Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 10 juli 2000
gepubliceerd op 01 augustus 2000

Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van Staatsbons

bron
ministerie van financien
numac
2000003298
pub.
01/08/2000
prom.
10/07/2000
ELI
eli/besluit/2000/07/10/2000003298/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 JULI 2000. - Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van Staatsbons


De Minister van Financiën, Gelet op artikel 37 van de Gecoördineerde grondwet;

Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetaire beleidinstrumentarium, gewijzigd bij de wetten van 22 juli 1991, 28 juli 1992, 6 augustus 1993, 4 april 1995, 18 juni 1996, 15 juli en 30 oktober 1998;

Gelet op de wet van 24 december 1999 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2000, inzonderheid op artikel 8, § 1, 1° en § 5;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de effecten van de staatsschuld, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 1991, 10 februari 1993, 30 september en 3 december 1997, 26 november 1998 en 20 januari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 2000 betreffende de uitgifte van Staatsbons, inzonderheid op artikel 1;

Gelet op het ministerieel besluit van 22 november 1999 betreffende de uitgifte van Staatsbons op 8 jaar, Besluit : HOOFDSTUK I. - Diverse bepalingen

Artikel 1.De Staatsbons uitgegeven krachtens dit besluit en waarvan de specifieke kenmerken eigen aan elke type hierna bepaald worden, worden beheerst door het koninkijk besluit van 9 juli 2000 betreffende de uitgifte van Staatsbons. HOOFDSTUK II. - De Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar

Art. 2.De Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar laat aan de houder de keuze hetzij voor de terugbetaling na 5 jaar, hetzij voor de verlenging aan dezelfde interest voor de twee volgende jaren van zijn belegging.

De terugbetaling gebeurt tegen pari hetzij na 5 jaar, hetzij na 7 jaar indien de optie tot verlenging wordt uitgeoefend door de houder.

Art. 3.De effecten aan toonder onder gematerialiseerde vorm die de Staatsbon op 5 jaar verlengbaar tot 7 jaar vertegenwoordigen zijn voorzien van zes jaarlijkse rentecoupons, de interest van het zevende jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie.

Art. 4.De optie om de terugbetaling uit te stellen tot het zevende jaar wordt onafwijsbaar geacht te zijn uitgeoefend op het ogenblik van het ter betaling aanbieden van de zesde coupon.

Voor de berekening van de aanvangsdatum van de verjaringstermijn van de mantel wordt steeds verondersteld dat de optie tot verlenging werd uitgeoefend.

Wanneer de Staatsbon op 5 jaar, verlengbaar tot 7 jaar het voorwerp uitmaakt van een nominatieve inschrijving in een grootboek van de Staatsschuld moet de houder ten laatste de zesde werkdag voorafgaand aan de vervaldag van het vijfde jaar aan de Schatkist kennis geven van zijn wil om de vervaldag met twee bijkomende jaren te verlengen, zoniet zal de dienst van de grootboeken hem zijn nominaal kapitaal terugbetalen. HOOFDSTUK III. - De Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde minimum rentevoet

Art. 5.De Staatsbon 3/5/7 met herzienbare en gewaarborgde minimum rentevoet wordt uitgegeven met een looptijd van zeven jaar.

Hij is terugbetaalbaar tegen pari op de eindvervaldag. De houders hebben de mogelijkheid hun obligaties vervroegd ter terugbetaling tegen pari aan te bieden op het einde van het derde en van het vijfde jaar.

De ter vervroegde terugbetaling aangeboden effecten aan toonder onder gematerialiseerde vorm moeten voorzien zijn van de niet vervallen interestcoupons. De vervroegde terugbetalingen zullen enkel op deze voorwaarde kunnen uitgeoefend worden.

Art. 6.De optie tot vervroegde terugbetaling is uitvoerbaar ten belope van een totaal maximum bedrag, per persoon, van 375.000 euro voor de leningen uitgedrukt in euro en van 15.000.000 frank voor de leningen uitgedrukt in Belgische frank.

De aanvragen tot vervroegde terugbetaling worden aanvaard door de financiële tussenpersonen of door de dienst van de grootboeken vanaf de vijfde bankwerkdag voorafgaand aan de facultatieve vervaldag tot en met de datum van deze vervaldag. Indien de optie niet wordt uitgeoefend binnen deze termijn, wordt de optie geacht niet te zijn uitgeoefend.

De vervroegde terugbetaling van de inschrijvingen op naam in een grootboek van de Staatsschuld gebeurt op de bankwerkdag volgend op de indiening van de aanvraag bij de dienst van de grootboeken en ten vroegste op de dag van de betaling der interesten van de betreffende periode.

Art. 7.De effecten aan toonder onder gematerialiseerde vorm die de Staatsbon 3/5/7 met een herzienbare en minimum gewaarborgde rentevoet vertegenwoordigen zijn voorzien van zes jaarlijkse coupons, de interest voor het laatste jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie.

Art. 8.De Minister van Financiën bepaalt de faciale rentevoet van de Staatsbon 3/5/7 voor de eerste drie jaar.

