Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 16 november 2005
gepubliceerd op 30 november 2005

Ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist afgeleverd door de Lidstaten van de Europese Unie

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2005022975
pub.
30/11/2005
prom.
16/11/2005
ELI
eli/besluit/2005/11/16/2005022975/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2005. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist afgeleverd door de Lidstaten van de Europese Unie


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, inzonderheid op artikel 44ter, § 2, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 8 juni 1983;

Gelet op de Richtlijn 93/16/EEG van de Raad van 5 april 1993 ter vergemakkelijking van het vrije verkeer van artsen en de onderlinge erkenning van hun diploma's, certificaten en andere titels, gewijzigd bij Richtlijnen 97/50/EEG, 98/21/EEG, 98/63/EEG en 1999/46/EEG, bij de Toetredingsakte van Oostenrijk, Finland en Zweden en bij de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden voor de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek;

Gelet op Richtlijn 2001/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 mei 2001 tot wijziging van de Richtlijnen 89/48/EEG en 92/51/EEG van de Raad betreffende het algemeen stelsel van erkenning van beroepskwalificaties en de Richtlijnen 77/452/EEG, 77/453/EEG, 78/686/EEG, 78/687/EEG, 78/1026/EEG, 78/1027/EEG, 80/154/EEG, 80/155/EEG, 85/384/EEG, 85/432/EEG, 85/433/EEG en 93/16/EEG van de Raad betreffende de beroepen van verantwoordelijk algemeen ziekenverpleger (verpleegkundige), beoefenaar van de tandheelkunde, dierenarts, verloskundige, architect, apotheker en arts;

Gelet op het advies van de Raad van State 39.022/3, gegeven op 20 september 2005, overeenkomstig artikel 84, § 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Onder voorbehoud te zijn afgeleverd overeenkomstig de in artikel 2 van dit besluit vermelde minimum opleidingsnormen, wordt de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist, zoals bedoeld in artikel 44ter, § 2, van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, in bijlagen 1 en 2 bepaald. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde diploma's, certificaten en andere titels zijn die welke door de in bijlage 1 genoemde bevoegde autoriteiten of instanties zijn afgegeven en welke voor de desbetreffende gespecialiseerde opleiding beantwoorden aan de in de verschillende Lidstaten geldende en in bijlage 2 weergegeven benamingen.

Art. 2.§ 1. De opleiding voor het behalen van een diploma, certificaat of andere titel van specialist voldoet tenminste aan de volgende voorwaarden : a) in het kader van de krachtens artikel 44ter, § 1, van het voornoemde koninklijk besluit nr.78 bedoelde opleidingscyclus zijn met goed gevolg zes studiejaren volbracht, tijdens welke voldoende kennis op het gebied van de algemene geneeskunde is verworven; b) zij omvat theoretisch en praktisch onderwijs;c) zij is voltijds en staat onder toezicht van de bevoegde autoriteiten of instanties overeenkomstig het bepaalde in bijlage 1, in het kader van door de bevoegde autoriteiten erkende specifieke opleidingsplaatsen en zij houdt deelneming in aan alle medische activiteiten van de afdeling waar de opleiding wordt genoten, inclusief de wachtdiensten, zodat de specialist in opleiding gedurende de gehele werkweek en gedurende het gehele jaar aan deze praktische en theoretische opleiding al zijn beroepsactiviteit wijdt op de door de bevoegde autoriteiten vastgestelde wijze;d) zij geschiedt in een universitair centrum, in een universitair centrum voor ziekenverpleging of in voorkomend geval in een daartoe door de bevoegde autoriteiten of instanties erkende inrichting voor gezondheidszorg;e) de kandidaat-specialist dient persoonlijk aan de werkzaamheden van de betrokken diensten deel te nemen en daarvoor verantwoordelijkheid te dragen. § 2. Het diploma, certificaat of andere titel van specialist wordt uitgereikt aan de houders van een der in artikel 44ter, § 1, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 bedoelde diploma's, certificaten of andere titels van arts. De afgifte van het diploma, certificaat of andere titel van specialist in de mond-, tand- en maxillo-faciale chirurgie is voorts afhankelijk van het bezit van een van de in artikel 44quinquies, § 1, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 bedoelde diploma's, certificaten of andere titels van beoefenaar der tandheelkunde. § 3. Onverminderd het in paragraaf 1, c), vervatte beginsel van de voltijdse opleiding kan een deeltijdse specialistenopleiding, indien een voltijdse opleiding wegens gerechtvaardigde persoonlijke omstandigheden niet kan worden gevolgd, op voorwaarden waarmee de bevoegde nationale autoriteiten hebben ingestemd, worden toegestaan.

