen aan de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid.

Wat Nederland betreft : Nederland past de Wet van 6 juli 2000 houdende regels inzake de bescherming van persoonsgegevens (Wet bescherming persoonsgegevens) toe.

Artikel 5 Uitvoeringsprocedures inzake invordering en terugvordering zoals bedoeld in artikel 12 van het Verdrag De bevoegde organen, in voorkomend geval in overleg met de verbindingsorganen, leggen, indien nodig, de uitvoeringsprocedures inzake invordering en terugvordering, zoals bedoeld in artikel 12 van het Verdrag, vast. Dit zal gebeuren in onderling te sluiten samenwerkingsovereenkomsten, overeenkomstig artikel 17 van het Verdrag.

Deze procedures kunnen onder meer het volgende betreffen : 1. de aanstelling, bij de bevoegde organen of verbindingsorganen, van degene die de aanvragen van het bevoegde orgaan of verbindingsorgaan van de andere Verdragsluitende Partij in ontvangst neemt en als contactpersoon fungeert.2. de aanvullende procedureregels voor de erkenning en de uitvoering van de voor tenuitvoerlegging vatbare beslissingen van rechterlijke en overheidsinstanties van de andere partij.3. de termijnen waarbinnen de aanvragen en de uitgevoerde procedures inzake invordering en terugvordering behandeld dienen te worden. Artikel 6 Nadere regels voor de organisatie en werking van de Gemengde Commissie 1. De krachtens artikel 18 van het Verdrag opgerichte Gemengde Commissie : a.stelt vast welke statistische gegevens op grond van artikel 6 van het Verdrag tussen de bevoegde organen en verbindingsorganen worden uitgewisseld. b. komt samen om de uitvoering van het Verdrag te evalueren en om aanbevelingen te doen.2. De bevoegde autoriteiten kunnen, naargelang de punten die op de agenda staan, de bevoegde organen of verbindingsorganen uitnodigen om deel te nemen aan de vergaderingen van de Gemengde Commissie.3. De vertegenwoordigers van de Belgische Gemeenschappen en Gewesten nemen deel aan de bijeenkomsten van de Gemengde Commissie, in ieder geval indien het materies betreft die onder hun bevoegdheid vallen. Artikel 7 Uitwisseling van vertegenwoordigers en gezamenlijke controles 1. Onder "vertegenwoordigers", zoals bedoeld in artikel 14 van het Verdrag wordt verstaan : Voor België : De sociaal inspecteurs en controleurs die verbonden zijn aan de betrokken socialezekerheidsinstellingen of -autoriteiten, die beëdigd zijn en in het bezit zijn van een document dat hun hoedanigheid en hun bevoegdheden aantoont, dat ze steeds moeten overleggen op verzoek van de autoriteit van de Staat op het grondgebied waarvan de controle plaatsvindt. Voor Nederland : Medewerkers die zijn aangesteld door de bevoegde organen of de verbindingsorganen en belast zijn met controle- en verificatiewerkzaamheden en in het bezit zijn van een document dat hun hoedanigheid en bevoegdheden aantoont, dat ze steeds moeten overleggen op verzoek van de autoriteit van de Staat op het grondgebied waarvan de controle plaatsvindt. 2. Elk betrokken orgaan geeft, in het kader van de onderling afgesloten Samenwerkingsovereenkomsten, alle verduidelijkingen die nodig zijn voor de uitvoering van de gezamenlijke controles en voor de uitwisseling van vertegenwoordigers. Artikel 8 Wijzigingen van de Administratieve Schikking Deze Administratieve Schikking kan in onderlinge overeenstemming tussen de bevoegde autoriteiten, in dezen zijnde de bevoegde minister van Nederland en de bevoegde minister van België op het federale niveau, worden gewijzigd bij diplomatieke notawisseling. Een wijziging treedt in werking op het tijdstip dat, in onderling overleg tussen de bevoegde autoriteiten, bij die diplomatieke notawisseling bepaald is.

Artikel 9 Inwerkingtreding en duur Deze Administratieve Schikking treedt in werking op de dag van de inwerkingtreding van het Verdrag en heeft dezelfde duur.

Ten blijke waarvan de ondergetekenden, naar behoren gemachtigd door hun onderscheiden Regeringen, dit Verdrag hebben ondertekend.

Gedaan te Brussel, op 28 februari 2013, In tweevoud, in de Franse en de Nederlandse taal, zijnde beide gelijkelijk authentiek Voor de bevoegde autoriteiten van België, J. CROMBEZ Voor de bevoegde autoriteiten van Nederland, L. ASSCHER Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie.

Bijlage I Lijst betreffende de Belgische wettelijke, niet-contributieve, inkomensgebonden uitkeringen en de Nederlandse wetgeving inzake sociale bijstand 1. De in artikel 3, tweede lid, van het Verdrag bedoelde uitkeringen zijn : a) Voor België : 1.tegemoetkomingen voor personen met een handicap; 2. maatschappelijke dienstverlening en het recht op maatschappelijke integratie;3. de gewaarborgde gezinsbijslag;4. de inkomensgarantie voor ouderen;5. het gewaarborgd inkomen voor bejaarden.b) Voor Nederland : de Wet werk en bijstand (WWB), waaronder begrepen de Aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO).2. Deze lijst van uitkeringen wordt indien nodig aangepast, bij briefwisseling tussen de bevoegde autoriteiten. Bijlage II Lijst betreffende de bevoegde organen en verbindingsorganen voor de Belgische wettelijke niet-contributieve, inkomensgebonden uitkeringen die aan behoeftige personen worden toegekend en de Nederlandse wetgeving inzake sociale bijstand 1. De in artikel 1, derde lid, van het Verdrag bedoelde bevoegde organen en verbindingsorganen zijn : a) Voor België : - voor de tegemoetkomingen voor personen met een handicap : Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid, Directoraat Generaal Personen met een Handicap; - voor de maatschappelijke dienstverlening en het recht op maatschappelijke integratie, wat de federale bevoegdheden betreft : a. het bevoegde orgaan : Programmatorische Federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie in samenwerking met de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW);b. het verbindingsorgaan : Programmatorische Federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie - voor de gewaarborgde gezinsbijslag : Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers; - voor de inkomensgarantie voor ouderen en voor het gewaarborgd inkomen voor bejaarden : Rijksdienst voor Pensioenen. b) Voor Nederland : - voor de WWB met uitzondering van de AIO : a.het bevoegde orgaan : het college van burgemeester en wethouders; b. het verbindingsorgaan : het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen - (UWV)/Internationaal Bureau Fraude -Informatie(IBF). - voor de AIO : a. het bevoegde orgaan : de Sociale verzekeringsbank (SVB);b. Het verbindingsorgaan : de Sociale verzekeringsbank (SVB). 2. Deze lijst wordt indien nodig aangepast, bij briefwisseling tussen de bevoegde autoriteiten.

^