Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 februari 1998
gepubliceerd op 25 februari 1998

Koninklijk besluit tot erkenning van een vakorganisatie van werkgevers als representatief in de bedrijfstak die de ondernemingen omvat waarvan de activiteit hoofdzakelijk bestaat uit de algemene kleinhandel in voedingswaren en die minstens twintig werknemers tewerkstellen, met uitzondering van de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1998012045
pub.
25/02/1998
prom.
10/02/1998
ELI
eli/besluit/1998/02/10/1998012045/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 FEBRUARI 1998. Koninklijk besluit tot erkenning van een vakorganisatie van werkgevers als representatief in de bedrijfstak die de ondernemingen omvat waarvan de activiteit hoofdzakelijk bestaat uit de algemene kleinhandel in voedingswaren en die minstens twintig werknemers tewerkstellen, met uitzondering van de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 3, eerste lid, 3;

Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Wordt erkend als representatieve vakorganisatie van werkgevers in de bedrijfstak die de ondernemingen omvat waarvan de activiteit hoofdzakelijk bestaat uit de algemene kleinhandel in voedingswaren en die minstens twintig werknemers tewerkstellen, met uitzondering van de levensmiddelenbedrijven met talrijke bijhuizen : « Association professionnelle du libre service indépendant en alimentation ».

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 februari 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld

^