Deze opleiding beantwoordt aan dezelfde eisen als de voltijdse opleiding, waarvan zij zich slechts onderscheidt door de mogelijkheid de deelneming aan de medische activiteiten te beperken tot een tijdsduur die ten minste gelijk is aan de helft van die welke in paragraaf 1, c), is voorgeschreven. De totale duur en de kwaliteit van de deeltijdse opleiding mogen niet minder zijn dan die van de voltijdse specialistenopleiding. § 4. Wanneer op dit gebied wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen gelden, mag de minimumduur van de opleidingen niet korter zijn dan de duur die in bijlage 2 vermeld is.

Art. 3.Wanneer het in bijlage 2 vermelde diploma, certificaat of andere titel een deeltijdse opleiding bekroont die begonnen werd tussen 20 december 1976 en 1 januari 1984 en wanneer dit werd afgeleverd door een Lidstaat die op 20 juni 1975 wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen had waarbij een vorm van parttime opleiding werd ingesteld en die deze bepalingen bleven toepassen, dan zal dat diploma, certificaat of andere titel vergezeld moeten gaan van een bewijsstuk van de Lidstaat van oorsprong of van herkomst waaruit blijkt dat de belanghebbende de betrokken werkzaamheden daadwerkelijk en op wettige wijze als specialist heeft uitgeoefend gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren tijdens de vijf jaar die aan de afgifte van het bewijsstuk voorafgaan.

Art. 4.Als overgangsmaatregel en in afwijking van artikel 2, paragraaf 2 : 1° geldt ten aanzien van Luxemburg en uitsluitend voor de Luxemburgse diploma's die onder de wet van 1939 betreffende het toekennen van universitaire graden vallen, als enige voorwaarde voor het verlenen van het staatsdiploma van specialist, het bezit van het diploma van doctor in de genees-, heel- en verloskunde ( "docteur en médecine, chirurgie et accouchements"), afgegeven door de Staatsexamencommissie van Luxemburg;2° geldt ten aanzien van Denemarken en uitsluitend voor de wettelijke diploma's van arts uitgereikt door de medische faculteit van een Deense universiteit, overeenkomstig het besluit van de minister van Binnenlandse Zaken van 14 mei 1970, als enige voorwaarde voor het verlenen van het getuigschrift dat machtigt tot het voeren van de titel van specialist, het bezit van deze diploma's. § 2. De onder paragraaf 1 bedoelde diploma's mogen worden uitgereikt aan kandidaten die hun opleiding vóór 20 december 1976 zijn begonnen.

Art. 5.§ 1. De onderdanen der Lidstaten die een der diploma's, certificaten of andere titels van opleiding tot specialist wensen te verkrijgen die niet onder bijlagen 1 en 2 vallen of die, hoewel vallend onder bijlagen 1 en 2 niet in een Lids-Staat van oorsprong of herkomst worden afgegeven, moeten aan de erkenningscriteria vastgesteld krachtens artikel 35sexies van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78 voldoen. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde aanvragen worden voorgelegd aan de erkenningscommissies opgericht overeenkomstig het koninklijk besluit van 21 april 1983 tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van geneesheren-specialisten en van huisartsen. § 3. Tijdens het onderzoek van de in paragraaf 1 bedoelde aanvragen, wordt met volgende elementen rekening gehouden : 1° met de duur van de opleidingsperioden die door de in paragraaf 1 bedoelde onderdanen werden gevolgd en waarvoor dezen een diploma, een certificaat of een andere opleidingstitel hebben ontvangen die door de bevoegde autoriteiten van de Lidstaat van oorsprong of herkomst is afgegeven, wanneer deze perioden overeenkomen met die welke voor de erkenning worden vereist;2° met de beroepservaring, met de aanvullende opleiding en met de medische bij- en nascholing. § 4. Na onderzoek van de aanvraag overeenkomstig de paragrafen 2 en 3 stelt de administratie de kandidaat in kennis van de duur van de aanvullende opleiding die moet worden gevolgd, alsmede van de gebieden die deze opleiding moet bestrijken. § 5. De mededeling van de beslissing geschiedt aan de kandidaat binnen vier maanden vanaf de datum waarop het volledige dossier door de betrokkene is ingediend.

