Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 november 2004
gepubliceerd op 24 november 2004

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2004003441
pub.
24/11/2004
prom.
16/11/2004
ELI
eli/besluit/2004/11/16/2004003441/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Bij de wet van 17 mei 2004 tot wijziging van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 4 juni 2004) werd het vergunningsrecht dat drankgelegenheden verschuldigd zijn voor het verstrekken van sterke drank afgeschaft. De afschaffing van het vergunningsrecht kadert in het geheel van maatregelen genomen door de federale regering teneinde de fiscale druk en de administratieve rompslomp voor de horecasector te verminderen.

Tevens wordt deze belasting als onrechtvaardig beschouwd, daar zij geen rekening houdt met de hoeveelheid verkochte sterke drank. De basis van de belasting (het afgesplitste gedeelte van het kadastraal inkomen) is bovendien volledig verouderd. Het kadastraal inkomen is immers niet meer aangepast sinds 1975. Een onrechtvaardige belasting met een foute basis hoort dan ook niet meer thuis in ons fiscaal systeem.

Ingevolge deze maatregel werd dan ook de taak van de Administratie van het Kadaster opgeheven; immers door de afschaffing van het vergunningsrecht zijn alle bepalingen omtrent de belastinggrondslag van dit vergunningsrecht zonder voorwerp geworden.

In haar advies nr. 37.750/2 d.d. 27 oktober 2004 werpt de afdeling Wetgeving van de Raad van State op dat zij binnen de gevraagde termijn van vijf dagen wegens dringende noodzakelijkheid, geen wettelijke basis kan ontwaren tot behoud van artikel 2 van bovenvermeld koninklijk besluit.

Er dient evenwel opgemerkt dat het behoud van artikel 2 alsook de dringende aanpassing van bovenvermeld koninklijk besluit niettemin gerechtvaardigd zijn, zodat dit ontwerp dan ook als dusdanig wordt onderworpen aan de handtekening van Uwe Majesteit.

Onderhavig ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit voor te leggen, strekt ertoe alle bepalingen van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht, die door de inwerkingtreding van de nieuwe wet zonder voorwerp zijn geworden, op te heffen met het oog op een transparante wetgeving terzake.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer trouwe dienaar De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS

ADVIES 37.750/2 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE Volgens artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996, en vervangen bij de wet van 2 april 2003, moeten in de adviesaanvraag in het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het spoedeisende karakter ervan.

In het onderhavige geval luidt de motivering in de aanhef van het ontwerp als volgt : « Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat onderhavig koninklijk besluit dient te worden aangepast aan de wijzigingen aangebracht door de wet van 17 mei 2004 aan de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht; dat deze wijzigingen bestaan in het afschaffen van het vergunningsrecht, zijnde de belasting die verschuldigd is voor het verkrijgen van een vergunning voor het verstrekken van sterke drank; dat hierdoor tevens alle bepalingen inzake de belastinggrondslag alsook de procedure hieromtrent en de rol van de Administratie van het Kadaster zonder voorwerp zijn geworden; dat de bepalingen van de wet van 17 mei 2004 reeds op 14 juni 2004 in werking zijn getreden; dat met het oog op een transparante wetgeving de bepalingen van onderhavig koninklijk besluit dan ook zo spoedig mogelijk dienen te worden aangepast;" Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het vervangen is bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voormelde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerking.

Binnen de hem toegemeten korte termijn is het de Raad van State niet duidelijk op basis van welke rechtsgrond het behoud zou kunnen worden gerechtvaardigd van enkel artikel 2 van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht. Indien zulk een rechtsgrond niet gevonden kan worden, moet het besluit in zijn geheel worden opgeheven.

De kamer was samengesteld uit : De heer Y. Kreins, kamervoorzitter;

De heer J. Jaumotte en Mevr. M. Baguet, staatsraden;

De heer J. Kirkpatrick, assessor van de afdeling wetgeving;

Mevr. A.-C. Van Geersdaele, griffier.

Het verslag werd uitgebracht door de heer J. Regnier, eerste auditeur-afdelingshoofd.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer J. Jaumotte.

De griffier, A.-C. Van Geersdaele.

De voorzitter, Y. Kreins.

16 NOVEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht (1), het laatst gewijzigd bij de wet van 17 mei 2004 tot wijziging van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht (2);

Gelet op het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht (3), het laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 mei 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht (4);

Gelet op het advies nr. 37.750/2 van de Raad van State, gegeven op 27 oktober 2004, bij toepassing van artikel 84, § 1, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat onderhavig koninklijk besluit dient te worden aangepast aan de wijzigingen aangebracht door de wet van 17 mei 2004 aan de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht; dat deze wijzigingen bestaan in het afschaffen van het vergunningsrecht, zijnde de belasting die verschuldigd is voor het verkrijgen van een vergunning voor het verstrekken van sterke drank; dat hierdoor tevens alle bepalingen inzake de belastinggrondslag alsook de procedure hieromtrent en de rol van de Administratie van het Kadaster zonder voorwerp zijn geworden; dat de bepalingen van de wet van 17 mei 2004 reeds op 14 juni 2004 in werking zijn getreden; dat met het oog op een transparante wetgeving de bepalingen van onderhavig koninklijk besluit dan ook zo spoedig mogelijk dienen te worden aangepast;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende het verstrekken van sterke drank en betreffende het vergunningsrecht wordt vervangen als volgt : « Koninklijk besluit van 29 december 1983 tot uitvoering van de wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank. »

Art. 2.Opgeheven worden : - Hoofdstuk II van hetzelfde koninklijk besluit, bevattende de artikelen 3 en 4; - Hoofdstuk III van hetzelfde koninklijk besluit, bevattende de artikelen 5 en 6; - Hoofdstuk IV van hetzelfde koninklijk besluit, bevattende de artikelen 7 tot 22; - Hoofdstuk V van hetzelfde koninklijk besluit, bevattende de artikelen 23 tot 25.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 14 juni 2004.

Gegeven te Brussel, 16 november 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota's (1) Belgisch Staatsblad van 30 december 1983;(2) Belgisch Staatsblad van 4 juni 2004;(3) Belgisch Staatsblad van 30 december 1983; (4) Belgisch Staatsblad van 25 juni 2003.

^