Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 07 mei 1999
gepubliceerd op 15 juni 1999

Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage aan de peroneelsleden belast met informaticataken bij sommige overheidsdienten

bron
ministerie van ambtenarenzaken
numac
1999002112
pub.
15/06/1999
prom.
07/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/07/1999002112/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

7 MEI 1999. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage aan de peroneelsleden belast met informaticataken bij sommige overheidsdienten


De Minister van Ambtenarenzaken, De Minister van Begroting, Gelet op het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage aan de personeelsleden belast met informaticataken bij sommige overheidsdiensten, gewijzigd door het koninklijk besluit van 7 mei 1999;

Gelet op het voorstel van de Korpsoverste van het Adviesbureau voor Organisatie en Beheer gedaan op 28 september 1998;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 april 1999;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 21 april 1999;

Gelet op het protocol nr. 331 van 27 april 1999 van het comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegen dat het gepast is om binnen de kortst mogelijke termijnen, de nodige maatregelen te treffen opdat het informaticapersoneel in dienst blijft gedurende de periode van implementatie van de projecten van overgang naar het jaar 2000 en van de invoering van de europese munteenheid, Besluiten :

Artikel 1.§ 1. De informaticataken bedoeld in artikel 2, § 1 van het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage aan de personeelsleden belast met informaticataken bij sommige overheidsdiensten zijn : 1° conceptie en installeren van een informaticainfrastructuur;2° evalueren van het gebruik van een bestaande infrastructuur;3° documenteren van informaticaprojecten;4° opstellen van parameters volgens evoluerende normen en noden;5° opmaken van prijsberekeningen voor dienstverlening aan externe gebruikers;6° opstellen van rapporten, meer bepaald evaluatierapporten, betreffende diensten, programma's, projecten of informaticatoepassingen;7° zich documenteren over de evoluties, zich bijscholen, deelnemen aan cursussen en seminaries betreffende nieuwe informatietechnologieën;8° prioriteiten bepalen inzake toepassingen en informaticamateriaal;9° evalueren van het gebruik van informaticamiddelen;10° deelnemen aan externe coördinatievergaderingen inzake informaticabeheer;11° animeren van interdepartementale werkgroepen inzake modern informatiebeheer;12° audits verrichten van informaticadiensten;13° de administraties advies verstrekken inzake modern informatiebeheer bij middel van electronische drager;14° installeren van systeemsofware en de upgrading ervan voorzien;15° dagelijks opvolgen van de exploitatie van programma's, beheren van de middelen en de veiligheid. § 2. Worden eveneens als informaticataken beschouwd : 1° leiden, plannen en de taken verdelen binnen een administratieve eenheid waarvan de informatica formeel erkend is als een der doeleinden;2° plannen en coördineren van de verschillende fasen van een informaticaproject, ze opvolgen en controleren;3° realiseren van haalbaarheidstudies van informaticaprojecten;4° analyseren van bestaande informaticasystemen en mogelijke operationele verbeteringen ervan voorstellen;5° uitwerken van conceptuele modellen van informaticasystemen;6° programmeren van het geïnformatiseerd informatiebeheer;7° ontwikkelen van testen van de programma's en deze op punt stellen;8° invoeren van nieuwe informaticatoepassingen;opstellen en uitvoeren van exploitatieprocedures en de opvolging ervan verzekeren; daartoe de nodige initiatieven nemen om de uitvoering van de informaticaketens, binnen de gestelde termijnen, te verzekeren; 9° detecteren, identificeren, opvolgen en verbeteren van technische en softwarematige problemen;10° adviseren van gebruikers van informaticaproducten bij de keuze van technische oplossingen of bij gebruiksmodaliteiten;problemen oplossen; 11° opstellen van de technische onderdelen van lastenboeken van informatica-overheidsopdrachten;

Art. 2.De criteria bedoeld in artikel 2, § 2 van het bovenvermeld koninklijk besluit van 6 september 1998 zijn : 1° voor de personeelsleden die in loop van hun administratieve loopbaan bekleed geweest zijn met een informaticagraad : - toegewezen zijn aan een administratieve eenheid die het informaticabeleid tot zijn bevoegdheid heeft minstens voor een bestuur van een ministerie of voor een andere dienst van een ministerie of voor een instelling van openbaar nut;deze bevoegdheid inzake informatica is formeel toegewezen door een reglementaire tekst of blijkt expliciet uit het organigram dat door de leidende ambtenaar is goedgekeurd : - er informaticataken uitoefenen waarvan sprake in artikel 1, § 1 en § 2. 2° voor de personeelsleden die niet met een informaticagraad bekleed (geweest) zijn : - toegewezen zijn aan een administratieve eenheid die het informaticabeleid tot zijn bevoegdheid heeft minstens voor een bestuur van een ministerie of voor een andere dienst van een ministerie of voor een instelling van openbaar nut;deze bevoegdheid inzake informatica is formeel toegewezen door een reglementaire tekst of blijkt expliciet uit het organigram dat door de leidende ambtenaar is goedgekeurd; - er informaticataken uitoefenen waarvan sprake in artikel 1, § 2.

Art. 3.De leidende ambtenaar bedoeld in artikel 2, § 2 van het bovenvermeld koninklijk besluit van 6 september 1998 attesteert de affectatie van het gemiddelde minimum van 80 % van de totale werktijd, bedoeld in artikel 2, § 1 van voormeld besluit, na advies van de chef van de betrokken dienst.

Die minimum tijd moet ook blijken uit het activiteitenverslag bedoeld in art. 3, § 6 van het bovenvermeld koninklijk besluit van 6 september 1998.

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1998 Brussel, 7 mei 1999.

De Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT

^