Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 oktober 2003
gepubliceerd op 13 november 2003

Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van wettelijke bepalingen tot wijziging van boek I van het Burgerlijk Wetboek

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2003000710
pub.
13/11/2003
prom.
01/10/2003
ELI
eli/besluit/2003/10/01/2003000710/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 OKTOBER 2003. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van wettelijke bepalingen tot wijziging van boek I van het Burgerlijk Wetboek


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op de ontwerpen van officiële Duitse vertaling - van artikel 3 van de wet van 28 januari 2003 tot toewijzing van de gezinswoning aan de echtgenoot of aan de wettelijk samenwonende die het slachtoffer is van fysieke gewelddaden vanwege zijn partner en tot aanvulling van artikel 410 van het Strafwetboek, - van de artikelen 1 tot 5 van de wet van 13 februari 2003 tot wijziging van sommige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek en van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de bescherming van de goederen van de minderjarigen, - van de artikelen 1 tot 16 en 23 van de wet van 13 februari 2003 tot openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht en tot wijziging van een aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek, opgemaakt door de Centrale Dienst voor Duitse vertaling van het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit respectievelijk in bijlagen 1 tot 3 gevoegde teksten zijn de officiële Duitse vertaling : - van artikel 3 van de wet van 28 januari 2003 tot toewijzing van de gezinswoning aan de echtgenoot of aan de wettelijk samenwonende die het slachtoffer is van fysieke gewelddaden vanwege zijn partner en tot aanvulling van artikel 410 van het Strafwetboek, - van de artikelen 1 tot 5 van de wet van 13 februari 2003 tot wijziging van sommige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek en van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de bescherming van de goederen van de minderjarigen, - van de artikelen 1 tot 16 en 23 van de wet van 13 februari 2003 tot openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht en tot wijziging van een aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 oktober 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Annexe 1 - Bijlage 1 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST BESCHÄFTIGUNG, ARBEIT UND SOZIALE KONZERTIERUNG UND FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST JUSTIZ 28. JANUAR 2003 - Gesetz zur Zuerkennung der Familienwohnung an den Ehepartner oder den gesetzlich Zusammenwohnenden, der Opfer von körperlichen Gewalttaten seitens seines Partners ist, und zur Ergänzung von Artikel 410 des Strafgesetzbuches ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: (...) Art. 3 - In Artikel 223 des Zivilgesetzbuches wird zwischen den Absätzen 2 und 3 folgender Absatz eingefügt: « Wenn ein Ehegatte dem anderen gegenüber eine in den Artikeln 375, 398 bis 400, 402, 403 oder 405 des Strafgesetzbuches erwähnte Tat begangen hat oder versucht hat, eine in den Artikeln 375, 393, 394 oder 397 desselben Gesetzbuches erwähnte Tat zu begehen, oder wenn schwerwiegende Indizien für derartige Verhaltensweisen bestehen, wird, ausser bei aussergewöhnlichen Umständen, dem Ehegatten, der Opfer ist, das Nutzungsrecht am ehelichen Wohnort zuerkannt, wenn er darum ersucht. » (...) Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt veröffentlicht wird.

Gegeben zu Brüssel, den 28. Januar 2003 ALBERT Von Königs wegen: Die Ministerin der Beschäftigung und der Politik der Chancengleichheit Frau L. ONKELINX Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Mit dem Staatssiegel versehen: Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 oktober 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Annexe 2 - Bijlage 2 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST JUSTIZ 13. FEBRUAR 2003 - Gesetz zur Abänderung einiger Bestimmungen des Zivilgesetzbuches und des Gerichtsgesetzbuches über den Schutz der Güter Minderjähriger ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Verfassung erwähnte Angelegenheit.

