Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 december 2006
gepubliceerd op 30 januari 2007

Koninklijk besluit tot toekenning van een toelage aan het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid voor de surveillance van polio, mazelen en rubella

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2007022061
pub.
30/01/2007
prom.
13/12/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot toekenning van een toelage aan het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid voor de surveillance van polio, mazelen en rubella


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 55 tot 58;

Gelet op de wet van 20 december 2005 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2006, inzonderheid op artikel 2.25.4;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole, inzonderheid artikel 14, 2°;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 november 2006;

Overwegende de verbintenis van België om mee te werken aan de doelstelling van de Wereldgezondheidsorganisatie om de Europese Regio van de Wereldgezondheidsorganisatie poliovrij te houden;

Overwegende de verbintenis van België om toe te treden tot de doelstelling van de Wereldgezondheidsorganisatie om tegen 2010 mazelen en rubella te elimineren in de Europese Regio van de Wereldgezondheidsorganisatie;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Een toelage van euro 66.500, ingeschreven op basisallocatie 02.33.23, afdeling 59, van de begroting van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, op begrotingsjaar 2006, wordt toegekend aan het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, gevestigd J. Wytsmanstraat 14, 1050 Brussel, bankrekeningnummer 001-1660480-13, als toelage voor de surveillance-activiteiten van polio, mazelen en rubella in België.

Art. 2.Deze toelage moet het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid in de mogelijkheid stellen om prioritair het nationaal toezicht uit te oefenen op polio, mazelen en rubella in België om aldus te kunnen meewerken aan de uitroeiing van polio in België en het behalen van de doelstelling om mazelen en rubella te elimineren in België tegen 2010.

Dit omvat de volgende activiteiten die gecoördineerd worden door het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid met de partners van de Gemeenschappen en Gewesten : 1° het secretariaat waarnemen van het Belgisch Comité voor certificering voor de uitroeiing van polio;2° het secretariaat waarnemen van het Comité voor het doen verdwijnen van mazelen en rubella in België;3° een gevoelig surveillancesysteem voor een snelle detectie van een geïmporteerd geval van polio opzetten en onderhouden, inclusief bevestiging van de diagnose en genotypering door het functioneren als referentielaboratorium, alsook voor de detectie van de circulatie van een poliovirus inclusief genotypering in België.Hierbij zullen de gevalsdefinities zoals opgesteld door het Europese Centrum voor Preventie en Controle van Ziektes (ECDC) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) gehanteerd worden met als doel het partnerschap van België te verzekeren voor de harmonisatie van data tussen de lidstaten. Een nationale dekking van de surveillance wordt nagestreefd; 4° een gevoelig surveillancesysteem voor verdachte gevallen van mazelen opzetten en onderhouden, inclusief bevestiging van de diagnose en genotypering van het virus door het functioneren als referentielaboratorium.Hierbij zullen de gevalsdefinities zoals opgesteld door het Europese Centrum voor Preventie en Controle van Ziektes (ECDC) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) gehanteerd worden met als doel het partnerschap van België te verzekeren voor de harmonisatie van data tussen de lidstaten. Een nationale dekking van de surveillance wordt nagestreefd; 5° een gevoelig surveillancesysteem voor verdachte gevallen van rubella en voor de gevallen van congenitale rubella opzetten en onderhouden.Hierbij zullen de gevalsdefinities zoals opgesteld door het Europese Centrum voor Preventie en Controle van Ziektes (ECDC) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) gehanteerd worden met als doel het partnerschap van België te verzekeren voor de harmonisatie van data tussen de lidstaten. Een nationale dekking van de surveillance wordt nagestreefd; 6° publicaties en voordrachten verzorgen over de uitroeiing van polio en de doelstelling tot eliminatie van mazelen en rubella tegen 2010. Hierbij zal bijzondere aandacht besteed worden aan de sensibilisatie van de medische sector om volledige en kwalitatieve gegevens te melden teneinde een betrouwbare, kwalitatieve en uniforme (volgens internationale standaard) surveillancerapportering te kunnen maken; 7° instaan voor de contacten met de internationale instanties, het Europese surveillancesysteem voor mazelen (Euvac.Net), het Europese Centrum voor Preventie en Controle van Ziektes (ECDC), de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) en melden van de surveillancedata volgens de door de internationale organisaties aanbevolen typegegevens en frequentie : vergaderingen, antwoorden op specifieke vragen. Bij elke uitwisseling van gegevens zal de dienst Monitoring van het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, in kopij gezet worden; 8° tijdig en volledig onderzoeken van een geval van polio en van clusters van mazelen of rubella met melding aan het « crisis preparedness and response » netwerk van de dienst Monitoring van het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;9° het inhoudelijk aspect aanleveren voor een lijst met veelgestelde vragen over polio, mazelen en rubella ten behoeve van het brede publiek en de zorgsector aan de dienst Communicatie van het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;10° geven van een verslag in beide landstalen aan de Minister van Volksgezondheid via de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.Dit verslag zal voor elk van de drie ziekten onder meer bevatten : een historiek van het opzetten van de surveillancesytemen en van de opvolging van de polio-vrije status van België alsook van het eliminatieproces van mazelen en rubella; de beschrijving van het mandaat en de activiteiten van de comités, de beschrijving van de toegepaste surveillancesystemen, een motivatie voor wijzigingen in de methodologie en de resultaten weergegeven in cijfers en volgens vooropgestelde indicatoren, de beschrijving van de aanbevolen frequentie en elementen voor de verslagen in te dienen bij de internationale organisaties en eventuele problemen om hieraan te voldoen, een beschrijvende analyse maken van de behaalde resultaten in de deelstaten, de plaatsing van deze resultaten in een Europees en mondiaal kader, een lijst van aanbevelingen om de uitroeiing van polio te vrijwaren en het eliminatieprogramma voor mazelen en rubella te optimaliseren en, in het bijzonder, om een kwaliteitsvolle surveillance te verzekeren.

