Etaamb.openjustice.be
Wet van 07 mei 1999
gepubliceerd op 23 september 1999

Wet houdende vierde aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1999

bron
ministerie van financien
numac
1999003346
pub.
23/09/1999
prom.
07/05/1999
ELI
eli/wet/1999/05/07/1999003346/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN FINANCIEN


7 MEI 1999. - Wet houdende vierde aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1999 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen Art. 1-01-1 Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74, 3° van de Grondwet.

Art. 1-01-2 De Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt aangepast : 1° - wat betreft de kredieten ingeschreven voor de dotaties, overeenkomstig de desbetreffende bij deze wet gevoegde tabel;2° - wat betreft de kredieten per programma, overeenkomstig de totalen van de programma's zoals vermeld in de bij deze wet gevoegde aangepaste departementale begrotingen. Art. 1-01-3 In afwijking van artikel 15 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, en in het geval de gebeurtenissen in de Balkan een dermate grote ontwikkeling zouden nemen waarvan de omvang tot op heden niet kan ingeschat worden, wordt aan de Ministerraad de toelating gegeven over te gaan tot een nieuwe herverdeling van het geheel van de kredieten ingeschreven in de algememene uitgavenbegroting voor het jaar 1999, teneinde de middelen vrij te maken die strikt noodzakelijk zijn voor een dringende humanitaire hulpverlening.

HOOFDSTUK 2. - Bijzondere bepalingen van de departementen Sectie 11. - Diensten van de Eerste Minister Art. 2.11.1 In artikel 2.11.3 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt de volgende toelage ingevoegd bij PROGRAMMA 60/1 - ONDERZOEK-ONTWIKKELING OP NATIONAAL VLAK : « 16. Toelage bestemd voor de financiering van de aankoop van uitrusting voor onderzoek ter bestrijding van de ziekte van Parkinson. » Sectie 13. - Ministerie van Binnenlandse Zaken Art. 2.13.1 Het artikel 2.13.3 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt aangevuld als volgt : « PROGRAMMA 54/5 FONDS VOOR DE RISICO'S VAN NUCLEAIRE ONGEVALLEN Financiële bijdrage ten bate van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling, met het oog op de vernieuwing van de sarcofaag rond de centrale van Tchernobyl. » Sectie 14. Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel Art. 2.14.1 Het artikel 2.14.6 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt aangevuld als volgt : « PROGRAMMA 53/1 - BUITENLANDS BELEID 3) Programma's van de West-Europese Unie (WEU) met betrekking tot de verwerving van militaire observatiesatellieten met als doel beveiliging.» Sectie 15. - Internationale Samenwerking Art. 2.15.1 De tekst van het artikel 2.15.5 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt als volgt aangevuld : PROGRAMMA 54/3 - MULTILATERALE SAMENWERKING « 4) Betoelaging van senior expertise. » Art. 2.15.2 De tekst van het artikel 2.15.10 van dezelfde wet wordt vervangen door de volgende tekst : « De kredieten voorzien op de basisallocaties 54.01.11.06, 54.03.35.50, 54.03.35.51, 54.03.35.52, 54.03.35.53, 54.03.74.10, 54.03.74.22, 54.04.12.27, 54.11.35.10, 54.11.35.11, 54.12.35.20, 54.12.35.21, 54.12.35.22, 54.12.35.23, 54.13.54.30, 54.14.54.40, 54.14.54.41, 54.14.84.41, 54.16.35.35, 54.40.35.50, 54.41.35.23, 54.42.35.80 en 54.43.12.20 kunnen als volgt aangewend worden : - hetzij voor uitgaven van allerlei aard zoals voorzien in de omschrijving, de verklarende nota en de wettelijke basis van de basisallocatie; - hetzij voor betalingen, verschuldigd aan de Belgische Technische Coöperatie (BTC), in uitvoering van de toewijzingsovereenkomsten afgesloten tussen het Regeringslid bevoegd voor Internationale Samenwerking en de BTC en/of ter dekking van de lasten voortvloeiend uit de taken van openbare dienst. In dat geval zullen de nodige financiële middelen voorzien op de basisallocaties die niet tot het programma 1 - Gouvernementele Samenwerking behoren, door middel van een koninklijk transferbesluit en mits het akkoord van de Minister van Begroting kunnen worden overgedragen naar de volgende drie specifieke basisallocaties, bestemd voor het verrichten van betalingen aan de BTC : 54.10.31.22 - Dekking van de beheerskosten van de BTC (ngk), 54.10.35.01 - Taken BTC (ngk) en 54.10.54.01 - Taken BTC (gkr).

Maar, hetgeen voorafgaat geldt slechts voor nieuwe initiatieven.

