Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 20 februari 2012
gepubliceerd op 13 maart 2012

Ministerieel besluit tot vaststelling van de criteria voor erkenning waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde gemachtigd worden zich te beroepen op de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2012024097
pub.
13/03/2012
prom.
20/02/2012
ELI
eli/besluit/2012/02/20/2012024097/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

20 FEBRUARI 2012. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de criteria voor erkenning waarbij de beoefenaars van de verpleegkunde gemachtigd worden zich te beroepen op de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, artikel 35sexies, ingevoegd bij de wet van 19 december 1990 en gewijzigd bij de wet van 10 december 2009;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 september 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 24/10/2006 numac 2006023028 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde type koninklijk besluit prom. 27/09/2006 pub. 27/09/2007 numac 2007000826 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde. - Duitse vertaling sluiten houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde, artikel 2, 5;

Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Verpleegkunde, gegeven op 19 mei 2009;

Gelet op de adviezen van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 februari 2010 en 16 maart 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 19 april 2010;

Gelet op het advies nr. 48.342/3 van de Raad van State, gegeven op 15 juni 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder Erkenningscommissie : de Erkenningscommissie voor de beoefenaars van de verpleegkunde opgericht bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, zoals vermeld in artikel 21septiesdecies/1 van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, ingevoegd bij de wet van 19 december 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/2008 pub. 31/12/2008 numac 2008022703 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheidszorg type wet prom. 19/12/2008 pub. 30/12/2008 numac 2008018385 bron federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten Wet inzake het verkrijgen en het gebruik van menselijk lichaamsmateriaal met het oog op de geneeskundige toepassing op de mens of het wetenschappelijk onderzoek sluiten. HOOFDSTUK II. - Criteria voor het verkrijgen van de erkenning als verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie

Art. 2.Wie erkend wenst te worden om zich op de bijzondere beroepsbekwaamheid als verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie te kunnen beroepen : - is houder van het diploma, de graad, het brevet of de titel van gegradueerde verpleger, gegradueerde verpleegster, bachelor in de verpleegkunde, verpleger, verpleegster of houder van het diploma in de verpleegkunde, en - heeft met vrucht een bijkomende opleiding in de diabetologie gevolgd die beantwoordt aan de vereisten vermeld in artikel 3.

Art. 3.De in artikel 2 bedoelde bijkomende opleiding omvat een theoretisch gedeelte van minstens 150 effectieve uren, in de drie onderstaande domeinen : 1° Verpleegkundige wetenschappen : - Principes en oefeningen in de verpleegkundige zorg aan de diabetische patiënt in de intra- of extramurale sectoren : - bij het kind, de adolescent, de volwassene en de bejaarde; - in geval van zwangerschap - in bijzondere situaties (sport, vasten,...); - Ethische en deontologische aspecten van de verpleegkundige zorgen; - Methodologie van toegepast onderzoek in de diabetologie. 2° Biomedische wetenschappen : - Fysiologie, pathologie en pathologische fysiologie van diabetes; - Algemene en specifieke behandeling van diabetes; - Algemene en specifieke complicaties van diabetes; - Principes en oefeningen van voeding en dieetleer voor de diabetische patiënten. 3° Sociale en menswetenschappen : - Wettelijke en psycho-sociale aspecten van de zorgen aan diabetische patiënten; - Opleiding van de diabetische patiënt; - Interdisciplinaire samenwerking. HOOFDSTUK III. - Voorwaarden om de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie te behouden

Art. 4.De bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in diabetologie wordt toegekend voor onbepaalde duur, maar het behoud ervan is aan de volgende cumulatieve voorwaarden onderworpen : 1° De verpleegkundige volgt een permanente vorming met betrekking tot diabetologie teneinde de verpleegkundige zorg te kunnen verstrekken overeenkomstig de huidige evolutie van de verpleegkundige wetenschap en aldus zijn kennis en bekwaamheid te onderhouden en te ontwikkelen in de drie domeinen bedoeld in artikel 3. Deze permanente vorming moet minstens 60 effectieve uren per periode van vier jaar omvatten. 2° De verpleegkundige heeft gedurende de afgelopen vier jaar minimum 1 500 effectieve uren gewerkt bij patiënten die aan diabetes lijden.

Art. 5.De documenten die aantonen dat de permanente vorming is gevolgd en dat de verpleegkunde is uitgeoefend bij patiënten die aan diabetes lijden, worden door de houder van de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie gedurende zes jaar bewaard. Deze elementen kunnen te allen tijde worden meegedeeld op verzoek van de Erkenningscommissie of van de persoon die met de controle van het dossier van de betrokken verpleegkundige is belast. HOOFDSTUK IV. - Voorwaarden om de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie opnieuw te verkrijgen

Art. 6.Om de bijzondere beroepbekwaamheid opnieuw te verkrijgen moet in verhouding tot de door de Minister opgelegde uren permanente vorming voor het behoud van de bijzondere beroepsbekwaamheid 20 procent bijkomende uren gevolgd worden. HOOFDSTUK V. - Overgangsbepalingen

Art. 7.In afwijking van artikel 2 kan de houder van het diploma, de graad, het brevet of de titel van gegradueerde verpleger, gegradueerde verpleegster, bachelor in de verpleegkunde, verpleger, verpleegster of de houder van het diploma in de verpleegkunde erkend worden om zich op de bijzondere beroepsbekwaamheid van verpleegkundige met een bijzondere deskundigheid in de diabetologie te beroepen, op voorwaarde dat hij beantwoordt aan volgende cumulatieve voorwaarden : - hij heeft zijn functie van verpleegkundige bij patiënten die aan diabetes lijden, gedurende minstens twee jaar voltijds equivalent uitgeoefend gedurende de laatste vijf jaren voorafgaande aan de datum van de erkenningsaanvraag, en - hij levert het bewijs dat hij met vrucht een bijkomende opleiding heeft gevolgd van minimum 50 effectieve uren in de drie domeinen van de diabetologie die in artikel 3 zijn opgenomen, in de loop van de laatste vijf jaren voorafgaande aan de datum van de erkenningsaanvraag, en - hij dient zijn schriftelijke aanvraag in bij de Erkenningscommissie om van de overgangsmaatregelen te kunnen genieten en erkend te worden, ten laatste drie jaar na de datum van het in werking treden van dit besluit. HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de vijfde maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 20 februari 2012.

Mevr. L. ONKELINX

^