Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 17 november 2010
gepubliceerd op 22 november 2010

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2010003615
pub.
22/11/2010
prom.
17/11/2010
ELI
eli/besluit/2010/11/17/2010003615/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 NOVEMBER 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Op grond van artikelen 98 en 99 van de Richtlijn 2006/112/EG van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijk stelsel van de belasting over de toegevoegde waarde hebben de lidstaten de mogelijkheid om een of twee verlaagde btw-tarieven toe te passen, die niet lager mogen zijn dan 5 pct. voor de goederen en diensten die opgenomen zijn in de bijlage III van de Richtlijn 2006/112/EG. Voornoemde Richtlijn 2006/112/EG werd laatst gewijzigd door de Richtlijn 2009/47/EG van 5 mei 2009 wat de btw-tarieven betreft.

Ingevolge deze Richtlijn 2009/47/EG werd de oude bijlage IV opgenomen in de bijlage III zodat aan het verlaagd btw-tarief kunnen worden onderworpen : -de handelingen met betrekking tot de renovatie en herstel van particuliere woningen, met uitzondering van materialen die een beduidend deel vertegenwoordigen van de waarde van de verstrekte diensten (categorie 10bis ), thans opgenomen artikel 1bis in het koninklijk besluit nr. 20; - de kleine hersteldiensten met betrekking tot fietsen, schoeisel en lederwaren kleding en huishoudlinnen (ook herstellen en vermaken) (categorie 19), thans opgenomen artikel 1ter in het koninklijk besluit nr. 20.

Onderhavig ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven, wil, teneinde de continuïteit te verzekeren, de tijdelijke bepalingen met betrekking tot de arbeidsintensieve diensten - die reeds in voege zijn vanaf 1 januari 2000 en die telkens werden verlengd bij de koninklijke besluiten van 19 december 2002, 14 januari 2004 en 19 januari 2006 en bij de programmawet van 27 december 2006 en van toepassing blijven tot 31 december 2010 - verlengen tot 30 juni 2011.

De artikelen 1 en 2 van dit ontwerp verlengen de periode waarin de regeling met betrekking tot de arbeidsintensieve diensten kan worden toegepast tot 30 juni 2011.

De budgettaire impact is neutraal aangezien dit ontwerp een bestendiging is van de bestaande maatregel inzake de arbeidsintensieve diensten.

Genomen in uitvoering van artikel 37, § 1, van het Btw-Wetboek, heeft bijgevoegd besluit het overleg in de Ministerraad van 24 september 2010 vereist.

Het advies van de Raad van State van 21 oktober 2010 werd gegeven binnen de termijn bepaald door artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op dit Hoog Rechtscollege. Er werd met dit advies rekening gehouden.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS

17 NOVEMBER 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, artikel 37, vervangen bij de wet van 28 december 1992;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven;

Overwegende dat de Richtlijn 2009/47/EG van de Raad van 5 mei 2009 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat verlaagde btw-tarieven betreft, de artikelen 106 tot 108 van deze richtlijn inzake de tijdelijke bepalingen voor bepaalde arbeidsintensieve diensten heeft opgeheven en bedoelde diensten heeft ingevoegd in bijlage III van bedoelde richtlijn, zijnde de lijst van goederenleveringen en de diensten waarop de in artikel 98 van deze richtlijn bedoelde verlaagde tarieven mogen worden toegepast;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 september 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 21 september 2010;

Gelet op advies nr. 48.765/1 van de Raad van State, gegeven op 21 oktober 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1bis, § 1, van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven, hersteld bij het koninklijk besluit van 18 januari 2000 en gewijzigd bij de programmawet van 27 december 2006 en bij het koninklijk besluit van 2 juni 2010, worden de woorden "tot en met 31 december 2010" vervangen door de woorden "tot en met 30 juni 2011".

Art. 2.In artikel 1ter van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2000 en gewijzigd bij de programmawet van 27 december 2006, worden de woorden "tot en met 31 december 2010" vervangen door de woorden "tot en met 30 juni 2011".

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2011.

Art. 4.De Minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 november 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1969, Belgisch Staatsblad van 17 juli 1969. Wet van 28 december 1992, Belgisch Staatsblad van 31 december 1992, 1e editie.

Programmawet van 27 december 2006, Belgisch Staatsblad van 28 december 2006, 3e editie.

Koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970, Belgisch Staatsblad van 31 juli 1970.

Koninklijk besluit van 18 januari 2000, Belgisch Staatsblad van 29 januari 2000.

Koninklijk besluit van 2 juni 2010, Belgisch Staatsblad van 7 juni 2010, 1e editie.

Gecoördineerde wetten op de Raad van State, koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.

^