Art. 2 - Artikel 378 des Zivilgesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 29. April 2001, wird wie folgt abgeändert: A. Der aktuelle Text, der § 1 wird, wird wie folgt abgeändert: 1. In Absatz 1 werden die Wörter "die in Artikel 410 vorgesehenen Rechtsgeschäfte" durch die Wörter "die in Artikel 410 § 1 Nr.1 bis 6, 8, 9 und 11 bis 14 vorgesehenen Rechtsgeschäfte" ersetzt; 2. Zwischen den Absätzen 1 und 2 werden folgende Absätze eingefügt: « Zuständig ist: - der Friedensrichter des Wohnsitzes des Minderjährigen in Belgien und in Ermangelung eines solchen Wohnsitzes - derjenige des Wohnortes des Minderjährigen in Belgien und in Ermangelung eines solchen Wohnortes - derjenige des letzten gemeinsamen Wohnsitzes der Eltern in Belgien oder, gegebenenfalls, derjenige des letzten Wohnsitzes in Belgien des Elternteils, der die elterliche Gewalt alleine ausübt, und in Ermangelung eines solchen Wohnsitzes - derjenige des letzten gemeinsamen Wohnortes der Eltern in Belgien oder, gegebenenfalls, derjenige des letzten Wohnortes in Belgien des Elternteils, der die elterliche Gewalt alleine ausübt. Im Interesse des Minderjährigen kann der gemäss dem vorigen Absatz zuständige Friedensrichter durch einen mit Gründen versehenen Beschluss entscheiden, dass die Akte dem Friedensrichter des Kantons übermittelt wird, wo der Minderjährige dauerhaft seinen Hauptwohnort festgelegt hat. » 3. Zwischen Absatz 2, der Absatz 4 wird, und Absatz 3, der Absatz 6 wird, wird folgender Absatz eingefügt: « Bei widerstreitenden Interessen zwischen beiden Elternteilen oder wenn einer von ihnen nicht erscheint, kann der Friedensrichter einen der Elternteile ermächtigen, das Rechtsgeschäft, für das um Ermächtigung ersucht wird, alleine zu tätigen.» B. Der Artikel wird durch einen Paragraphen 2 mit folgendem Wortlaut ergänzt: « § 2 - Die in Artikel 410 § 1 Nr. 7 erwähnten Rechtsgeschäfte unterliegen nicht der in § 1 vorgesehenen Ermächtigung. Bei widerstreitenden Interessen zwischen dem Kind und seinen Eltern bestellt der mit dem Streitfall befasste Richter entweder auf Antrag eines Interessehabenden oder von Amts wegen einen Ad-hoc-Vormund. » Art. 3 - In Artikel 379 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 31. März 1987, werden die Absätze 2 bis 4 durch folgende Absätze ersetzt: « Jegliche gerichtliche Entscheidung über Geldsummen, die einem Minderjährigen zustehen, beinhaltet von Amts wegen die Anordnung, dass die genannten Geldsummen auf einem Konto deponiert werden, das auf den Namen des Minderjährigen eröffnet worden ist. Unbeschadet des gesetzlichen Nutzungsrechts ist dieses Konto bis zur Volljährigkeit des Minderjährigen unverfügbar.

Wenn die im vorigen Absatz vorgesehene Entscheidung rechtskräftig geworden ist, notifiziert der Greffier den Schuldnern davon eine Abschrift per Einschreibebrief, woraufhin diese sich nur durch Einhaltung der gerichtlichen Entscheidung rechtsgültig befreien können. Wenn eine Vormundschaft eröffnet worden ist, schickt er dem Greffier des Friedensgerichts, von dem die Vormundschaft abhängt, ebenfalls eine Abschrift davon. » Art. 4 - Artikel 396 Absatz 3 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 29. April 2001, wird wie folgt ergänzt: « Das öffentliche Sozialhilfezentrum setzt binnen acht Tagen ab Bestellung des Vormunds und des Gegenvormunds den Friedensrichter von deren Identität in Kenntnis. » Art. 5 - Artikel 410 § 1 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 29. April 2001, wird wie folgt abgeändert: A) Nr. 7 wird wie folgt ergänzt: « Keinerlei Ermächtigung ist jedoch erforderlich für ein Auftreten als Zivilpartei vor dem Tatsachenrichter, vor dem die Sache auf Antrag der Staatsanwaltschaft oder infolge eines Verweisungsbeschlusses anberaumt worden ist, ».

