Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 28 maart 2011
gepubliceerd op 31 maart 2011

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 10 juli 1990 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de psychiatrische verzorgingstehuizen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2011022126
pub.
31/03/2011
prom.
28/03/2011
ELI
eli/besluit/2011/03/28/2011022126/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 MAART 2011. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 10 juli 1990 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de psychiatrische verzorgingstehuizen


De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 37, § 12, eerste lid, gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995 en 19 december 2008;

Gelet op het ministerieel besluit van 10 juli 1990 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de psychiatrische verzorgingstehuizen;

Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 02 juli 2010;

Gelet op het voorstel van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gedaan op 12 juli 2010;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 september 2010;

Gelet op de weigering van akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting op 28 oktober 2010;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 3 februari 2011 om voorbij te gaan aan de weigering van akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting;

Gelet op advies 49.249/2 van de Raad van State, gegeven op 28 februari 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het ministerieel besluit van 10 juli 1990 tot vaststelling van de tegemoetkoming bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, in de psychiatrische verzorgingstehuizen, vervangen bij het ministerieel besluit van 15 januari 1993, en gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 1 oktober 2001, 25 februari 2005, 27 april 2007, 25 juni 2007 en 20 februari 2009 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1 worden de woorden « 62,84 euro » vervangen door de woorden « 65,09 euro »;2° in § 2 worden de woorden « 68,29 euro » vervangen door de woorden « 70,54 euro ».3° § 6 wordt vervangen als volgt : « § 6.Voor de dekking van de attractiviteitspremie worden de bedragen zoals bedoeld in § 1 verhoogd met 0,46 euro van 1 juli 2006 tot 31 december 2006 (inclusief een inhaalbedrag voor 2006), met 0,51 euro van 1 januari 2007 tot 30 september 2007, met 0,53 euro van 1 oktober 2007 tot 31 december 2007, met 0,74 euro van 1 januari 2008 tot 31 december 2008, met 0,82 euro van 1 januari 2009 tot 30 september 2010 en met 0,85 euro vanaf 1 oktober 2010.

Voor de dekking van de attractiviteitspremie worden de bedragen zoals bedoeld in § 2 verhoogd met 0,50 euro van 1 juli 2006 tot 31 december 2006 (inclusief een inhaalbedrag voor 2006), met 0,55 euro van 1 januari 2007 tot 30 september 2007, met 0,57 euro van 1 oktober 2007 tot 31 december 2007, met 0,80 euro van 1 januari 2008 tot 31 december 2008, met 0,89 euro van 1 januari 2009 tot 30 september 2010 en met 0,92 euro vanaf 1 oktober 2010. ».

Art. 2.Artikel 1 van hetzelfde ministerieel besluit wordt aangevuld met een § 8, luidende : « § 8 Voor de vergoeding van de uren van onregelmatige prestaties voor verpleegkundigen, zorgkundigen en/of opvoeders die gepresteerd worden 's avonds tussen 19 uur en 20 uur of die gepresteerd worden tot na middernacht ongeacht het uur waarop de prestatie is begonnen en die niet zijn vergoed in de tegemoetkoming zoals bedoeld in paragrafen 1 en 2, wordt deze tegemoetkoming verhoogd met 0,60 euro vanaf 1 januari 2011.

Voor de vergoeding van de uren van onregelmatige prestaties wordt aan het betrokken personeel minstens de volgende toeslagen toegekend : 1) voor de gepresteerde uren tussen 19 u.en 20 u., pro rata de effectief gepresteerde uren tijdens deze uurperiode : a) voor het personeel dat wordt betaald volgens het zogenaamde regime « per prestatie » : 20 % van het barema-uurloon ongeacht de dag van de week aangezien de toeslag op zaterdag, zon- en feestdagen van toepassing is indien voordeliger dan de 20 %;b) voor het personeel dat via het forfait van 11 % betaald wordt : de toeslag voor het nachtuurloon toegevoegd aan het basisbarema van 111 %, ongeacht de dag van de week, inclusief zaterdag en zon- en feestdagen;2) de gepresteerde uren tussen 20 u.en 6 u. worden beschouwd als nachturen en als dusdanig betaald, volgens de geldende voorwaarden op 31 december 2009, zowel voor de week als voor de zaterdagen, zondagen en feestdagen. Bovendien worden alle uren of fracties ervan, van een prestatie die middernacht overschrijdt, beschouwd en betaald als nachturen zelfs indien de prestatie start voor 20 u. of eindigt na 6 u.

De akkoorden of gebruiken die betere voorwaarden bepalen, blijven van toepassing ook wat betreft de andere personeelscategorieën.

Het betalen van de toeslagen voor onregelmatige prestaties aan de personeelsleden zoals bepaald in onderhavige paragraaf is een voorwaarde voor de financiering van de tegemoetkomingen vastgelegd in artikel 1.

Als inhaalbedrag voor de vergoeding van de uren van onregelmatige prestaties voor het tweede semester 2010 worden de bedragen van artikel 1, §§ 1 en 2, vanaf 1 januari 2011 tot en met 30 juni 2011 verhoogd met 0,65 euro.

Voor psychiatrische verzorgingstehuizen die ten laatste op 31 december 2010 aan de Dienst voor Geneeskundige Verzorging van het RIZIV een verklaring op eer overmaken waarin zij bevestigen dat de voordelen zoals bedoeld in het tweede lid van deze paragraaf worden toegepast vanaf 1 januari 2010, worden, als inhaalbedrag, de bedragen van artikel 1, §§ 1 en 2, vanaf 1 januari 2011 tot en met 30 juni 2011 verhoogd met 0,65 euro.

De inhaalbedragen vermeld in deze paragraaf zijn niet gekoppeld aan het spilindexcijfer zoals vermeld in artikel 1bis. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2010 met uitzondering van artikel 2 dat uitwerking heeft met ingang vanaf 1 juli 2010.

Brussel, 28 maart 2011.

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, Mevr. L. ONKELINX

^