Art. 6.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist die niet aan de in artikel 2 bedoelde minimum opleidingseisen voldoen, op voorwaarde dat : 1° de opleiding vóór de in bijlage 1 bedoelde datum is begonnen;2° die vergezeld gaan van een door de bevoegde autoriteiten of instanties van de Lidstaat van oorsprong of herkomst afgegeven verklaring waaruit blijkt dat de arts de betrokken werkzaamheden als specialist heeft uitgeoefend gedurende een periode die gelijk is aan tweemaal het verschil tussen de duur van de gespecialiseerde opleiding in de Lidstaat van oorsprong of herkomst en de in bijlage 2 bedoelde minimum opleidingsduur. Voor het berekenen van het verschil bedoeld in vorig lid zal evenwel worden uitgegaan van de opleidingsduur die voor de betrokken specialiteit vereist werd in België vóór 20 december 1976.

Art. 7.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de titels van specialist welke in Spanje zijn afgegeven aan artsen die vóór 1 januari 1995 een specialistenopleiding hebben voltooid die niet voldeed aan de minimale opleidingsvoorwaarden van artikel 2 van dit besluit, mits deze titels vergezeld gaan van een verklaring van de bevoegde Spaanse autoriteiten waaruit blijkt dat de betrokkene met goed gevolg heeft deelgenomen aan de proeve van specifieke beroepsbekwaamheid in het kader van de speciale regularisatiemaatregelen van koninklijk besluit 1497/99 waarbij wordt getoetst of het niveau van kennis en bekwaamheid van de betrokkene vergelijkbaar is met dat van de artsen die houder zijn van de titel van specialist.

Art. 8.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van specialist die zijn behaald na een op het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek genoten opleiding die niet aan de in artikel 2 van dit besluit gestelde minimum opleidingseisen voldoet, indien deze : 1° zijn behaald na een opleiding die vóór 3 april 1992 is begonnen;2° vergezeld gaan van een door de bevoegde Duitse autoriteiten of instanties afgegeven verklaring waaruit blijkt dat die onder dezelfde voorwaarden als de door de bevoegde Duitse autoriteiten afgegeven en in bijlage 2 bedoelde titels de bevoegdheid verlenen op het gehele grondgebied van Duitsland de betrokken werkzaamheden als specialist uit te oefenen en waaruit bovendien blijkt dat de arts de betrokken werkzaamheden als specialist heeft uitgeoefend gedurende een periode die gelijk is aan tweemaal het verschil tussen de duur van de gespecialiseerde opleiding die hij op het Duitse grondgebied heeft genoten en de minimum opleidingsduur genoemd in bijlage 2, indien deze diploma's, certificaten en andere titels niet voldoen aan die minimum opleidingsduur.

Art. 9.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door het voormalige Tsjechoslowakije vóór 1 januari 1993 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 1 januari 1993 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Tsjechische autoriteiten verklaren dat die titels op Tsjechisch grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Tjechische titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grondgebied van Tsjechië hebben verricht.

Art. 10.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door de voormalige Sovjet-Unie vóór 20 augustus 1991 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 20 augustus 1991 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Estse autoriteiten verklaren dat die titels op Ests grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Estse titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grongedbied van Estland hebben verricht.

Art. 11.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door de voormalige Sovjet-Unie vóór 21 augustus 1991 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 21 augustus 1991 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Letse autoriteiten verklaren dat die titels op Lets grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Letse titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grondgebied van Letland hebben verricht.