B) Nr. 10 wird aufgehoben.

C) Der Paragraph wird wie folgt ergänzt: « 14. um über Güter zu verfügen, die in Anwendung einer aufgrund von Artikel 379 getroffenen Entscheidung, in Anwendung von Artikel 776 oder gemäss einer vor In-Kraft-Treten des Gesetzes vom 29. April 2001 zur Abänderung verschiedener Gesetzesbestimmungen in Sachen Vormundschaft über Minderjährige vom Familienrat getroffenen Entscheidung unverfügbar sind. » (...) Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt veröffentlicht wird.

Gegeben zu Brüssel, den 13. Februar 2003 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Mit dem Staatssiegel versehen: Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 oktober 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Annexe 3 - Bijlage 3 FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST JUSTIZ 13. FEBRUAR 2003 - Gesetz zur Öffnung der Ehe für Personen gleichen Geschlechts und zur Abänderung einiger Bestimmungen des Zivilgesetzbuches ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: KAPITEL I - Allgemeine Bestimmung Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Verfassung erwähnte Angelegenheit.

KAPITEL II - Abänderungen von Bestimmungen von Buch I des Zivilgesetzbuches Art. 2 - Im deutschen Text von Artikel 75 des Zivilgesetzbuches werden die Wörter "zum Ehemann beziehungsweise zur Ehefrau" durch die Wörter "zum Ehegatten" ersetzt.

Art. 3 - Artikel 143 desselben Gesetzbuches, aufgehoben durch das Gesetz vom 31. März 1987, wird mit folgendem Wortlaut wieder aufgenommen und nach Kapitel I von Titel V von Buch I desselben Gesetzbuches verschoben: « Artikel 143 - Zwei Personen verschiedenen oder gleichen Geschlechts können eine Ehe eingehen.

Wenn die Ehe zwischen Personen gleichen Geschlechts eingegangen wurde, ist Artikel 315 nicht anwendbar. » Art. 4 - In Artikel 162 Absatz 1 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch die Gesetze vom 31. März 1987 und 27. März 2001, wird das Wort "Geschwistern" durch die Wörter "Brüdern, zwischen Schwestern oder zwischen Bruder und Schwester" ersetzt.

Art. 5 - Artikel 163 desselben Gesetzbuches wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Artikel 163 - Die Eheschliessung ist auch verboten zwischen Onkel und Nichte oder Neffe beziehungsweise zwischen Tante und Nichte oder Neffe. » Art. 6 - Artikel 164 desselben Gesetzbuches wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Artikel 164 - Der König kann jedoch bei Vorliegen schwerwiegender Gründe das im vorhergehenden Artikel aufgeführte Verbot aufheben und auch das in Artikel 162 vorgesehene Verbot für Eheschliessungen zwischen Schwager und Schwägerin, zwischen Schwager und Schwager oder zwischen Schwägerin und Schwägerin. » Art. 7 - Artikel 170 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 12. Juli 1931 und abgeändert durch das Gesetz vom 1. März 2000, wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Art. 170 - Was die Form betrifft, werden in Belgien für gültig erachtet: 1. Eheschliessungen zwischen Belgiern sowie zwischen Belgiern und Ausländern, die im Ausland in der in diesem Land gebräuchlichen Form vorgenommen worden sind, 2.Eheschliessungen zwischen Belgiern sowie zwischen Belgiern und Ausländern, die von diplomatischen Vertretern oder von Vertretern des konsularischen Korps, denen die Funktionen des Standesbeamten übertragen worden sind, vorgenommen worden sind. » Art. 8 - In Artikel 171 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 12. Juli 1931, werden die Wörter "oder in dem die Ehegattin ihre erste Niederlassung hat, sofern diese alleine ins Staatsgebiet des Königreiches zurückkehrt" durch die Wörter "oder in dem einer der Ehegatten seine erste Niederlassung hat, sofern dieser alleine ins Staatsgebiet des Königreiches zurückkehrt" ersetzt.

