Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 02 oktober 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende een non-discriminatiecode

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006202052
pub.
02/10/2006
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende een non-discriminatiecode (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende een non-discriminatiecode.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 juli 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2005 Non-discriminatiecode (Overeenkomst geregistreerd op 29 maart 2005 onder het nummer 74348/CO/304) Toepassingsgebied

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de organisaties die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf en met maatschappelijke zetel hetzij in het Vlaamse Gewest, hetzij in het Brusselse hoofdstedelijke Gewest, op voorwaarde en beperkt tot de inschrijving op de Nederlandse taalrol bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk arbeiders- en bediendepersoneel.

Doel en reikwijdte van de code

Art. 3.De sociale partners uit de sector van het vermakelijkheidsbedrijf die ressorteren onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst willen met deze gedragscode tot uitdrukking brengen dat ze groot belang hechten aan het voorkomen en bestrijden van elk ongewenst onderscheid op basis van geslacht, zogenaamd ras, huidskleur, afstamming, nationale of etnische afkomst, seksuele geaardheid, burgerlijke stand, geboorte, fortuin, leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap of fysieke eigenschap. Een van de instrumenten waarmee vorm en inhoud aan dat engagement wordt gegeven, is de voorliggende gedragscode, die concrete aanwijzingen en richtlijnen bevat zowel voor het sectorfonds als organisatie, als voor de bestuurders en medewerkers in dienst van het sectorfonds.

Aangezien de non-discriminatiecode voortspruit uit de bekommernis om mee te werken aan de realisatie van de evenredige participatie van de kansengroepen op de Vlaamse arbeidsmarkt, mede in uitvoering van het decreet van 24 april 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt, zullen de sociale partners via hun geëigende kanalen alle aangesloten organisaties uit de sector sensibiliseren om de voorliggende gedragscode, voor zover mogelijk integraal over te nemen en te integreren in hun arbeidsreglement. Indien de integrale overname niet mogelijk is, zullen organisaties gestimuleerd worden om deze code op zijn minst gedeeltelijk te integreren in het arbeidsreglement.

Non discriminatie inzake personeelsbeleid

Art. 4.1. De werving, selectie, beoordeling en beloning van het personeel gebeurt op een zodanige wijze dat iedereen ongeacht geslacht, zogenaamd ras, huidskleur, afstamming, nationale of etnische afkomst, seksuele geaardheid, burgerlijk stand, geboorte, fortuin, leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap of fysieke eigenschap, behandeld wordt als gelijke. 2. Er worden brede wervingsmethodes gehanteerd, om sollicitanten behorend tot de kansengroepen zo goed mogelijk te bereiken.3. De selectiecommissie (bij instroom of doorstroom) wordt zo samengesteld (of er worden zodanig maatregelen genomen) dat gewaarborgd is dat leden van de kansengroepen een gelijke kans hebben op de functie.4. Zolang evenredige vertegenwoordiging niet gerealiseerd is, worden inspanningen geleverd om bij elke vacature ook geschikte kandidaten uit de ondervertegenwoordigde kansengroep(en) in de procedure op te nemen.Gegeven de specificiteit van de sector, geldt dit engagement niet voor die werknemers die uit artistieke overwegingen worden aangeworven. 5. Bij de beoordeling of aan de relevante functie-eisen is voldaan zullen ook elders verworven competenties (bijvoorbeeld een nog niet erkend buitenlands diploma) in de afwegingen worden betrokken.6. Als een psychologische test of een assessment-test deel uitmaakt van de selectieprocedure, en deze wordt uitgevoerd door een derde, dan wordt bij de selectie van de organisatie die deze testen zal uitvoeren, rekening gehouden met de ervaring van de kandidaat organisatie bij het testen van leden van verschillende kansengroepen, en de mate waarin het testpakket zoveel mogelijk vrij is van onbedoelde negatieve aspecten zoals etnische of culturele bias.7. De samenstelling van de selectiecommissie gebeurt op dergelijke wijze dat de kans dat (onbewuste) vooroordelen een rol spelen bij de selectie verkleind wordt. Non discriminatie in externe contracten en omgangsvormen

Art. 5.1. Alle medewerkers hebben respect voor elkaar en voor anderen, zonder onderscheid op grond van geslacht, zongenaamd ras, huidskleur, afstamming, nationale of etnische afkomst, seksuele geaardheid, burgerlijke stand, geboorte, fortuin, leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap of fysieke eigenschap. 2. Alle medewerkers realiseren zich dat bepaalde handelingen, uitlatingen of grappen (hetzij mondeling, schriftelijk, per e-mail of op andere wijze), hoewel mogelijk onbedoeld, kwetsend of discriminerend kunnen zijn voor bepaalde kansengroepen.Alle medewerkers zijn bij het uitvoeren van hun werkzaamheden alert voor ongewenst onderscheid of mogelijk discriminerende effecten van sectorale (beleids)maatregelen; wanneer dit laatste zich zou voordoen, wordt dit onmiddellijk gemeld aan de leidinggevende of de daartoe aangestelde (vertrouwens) persoon. 3. Bij vormings-, opleidings- of andere activiteiten die de sector organiseert, zowel intern als extern, wordt expliciet aandacht besteed aan het beleid van evenredige arbeidsdeelname en diversiteit, voor zover dit past bij de aard van de activiteit.Wanneer (medewerkers van) externe organisaties betrokken worden bij de uitvoering van de genoemde activiteiten, wordt hen gevraagd de sectorale gedragscode te onderschrijven. Medewerkers van de sector gedragen zich tegenover personeel van ingehuurde organisaties conform de gedragscode.

Toezicht

Art. 6.De gedragscode is een onderdeel van de functioneringsgesprekken en van de personeelsevaluatie. Indien deze gebruikelijk zijn op het niveau van de organisatie. Op regelmatige tijdstippen en minstens 1 maal per jaar wordt de naleving van deze code geëvalueerd en besproken op het niveau van de organisatie.

Klachtenregeling

Art. 7.1. Bij de inwerkingtreding van de gedragscode wordt binnen het personeelsbestand of binnen het bestuur een vertrouwenspersoon "evenredige arbeidsdeelname en diversiteit" aangesteld, die kennis van en/of affiniteit met de thematiek heeft (en desgewenst daarin getraind wordt). Hij of zij staat in voor de bemiddeling bij klachten door personeel of externe stakeholders. Indien geen specifiek vertrouwenspersoon wordt aangesteld, neemt de leidinggevende deze taak ter harte. 2. Wanneer de vertrouwenspersoon geen oplossing kan bereiken, wordt de klacht voorgelegd aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf die aan de sociale partners in dit comité vraagt om een klachtencommissie samen te stellen, die over de nodige kennis en expertise beschikt om de objectieve behandeling van de klacht te waarborgen.Het is de door de sociale partners samengestlede commissie die de klacht behandelt.

Inwerkingtreding, duur en opzegging

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2005 en geldt voor onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door elk van de ondertekenende partijen met betekening van een opzeggingstermijn van zes maanden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 juli 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^