Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 december 2007
gepubliceerd op 14 januari 2008

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2007023563
pub.
14/01/2008
prom.
20/12/2007
ELI
eli/besluit/2007/12/20/2007023563/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 36bis, § 2, ingevoegd bij de wet van 10 december 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;

Gelet op het voorstel van de Nationale commissie tandheelkundigen-ziekenfondsen, gedaan op 12 juni 2006;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 3 juli 2006;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 20 september 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting gegeven op 31 oktober 2006;

Gelet op advies 41.805/1 van de Raad van State, gegeven op 5 december 2006 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In Titel II, Hoofdstuk I, Afdeling XIV van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 13 juli 2001 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 december 2004, wordt een B ingevoegd, luidende : « B. Accrediteringsorganen voor tandheelkundigen Art. 122 octies semel. Bij de Dienst voor geneeskundige verzorging worden ingesteld : - een Stuurgroep kwaliteitspromotie tandheelkunde; - een Evaluatiecommissie tandheelkunde; - een Commissie van beroep tandheelkunde. 1. De Stuurgroep kwaliteitspromotie tandheelkunde Art.122octies bis. § 1. De Stuurgroep kwaliteitspromotie tandheelkunde, hierna Stuurgroep genoemd, is samengesteld uit : 1° 6 werkende en 6 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen;2° 6 werkende en 6 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de verzekeringsinstellingen;3° 6 werkende en 6 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de universiteiten. De leden bedoeld onder 1° en 3° zijn tandheelkundigen.

Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid maakt met raadgevende stem deel uit van de Stuurgroep. § 2. De leden van de Stuurgroep worden benoemd door de Koning : 1° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 1°, op de voordracht van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen;2° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 2°, op de voordracht van de verzekeringsinstellingen : om de vertegenwoordiging van de verzekeringsinstellingen vast te stellen wordt rekening gehouden met hun respectieve ledentallen;3° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 3°, op de voordracht van de universiteiten die een volledige opleidingscyclus hebben voor het bekomen van het diploma van tandarts. De leden worden benoemd voor een periode van vier jaar. § 3. De leden van de Stuurgroep kiezen onder de leden van de groep bedoeld in § 1, 1° een voorzitter en onder zijn leden bedoeld in § 1, 2° en 3° telkens een ondervoorzitter.Ingeval de voorzitter verhinderd is wordt de zitting afwisselend voorgezeten door één van de twee ondervoorzitters. § 4. De Stuurgroep : 1° beheert de uitvoering van de accrediteringsvoorwaarden en procedures op basis van de volgende principes : a) bijscholing.Om te worden geaccrediteerd en te blijven moet jaarlijks een minimum hoeveelheid bijscholing worden gevolgd. Deze bijscholing verloopt in cycli van 5 jaar. Alle bijscholingsactiviteiten worden ingedeeld in deelgebieden die het volledige domein van de tandheelkunde bestrijken. Deze worden door de Stuurgroep vastgelegd en moeten in de loop van de vijfjarencyclus worden doorlopen. De hoeveelheid bijscholing en de waardering ervan wordt bepaald door middel van een puntensysteem (accrediteringseenheden); b) intercollegiale evaluatie van de praktijk of peer review.Het beroep organiseert debat-ontmoetingen met als doel het verbeteren van de kwaliteit van de zorgverlening aan de patiënt, door uitwisseling van praktische kennis en ervaring onder collegae. Om te worden geaccrediteerd en te blijven volgen de tandheelkundigen jaarlijks minstens 2 sessies; c) dataregistratie.Om te worden geaccrediteerd en te blijven, moet de tandheelkundige bereid zijn om mee te werken aan dataregistratie met betrekking tot de tandheelkundige praktijk. Deze dataregistratie bestaat uit een gerichte, en dus in de tijd beperkte gegevensinzameling waarbij per onderwerp slechts een beperkt aantal geaccrediteerde tandheelkundigen wordt betrokken. Die gegevens hebben tot doel instrumenten aan te reiken voor het bepalen van het concrete beleid inzake mondverzorging in de Nationale commissie tandheelkundigen ziekenfondsen en in de Technische tandheelkundige raad.

