Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 16 november 2010
gepubliceerd op 14 december 2010

Ministerieel besluit tot erkenning van openbaar nut van de ontsluiting van percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Komen-Waasten voor bedrijfsactiviteiten

bron
waalse overheidsdienst
numac
2010027251
pub.
14/12/2010
prom.
16/11/2010
ELI
eli/besluit/2010/11/16/2010027251/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2010. - Ministerieel besluit tot erkenning van openbaar nut van de ontsluiting van percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Komen-Waasten voor bedrijfsactiviteiten


De Minister van Economie, K.M.O.'s, Buitenlandse Handel en Nieuwe Technologieën, Gelet op de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, I, 3°;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2009 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten, inzonderheid op artikel 5;

Gelet op het decreet van 11 maart 2004 betreffende de ontsluitingsinfrastructuur voor economische bedrijvigheid, zoals gewijzigd bij de programmadecreten van 3 februari 2005 en 23 februari 2006, 20 september 2007, 18 december 2008, 30 april 2009 en 10 december 2009;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 21 oktober 2004, gewijzigd bij het besluit van 27 april 2006, 25 oktober 2007, 19 december 2008, 14 mei 2009 en 6 mei 2010, ter uitvoering van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de ontsluitingsinfrastructuur voor economische bedrijvigheid;

Gelet op artikel 127 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium;

Overwegende dat de overheid in de huidige moeilijke financieel-economische context een grotere en sterkere leidende rol moet spelen in de ontwikkeling van het bedrijfsleven;

Overwegende dat het economisch beleid in Wallonië voorrang moet geven aan de instandhouding en de ontplooiing van elke economische activiteit;

Gelet op de reeds vaak tot uiting gekomen dringende behoefte aan ruimte voor economische activiteit en werkgelegenheid;

Overwegende dat de huidige samenleving met de bestrijding van de werkloosheid en het scheppen van werkgelegenheid voor twee grote uitdagingen staat, vooral in deze tijden van economische en financiële crisis;

Overwegende dat de ontplooiing van de economie en het scheppen van werkgelegenheid doelen zijn, die de gehele samenleving ten goede komen;

Overwegende dat zeer dringend ingegaan dient te worden op die collectieve behoeften;

Overwegende dat de doelstelling nagestreefd door het project van de intercommunale IEG de ontsluiting beoogt van een gebied achter de huidige industriële bedrijfssite « Le Touquet » met als doel het scheppen van bedrijvigheid en banen;

Overwegende dat de Ploegsteertse steenbakkerij er reeds sinds 1922 gevestigd is;

Overwegende dat het op 17 januari 1979 aangenomen gewestplan die vestiging bevestigd heeft en dat er een voor dat gewestplan een herzieningsprocedure aan de gang is om de bedrijfssite uit te breiden in het noorden van de « rue du Touquet » om de steenbakkerij en de prefabricage verder uit te breiden;

Overwegende dat de oorspronkelijke activiteit van de steenbakkerij geleidelijk gediversifieerd werd en dat er voortaan drie verschillende vennootschappen, « Briqueteries de Ploegsteert SA », « Ceratec SA » en « Ceratec Electrotechnics SA », respectievelijk actief zijn in het aanmaken van bouwmaterialen, de bewerking van ferrometalen en de elektrische en elektronische industriële installaties;

Overwegende dat die drie vennootschappen geografisch en structureel onderling samenhangen, waardoor ze voortaan ook functioneel en ruimtelijk ondeelbaar zijn;

Overwegende dat de groei van de activiteit op de site zowel de rationalisering als de uitbreiding van de bestaande infrastructuren verantwoordt;

Overwegende dat de uitbreiding van het productaanbod van de Ploegsteertse steenbakkerij een gevoelige verhoging van de opslagruimte vereist;

Overwegende dat de exponentiële groei van het volume van de activiteiten van Ceratec Electrotechnichs resulteerde in een aanzienlijke aangroei van het personeelsbestand en dat die aangroei naar verwachting in de komende twee jaar met 20 tot 25 % zal blijven groeien;

Overwegende dat er daarom meer parkeerplaatsen benodigd zullen worden voor het personeel, beveiligde parkeerplaatsen voor de bestelwagens van de installateurs en de uitbreiding van de installaties;

Overwegende dat de rationalisering van de processen intrinsiek verbonden is met de economische performantie van het bedrijf en veilige arbeidsomstandigheden voor het personeel;

Overwegende dat die rationalisering er kan komen door het vergroten en centraliseren van de magazijnen met het materieel van de installateurs daar de huidige verspreide ligging van de magazijnen van Ceratec Electrotechnics zorgt voor bijkomende interne verplaatsingen met dat materieel (tijdverlies, vaker verleggen van materieel...) en dat dit een aanzienlijke impact heeft op rendabiliteit en op veiligheid;

