Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 juli 2004
gepubliceerd op 13 september 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 2002, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de haard- en standplaatstoelage

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004202360
pub.
13/09/2004
prom.
15/07/2004
ELI
eli/besluit/2004/07/15/2004202360/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 JULI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 2002, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de haard- en standplaatstoelage (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 2002, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de haard- en standplaatstoelage.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 juli 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de socio-culturele sector Collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 2002 Haard- en standplaatstoelage (Overeenkomst geregistreerd op 11 juli 2003 onder het nummer 66828/CO/329) Gelet op het « akkoord van de non-profit » van 29 juni 2000 tussen de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het College van de Franse Gemeenschapscommissie, het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vertegenwoordigers van de werknemers en van de inrichtende machten;

Gelet op titel III van het besluit 2001/549 van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de toepassing van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 12 juli 2001 tot wijziging van diverse wetgevingen betreffende de subsidies toegekend in de sector van het gezondheidsbeleid en de welzijnszorg en betreffende de wijziging van verschillende toepassingsbesluiten betreffende de sectoren van de welzijnszorg, de gezondheidszorg, de gehandicaptenzorg en de socio-professionele inschakeling;

Gelet op titel III, hoofdstuk XI, artikel 74 en de bijlage IV ANM;

Gelet op het protocol gesloten tussen het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de sociale onderhandelaars, in uitvoering van het akkoord van de non-profit van 29 juni 2000;

Gelet op het protocol gesloten tussen de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de sociale onderhandelaars, in uitvoering van het akkoord van de non-profit van 29 juni 2000;

Wordt het volgende overeengekomen :

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de socio-professionele invoegorganismen : - zoals bepaald en erkend door de Franse Gemeenschapscommissie via het decreet van 27 april 1995 (decreet betreffende de erkenning van organismen voor socio-professionele inschakeling en de subsidiëring van hun beroepsopleidingsactiviteiten voor werklozen en laag geschoolde werkzoekenden gericht op het vergroten van hun kans op het vinden of terugvinden van werk in het raam van gecoördineerde voorzieningen voor socio-professionele inschakeling) en; - die een partnershipovereenkomst hebben met de Brusselse gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling zoals bepaald door de besluiten van de executieve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 27 juni 1991 (besluit houdende machtiging voor de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling tot het sluiten van partnershipovereenkomsten teneinde de kansen van bepaalde werkzoekenden om werk te vinden of terug te vinden, te vergroten in het raam van gecoördineerde beschikkingen voor socio-professionele inschakeling).

De betrokken werknemers zijn zij die ingedeeld zijn bij de socio-professionele inschakelingsprojecten zoals bepaald door het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 27 april 1995.

In de « missions locales » zijn, behalve het hierboven opgesomde personeel, eveneens betrokken het omkaderingspersoneel van de beroepsoverstapprogramma's en het personeel van de jobwerkbanken.

Art. 2.Er wordt een haard-standplaatstoelage toegekend aan de werknemers waarvan het brutojaarloon op 1 april 2002, 20.492,91 EUR (826 682 BEF) niet overschrijdt.

Het bedrag wordt vastgelegd op 949,88 EUR (38 318 BEF), hetzij 77,60 EUR (3 131 BEF) per maand voor 38 uren per week.

Er wordt een haard-standplaatstoelage toegekend aan de werknemers waarvan het bruto jaarloon op 1 april 2002 hoger is dan lid 1, maar 23.362,94 EUR (942 459 BEF) niet overschrijdt.

Het bedrag wordt vastgelegd op 474,94 EUR (19 159 BEF), hetzij 38,80 EUR (1 565 BEF) per maand voor 38 uren per week.

Deze premies zijn niet onderling cumuleerbaar.

Voor de berekening van de haard-standplaatstoelage, moet onder « brutojaarloon » worden verstaan : - voor de bedienden : het jaarloon vermenigvuldigd met 12, het dubbel vakantiegeld gestort gedurende het jaar en de eindejaarspremie; - voor de arbeiders : het uurloon vermenigvuldigd met 1976.

Voor de deeltijdse werknemers worden deze bedragen verminderd à rato van de wekelijkse arbeidsduur.

Deze bedragen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks opgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, en worden aangepast volgens de modaliteiten bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997 tot vaststelling van de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 14 september 1997 (Belgisch Staatsblad van 22 oktober 1997). De spilindex op de datum van de ondertekening is 109,46 (basis 1996 = 100).

Art. 3.De overgang van een toelage naar een andere of de afschaffing van de toelage kan geen aanleiding geven tot een vermindering van het brutojaarloon van de werknemer.

Indien dit het geval is, wordt het verschil toegekend onder de vorm van een gedeeltelijke toelage. Het maandelijks bedrag hiervan wordt berekend volgens de volgende formule : - voor het brutojaarloon (BJL) tussen MID en MAD is de berekeningsformule de volgende : [B + (B - VLJB)] : 12 op voorwaarde dat VLJB < B - voor het brutojaarloon (BJL) hoger dan MAD is de formule om de gewijzigde premie te berekenen de volgende : [B - VLJB] : 12 op voorwaarde dat VLJB < B Voor de berekening van de formule moet worden verstaan onder : BJL = brutojaarloon zoals bepaald in artikel 2;

VLJB = de verhoging van het loon op jaarbasis;

MID = de minimumdrempel van het brutojaarloon die recht geeft op de toelage, zoals bepaald in artikel 2;

MAD = de maximumdrempel van het brutojaarloon waarboven geen toelage meer verschuldigd is;

A = het hoogste bedrag van de toelage, zoals bepaald in artikel 2;

B = het laagste bedrag van de toelage, zoals bepaald in artikel 2.

Art. 4.De haard-standplaatstoelage wordt tegelijkertijd betaald met het loon van de maand waarop deze betrekking heeft en voor de eerste maal in november 2002. Zij wordt betaald in dezelfde mate en volgens dezelfde modaliteiten dan het loon, terwijl deze niet verschuldigd is voor een volledige maand.

Overgangsbepaling : voor de werknemers in dienst in 2001 en 2002 zullen de eventuele achterstallen uiterlijk betaald worden op 31 december 2002.

Art. 5.De partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de voordelen toegekend door deze collectieve arbeidsovereenkomst slechts effectief zullen worden toegekend aan de werknemers voorzover de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en het College van de Franse Gemeenschapscommissie integraal, elk voor wat hen betreft, punt 5, 1ste lid van het akkoord van 29 juni 2000 uitvoeren.

Zij komen eveneens overeen deze zelfde openbare overheden in te lichten over de goede uitvoering van deze overeenkomst.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht op 1 januari 2001.

Zij is voor onbepaalde tijd gesloten en kan door elk van de partijen worden opgezegd, met een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^