De verwerking van de gegevens en de analyse van de resultaten worden verricht onder de verantwoordelijkheid van het RIZIV; d) drempelactiviteit.Om te worden geaccrediteerd en te blijven, dient de tandheelkundige in de loop van een kalenderjaar minimum 300 prestaties te hebben verricht in het kader van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging. Voor tandheelkundigen die pas afgestudeerd zijn gelden bijzondere voorwaarden betreffende de drempelactiviteit; e) praktijkregister.Indien de accreditering voor de eerste maal gebeurt of de praktijkgegevens zijn veranderd dient de tandheelkundige een aantal gegevens over zijn praktijk mee te delen. Enkel de tandheelkundigen die werken in één of meerdere praktijken die wettelijk in orde zijn komen in aanmerking voor accreditering; 2° erkent, op advies van de Evaluatiecommissie tandheelkunde, de organisatoren van bijscholingsactiviteiten.Om te worden erkend en erkend te blijven dient de organisator van bijscholingsactiviteiten aan de volgende voorwaarden te voldoen : a) de organisator van bijscholingsactiviteiten mag « niet commercieel » zijn.Dit betekent dat de cursussen niet mogen worden georganiseerd voor commerciële doeleinden. De Stuurgroep waakt over de naleving van deze voorwaarde aan de hand van specifieke criteria die door de Stuurgroep worden bepaald in het Werkingsreglement betreffende de organisatoren van bijscholingsactiviteiten en peer review-sessies; b) de organisator staat in voor de evaluatie van de bijscholingsactiviteit en voor de registratie van de deelnemers op de wijze zoals bepaald door de Stuurgroep in het Werkingsreglement betreffende de organisatoren van bijscholingsactiviteiten en peer review-sessies;c) elke organisator aanvaardt het Werkingsreglement betreffende de organisatoren van bijscholingsactiviteiten en peer review-sessies;d) de erkenning als organisator vervalt automatisch indien een organisator gedurende een kalenderjaar geen enkele activiteit in het kader van de accreditering organiseert;3° erkent de organisatoren van peer review-sessies.Om te worden erkend en erkend te blijven dient de organisator van peer review-sessies aan de volgende voorwaarden te voldoen : a) de organisator is een tandheelkundige die het tweede jaar voor zijn aanvraag geaccrediteerd was;b) de organisator staat, voor minstens een periode van 1 jaar, in voor de administratie en organisatie van peer review-sessies, op de wijze zoals bepaald door de Stuurgroep in het Werkingsreglement betreffende de organisatoren van bijscholingsactiviteiten en peer review-sessies;c) elke organisator aanvaardt het Werkingsreglement betreffende de organisatoren van bijscholingsactiviteiten en peer review-sessies;4° bewaakt op permanente wijze de naleving van de vastgelegde voorwaarden voor een organisator van bijscholingsactiviteiten, zoals bepaald in 2° en voor een organisator van peer review-sessies, zoals bepaald in 3°.Het niet naleven van deze voorwaarden kan door de Stuurgroep gesanctioneerd worden met ofwel een waarschuwing ofwel een schorsing als organisator van minimum 6 maanden en maximum 5 jaar. In geval van een schorsing beslist de Stuurgroep over de lengte en inwerkingtreding van de schorsing.

Indien de Stuurgroep beslist tot verdere gevolggeving brengt hij de betrokken organisator hiervan op de hoogte door middel van een aangetekende brief. Deze brief omvat een uittreksel van het goedgekeurde verslag van de betreffende vergadering, een overzicht van de mogelijke sancties en de vraag om schriftelijk te reageren binnen een door de Stuurgroep te bepalen termijn.

Na ontvangst van het schriftelijk verweer van de betrokken organisator of indien de betrokken organisator heeft nagelaten te reageren binnen de door de Stuurgroep bepaalde termijn, beslist de Stuurgroep over het al dan niet sanctioneren van de organisator en in geval van sanctionering over de aard en de inwerkingtreding van de sanctie.

