Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 juni 1999
gepubliceerd op 19 augustus 1999

Koninklijk besluit tot de toekenning van financiële hulp met het oog op de realisatie van de bijlagen van « problematiek openbaar vervoer » in het raam van de veiligheids- en samenlevingscontracten

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
1999000593
pub.
19/08/1999
prom.
23/06/1999
ELI
eli/besluit/1999/06/23/1999000593/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot de toekenning van financiële hulp met het oog op de realisatie van de bijlagen van « problematiek openbaar vervoer » in het raam van de veiligheids- en samenlevingscontracten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten van de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 55 tot 58;

Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen, inzonderheid artikel 1, gewijzigd door de koninklijke besluiten nr. 474 van 28 oktober 1986 en 502 van 31 december 1986 en door de wetten van 7 november 1987, 22 december 1989, 20 juli 1991, 30 maart 1994 en 21 december 1994;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 1994 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten een veiligheidscontract kunnen sluiten of financiële hulp genieten voor de aanwerving van bijkomend personeel in het kader van hun politiedienst;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 juli 1994 tot vaststelling van de modaliteiten van de controle bij het toekennen van een financiële tussenkomst aan de gemeente bij het afsluiten van een veiligheidscontract of bij het aanwerven van bijkomend personeel in het kader van hun politiedienst;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 2 juni 1999;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door de dwingende noodzaak zo vlug mogelijk de bedragen van de diverse financiële hulp waarvan de steden en gemeenten met een veiligheids- en samenlevingscontract kunnen genieten, te bepalen;

Overwegende dat de voorziene kredieten door de steden en gemeenten niet zullen mogen gebruikt worden, zonder dat deze de bedragen waarop zij recht heeft kent, gezien de gemeenten in de praktische onmogelijkheid zouden verkeerd hebben de vereiste budgettaire voorzieningen uit te werken;

Gelet op de aanhangsels die zullen opgemaakt worden bij de veiligheids- en samenlevingscontracten houdende de toekenning van financiële hulp in het kader van de realisatie van projecten inzake jongerentewerkstelling;

Overwegende dat alle verbintenissen die in het kader van het contract worden uitgevoerd, passen in een geïntegreerd preventiebeleidsplan en bijdragen tot een verhoging van het veiligheidsklimaat en een verbetering van de levensomstandigheden van de burger;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en op advies van Onze in Raad vergaderende Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Een globaal bedrag van 24 991 800 BEF wordt toegekend ter verwezenlijking van de aanhangsels van « problematiek openbaar vervoer » bij de veiligheids- en samenlevingscontracten. De lijst van gemeenten en steden die deze financiële hulp kunnen genieten, alsook de maximumbedragen zijn als bijlagen bij dit besluit terug te vinden.

De middelen zullen ter beschikking gesteld worden voor steden en gemeenten die de problematiek van agressie en vandalisme op het openbaar vervoer willen aanpakken en dit in nauwe samenspraak met de openbare vervoersmaatschappij (De Lijn, MIVB, TEC). Via de aanwerving van jongeren onder de voorwaarden en onder het statuut van de Smetbanen, worden lokale verantwoordelijken aangezet om initiatieven te ontwikkelen waardoor zowel reizigers als bestuurders zich veiliger zullen voelen. § 2. De aanhangsels die zullen opgemaakt worden bij de veiligheids- en samenlevingscontracten van de respectievelijke steden en gemeenten bepalen enerzijds de projecten die de gemeenten zullen ontwikkelen met het oog op de verwezenlijking van initiatieven inzake jongerentewerkstelling en anderzijds de voorwaarden met het oog op de toekenning van de bedoelde toelage, evenals het bedrag ervan.

Art. 2.Deze uitgaven zullen worden aangerekend op het bijzonder begrotingsartikel, ingesteld door artikel 1, § 2quater, lid 2, van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen.

Art. 3.Bij niet naleving van de bepalingen van dit besluit en van de door de Minister van Binnenlandse Zaken in toepassing van dit besluit vastgestelde voorwaarden, evenals, in voorkomend geval, bij niet naleving van de voorwaarden die werden opgenomen in de krachtens dit besluit met de Minister van Binnenlandse Zaken afgesloten contract, zal de financiële tegemoetkoming integraal of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

Art. 4.De Minister van Binnenlandse Zaken organiseert een regelmatige inspectie om zich er van te vergewissen dat de gemeenten de voorwaarden naleven die ten grondslag liggen aan de financiële tegemoetkoming krachtens dit besluit.

Art. 5.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 juni 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage Overzicht van het aantal Smetbanen per stad of gemeente en de financiële tussenkomst vanwege de federale overheid Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 23 juni 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE

^