Toewijzingsovereenkomsten met de BTC afgesloten voor reeds lopende initiatieven, dienen geen aanleiding te geven tot nieuwe vastleggingen. De betalingen kunnen, vanaf de in de tweede paragraaf van dit artikel opgesomde basisallocaties, rechtstreeks aan de BTC uitgevoerd worden. » Sectie 16. - Ministerie van Landsverdediging Art. 2.16.1 In artikel 2.16.10 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt het tweede lid vervangen door het volgende lid : PROGRAMMA 90/3 SOCIALE HULP, HUISVESTING EN CULTUUR 1. Burgerlijke Sociale Dienst;2. Centrale Dienst voor Sociale en Culturele Actie (CDSCA). Art. 2.16.2 In artikel 2.16.14 van dezelfde wet wordt het bedrag van de machtigingen van 1.379 miljoen frank voor de verbintenissen voor infrastructuurwerken vervangen door het bedrag van 600 miljoen frank en het bedrag van 200 miljoen frank voor de betalingen vervangen door het bedrag van 100 miljoen frank.

Art. 2.16.3 Artikel 2.16.17 van dezelfde wet wordt opgeheven.

Art. 2.16.4 Artikel 2.16.18 van dezelfde wet wordt vervangen door de volgende tekst : « De Centrale dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap (CDSCA) wordt gemachtigd de opdrachten die voorzien zijn in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 januari 1978, gewijzigd door het koninklijk besluit van 7 december 1998 tot vaststelling van de taak en tot regeling van de organisatie en de werkwijze van dit organisme te verzekeren ten gunste van de personeelsleden van de Rijkswacht. » Art. 2.16.5 In artikel 2.16.20, tweede lid van dezelfde wet, wordt het bedrag van de machtigingen van 661 miljoen frank voor de verbintenissen vervangen door het bedrag van 908 miljoen frank en het bedrag van 3 100 miljoen frank voor de betalingen vervangen door het bedrag van 2 050 miljoen frank.

Art. 2.16.6 Artikel 2.16.22, laatste lid van dezelfde wet wordt vervangen door de volgende tekst : « Voor 1999 worden de verbintenissen en uitgaven beperkt tot 100 miljoen frank. » Art. 2.16.7 In artikel 2.16.26 van dezelfde wet wordt, na de eerste alinea, een paragraaf toegevoegd, luidend als volgt : « Voor 1999 worden de verbintenissen en uitgaven beperkt tot 30 miljoen frank. » Sectie 17. - Algemene Politiesteundienst en Rijkswacht Art. 2.17.1 De tekst van het artikel 2.17.4 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt vervangen door de volgende tekst : « Binnen de perken van de betrokken basisallocatie kan de volgende toelage toegekend worden : PROGRAMMA 50/0 - BESTAANSMIDDELEN - aan de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap (CDSCA) : aandeel ten laste van de Rijkswacht voor de personeelsuitgaven, de Algemene werkingskosten en de uitgaven voor tussenkomst van de sociale dienstverlening. » Sectie 18. - Ministerie van Financiën Art. 2.18.1 De Minister van Financiën is gemachtigd om : - een bijdrage, in de vorm van gift, te leveren aan het « Trust Fund » van de Wereldbank ten bedrage van 295 miljoen BEF evenals - een storting van 300 miljoen BEF aan het Internationaal Monetair Fonds (IMF).

Deze bedragen zullen afgehouden worden van de terugbetaling aan België van zijn deel op een reserverekening van het IMF genoemd « speciale conditionele rekening nr. 2 ».

Art. 2.18.2 Het provisioneel krediet « bestemd om uitgaven te dekken nodig om het interprofessioneel akkoord 1999-2000 ten uitvoer te leggen » en ingeschreven in het programma 60/1, mag na het akkoord van de Minister van Begroting, bij in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, worden overgedragen naar het geëigend programma van de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu.

Art. 2.18.3 Binnen de perken van de betrokken basisallocatie kan de volgende bijdrage worden toegekend : PROGRAMMA 61/1 INTERNATIONALE FINANCIELE BETREKKINGEN Financiering van de Belgische bijdrage aan het « Tchernobyl Shelter Implementation Plan (SIP) ».

Art. 2.18.4 Het provisioneel krediet « bestemd voor de betaling van allerhande uitgaven in verband met de crisis in Kosovo », ingeschreven op het programma 60/1, mag, na het akkoord van de Minister van Begroting, bij in Ministerraad overlegd koninklijk besluit verdeeld worden tussen de passende programma's van de begrotingen van de verschillende departementen.

