Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 februari 2019
gepubliceerd op 01 maart 2019

Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling en de werking van het beheerscomité van de DABS

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2019040392
pub.
01/03/2019
prom.
22/02/2019
ELI
eli/besluit/2019/02/22/2019040392/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 FEBRUARI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling en de werking van het beheerscomité van de DABS


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, strekt ertoe overeenkomstig het bepaalde in artikel 74, § 5 van het Burgerlijk Wetboek, hersteld bij de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten, de nadere regels voor de samenstelling en de werking van het beheerscomité van de DABS vast te stellen.

De wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing strekt tot de oprichting van een centrale databank voor akten van de burgerlijke stand en de vereenvoudiging van de bestaande processen en akten. Dit koninklijk besluit past in het kader van de tenuitvoerlegging van deze wet.

Titel 2 van de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing moderniseert heel de burgerlijke stand. Daartoe wordt een databank akten van de burgerlijke stand gecreëerd die wordt beheerd door een Beheerscomité. De modernisering trad aanvankelijk in werking op 1 januari 2019. Deze inwerkingtreding werd met instemming van het parlement, gestemd op een ogenblik waarop de regering reeds in lopende zaken was, uitgesteld door de wet van 21 december 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2018 pub. 31/12/2018 numac 2018015683 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende justitie sluiten houdende diverse bepalingen betreffende justitie tot 31 maart 2019. De redenen voor dit uitstel werden als volgt gemotiveerd: "De ontwikkeling en voorbereiding van de Databank Akten Burgerlijke Stand (DABS) zit in de laatste fase. De uitvoering zowel op technisch vlak als op reglementair vlak is bijna klaar. Evenwel is het noodzakelijk dat de informatica-toepassingen klaar, getest en geaccepteerd zijn. Evenzo is het noodzakelijk dat de betrokken actoren de tijd krijgen om kennis te nemen van de verschillende uitvoeringsbesluiten. Om die reden is het nodig om de inwerkingtreding van de modernisering van de burgerlijke stand met drie maanden uit te stellen." De voorliggende KB's zijn dringend (gelet op de inwerkingtreding en de noodzaak tot voorbereiding van de praktijk) en noodzakelijk (verplicht te treffen) om deze modernisering in werking te laten treden op 31 maart 2019. De organisatie van de burgerlijke stand raakt de openbare orde. De afwezigheid van deze KB's zal de overgang naar een digitale omgeving volledig onmogelijk want in strijd met de wet maken. Tegelijk zullen de door de gemeenten nog op papier opgestelde akten na dit tijdstip onwettig zijn. De continuïteit van de dienstverlening aan de burgers en de rechtszekerheid komt derhalve in ernstig gevaar hierdoor. Bijgevolg zal de inwerkingtreding van deze wet opnieuw moeten uitgesteld worden wat in strijd is met de wil van het parlement dat een oordeel velde op een ogenblik dat de regering reeds in lopende zaken was en op de hoogte was van de vooruitgang in het dossier.

Doordat er ondertussen ook fundamentele wijzigingen werden aangebracht aan materiële regels die in werking treden op hetzelfde ogenblik als de modernisering zoals bijvoorbeeld de nieuwe wetgeving inzake de registratie van levenloze kinderen, de wijziging van het afstammingsrecht wat de documenten vereist voor de erkenning van een kind betreft en de verduidelijkingen aan de procedure van echtscheiding door onderlinge toestemming, zal dit bijkomend uitstel ook op andere domeinen van het recht zeer zwaarwichtige gevolgen hebben voor de burger.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Justitie, K. GEENS

ADVIES 64.587/2 VAN 26 NOVEMBER 2018 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING VAN DE SAMENSTELLING EN VAN DE NADERE REGELS VAN DE WERKING VAN HET BEHEERSCOMITE VAN DE DABS' Op 30 oktober 2018 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Justitie verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot vaststelling van de samenstelling en van de nadere regels van de werking van het beheerscomité van de DABS'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 26 november 2018.

De kamer was samengesteld uit Pierre Vandernoot, kamervoorzitter, Luc Detroux en Patrick Ronvaux, staatsraden, en Béatrice Drapier, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Pauline Lagasse, auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Pierre Vandernoot.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 26 november 2018.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Onderzoek van het ontwerp Opschrift Het opschrift van het ontwerp wekt de indruk dat het de samenstelling regelt van het beheerscomité van de Databank Akten Burgerlijke Stand (DABS).

Het toekomstige artikel 74, § 5, van net Burgerlijk Wetboek, zoals het ingevoegd is bij de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten `houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing', luidt evenwel als volgt: "De Koning bepaalt de nadere regels van de samenstelling en de werking van het beheerscomité." De samenstelling van het beheerscomité van de DABS wordt op zich geregeld bij het toekomstige artikel 74, § 3, van het Burgerlijk Wetboek, zoals het ingevoegd is bij de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten.