De Stuurgroep brengt haar beslissing per aangetekende brief ter kennis van de organisator. De kennisgeving bevat een uittreksel van het goedgekeurde verslag van de betreffende vergaderingen, een expliciete vermelding van de uitgesproken sanctie alsmede de inwerkingtreding van deze sanctie en de mogelijkheid tot het indienen van een verzoekschrift bij de Raad van State; 5° bepaalt de voorwaarden waaraan de bijscholingsactiviteiten dienen te voldoen en erkent de bijscholingsactiviteiten op gemotiveerd advies van de Evaluatiecommissie tandheelkunde. Binnenlandse bijscholingsactiviteiten kunnen door de Stuurgroep erkend worden. Dit gebeurt per voorafgaandelijke aanvraag door de organisator via een formulier waarvan het model wordt vastgelegd door de Stuurgroep.

Buitenlandse bijscholingsactiviteiten kunnen door de Stuurgroep erkend worden. Dit gebeurt per voorafgaandelijke aanvraag door de tandheelkundige, via een formulier waarvan het model wordt vastgelegd door de Stuurgroep en het opmaken nadien van een persoonlijk verslag van de desbetreffende activiteit; 6° accrediteert de aanvragende tandheelkundigen voor wie is vastgesteld dat zij aan de gestelde voorwaarden voldoen. Hiertoe dient de tandheelkundige vóór 31 maart van elk jaar zijn individueel aanwezigheidsblad op te sturen naar de Stuurgroep kwaliteitspromotie tandheelkunde, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel.

Na het ontvangen van het individueel aanwezigheidsblad zal de Stuurgroep beslissen over de individuele accreditering.

Indien de Stuurgroep de accreditering niet toekent en de tandheelkundige niet akkoord kan gaan met deze beslissing, kan hij hiertegen volgens de procedure voorzien in art. 122octies quater, § 5, beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep. 7° kan voorstellen overmaken aan de Nationale commissie tandheelkundigen-ziekenfondsen betreffende het definiëren van de inhoud en de aanwending van een tandheelkundig dossier. § 5. De Stuurgroep stelt zijn huishoudelijk reglement vast op grond van de volgende werkingsregels : 1° de Stuurgroep houdt op geldige wijze zitting indien de helft van de stemgerechtigde leden van elke in § 1 vermelde groep aanwezig zijn. Indien de aanwezigheidsvereiste, bedoeld in de vorige alinea, niet voor elke groep is vervuld worden de geagendeerde punten verdaagd tot de volgende vergadering, waar er overeenkomstig § 5, 2°, alinea 3 kan beslist worden zonder dat aan de aanwezigheidsvereiste is voldaan; 2° de beslissingen in de Stuurgroep zijn verworven indien ze door de meerderheid van de aanwezige leden van elke groep worden goedgekeurd. Alleen de werkende leden en de plaatsvervangende leden die de afwezige werkende leden vervangen en met hun instemming, zijn stemgerechtigd;

Indien een voorstel de meerderheid, bedoeld in de vorige alinea, niet behaalt, wordt een nieuw voorstel ter stemming voorgelegd.

In de situatie bedoeld in § 5, 1°, alinea 2 zijn de belissingen verworven indien ze worden goedgekeurd door de meerderheid van de aanwezige leden van elke groep die aan de aanwezigheidsvereiste, bedoeld in § 5, 1°, alinea 1, voldoet. 2. De Evaluatiecommissie tandheelkunde Art.122octies ter. § 1. De Evaluatiecommissie tandheelkunde is samengesteld uit : 1° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen;2° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de verzekeringsinstellingen;3° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de universiteiten. De leden bedoeld onder 1° en 3° zijn tandheelkundigen. § 2. De leden van de Evaluatiecommissie tandheelkunde worden aangesteld door de Stuurgroep : 1° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 1°, op de voordracht van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen die vertegenwoordigd zijn in de Stuurgroep;2° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 2°, op de voordracht van de verzekeringsinstellingen die vertegenwoordigd zijn in de Stuurgroep;3° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 3°, op de voordracht van de universiteit die zij vertegenwoordigen. § 3. De leden van de Evaluatiecommissie tandheelkunde kiezen onder de leden van de groep bedoeld in § 1, 3° een voorzitter en een ondervoorzitter. § 4. De Evaluatiecommissie tandheelkunde : 1° adviseert de Stuurgroep over de erkenning van de organisator van een bijscholingsactiviteit volgens de voorwaarden bepaald door de Stuurgroep zoals voorzien in art.122octies bis, § 4, 2°; 2° adviseert de Stuurgroep over de erkenning van elke bijscholingsactiviteit waarvoor een organisator accrediteringseenheden aanvraagt, volgens de voorwaarden bepaald door de Stuurgroep zoals voorzien in art.122octies bis, § 4, 4°; § 5. De adviezen van de Evaluatiecommissie tandheelkunde worden overgemaakt aan de Stuurgroep : 1° als eensluidend advies indien : a) er een unaniem advies is van de 3 fracties van de Evaluatiecommissie tandheelkunde;b) er een unaniem advies is van twee van de drie fracties, waaronder de universiteiten.2° als verdeeld advies in de andere gevallen. De Stuurgroep zal het verdeeld advies bespreken en eventueel voor een tweede behandeling terugsturen naar de Evaluatiecommissie. 3. De Commissie van beroep tandheelkunde Art.122octies quater. § 1. De Commissie van beroep tandheelkunde is samengesteld uit : 1° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen;2° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de verzekeringsinstellingen;3° 2 werkende en 2 plaatsvervangende leden, vertegenwoordigers van de universiteiten. De leden van de Commissie van beroep mogen geen lid zijn van de Stuurgroep Kwaliteitspromotie, noch van de Evaluatiecommissie tandheelkunde.

