Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 januari 2013
gepubliceerd op 12 februari 2013

Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 5, van de programmawet van 22 juni 2012, met betrekking tot de bijzondere socialezekerheidsbijdrage voor aanvullende pensioenen van de zelfstandigen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2013022064
pub.
12/02/2013
prom.
28/01/2013
ELI
eli/besluit/2013/01/28/2013022064/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 JANUARI 2013. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 28, § 5, van de programmawet van 22 juni 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 22/06/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012021092 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, met betrekking tot de bijzondere socialezekerheidsbijdrage voor aanvullende pensioenen van de zelfstandigen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, artikel 108;

Gelet op de programmawet van 22 juni 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 22/06/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012021092 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, artikel 28, §§ 2, 3 en 5, vervangen bij de programmawet van 27 december 2012;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 december 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 10 december 2012;

Gelet op het advies nr. 52.598/1 van de Raad van State, gegeven op 17 januari 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Zelfstandigen en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder : 1° « wet » : de Programmawet van 22 juni 2012Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 22/06/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012021092 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten;2° « Het RSVZ » : het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen;3° « Bijzondere bijdrage » : de bijzondere bijdrage, bedoeld in artikel 28, § 1, van de wet.

Art. 2.De bijzondere bijdrage dient te worden betaald aan het ESVZ, door storting op het postrekeningnummer 679-0024757-22 (IBAN : BE06 6790 0247 5722) met vermelding van een gestructureerde mededeling samengesteld uit het ondernemingsnummer van de rechtspersoon.

Ze wordt geacht te zijn betaald de dag waarop het bedrag ervan op het credit van de rekening van het RSVZ werd gebracht.

De rechtspersoon die de bijzondere bijdrage verschuldigd is, kan het feit dat ze geen vervaldagbericht zou hebben ontvangen niet inroepen om zich aan haar wettelijke verplichtingen te onttrekken.

Art. 3.Het RSVZ is belast met het toezicht op de naleving van de verplichtingen inzake de bijzondere bijdrage.

Het kan hiervoor een beroep doen op zijn sociaal inspecteurs en sociaal controleurs, bedoeld in artikel 23bis, § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen.

Art. 4.Alvorens tot gerechtelijke invordering of tot invordering bij wijze van dwangbevel over te gaan, stuurt het RSVZ, in ieder geval, aan de rechtspersoon die de bijzondere bijdrage verschuldigd is, een laatste herinnering bij ter post aangetekende brief met vermelding van de bedragen waarop de invordering zal slaan.

Deze herinnering kan worden verstuurd door tussenkomst van een gerechtsdeurwaarder.

Deze herinnering vermeldt op straffe van nietigheid dat, indien de rechtspersoon niet tot betwisting van de bedragen overgaat of geen uitstel van betaling vraagt en verkrijgt, per bij ter post aangetekende brief binnen de maand van de kennisgeving of de betekening van de herinnering, het RSVZ die bedragen kan invorderen door middel van een dwanghevel.

Het toestaan van uitstel van betaling door het ESVZ schorst de uitvaardiging van een eventueel dwangbevel alsook de gerechtelijke invordering, en dit in zoverre het tussen het RSVZ en de rechtspersoon tot stand gekomen akkoord door deze laatste wordt nageleefd.

Art. 5.§ 1. Voor de toepassing van artikel 28, § 3, eerste lid van de wet kunnen de bijzondere bijdragen, evenals de verhogingen, verwijlintresten, kosten en andere aanhorigheden worden ingevorderd bij wijze van dwangbevel door het RSVZ voor zover de rechtspersoon die de bijzondere bijdrage verschuldigd is, de bedragen die hem werden gevorderd niet heeft betwist of geen uitstel van betaling heeft gevraagd en verkregen volgens de in § 2 gestelde voorwaarden en termijn. § 2. Het RSVZ gaat over tot invordering bij wijze van dwangbevel volgens de modaliteiten en de procedures voorzien in artikel 47bis van het koninklijk besluit van 19 december 1967 houdende algemeen reglement in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen.

Art. 6.De verhoging beoogd in artikel 28, § 2 van de wet is ambtshalve en zonder ingebrekestelling verschuldigd.

Art. 7.Voor zover de eigenlijke bijzondere bijdrage in haar totaliteit betaald werd, kan geheel of gedeeltelijk aan de betaling van de verhogingen, beoogd in artikel 28, § 2, van de wet, worden verzaakt : 1° wanneer de schuldenaar een geval van overmacht kan aantonen;2° in andere behartigenswaardige gevallen. Om ontvankelijk te zijn, dient de aanvraag tot verzaking aan de betaling van de gerhogingen bij het RSVZ te worden ingediend.

Art. 8.Het RSVZ kan afzien van de invordering van de bijzondere bijdragen en toebehoren wanneer uit onderzoek blijkt dat de schuldenaar redelijkerwijze als totaal onvermogend kan worden beschouwd.

Art. 9.In geval van afwezigheid van betaling of in geval van een onvolledige of onjuiste betaling stelt het RSVZ ambtshalve het bedrag van de evrschuldigde bijzondere bijdrage vast, hetzij op basis van elementen in zijn bezit, hetzij na inzameling van alle gegevens die hij hiertoe nuttig acht, bij de VZW Sigedis, bij de rechtspersoon die de bijzondere bijdrage verschuldigd is, bij de pensioeninstelling of de verzekeringsmaatschappij, die ertoe gehouden zijn ze te bezorgen.

Het aldus vastgestelde bijdragebedrag wordt per aangetekend schrijven aan de rechtspersoon, die de bijzondere bijdrage verschuldigd is, ter kennis gegeven.

Vooraleer over te gaan tot ambtshalve vaststelling van de verschuldigde bijdrage, verwittigt het RSVZ de rechtspersoon die de bijzondere bijdrage verschuldigd is met een aangetekend schrijven dat onder andere de tekst van dit artikel bevat.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012.

Art. 11.De minister bevoegd voor Zelfstandigen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 januari 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE

^