Bijgevolg moet het opschrift van het ontwerp worden herzien en dienen de woorden "de samenstelling en van de nadere regels van de werking" te worden vervangen door de woorden "de nadere regels voor de samenstelling en de werking".

Dispositief Artikel 1 1. In artikel 1, § 3, moet de verwijzing naar het eerste en tweede lid vervangen worden door een verwijzing naar de paragrafen 1 en 2. 2.Het heeft weinig zin dat de FOD Justitie en de FOD Binnenlandse Zaken, die respectievelijk onder het hiërarchisch gezag vallen van de minister van Justitie en de minister van Binnenlandse Zaken, aan de laatstgenoemden hun "vertegenwoordigers" moeten voordragen met het oog op hun aanwijzing door die ministers binnen het beheerscomité van de DABS. De vermelding van die federale overheidsdiensten in paragraaf 2 dient dus te vervallen. 3. In paragraaf 5, tweede en derde lid, moeten de woorden "wijzen minstens één vertegenwoordiger aan" vervangen worden door de woorden "dragen minstens één vertegenwoordiger voor", overeenkomstig hetgeen bepaald wordt in de paragrafen 1 en 2 van artikel 1.4. In de Franse tekst van paragraaf 7 dient het woord "des" vervangen te worden door de woorden "parmi les". Artikel 3(1) Paragraaf 2 bezigt het begrip "werkdagen".

Volgens een vaste rechtspraak dekt de uitdrukking "werkdagen" behoudens andersluidende bepaling niet de zondagen en de wettelijke feestdagen, maar zijn zaterdagen daarentegen wel werkdagen(2).

Mocht het de bedoeling van de steller van het ontwerpbesluit zijn om voor de toepassing van de ontworpen tekst de zaterdagen niet als werkdagen te beschouwen, dan zou deze tekst aangevuld moeten worden met een bepaling waarin vermeld wordt dat met het begrip "werkdagen" verwezen wordt naar alle dagen die geen zaterdag, zondag of wettelijke feestdag zijn.

Artikel 5 Het tweede en derde lid zijn zinloos, aangezien het vanzelf spreekt dat, gelet op de hiërarchie van de rechtsnormen, aan het voorliggende ontwerp enkel uitvoering gegeven kan worden met inachtneming van de hogere rechtsnormen, met inbegrip van de relevante bepalingen van het Burgerlijk Wetboek en van Europese verordening 2016/679/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 `betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG' (algemene verordening gegevensbescherming)'.

Bijgevolg moeten het tweede en derde lid worden geschrapt.

Artikel 11 De ministers die belast worden met de uitvoering van het ontwerpbesluit moeten dezelfde zijn als de ministers die het besluit hebben voorgedragen(3).

Artikel 11 moet dienovereenkomstig worden aangevuld. (1) Het ontwerp heeft geen artikel 2.(2) Zie bijvoorbeeld : RvS 20 mei 2010, nr.204.165, Piret; 11 februari 2014, nr. 226.375, Libert. (3) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 166.

Aangezien het gaat om de minister bevoegd voor het Wetenschapsbeleid, wordt verwezen naar aanbeveling nr. 167 van dezelfde Handleiding.

De griffier, B. Drapier De voorzitter, P. Vandernoot

22 FEBRUARI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling en de werking van het beheerscomité van de DABS FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Burgerlijk Wetboek, artikel 74, § 5, hersteld bij de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten;

Gelet op de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing, artikel 118, tweede lid;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 7 september 2018, 13 september 2018, 19 september 2018 en 27 september;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 15 oktober 2018;

Gelet op advies 64.587/2 van de Raad van State, gegeven op 26 november 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Justitie, de Minister van Binnenlandse zaken, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van het Wetenschapsbeleid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Samenstelling

Artikel 1.§ 1. De leden van het Beheerscomité DABS, hierna "beheerscomité" genoemd, bedoeld in artikel 74 van het Burgerlijk Wetboek, worden benoemd door de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken. § 2. De verenigingen van steden en gemeenten, het College van het openbaar ministerie, het College van de hoven en rechtbanken, de Federale overheidsdienst Buitenlandse Zaken en het Algemeen Rijksarchief dragen hun respectievelijke vertegenwoordigers voor. § 3. Voor elk effectief lid wordt een plaatsvervangend lid aangewezen, volgens de procedure bedoeld in de paragrafen 1 en 2.

Bij afwezigheid dient het vaste lid zijn plaatsvervanger tijdig te verwittigen. Het plaatsvervangend lid vervangt het verhinderde lid. § 4. De leden worden benoemd voor een periode van 4 jaar.