De leden bedoeld onder 1° en 3° zijn tandheelkundigen. § 2. De leden van de Commissie van beroep tandheelkunde worden benoemd door de Koning : 1° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 1°, op de voordracht van de representatieve beroepsorganisaties van tandheelkundigen die vertegenwoordigd zijn in de Stuurgroep;2° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 2°, op de voordracht van de verzekeringsinstellingen die vertegenwoordigd zijn in de Stuurgroep;3° wat betreft de leden bedoeld in § 1, 3°, op de voordracht van de universiteit die zij vertegenwoordigen. § 3. De leden van de Commissie van beroep tandheelkunde kiezen een voorzitter onder de leden van de groepen bedoeld in § 1 en twee ondervoorzitters onder de leden van de twee andere groepen bedoeld in dezelfde bepaling. Ingeval de voorzitter verhinderd is wordt de zitting afwisselend voorgezeten door één van de twee ondervoorzitters. § 4. De Commissie van beroep tandheelkunde onderzoekt en beslist over het beroep dat bij haar kan worden ingesteld door de tandheelkundigen tegen de hen betreffende beslissingen inzake hun individuele accreditering, getroffen door de Stuurgroep, in uitvoering van zijn opdracht bedoeld in art. 122octies bis , § 4. § 5. De Commissie van beroep tandheelkunde stelt haar huishoudelijk reglement vast op grond van de volgende werkingsregels : 1° het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid bij de Commissie van beroep tandheelkunde ingediend met een per post aangetekende brief binnen dertig dagen te rekenen vanaf de datum van de kennisgeving van de beslissing van de Stuurgroep.Indien de termijn verstrijkt op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, wordt hij verlengd tot de volgende werkdag; 2° het beroepschrift bevat : a) alle motieven en alle stukken die worden aangevoerd tegen de beslissing;b) een kopie van de kennisgeving van de beslissing;3° de Commissie van beroep tandheelkunde vergadert geldig indien twee werkende of plaatsvervangende leden van elke in § 1 vermelde groep aanwezig zijn; Indien de aanwezigheidsvereiste bedoeld in de vorige alinea niet is vervuld, worden de geagendeerde punten verdaagd tot de volgende vergadering;

Alleen de werkende leden en de plaatsvervangende leden die de afwezige werkende leden vervangen zijn stemgerechtigd; 4° ter zitting onderzoekt de Commissie van beroep tandheelkunde alle stukken.Ze beraadslaagt met gesloten deuren en haar beraadslagingen zijn geheim; 5° over elk ontvankelijk beroepsschrift wordt gestemd.Een beroepsschrift kan enkel gegrond worden verklaard door een meerderheid van de leden van de Commissie van beroep tandheelkunde. In alle andere gevallen is het beroepsschrift ongegrond; 6° elke beslissing wordt gemotiveerd;7° de Voorzitter van de Commissie van beroep tandheelkunde waakt erover dat binnen de negentig dagen na indiening van het beroepschrift een beslissing wordt geveld.»

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008.

Art. 3.Onze Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 december 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Europese Zaken, D. DONFUT

^