Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 juni 2009
gepubliceerd op 06 juli 2009

Koninklijk besluit tot bepaling van de modaliteiten die moeten gevolgd worden door een onderneming om te bewijzen dat ze beantwoordt aan de criteria van een onderneming in moeilijkheden in de zin van artikel 14, § 4, van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2009012201
pub.
06/07/2009
prom.
28/06/2009
ELI
eli/besluit/2009/06/28/2009012201/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 JUNI 2009. - Koninklijk besluit tot bepaling van de modaliteiten die moeten gevolgd worden door een onderneming om te bewijzen dat ze beantwoordt aan de criteria van een onderneming in moeilijkheden in de zin van artikel 14, § 4, van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 14, § 4, van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis;

Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 juni 2009;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 12 juni 2009;

Gelet op advies nr. 46.889/1 van de Raad van State, gegeven op 15 juni 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omvang van de crisis die onze economie raakt en door de noodzaak om binnen de kortste termijnen bijkomende maatregelen te nemen. Deze maatregelen moeten toelaten het aantal ontslagen te verminderen en zo een sneller herstel van onze economie bewerkstelligen. Gezien de permanente evolutie van de economische situatie, is het gepast te handelen met de grootst mogelijke snelheid. Het is gepast dat de ondernemingen zo spoedig mogelijk kennis hebben van de modaliteiten die zij moeten vervullen om de erkenning als onderneming in moeilijkheden te bekomen en de nodige maatregelen treffen zoals voorzien in Titel 2 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis;

Op de voordracht van onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de wet : de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis;2° ondernemingsplan : het in artikel 14, § 2, 3°en 4°, van de wet bedoelde plan;3° onderneming in moeilijkheden : de in artikel 14, § 4, van de wet bedoelde ondernemingen;4° de directeur-generaal : de directeur-generaal van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.

Art. 2.Wanneer de onderneming haar ondernemingsplan overmaakt bij aangetekend schrijven aan de Directeur-generaal moet zij het bewijs leveren dat zij voldoet aan één van de criteria van onderneming in moeilijkheden zoals bepaald in artikel 14, § 4, van de wet, gebruik makend van het formulier en zijn bijlagen, bedoeld in artikel 22, eerste lid van de wet.

Wanneer de onderneming voor de periode bepaald in artikel 14, § 4, eerste lid, 1°, van de wet een substantiële daling van 20 % van de omzet inroept, moet zij het bewijs daarvan leveren door gebruik te maken van het formulier en zijn bijlagen, bedoeld in artikel 22, eerste lid van de wet.

Wanneer de onderneming voor de periode bepaald in artikel 14, § 4, eerste lid, 1°, van de wet een substantiële daling van 20 % van zijn productie inroept, moet zij het bewijs daarvan leveren door gebruik te maken van het formulier en zijn bijlagen, bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de wet.

De substantiële daling van 20 % van de productie moet : 1° betrekking hebben op de volledige productie van de onderneming;2° bekomen worden door een weging in functie van de belangrijkheid van de diverse producten in het productieproces en aanleiding geven tot een daaraan gerelateerde daling aan productieve arbeidsuren van de werknemers;3° bewezen worden door de indiening van een dossier dat, naast de BTW-aangiften van alle betreffende kwartalen, ook documenten bevat die de vereiste daling inzake productie aantonen en de gevolgde berekeningswijze toelichten, zoals boekhoudkundige stukken en verslagen overgemaakt aan de ondernemingsraad. Wanneer de onderneming voor de periode bepaald in artikel 14, § 4, eerste lid, 2°, van de wet de tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen voor werklieden van ten minste 20 % van het globaal aantal aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven dagen inroept, moet zij het bewijs daarvan leveren door een verklaring op eer, gebruik makend van het formulier en zijn bijlagen, bedoeld in artikel 22, eerste lid van de wet.

De bovenvermelde documenten en formulieren moeten gevoegd worden bij de aanvraag bepaald in artikel 14, § 3, van de wet.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op de in artikel 28 van de wet bepaalde datum.

Art. 4.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 juin 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 19 juni 2009, Belgisch Staatsblad van 25 juni 2009.

^