Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 17 september 2005
gepubliceerd op 30 september 2005

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 september 1992 tot vaststelling van nadere regelen betreffende de forfaitaire honoraria voor sommige verstrekkingen inzake klinische biologie, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, alsmede de onderaanneming van deze verstrekkingen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2005022805
pub.
30/09/2005
prom.
17/09/2005
ELI
eli/besluit/2005/09/17/2005022805/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

17 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 september 1992 tot vaststelling van nadere regelen betreffende de forfaitaire honoraria voor sommige verstrekkingen inzake klinische biologie, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, alsmede de onderaanneming van deze verstrekkingen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 70, tweede en derde lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 1992 tot vaststelling van nadere regelen betreffende de forfaitaire honoraria voor sommige verstrekkingen inzake klinische biologie, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, alsmede de onderaanneming van deze verstrekkingen, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 december 1994 en 18 december 2002, en artikel 3, vervangen bij het koninklijk besluit van 29 april 1993, en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 december 1994 en 18 december 2002;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 28 juni 2004;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 september 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, van 9 juni 2005;

Gelet op advies 38.614/1 van de Raad van State, gegeven op 5 juli 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 24 september 1992 tot vaststelling van de nadere regelen betreffende de forfaitaire honoraria voor sommige verstrekkingen inzake klinische biologie, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, alsmede de onderaanneming van deze verstrekkingen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 december 1994 en 18 december 2002, worden in het tweede lid de woorden "koninklijk besluit van 29 mei 1989 betreffende de erkenning van laboratoria inzake klinische biologie door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft" vervangen door de woorden "koninklijk besluit van 3 december 1999 betreffende de erkenning van de laboratoria voor klinische biologie door de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort".

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 29 april 1993, en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 december 1994 en 18 december 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen als volgt : « § 1.Het laboratorium dat in dit besluit "eerste laboratorium" wordt genoemd en dat verstrekkingen inzake klinische biologie ter uitvoering in onderaanneming geeft aan een ander laboratorium dat in dit besluit "laboratorium dat als onderaannemer werkt" genoemd wordt, bezorgt dit laatste daartoe een document waarin de gegevens zijn opgenomen die het mogelijk maken om het eerste laboratorium, de rechthebbende en de voorschrijver te identificeren. Het eerste laboratorium maakt op het document ook melding van de aard van de verstrekkingen waarvan de uitvoering in onderaanneming wordt gevraagd, samen met het volgnummer en de datum van het voorschrift en van de naam, het RIZIV-identificatienummer en de handtekening van de verantwoordelijke klinische bioloog. » 2° In § 2 worden het derde en het vierde lid vervangen als volgt : « Het laboratorium dat als onderaannemer werkt bezorgt het eerste laboratorium een document met zijn RIZIV-erkenningsnummer en met de RIZIV-identificatienummers van de voorschrijver en de zorgverleners, de datum van uitvoering, de aard, het resultaat en de referentiewaarden van de in onderaanneming verrichte verstrekkingen, het volgnummer van het originele voorschrift en alle informatie nodig voor het correct gebruik van de nomenclatuurcodenummers van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 bedoeld in artikel 1 van dit besluit. Het eerste laboratorium is ertoe gehouden gebruik te maken van een globaal getuigschrift voor verstrekte hulp dat overeenstemt met het model in bijlage 28 bij de Verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. Op dat getuigschrift voor verstrekte hulp worden de verstrekkingen vermeld die zijn verricht door het eerste laboratorium en door het laboratorium dat als onderaannemer werkt, de RIZIV-erkenningsnummers van de beide laboratoria, de RIZIV-identificatienummers van de zorgverleners alsook de in het eerste lid bedoelde forfaitaire honoraria.De bepalingen van artikel 6, § 14, van bovenvermelde Verordening zijn van toepassing. » 3° § 3 wordt opgeheven.4° § 5 wordt aangepast als volgt : a) het eerste lid wordt vervangen door de volgende bepaling : « Het eerste laboratorium is ertoe gehouden aan het laboratorium dat als onderaannemer werkt, voor de verstrekkingen die het in onderaanneming heeft verricht, een bedrag te storten dat overeenstemt met de honoraria tegen 100 % die voor de betrokken verstrekkingen zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 50 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.» b) het derde lid wordt vervangen door de volgende bepaling : « Het in het eerste lid bedoelde bedrag wordt gestort binnen de drie maanden na de datum waarop het laboratorium dat als onderaannemer werkt, de resultaten van de gevraagde verstrekkingen naar het eerste laboratorium heeft gezonden.».

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 september 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^