Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 april 1997
gepubliceerd op 10 juli 1997

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1997022349
pub.
10/07/1997
prom.
23/04/1997
ELI
eli/besluit/1997/04/23/1997022349/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 APRIL 1997. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, gecoördineerd op 28 juni 1971, inzonderheid op de artikelen 12 en 16, eerste lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, inzonderheid op artikel 23, 1, eerste lid, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 1979 en op artikel 24;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie van 4 december 1996;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 24 februari 1997;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, 1, gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de nodige wijzigingen onverwijld moeten worden aangebracht aan de toepasselijke reglementering inzake het ogenblik waarop het vakantiegeld van handarbeiders wordt betaald;

Overwegende dat artikel 20 van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "handvest" van de sociaal verzekerde bepaalt dat er ambtshalve intresten verschuldigd zijn in geval van laattijdige betaling.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 23, 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 1979, wordt vervangen door de volgende bepaling : « 1. Het vakantiegeld wordt aan de arbeider uitgekeerd op het ogenblik dat hij zijn vakantie neemt en, in geval van splitsing van de vakantie naar aanleiding van zijn hoofdvakantie en, dit ten vroegste op 2 mei van het vakantiejaar. »

Art. 2.Artikel 24 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 april 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN

^