Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 maart 2011
gepubliceerd op 29 april 2011

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek. - Rechtzetting

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2011201815
pub.
29/04/2011
prom.
13/03/2011
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG


13 MAART 2011. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek. - Rechtzetting


In het Belgisch Staatsblad nr. 99 van 1 april 2011, pagina 21606, dient men bij te voegen : Advies 49.016/1 van 21 december 2010 van de afdeling Wetgeving van de Raad van State De Raad van State, afdeling Wetgeving, eerste kamer, op 8 december 2010 door de Minister van Werk verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek", heeft het volgende advies gegeven : Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich beperkt tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan.

Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als ze te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is.

Voor het overige zijn bij het ontwerp geen opmerkingen te maken.

De kamer was samengesteld uit de Heren M. Van Damme, kamervoorzitter, J. Baert, W. Van Vaerenbergh, staatsraden, M. Tison, assessor van de afdeling Wetgeving, Mevrouw G. Verberckmoes, griffier, Het verslag werd uitgebracht door Mevr. G. Scheppers, auditeur.

De griffier G. Verberckmoes De voorzitter M. Van Damme

^