De faciale rentevoet van de Staatsbon 3/5/7 wordt opnieuw vastgesteld op het einde van het derde jaar voor de volgende twee jaar, vijf bankwerkdagen voor de coupondatum. Deze rentevoet mag niet lager zijn dan de bij uitgifte vastgestelde gewaarborgde minimum rentevoet voor de tweede periode.

De faciale rentevoet van de Staatsbon 3/5/7 wordt nogmaals vastgesteld op het einde van het vijfde jaar voor de laatste twee jaar, vijf bankwerkdagen voor de coupondatum. Deze rentevoet mag niet lager zijn dan de bij uitgifte vastgestelde gewaarborgde minimum rentevoet voor de derde periode.

Art. 9.De referentierentevoet voor de vaststelling van de herziene rentevoet wordt berekend volgens de volgende regeling : 1° De rentevoet van de lineaire obligaties die als basis dient voor de berekening van de referentierentevoet voor de tweede en voor de derde periode is het rekenkundig gemiddelde van de theoretische rendementen van de lineaire obligaties op twee jaar die het Rentenfonds dagelijks bepaalt door wiskundige interpolatie op basis van de referentiekoersen die het publiceert overeenkomstig artikel 10, 2° van het koninklijk besluit van 22 december 1995 betreffende de organisatie van de secundaire buitenbeursmarkt van lineaire obligaties, gesplitste effecten en schatkistcertificaten. Het gemiddelde wordt berekend over de vijf bankwerkdagen voorafgaand aan de vijf bankwerkdagen voor de datum van het in voege treden van de nieuwe rentevoet. 2° Indien, om welke reden dan ook, de gegevens niet beschikbaar zouden zijn in het Reuterssysteem gedurende de ganse of gedurende een deel van de periode van vijf bankwerkdagen voorafgaand aan de vijf bankwerkdagen vóór de datum van het in voege treden van de nieuwe rentevoet zal de rentevoet van de ontbrekende dag(en) door het Rentenfonds medegedeeld worden aan de Schatkist, en door deze laatste aan de plaatsende instellingen.3° Het rekenkundig gemiddelde bedoeld hierboven in 1°, 2e alinéa, wordt in voorkomend geval als volgt afgerond : - naar het lagere tweede decimaal indien het derde decimaal van de tussengevoegde rentevoet kleiner is dan 5; - naar het hogere tweede decimaal indien het derde decimaal van de tussengevoegde rentevoet gelijk is, of groter dan 5. 4° De referentierentevoeten vastgelegd in toepassing van de punten 1°, 2° en 3° hierboven worden gepubliceerd inzonderheid op de REUTERS en TELERATE-systemen.5° De nieuwe rentevoet, van toepassing op de Staatsbon 3/5/7, wordt gepubliceerd in de financiële pers en op de officiële notering van de Effectenbeursvennootschap van Brussel en op de REUTERS en TELERATE-systemen. HOOFDSTUK IV. - De Staatsbon met vaste vervaldag op 5 jaar met jaarlijkse herziening van de rentevoet

Art. 10.De Staatsbon met vaste vervaldag op 5 jaar met jaarlijkse herziening van de rentevoet is terugbetaalbaar tegen pari van de nominale waarde op de eindvervaldag.

Art. 11.De effecten aan toonder onder gematerialiseerde vorm die de Staatsbon met vaste vervaldag op 5 jaar met jaarlijkse herziening van de rentevoet vertegenwoordigen zijn voorzien van vier jaarlijkse rentecoupons, de interest voor het laatste jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie.

Art. 12.De rentevoet van deze Staatsbon is jaarlijks herzienbaar. De herziene rentevoeten worden vastgesteld in functie van de gewogen gemiddelde rentevoet van de schatkistcertificaten op 12 maanden toegekend naar aanleiding van de laatste aanbesteding voorafgaand aan de vervaldag van de voorgaande coupon.

Art. 13.De houder heeft de mogelijkheid om zijn effect tegen pari om te ruilen binnen de vijf bankwerkdagen die voorafgaan aan de vervaldag van elke coupon, tegen een Staatsbon van een ander type die op dat moment ter inschrijving wordt aangeboden zonder verlies van zijn recht op de betaling van de vervallen coupon waarvan sprake.

De omruiling wordt enkel toegestaan indien alle niet vervallen coupons aan de mantel gehecht zijn. HOOFDSTUK V. - De Staatsbon op 8 jaar

Art. 14.De Staatsbon op 8 jaar brengt een jaarlijks vaste rente op en is terugbetaalbaar tegen pari van de nominale waarde op de eindvervaldag.

Art. 15.De effecten aan toonder onder gematerialiseerde vorm die de Staatsbon op 8 jaar vertegenwoordigen zijn voorzien van 7 jaarlijkse rentecoupons, de interest voor het laatste jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie. HOOFDSTUK VI. - Diverse bepalingen

Art. 16.Het ministerieel besluit van 22 november 1999 betreffende de uitgifte van Staatsbons op 8 jaar wordt opgeheven.

Art. 17.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 10 juli 2000 D. REYNDERS

^