Art. 12.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door de voormalige Sovjet-Unie vóór 11 maart 1990 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 11 maart 1990 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Litouwse autoriteiten verklaren dat die titels op Litouws grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Litouwse titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grondgebied van Litouwen hebben verricht.

Art. 13.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door het voormalige Tsjechoslowakije vóór 1 januari 1993 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 1 januari 1993 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Slowaakse autoriteiten verklaren dat die titels op Slowaaks grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Slowaakse titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grondgebied van Slowakije hebben verricht.

Art. 14.Worden eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, de diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist welke door Joegoslavië vóór 25 juni 1991 zijn afgegeven of wier opleiding vóór 25 juni 1991 in dat land is begonnen, op voorwaarde dat : 1° de Sloveense autoriteiten verklaren dat die titels op Sloveens grondgebied dezelfde rechtsgeldigheid hebben als de Sloveense titels van specialist;2° en diezelfde autoriteiten een verklaring afgeven dat die onderdanen tijdens de vijf aan de afgifte van de verklaring voorafgaande jaren de bedoelde werkzaamheden gedurende ten minste drie opeenvolgende jaren daadwerkelijk en op rechtmatige wijze op het grondgebied van Slovenië hebben verricht.

Art. 15.Wordt eveneens gelijkgesteld met de houders van een Belgische erkenning van geneesheer-specialist overeenkomstig artikel 44ter, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit nr. 78, diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist die niet overeenstemmen met de benamingen die voor die Lidstaat voorkomen in bijlage 2, mits deze vergezeld gaan van een door de bevoegde autoriteiten of instellingen afgegeven verklaring waarin wordt bevestigd dat deze diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist zijn afgegeven na afsluiting van een opleiding die in overeenstemming is met artikel 2 en dat zij door de Lidstaat die deze heeft afgegeven, worden gelijkgesteld met die waarvan de benamingen voorkomen in bijlage.

Art. 16.Met betrekking tot de specialiteiten neuropsychiatrie, heelkunde op de thorax, heelkunde op het abdomen en bloedvatenheelkunde waarvan de opleidingscriteria in België werden opgeheven, genieten de onderdanen van de Lidstaten die houder zijn van een in dit besluit genoemd diploma, certificaat of andere titel van geneesheer-specialist in één van deze vier specialiteiten en voorzover deze werd afgegeven vóór de datum waarop in België werd opgehouden met het afgeven van de overeenkomende erkenningstitel, van dezelfde maatregelen in verband met verworven rechten als deze die getroffen werden ten voordele van de houders van de overeenkomende Belgische erkenningstitel.

Art. 17.De administratie kan, in geval van gegronde twijfel, van de bevoegde autoriteiten van een andere Lidtaat een bevestiging verlangen van de echtheid van de in die lid-Staat afgegeven diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist, alsmede bevestiging van het feit dat de begunstigde heeft voldaan aan alle in dit besluit vermelde opleidingsvoorwaarden.

Art. 18.De aanvraag tot professionele erkenning moet ingediend worden bij het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Bij deze aanvraag moet een uittreksel uit het strafregister worden gevoegd of, bij gebreke daarvan, een door de bevoegde instantie van de Lidstaat van oorsprong of herkomst afgegeven gelijkwaardig document. Dit document mag bij overlegging niet ouder zijn dan drie maanden.

Art. 19.Geneesheren-specialisten die zich in België wensen te vestigen of die diensten wensen te verrichten op Belgisch grondgebied kunnen zich voor informatie omtrent de hen aangaande wetgeving en reglementering richten tot bovenvermeld Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg.

Art. 20.Het ministerieel besluit van 14 januari 1993 tot vaststelling van de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist afgeleverd door de Lidstaten van de Europese Gemeenschap wordt opgeheven.

Brussel, 16 november 2005.

R. DEMOTTE

Bijlage 1 Diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 16 november 2005 tot vaststelling van de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist afgeleverd door de Lidstaten van de Europese Unie, R. DEMOTTE

Bijlage 2 Titels van opleidingen in de gespecialiseerde geneeskunde Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 16 november 2005 tot vaststelling van de lijst van diploma's, certificaten en andere titels van geneesheer-specialist afgeleverd door de Lidstaten van de Europese Unie, R. DEMOTTE

^