Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 december 1997
gepubliceerd op 30 december 1997

Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3, eerste lid en van artikel 7, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1997022953
pub.
30/12/1997
prom.
19/12/1997
ELI
eli/besluit/1997/12/19/1997022953/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 DECEMBER 1997. Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3, eerste lid en van artikel 7, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde, inzonderheid op de artikelen 3, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 25 juni 1997, en 7, tweede lid;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor sociale zekerheid, gegeven op 25 oktober 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Hulp- en voorzorgskas voorzeevarenden, gegeven op 25 oktober 1997;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor pensioenen, gegeven op 28 oktober 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening, gegeven op 31 oktober 1996;

Gelet op het advies van de Raad van beheer van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen, gegeven op 6 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie, gegeven op 6 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Dienst voor overzeese sociale zekerheid, gegeven op 6 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten, gegeven op 13 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Nationaal pensioenfonds voor mijnwerkers, gegeven op 14 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor arbeidsongevallen, gegeven op 18 november 1996;

Gelet op het advies van de Nationale hoge raad voor gehandicapten, gegeven op 18 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Pool van de zeelieden ter koopvaardij, gegeven op 27 november 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, gegeven op 16 december 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 18 december 1996;

Gelet op het advies van het Verzekeringscomité voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 23 december 1996;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers, gegeven op 18 februari 1997;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 27 juni 1997;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde in werking getreden is op 1 januari 1997 zodat de uitvoeringsmaatregelen eveneens met ingang van 1 januari 1997 moeten uitwerking hebben. De verschillende instellingen van sociale zekerheid moesten de ontwerpen van koninklijke besluiten voor hun sector opstellen teneinde hun eigen regeling aan te passen aan de bepalingen van het handvest. Teneinde de uitvoerbaarheid van deze wet mogelijk te maken in de verschillende sectoren van de sociale zekerheid en teneinde de door de wetgever beoogde bescherming aan de sociaal verzekerde via het handvest te waarborgen, is het dan noodzakelijk dat de besluiten ter uitvoering van de wet zo snel mogelijk worden genomen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 12 augustus 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en Buitenlandse Handel, Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Onze Minister van Ambtenarenzaken en Onze Staatssecretaris voor Veiligheid, Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder "wet", de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde.

Art. 2.Bij toepassing van artikel 3, eerste lid, van de wet, verstrekken de instellingen van sociale zekerheid in de materies die hen aanbelangen, aan de sociaal verzekerde de dienstige inlichtingen voor het verkrijgen of het behoud van zijn verzekerbaarheid en voor de toekenning van prestaties alsook de gegevens van diegenen die verdere inlichtingen kunnen verstrekken. Om aan die informatieplicht te voldoen, stellen de instellingen een regelmatig geactualiseerd document op met een beschrijving van de rechten en de plichten van de sociaal verzekerden in de wetgeving die de instelling moet toepassen.

Dit document wordt gratis ter beschikking gesteld van de sociaal verzekerden die erom vragen.

Er wordt een synthetisch document ter beschikking gesteld van de sociaal verzekerde, volgens de modaliteiten beschreven in het eerste lid, dat betrekking heeft op alle sociale-zekerheidsinstellingen.

Art. 3.Voor de toepassing van artikel 7, tweede lid, van de wet, is de kennisgeving niet vereist : 1° wanneer de beslissing uitsluitend betrekking heeft op een indexering;2° wanneer het gaat om beslissingen tot betaling van prestaties als die betalingen enkel de herhaalde uitvoering zijn van een eerdere beslissing die is meegedeeld overeenkomstig artikel 7, eerste lid, van de wet.

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 5.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en Buitenlandse Handel, Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Onze Minister van Ambtenarenzaken en Onze Staatssecretaris voor Veiligheid, Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 december 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financïen en Buitenlandse Handel, Ph. MAYSTADT De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, M. COLLA De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT De Staatssecretaris voor Veiligheid, Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, A. FLAHAUT

^