Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 februari 2013
gepubliceerd op 29 mei 2013

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het conventioneel brugpensioen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2013200332
pub.
29/05/2013
prom.
20/02/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het conventioneel brugpensioen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de toekenning van het conventioneel brugpensioen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 februari 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2011 Toekenning van het conventioneel brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 15 december 2011 onder het nummer 107354/CO/322.01)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren.

Art. 2.Om te kunnen genieten van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst dienen de werknemers te voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/12/1992 pub. 26/05/2000 numac 2000016127 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 1991 houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de commautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden. - Gedeeltelijke vernietiging sluiten betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen en aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact en dienen zij op het ogenblik waarop de arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd, de leeftijd van 58 jaar te hebben bereikt.

Art. 3.De werknemers bedoeld in artikel 2 hebben na ontslag recht op een aanvullende vergoeding ten laste van hun werkgever. Die aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd

Art. 4.De aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen het nettorefertemaandloon en de werkloosheidsuitkering en wordt berekend en aangepast overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.

Art. 5.De artikelen 3 en 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn slechts van toepassing voor de werknemers die gedurende de twee jaren voorafgaand aan hun brugpensioen door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn geweest met hun werkgever.

Art. 6.Onverminderd artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis van het gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen gedurende de twaalf maanden voorafgaand aan zijn brugpensioen en niet op basis van het loon van de refertemaand.

Art. 7.§ 1. Ingeval de werknemer overgaat van een loopbaanvermindering of een halftijdse betrekking in het kader van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, naar het systeem van conventioneel brugpensioen op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gebeurt de berekening van de aanvullende vergoeding op basis van het voltijds netto-referteloon. § 2. Ingeval de werknemer overgaat van een volledige schorsing van de arbeidsprestaties in het kader van het tijdskrediet zoals voorzien in collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis op het systeem van het conventioneel brugpensioen, gebeurt de berekening van de aanvullende vergoeding op basis van het referteloon dat overeenstemt met het arbeidsregime voorafgaand aan de schorsing van de arbeidsprestaties.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2011 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2013.

Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits een opzegging van zes maanden, gericht bij ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^