Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 augustus 2005
gepubliceerd op 07 december 2005

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2005012347
pub.
07/12/2005
prom.
10/08/2005
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 AUGUSTUS 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979, tot vaststelling van de arbeids- en loon voorwaarden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 6 september 1979;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Nice, 10 augustus 2005.

ALBERT Van Koningswege : Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 6 september 1979, Belgisch Staatsblad van 11 maart 1980.

Bijlage Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 januari 2004 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979 (Overeenkomst geregistreerd op 15 maart 2004 onder het nummer 70333/CO/308) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden-, bedienden- en kaderpersoneel.

Art. 2.In de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979, houdende de arbeids- en loonvoorwaarden wordt een nieuw artikel 36bis ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 36bis.Studenten Voor de onderneming waar geen eigen barema is vastgelegd dat minstens gelijkwaardig is, geldt voor de werknemers tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst zoals bedoeld in titel VII van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten, een minimumvergoeding gelijk aan 90 pct. van de loonschalen categorie 1 uitvoerend personeel, begrensd op de leeftijd van 19 jaar. »

Art. 3.Artikel 56 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1979 houdende de arbeids- en loonvoorwaarden wordt vervangen door volgende tekst : «

Art. 56.§ 1. Zonder afbreuk te doen aan het principe van het gezag van de werkgever en om de stabiliteit van de arbeidskrachten te verzekeren, overeenkomstig de economische mogelijkheden van de ondernemingen, wordt elk eventueel ontslag gegeven mits eerbiediging van bepaalde billijkheidsregels.

Voor ontslag gegeven wegens bijzondere economische omstandigheden, wordt een rangorde voorzien waarbij rekening wordt gehouden met de bekwaamheid, de verdiensten, de specialisatie, de leeftijd, de anciënniteit en de gezinslasten.

Bij wederindienstneming wordt eveneens de voorrang gegeven aan de ontslagenen, volgens een gelijkaardige maar omgekeerde volgorde als deze voorzien voor de ontslaggeving.

De plannen voor dergelijke ontslaggevingen worden voorafgaandelijk ter kennis gebracht van de ondernemingsraad of, bij ontstentenis ervan, van de betrokken vakorganisaties. § 2. Indien de werkgever overweegt om een individuele werknemer die tewerkgesteld is met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur en die zich niet meer in de proefperiode bevindt, te ontslaan wegens disciplinaire of professionele tekortkomingen, wordt deze werknemer uitgenodigd op een onderhoud dat binnen de vijf werkdagen na de uitnodiging plaats heeft.

Indien een syndicale afvaardiging in de onderneming bestaat, wordt de werknemer schriftelijk ervan op de hoogte gebracht dat hij zich op dit onderhoud mag laten bijstaan door een vakbondsafgevaardigde van zijn keuze. Tijdens dit onderhoud wordt de werknemer ingelicht over de redenen die de werkgever ertoe hebben geleid een ontslag te overwegen.

Uit het ontslagdossier moet blijken dat de werkgever geen willekeurig ontslag heeft gegeven. Dit kan bijvoorbeeld blijken uit voorafgaande evaluatie, een fout, een vorige vermaning, een vormingsaanbod, enz. § 3. Bij niet naleving van de procedure voorzien in § 2 door toedoen van de werkgever, is deze verplicht aan de ontslagen werknemer met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur en met minstens een jaar anciënniteit, een forfaitaire schadevergoeding te betalen gelijk aan het lopend loon van drie maanden, onverminderd de vergoeding voorzien in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Deze (schade)vergoeding is niet cumuleerbaar met de vergoedingen bepaald in de artikelen 16 tot 18 van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden. § 4. De bepalingen van § 2 en § 3 van onderhavig artikel zijn niet van toepassing indien het ontslag gebeurt om dringende reden zoals bedoeld in artikel 35 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Ze zijn evenmin van toepassing in de bedrijven waar reeds dergelijke procedures bestaan en die minstens gelijkwaardig zijn aan de bepalingen van § 2 en § 3. »

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004 en is gesloten voor een onbepaalde duur.

Zij mag worden opgezegd, geheel of gedeeltelijk door een van de partijen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden, bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2005.

Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE

^