Etaamb.openjustice.be
Wet van 04 mei 1999
gepubliceerd op 28 juli 1999

Wet betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van burgemeesters, schepenen en leden van de bestendige deputatie

bron
ministerie van binnenlandse zaken en ministerie van justitie
numac
1999000424
pub.
28/07/1999
prom.
04/05/1999
ELI
eli/wet/1999/05/04/1999000424/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 MEI 1999. - Wet betreffende de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van burgemeesters, schepenen en leden van de bestendige deputatie (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van de nieuwe gemeentewet

Art. 2.In titel VII « Rechtsgedingen » van de nieuwe gemeentewet wordt een artikel 271bis ingevoegd, luidende : «

Art. 271bis.De burgemeesteer of de schepen waartegen een vordering tot schadevergoeding is ingesteld voor het burgerlijk gerecht of het strafgerecht, kan de Staat of de gemeente in het geding betrekken.

De Staat of de gemeente kan vrijwillig tussenkomen. »

Art. 3.In dezelfde titel van dezelfde wet wordt een artikel 271ter ingevoegd, luidende : «

Art. 271ter.Behalve in geval van herhaling, is de gemeente burgerrechtelijk aansprakelijk voor het betalen van de geldboeten waartoe de burgemeester en de schepen(en) veroordeeld zijn wegens een misdrijf dat ze hebben begaan bij de normale uitoefening van hun ambt.

De regresvordering van de gemeente ten aanzien van de veroordeelde burgemeester of schepen(en) is beperkt tot de gevallen van bedrog, zware schuld of lichte schuld die bij hen gewoonlijk voorkomt. »

Art. 4.Dezelfde wet wordt aangevuld met een titel XVbis (nieuw), met daarin een artikel 329bis, luidende : « Titel XVbis : De burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering van de gemeenten.

Art. 329bis.De gemeente moet een verzekering afsluiten om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die persoonlijk ten laste komt van de burgemeester en de schepen(en) bij de normale uitoefening van hun ambt.

De Koning bepaalt de nadere regels voor de uitvoering van deze bepaling. » HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van de provinciewet

Art. 5.In de provinciewet wordt een artikel 106bis ingevoegd, luidende : «

Art. 106bis.Het lid van de bestendige deputatie waartegen een vordering tot schadevergoeding is ingesteld voor het burgerlijk gerecht of het strafgerecht, kan de Staat of de provincie in het geding betrekken.

De Staat of de provincie kan vrijwillig tussenkomen. »

Art. 6.In dezelfde wet wordt een artikel 106ter ingevoegd, luidende : «

Art. 106ter.Behalve in geval van herhaling, is de provincie burgerrechtelijk aansprakelijk voor het betalen van de geldboeten waaartoe de leden van de bestendige deputatie veroordeeld zijn wegens een misdrijf dat ze hebben begaan bij de normale uitoefening van hun ambt.

De regresvordering van de provincie ten aanzien van het veroordeelde lid van de bestendige deputatie is beperkt tot de gevallen van bedrog, zware schuld of lichte schuld die bij dit lid gewoonlijk voorkomt. »

Art. 7.In dezelfde wet wordt, onder een titel XII (nieuw), met als opschrift « De burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering van de provincies », artikel 144, opgeheven bij de wet van 27 mei 1975, hersteld in de volgende lezing : «

Art. 144.De provincie moet een verzekering afsluiten om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die persoonlijk ten laste komt van de leden van de bestendige deputatie bij de normale uitoefening van hun ambt.

De Koning bepaalt de nadere regels voor de uitvoering van deze bepaling. » Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 4 mei 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Justitie, T. VAN PARYS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS _______ Nota's (1) Gewone zitting 1997-1998. Senaat : Parlementaire bescheiden. - Wetsvoorstel, nr.1-987/1. - Amendementen, nrs. 1-987/2 en 3. - Verslag, nr. 1-987/4. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 1-987/5. - Amendementen, nr. 1-987/6. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Kamer, nr. 1-987/7.

Handelingen van de Senaat. - Bespreking en aanneming, vergadering van 16 juli 1998.

Kamer van Volksvertegenwoordigers : Parlementaire bescheiden. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 1686/1.

Gewone zitting 1998-1999.

Kamer van Volksvertegenwoordigers : Parlementaire bescheiden. - Amendementen, nrs. 1686/2 en 3. - Verslag, nr. 1686/4. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 1686/5. - Amendementen, nr. 1686/6. - Aanvullend verslag, nr. 1686/7. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 1686/8. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 1686/9.

Handelingen van de Kamer. - Bespreking en aanneming, vergaderingen van 9, 24 en 25 februari 1999.

Senaat : Parlementaire bescheiden. - Ontwerp geamendeerd door de Kamer van Volksvertegenwoordigers, nr. 1-987/8. - Verslag, nr. 1-987/9. - Tekst aangenomen door de Commissie, nr. 1-987/10. - Beslissing om in te stemmen met het door de Kamer van Volksvertegenwoordigers geamendeerde ontwerp, nr. 1-987/11.

Handelingen van de Senaat. - Bespreking en aanneming, vergadering van 25 maart 1999.

^