Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 april 2008
gepubliceerd op 30 april 2008

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008012513
pub.
30/04/2008
prom.
28/04/2008
ELI
eli/besluit/2008/04/28/2008012513/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 APRIL 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen, inzonderheid op de artikelen 2, § 1, eerste lid, 3°, tweede lid, gewijzigd bij de wet van 22 december 2003, 2, § 2, tweede lid, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003, en 4, eerste lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 januari 2004, 5 februari 2004, 31 maart 2004, 14 juli 2004, 10 november 2004, 17 september 2005, 10 november 2005, 17 januari 2006, 5 maart 2006, 16 januari 2007 (2) en 13 juli 2007;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gegeven op 20 maart 2008;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 maart 2008;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 20 maart 2008;

Gelet op het advies nr. 44.359/1 van de Raad van State, gegeven op 17 april 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1, derde lid, van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 31 maart 2004, 14 juli 2004, 5 maart 2006 en 13 juli 2007 worden de woorden « Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap » vervangen door de woorden « Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap ».

Art. 2.In artikel 2quater, § 4, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 9 januari 2004 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 31 maart 2004, 10 november 2005, 5 maart 2006, 16 januari 2007 (2) en 13 juli 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° 2° wordt vervangen als volgt : « 2° de onderneming verbindt zich ertoe geen werknemers en klanten direct of indirect te discrimineren zoals bedoeld in de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie;»; 2° het wordt aangevuld als volgt : « 17° De onderneming verbindt zich ertoe om onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de onderneming te verbinden geen personen te hebben die de voorbije drie jaar bestuurder, zaakvoerder, lasthebber of persoon bevoegd om de onderneming te verbinden geweest zijn van een onderneming waarvan de erkenning werd ingetrokken met toepassing van artikel 2octies ;18° De onderneming verbindt zich ertoe dat het aantal bij de RSZ aangegeven arbeidsuren gepresteerd door werknemers met een arbeidsovereenkomst dienstencheques per kwartaal minstens gelijk is aan het aantal aan het uitgiftebedrijf voor betaling overgemaakte dienstencheques voor verrichte prestaties in dezelfde periode.»

Art. 3.In artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 31 maart 2004, 10 november 2004 en 17 januari 2006 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « 6,70 EUR » vervangen door de woorden « 7 EUR »;2° het wordt aangevuld met de volgende leden : « De gebruiker kan per kalenderjaar maximum 750 dienstencheques aanschaffen. De mindervalide gebruiker, als dusdanig erkend door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of het « Agence walonne pour I'Intégration des personnes handicapées » of de « Service bruxellois francophone des personnes handicapées » of de « Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge », de gebruiker met een minderjarig kind dat erkend is als mindervalide door de voornoemde instanties en de bejaarde gebruiker die een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden geniet, kan per kalenderjaar maximum 2 000 dienstencheques aanschaffen. Bij het overschrijden van de aanschaf van 750 dienstencheques per kalenderjaar moet de gebruiker, aan het uitgiftebedrijf het bewijs bezorgen dat hij tot één van deze categorieën behoort.

De gebruiker die een eenoudergezin vormt met één of meerdere kinderen ten laste en die zich in één van de volgende situaties bevindt, kan eveneens maximum 2 000 dienstencheques per kalenderjaar aanschaffen : 1° Hij voldoet aan de voorwaarden bedoeld in artikel 133, 1°, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, zoals blijkt uit zijn laatste aanslagbiljet;2° Hij is in het bezit van een attest van gezinssamenstelling, afgeleverd door zijn gemeentelijke overheid, waaruit blijkt dat hij alleen woont met zijn kind of kinderen waarvan er minstens één minder dan 18 jaar is;3° Hij is in het bezit van een getuigschrift van zijn kinderbijslagkas waaruit blijkt dat hij recht heeft op kinderbijslag en van een attest van gezinssamenstelling, waaruit blijkt dat hij alleen woont. Om te bewijzen dat hij tot één van deze categorieën behoort, overhandigt hij ter ondersteuning van zijn aanvraag, bij het overschrijden van de aanschaf van 750 dienstencheques per kalenderjaar, aan het uitgiftebedrijf van de dienstencheques, een verklaring op erewoord, opgesteld volgens het door de RVA vastgesteld model. Tegelijkertijd stuurt hij aan de RVA een kopie van zijn verklaring op erewoord samen met het (of de) attest(en) als bewijs dat hij zich in één van bovengenoemde situaties bevindt. Het bezorgen van deze attesten dient slechts te gebeuren bij gebrek aan een elektronische communicatie van de nodige gegevens zonder de tussenkomst van de gebruiker. »