Art. 9 - In Artikel 206 Nr. 1 desselben Gesetzbuches werden die Wörter "die Schwiegermutter" durch die Wörter "der Schwiegervater oder die Schwiegermutter" ersetzt.

Art. 10 - Artikel 313 § 3 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 31. März 1987, wird wie folgt abgeändert: 1. In Absatz 1 werden die Wörter "dem Ehemann" durch die Wörter "dem Ehemann beziehungsweise der Ehefrau" ersetzt.2. In Absatz 3 werden die Wörter "dem Ehemann" durch die Wörter "dem Ehemann beziehungsweise der Ehefrau" ersetzt. Art. 11 - Artikel 319bis Absatz 1 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 31. März 1987, wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Ist der Vater verheiratet und erkennt er ein Kind an, das eine andere Frau als seine Ehefrau empfangen hat, muss die Anerkennungsurkunde zudem anhand eines Antrags dem Gericht Erster Instanz des Wohnsitzes des Kindes zur Homologierung vorgelegt werden.

Der Ehemann oder die Ehefrau des Antragstellers muss in das Verfahren herangezogen werden. » Art. 12 - Artikel 322 Absatz 2 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 31. März 1987, wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Ist der Beklagte verheiratet und ist das Kind während der Ehe von einer Frau, deren Ehegatte er nicht ist, empfangen worden, muss das Urteil, durch das die Abstammung festgestellt wird, dem Ehemann beziehungsweise der Ehefrau zugestellt werden. Bis zu dieser Zustellung kann das Urteil weder dem Ehemann beziehungsweise der Ehefrau noch den aus der Ehe mit dem Beklagten stammenden oder von beiden Ehegatten adoptierten Kindern gegenüber wirksam gemacht werden. » Art. 13 - In Artikel 345 Absatz 2 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 27. April 1987, werden zwischen den Wörtern "verstorben ist," und den Wörtern "genügt es" die Wörter "und sind die Ehegatten verschiedenen Geschlechts," eingefügt.

Art. 14 - Artikel 346 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch das Gesetz vom 27. April 1987, wird wie folgt abgeändert: 1. Absatz 1 wird wie folgt ergänzt: « verschiedenen Geschlechts ».2. In Absatz 3 werden die Wörter "kann der Betreffende gegebenenfalls erneut von dem adoptiert werden, mit dem der andere Ehegatte wiederverheiratet ist," durch die Wörter "kann der Betreffende gegebenenfalls erneut von dem neuen Ehepartner des anderen Ehegatten adoptiert werden, sofern die Ehepartner verschiedenen Geschlechts sind" ersetzt. Art. 15 - In Artikel 361 § 2 Absatz 1 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch das Gesetz vom 27. April 1987, wird zwischen dem Wort "des" und dem Wort "Ehepartners" das Wort "andersgeschlechtlichen" eingefügt.

Art. 16 - Artikel 368 § 3 Absatz 1 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz vom 27. April 1987, wird wie folgt ergänzt: « verschiedenen Geschlechts ». (...) KAPITEL VI - Schlussbestimmung Art. 23 - Vorliegendes Gesetz tritt am ersten Tag des vierten Monats nach dem Monat seiner Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft.

Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt veröffentlicht wird.

Gegeben zu Brüssel, den 13. Februar 2003 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Mit dem Staatssiegel versehen: Der Minister der Justiz M. VERWILGHEN Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 oktober 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

^