Overwegende dat een herorganisatie van het bedrijfsinterne verkeer door een duidelijke scheiding van zwaar en licht verkeer (enerzijds leveringen anderzijds personeel en bezoekers) ook een hogere rationalisering inhoudt;

Overwegende dat die uitbreidingen in het zuiden van de « rue du Touquet » slechts uitgevoerd kunnen worden op het saldo van de terreinen die als bedrijfsruimte opgenomen zijn maar die nog niet bediend worden met een toegangsweg waarvan de afmeting aangepast is aan de industriële activiteit;

Overwegende dat de bijzonderheden van het beoogde project niettegenstaande het verzadigingsniveau van de plaatselijke bedrijfruimtes bewijzen dat zelfs indien in de randbedrijfsruimtes voldoende grond beschikbaar is, er niet op doeltreffende wijze zou kunnen worden ingespeeld op de geïdentificeerde behoeften;

Overwegende dat de activiteiten van de drie vennootschappen elkaar immers aanvullen en dat het bijgevolg onlogisch, zoniet onmogelijk, zou zijn de uitbreiding op een andere plaats te implementeren;

Overwegende dat de financiering van de werken voor de aanpassing van de afmetingen van de bestaande landelijke weg (« chemin de la Howarderie ») van de verkrijging van het erkenningsbesluit in de zin van het decreet van 11 maart 2004 betreffende de ontsluitingsinfrastructuur voor economische bedrijvigheid afhangt;

Overwegende dat de voor de uitrusting van dit gebied nodige kredieten in het kader van de « SOWAFINAL » vrijgemaakt zijn en vóór einde 2012 gebruikt moeten worden;

Overwegende dat de RN58 die langs het huidige ontginningsgebied gelegen is, het geheel van het zwaar verkeer afkomstig van het vraaggebied in het oosten opslorpt en het autosnelwegennet verbindt met de A19 ter hoogte van Menen en de A25 ter hoogte van Armentières (Frankrijk);

Overwegende dat de biologische kwaliteit van het industriegebied tegenwoordig beperkt is gezien de werkelijke bezetting van de site (gebouw, opslag-, bedienings- of parkeerplaats);

Overwegende dat alleen enkele aangelegde bloemperken en enkele hoogstammen in de omgeving van de kantoorgebouwen en van de parkeerplaatsen een minimale ecologische vermazing binnen het industriegebied waarborgen;

Overwegende dat de ontsluiting van het gebied achter de huidige industriële bedrijfssite die van de profielaanpassing van de « chemin de la Howarderie » afhangt, wenig effect op het milieu zal hebben;

Overwegende dat de aan de steenbakkerij gebonden activiteit die op de site aanwezig is, geen verontreinigende stoffen produceert en dat de twee andere activiteiten geregeld worden door een aangepaste reglementering inzake de afvoer en de verwijdering van verontreinigende stoffen, aangezien ze recent zijn;

Overwegende dat de verschillende soorten geloosd water bij de valorisatie van het saldo van de binnen de industriële bedrijfssite beschikbare terreinen beheerd worden overeenkomstig het advies uitgebracht door de Directie Oppervlaktewater van het « DGO3 »;

Overwegende dat dit project deelneemt aan de bestrijding van de werkloosheid, die één van de hoogste prioriteiten is van de Waalse Regering, zoals bevestigd in het Toekomstcontract voor Wallonië;

Overwegende dat het project ongeveer 31 nieuwe banen op de site en 75 rondtrekkende banen (werf) zou kunnen creëren, wat voor de streek niet te verwaarlozen is;

Overwegende dat de overheid ten opzichte van de uitdagingen gebonden aan de bestrijding van de werkloosheid en aan de economische ontplooiing van de streek als opdracht heeft snel te reageren om te kunnen inspelen op de dringende collectieve behoeften;

Overwegende dat de onmiddellijke inbezitneming van de terreinpercelen onontbeerlijk is gezien de hoogdringende context om op de behoeften van de burgers te kunnen inspelen;

Overwegende dat het erkenningsdossier op 2 maart 2009 bij de « DEPA » door de intercommunale ingediend is en op 21 april 2009 als volledig is verklaard;

Overwegende dat de procedure omschreven in het decreet van 11 maart 2004 en het toepassingsbesluit ervan met het oog op het verkrijgen van een erkenningsbesluit voor een deel van de industriële bedrijfssite « Le Touquet » volledig in acht is genomen wat betreft de inhoud en de voorgeschreven vorm en de overheid de mogelijkheid biedt om met perfecte kennis van zaken te beslissen;