Art. 4.In artikel 3, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervallen de woorden « of van dienstencheques waarvan de geldigheidsduur nog geen 6 maand is verstreken ».

Art. 5.In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 januari 2004, 14 juli 2004, 10 november 2004, 5 maart 2006 en 16 januari 2007 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden « 13,30 EUR » vervangen door de woorden « 13,50 EUR »;2° het derde lid wordt opgeheven.

Art. 6.Artikel 11ter van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 januari 2007, wordt vervangen als volgt : «

Art. 11ter.In afwijking van artikel 8 is het bedrag van de tegemoetkoming gelijk aan 13,58 EUR voor elke dienstencheque die vóór 1 mei 2008 is aangekocht door de gebruiker. »

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2008, met uitzondering van artikel 3, 2°, dat in werking treedt op 1 juni 2008.

Voor dienstencheques aangekocht voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit, die in toepassing van artikel 3, § 3, tweede lid, van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques omgeruild worden, zal het uitgiftebedrijf van de gebruiker een bijkomende tussenkomst van 0,30 EUR per dienstencheque eisen.

Voor dienstencheques aangekocht voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit, die in toepassing van artikel 3, § 3, derde lid, van het voornoemde koninklijk besluit van 12 december 2001 vervangen worden, zal het uitgiftebedrijf van de gebruiker een bijkomende tussenkomst van 0,30 EUR per dienstencheque eisen.

In afwijking van artikel 3, § 2, derde lid, van het voornoemde koninklijk besluit van 12 december 2001, ingevoegd bij dit besluit, wordt de gebruiker die in de periode van 1 januari 2008 tot de datum van inwerkingtreding van artikel 3, 2°, van dit besluit, meer dan 750 dienstencheques heeft aangeschaft, geacht in 2008 750 dienstencheques te hebben aangeschaft.

Art. 8.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 april 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 20 juli 2001, Belgisch Staatsblad van 11 augustus 2001; Programmawet van 22 december 2003, Belgisch Staatsblad van 31 december 2003;

Koninklijk besluit van 12 december 2001, Belgisch Staatsblad van 22 december 2001;

Koninklijk besluit van 9 januari 2004, Belgisch Staatsblad van 15 januari 2004;

Koninklijk besluit van 5 februari 2004, Belgisch Staatsblad van 16 februari 2004;

Koninklijk besluit van 31 maart 2004, Belgisch Staatsblad van 16 april 2004;

Koninklijk besluit van 14 juli 2004, Belgisch Staatsblad van 22 juli 2004;

Koninklijk besluit van 10 november 2004, Belgisch Staatsblad van 19 november 2004;

Koninklijk besluit van 17 september 2005, Belgisch Staatsblad van 26 september 2005;

Koninklijk besluit van 10 november 2005, Belgisch Staatsblad van 23 november 2005;

Koninklijk besluit van 17 januari 2006, Belgisch Staatsblad van 23 januari 2006;

Koninklijk besluit van 5 maart 2006, Belgisch Staatsblad van 22 maart 2006;

Koninklijk besluit van 16 januari 2007, Belgisch Staatsblad van 19 januari 2007;

Koninklijk besluit van 16 januari 2007, Belgisch Staatsblad van 22 januari 2007;

Koninklijk besluit van 13 juli 2007, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 2007.

^