Art. 3.Een voorschot van euro 34.000 zal gestort worden vanaf ondertekening van onderhavig besluit.

Art. 4.§ 1. Uiterlijk op 1 april 2007 bezorgt het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid aan het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, de volgende stukken : 1° een definitief verslag met betrekking tot de activiteiten ontwikkeld in uitvoering van artikel 2, 10°;2° de boekhoudkundige stukken met betrekking tot de activiteiten ontwikkeld in uitvoering van artikel 2. § 2. Na geldig verklaring van de documenten bedoeld in § 1, betaalt het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer het saldo van de toelage bedoeld in artikel 1. § 3. Indien het bedrag bewezen door de boekhoudkundige stukken lager is dan het bedrag voorzien in artikel 1, moet het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid de teveel ontvangen sommen terugbetalen binnen de maand van ontvangst van de afrekening aan hen opgestuurd door het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer. § 4. De bewijsstukken kunnen bestaan uit personeelskosten voor de prestaties, laboratorumkosten of algemene kosten, voorzover die specifiek voor het toezicht op polio, mazelen en rubella toegekend werden.

In het kader van deze toelage is er geen enkele duurzame investering toegestaan.

Art. 5.Het eindrapport moet goedgekeurd worden door een evaluatiecomité bestaande uit een vertegenwoordiger van de Minister van Volksgezondheid, en het diensthoofd Monitoring van het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.

Art. 6.Het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid verbindt zich ertoe om de notulen van alle vergaderingen gehouden in het kader van deze toelage te allen tijde ter beschikking te stellen van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.

Art. 7.De resultaten behaald met de hulp van deze toelage zijn mede-eigendom van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. De publicatie van de resultaten (inclusief art. 2, 10°), behaald met de hulp van deze subsidie, moet door de Minister goedgekeurd worden. De aan de Minister gerichte aanvragen worden geacht goedgekeurd te zijn als ze niet binnen de maand beantwoord worden.

Art. 8.Dit besluit dekt de periode van 1 januari 2006 tot 31 december 2006 en de rapporten moeten dus voor de gegevens van deze periode verstrekt worden.

Art. 9.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.

Art. 10.Onze Minister van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 december 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^