Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 09 juni 2009
gepubliceerd op 19 juni 2009

Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Verzekeringscomité overeenkomsten kan sluiten met toepassing van artikel 56, § 2, eerste lid, 2°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, voor de profylactische behandeling in geval van niet-professionele blootstelling aan het human immunodeficiency virus of van professionele blootstelling die niet ten laste wordt genomen door de arbeidsongevallenverzekering, noch door het Fonds voor beroepsziekten, noch door een andere verzekering in België of in het buitenland

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2009022328
pub.
19/06/2009
prom.
09/06/2009
ELI
eli/besluit/2009/06/09/2009022328/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

9 JUNI 2009. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Verzekeringscomité overeenkomsten kan sluiten met toepassing van artikel 56, § 2, eerste lid, 2°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, voor de profylactische behandeling in geval van niet-professionele blootstelling aan het human immunodeficiency virus of van professionele blootstelling die niet ten laste wordt genomen door de arbeidsongevallenverzekering, noch door het Fonds voor beroepsziekten, noch door een andere verzekering in België of in het buitenland


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 56, § 2, eerste lid, 2°, vervangen bij de wet van 10 augustus 2001;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 22 december 2008;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 januari 2009;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 13 februari 2009;

Gelet op het advies nr. 46.095/1 van de Raad van State, gegeven op 13 maart 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Onder de hierna vermelde voorwaarden kan tussen het Verzekeringscomité van de Dienst voor Geneeskundige Verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering en AIDS-referentiecentra een overeenkomst worden gesloten waarbij een tegemoetkoming wordt verleend door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging ter financiering van de antiretrovirale profylactische behandeling van patiënten die accidenteel zijn blootgesteld aan het human immunodeficiency virus (HIV) : 1° De tenlasteneming van de kosten van de profylactische behandeling door de arbeidsongevallenverzekering;door het Fonds voor Beroepsziekten of door een andere Belgische of buitenlandse verzekering kan niet worden verkregen. 2° de blootstelling wordt behoorlijk vermeld in het medisch dossier en vertoont de kenmerken voor een aanbeveling (« recommend ») of overweging (« consider ») voor de toediening van de profylactische behandeling, zoals beschreven in de « aanbevelingen NONOPEP (Non Occupational post-Exposure Prophylaxis) en OPEP (Occupational post-Exposure Prophylaxis) » van de consensus van de Belgische deskundigen van de AIDS-referentiecentra.3° Het referentiecentrum is een centrum dat een AIDS-revalidatieovereenkomst heeft gesloten met het Verzekeringscomité en dat 24 uur op 24 toegankelijk is met het oog op het onmiddellijk verlenen van de medicamenteuze behandeling.

Art. 2.De tegemoetkoming wordt verleend voor de toegediende behandelingen vanaf 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 en is beperkt tot een jaarlijkse begrotingsenveloppe van maximum 155.000 euro.

Art. 3.De betrokken overeenkomsten bevatten de volgende elementen : 1° de criteria waaraan de patiënten moeten voldoen om de tegemoetkoming te krijgen, zoals bedoeld in artikel 1, punten 1° en 2°;2° de bijkomende voorwaarden waartoe de AIDS-referentiecentra zich moeten verbinden, zoals bedoeld in artikel 1, punt 3°;3° de verplichting om de indicatie van de profylactische behandeling te verantwoorden, wat dient te gebeuren door de voorschrijvende arts, verbonden aan het AIDS-referentiecentrum;4° het therapeutisch behandelings- en opvolgingsprotocol;5° de wijze van registratie van de noodzakelijke parameters en de wijze van rapportering aan het begeleidingscomité aangewezen door het Verzekeringscomité;6° de verplichting tot medewerking aan een evaluatieprocedure zoals die zal worden vastgesteld door het begeleidingscomité en tot medewerking aan het opstellen van een eindrapport dat zal voorgelegd worden aan het Verzekeringscomité;7° het bedrag van de tegemoetkoming per behandeling (gebruikte farmaceutische specialiteiten en administratiekost), zo namelijk, door behandelde patiënt, een forfaitair bedrag van 882,52 euro voor de farmaceutische behandeling en een forfaitair bedrag van 150 euro voor de administratieve kosten;8° de financiële modaliteiten voor de betaling van de betrokken tegemoetkoming.

Art. 4.Het Begeleidingscomité is samengesteld uit geneesheren die verantwoordelijk zijn voor de behandelingen van alle bij de overeenkomst betrokken referentiecentra, alsook uit leden die de universiteiten vertegenwoordigen en die de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen al dan niet onder haar leden heeft aangewezen, en uit leden die de verzekeringsinstellingen vertegenwoordigen en die zijn aangewezen door het Nationaal Intermutualistisch College. Een geneesheer-ambtenaar zal eveneens deel uitmaken van het Begeleidingscomité. Het voorzitterschap van het Begeleidingscomité zal worden waargenomen door de voorzitter van de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen of door een lid van het bureau van die commissie.

Art. 5.De betrokken tegemoetkoming wordt aangerekend op de administratiekosten van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2009 en treedt buiten werking op 1 januari 2010.

Art. 7.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 juni 2009.

Van koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX

^