Overwegende dat de inhoud van het erkenningsdossier het algemeen belang en het openbaar nut van de nieuwe geplande bedrijfsruimte duidelijk rechtvaardigt;

Overwegende dat de economische relevantie van dit project duidelijk uit de in het dossier vermelde rechtvaardigingen blijkt;

Overwegende dat de gemeenteraad van de gemeente Komen-Waasten over de erkenningsaanvraag geen enkel advies heeft uitgebracht en dat zijn advies dus geacht wordt gunstig te zijn;

Overwegende dat het openbaar onderzoek van 10 juni 2009 tot en met 10 juli 2009 heeft plaatsgevonden;

Overwegende dat er geen enkele opmerking is geopperd tijdens het openbaar onderzoek;

Gelet op het voorwaardelijke gunstige advies van het « DGO1 Wegen en Gebouwen »;

Overwegende dat die voorwaarden de volgende zijn : Het « DGO1 » wijst erop dat de rooilijn die op die plaats van de N365 nageleefd moet worden, overeenstemt met een evenwijdige rechte die op 11 m van de as van de weg gelegen is. Bouwvrije stroken die 8 meter diep zijn, zijn ook van toepassing achter die rooilijn, waardoor de bouwlijn van elk nieuwe bouwwerk op minstens 19 meter van de as is gelegen. Er zal geen enkele toegang worden toegelaten op de toekomstige « Ravel » (L69A);

Overwegende dat : de uitbreiding van de onderneming aan de achterkant van het perceel nr. 296 k en op het perceel 293 a. zal worden verricht. De opmerking van het « DGO1 » zal bijgevolg in dit geval niet toegepast worden;

Er zal in geen enkele toegang worden voorzien op de toekomstige « Ravel » (L69A);

Gelet op het voorwaardelijke gunstige advies van het « DGO3 Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu »;

Overwegende dat die voorwaarden de volgende zijn : Mits toestemming van de bevoegde saneringsinstelling zal het huishoudelijk afvalwater naar de openbare riolering aangesloten op het toekomstige zuiveringsstation van « Le Touquet » afgevoerd worden. In afwachting van de inbedrijfname van het openbare zuiveringsstation zal dat afvalwater in een septische put met by-pass van minstens 3 000 liter (voor een vracht van 5EI) terechtkomen. In het tegenovergestelde geval zal het huishoudelijke afvalwater in een erkend individueel zuiveringssysteem terechtkomen alvorens geloosd te worden in het netwerk voor de inzameling van regenwater (zie besluit van de Waalse Regering van 25 september 2008);

Wat het industrieel afvalwater betreft, zal elke inrichting van een punt voor het lozen van industriële afvalwateren het voorwerp uitmaken van een milieuvergunningsaanvraag;

Wat het regenwater betreft, is het lozen van regenwater en helder parasietwater in aanwezigheid van een scheidingsriolering verboden.

Het regenwater dat verontreinigd is of dat verontreinigd zou kunnen worden, zal het voorwerp uitmaken van een aangepaste behandeling alvorens geloosd te worden in een oppervlaktewater of in een kunstmatige afwateringsweg;

Overwegende dat : de verschillende soorten geloosd water bij de valorisatie van het saldo van de binnen de industriële bedrijfssite beschikbare terreinen beheerd zullen worden overeenkomstig het advies uitgebracht door de Directie Oppervlaktewater van het « DGO3 »;

Gelet op het gunstige advies van de afgevaardigd ambtenaar van het « DGO4 »;

Gelet op het gunstige advies van het « DGO4 » dat het advies van de afgevaardigd ambtenaar deelt;

Gelet op de antwoorden gegeven op de door de verschillende administraties opgeleverde opmerkingen;

Overwegende dat die antwoorden bevredigend zijn en op de relevantie van het project wijzen;

Overwegende dat de inhoud van het erkenningsdossier het algemeen belang en het openbaar nut van de uitvoering van het gebied achter de huidige industriële bedrijfssite « Le Touquet » rechtvaardigt;

Gelet op de hoogdringende noodzakelijkheid van de ontsluiting te wijten aan de groei van de activiteit op de site, Besluit :

Artikel 1.Het algemeen nut vordert de ontsluiting, ten bate van industriële economische activiteiten, van de percelen afgebakend door een mauve rand op het bijgaande « erkenningsplan » en gelegen op het grondgebied van de gemeente Komen-Waasten.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Namen, 16 november 2010.

J.-C. MARCOURT ________ Het plan ligt ter inzage bij het Operationeel Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek, Departement Investeringen, Directie Uitrusting Bedrijvenparken, place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^