Na het verstrijken van de periode van 4 jaar blijven de leden van het beheerscomité in functie totdat ze worden vervangen of totdat hun mandaat wordt hernieuwd. § 5. De leden van het beheerscomité worden zo gekozen dat een gelijke verdeling over de Nederlandse en de Franse taalrol gegarandeerd wordt.

De verenigingen van steden en gemeenten dragen minstens één vertegenwoordiger voor uit elk van de drie verenigingen van de ambtenaren van de burgerlijke stand genoemd in artikel 4, § 1 van het koninklijk besluit van 29 mei 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/05/2016 pub. 23/06/2016 numac 2016009273 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot herinrichting van de Vaste Commissie voor de Burgerlijke Stand sluiten tot herinrichting van de Vaste Commissie voor de Burgerlijke Stand.

De verenigingen van steden en gemeenten wijzen minstens één vertegenwoordiger aan uit het Duitse taalgebied. § 6. Wanneer een vast lid om enige reden zijn mandaat niet kan beëindigen, wordt het lid, dat hem vervangt, vast lid en wordt een nieuw plaatsvervangend lid benoemd voor de verdere duur van het mandaat. § 7. Het beheerscomité wijst in zijn midden een voorzitter en een ondervoorzitter aan uit de door de verenigingen van steden en gemeenten voorgedragen vertegenwoordigers, die tot verschillende taalrollen behoren. HOOFDSTUK 2. - Werking

Art. 2.§ 1. Het beheerscomité vergadert ten minste 2 keer per jaar, na bijeenroeping door haar voorzitter. § 2. De voorzitter roept de leden minstens 15 kalenderdagen vooraf bijeen, en dit ambtshalve of op verzoek. De uitnodiging op verzoek gebeurt op initiatief van de Minister van Justitie of de Minister van Binnenlandse zaken en dit in onderling overleg of op verzoek van tenminste vier van haar leden.

De uitnodiging vermeldt de agenda. De uitnodiging op verzoek vermeldt de punten die de betrokken leden op de agenda plaatsen. § 3. Het beheerscomité kan slechts geldig beraadslagen indien de meerderheid van zijn leden aanwezig is. Indien het quorum niet wordt bereikt, kan het Comité, na een tweede bijeenroeping, geldig beraadslagen over dezelfde agenda, ongeacht het aantal aanwezige leden. § 4. De beslissingen worden bij consensus tussen de leden aangenomen.

Indien geen consensus wordt bereikt, worden de beslissingen bij gewone meerderheid van stemmen aangenomen.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend.

Art. 3.Het beheerscomité kan deskundigen raadplegen die geen lid zijn en hen uitnodigen om deel te nemen aan haar vergaderingen.

Het beheerscomité kan, op eigen initiatief of op vraag van de functionaris voor de gegevensbescherming bedoeld in artikel 75, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, de functionaris voor de gegevensbescherming uitnodigen om deel te nemen aan zijn vergaderingen.

Art. 4.De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van het beheerscomité mogen geen gegevens bekendmaken waarvan zij in het kader van hun functie kennis hebben genomen.

Art. 5.De leden van het beheerscomité en de deskundigen hebben recht op een vergoeding als terugbetaling van de reis- en verblijfskosten, zoals bepaald in het Koninklijk besluit van 13 juli 2017Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/07/2017 pub. 19/07/2017 numac 2017040352 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Koninklijk besluit tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt sluiten tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, voor zover zij geen recht hebben op een terugbetaling van deze kosten op een andere wettelijke basis.

Art. 6.§ 1. Het secretariaat van het beheerscomité wordt waargenomen door de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.

Het secretariaat voert de volgende taken uit: - de agenda van de vergaderingen van het beheerscomité voorbereiden; - de leden oproepen voor de vergaderingen van het beheerscomité; - de notulen van de vergaderingen van het beheerscomité opstellen.

Het secretariaat deelt de relevante informatie mee aan de bevoegde diensten van de Federale Overheidsdienst Justitie en van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, overeenkomstig de bevoegdheidsverdeling bepaald in artikel 73 van het Burgerlijk Wetboek. § 2. De zetel van het beheerscomité is gevestigd bij de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.

Art. 7.Het beheerscomité kan een huishoudelijk reglement opstellen. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen

Art. 8.De artikelen 71 tot 77 van het Burgerlijk Wetboek ingevoegd bij artikel 4 van de wet van 18 juni 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/06/2018 pub. 02/07/2018 numac 2018012858 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing sluiten houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing, treden in werking de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 10.De Minister van Justitie, de Minister van Binnenlandse zaken, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van het Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat zijn bevoegdheid betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 februari 2019.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, P. DE CREM De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Begroting, belast met Wetenschapsbeleid, S. WILMES De Minister van Digitale Agenda, belast met Administratieve Vereenvoudiging, Ph. DE BACKER

^