Sectie 19. - Ministerie van Ambtenarenzaken Art. 2.19.1 In artikel 2.19.8 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt het bedrag van 11 670 000 000 frank vervangen door 13 300 000 000 frank en worden de bedragen van 10 000 000 frank en 1 400 000 000 frank, bestemd voor de projecten van het Justitiepaleis van Kortrijk en van de nieuwe gevangenis van Hasselt, respectievelijk vervangen door 800 000 000 frank en 0 frank. Het genoemd artikel wordt bovendien aangevuld als volgt : « Brussel, Buitenlandse Zaken - Egmont II : 1 500 000 000 frank; Leuven, Financiecentrum : 740 000 000 frank ».

Art. 2.19.2 De minister bevoegd voor de Regie der Gebouwen wordt ertoe gemachtigd een huurkoopcontract met erfpachtvergoeding af te sluiten met het oog op de oprichting van toren nr. 4 van het W.T.C.-complex te Brussel.

Sectie 21. - Pensioenen Art. 2.21.1 In artikel 2.21.3, 2e lid, van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt het bedrag van 4 100,0 miljoen frank vervangen door het bedrag van 4 800,0 miljoen frank.

Sectie 23. - Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid Art. 2.23.1 Artikel 2.23.1 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 dient aangevuld te worden zoals volgt : 3)... met het oog op de uitbetaling « eventueel door middel van voorschotten » van schuldvorderingen die 100 000 frank niet overschrijden... 5) tot een maximumbedrag van 2 000 000 frank aan de rekenplichtige van de Dienst sociale bilaterale samenwerking, die gemachtigd wordt de schuldvorderingen te betalen met betrekking tot de delegaties die, in het kader van de sociale bilaterale samenwerking, in België verblijven. Art. 2.23.2 Artikel 2.23.3 van dezelfde wet dient aangevuld te worden zoals volgt : PROGRAMMA 40/1 - INTERNATIONALE SAMENWERKING - Toelage aan de Internationale Arbeidsorganisatie ten titel...... voor het programma « Kinderarbeid, de bevordering van de arbeidsplaatsen en van de sociale dialoog ». en « PROGRAMMA 56/5 - REGIE VOOR MARITIEM TRANSPORT - Toelage aan de Regie voor Maritiem Transport om de kosten te dekken inherent aan de wedden van het statutair personeel tewerkgesteld door de R.V.A. » Sectie 32. - Ministerie van Economische Zaken Art. 2.32.1 Het artikel 2.32.4 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt aangevuld als volgt : PROGRAMMA 61/2 - VERBETERING VAN DE LEVENSOMSTANDIGHEDEN EN VAN DE VEILIGHEID VAN DE BEVOLKING, MET NAME DOOR DE OMZETTING VAN EUROPESE RICHTLIJNEN Informatie van de bevolking inzake energiedossiers en administratief beheer van deze dossiers.

Sectie 33. - Ministerie van Verkeer en Infrastructuur Art. 2.33.1 Het artikel 2.33.4 van de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999 wordt aangevuld als volgt : PROGRAMMA 57/0 Toelage aan de V.Z.W. Sociale Dienst van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur.

HOOFDSTUK 3. - Terugbetalings- en toewijzingsfondsen Art. 3-01-1 De bij deze wet gevoegde tabel 3 vervangt de tabel 3 - Terugbetalings- en toewijzingsfondsen, gevoegd bij de wet van 23 december 1998 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1999.

HOOFDSTUK 4. - Staatsdiensten met afzonderlijk beheer Art. 4-01-1 De verrichtingen gedurende het begrotingsjaar 1999 van het Vast Wervingssecretariaat (Ambtenarenzaken) en van het Muntfonds (Financiën) worden herraamd op de sommen vermeld in de begroting gevoegd bij deze wet.

HOOFDSTUK 5. - Staatsbedrijven Art. 5-01-1 De begroting voor het begrotingsjaar 1999 van het Staatsbedrijf « De Koninklijke Munt van België », toegevoegd aan deze wet, wordt goedgekeurd.

De ontvangsten worden geraamd op 1 657 000 000 frank en de uitgaven op 1 579 160 000 frank.

De ontvangsten voor orde worden geraamd op 92 250 000 frank en de uitgaven voor orde op 97 500 000 frank.

Art. 5-01-2 In afwijking van het artikel 112 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, worden de uitgaven wegens levering van goederen of diensten aangerekend op de begroting van het jaar waarin de factuur is gedateerd.

Art. 5-01-3 In afwijking van het artikel 114 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, mag de begroting van de kapitaalverrichtingen niet-limitatieve kredieten bevatten. Deze worden als zodanig in de tekst van het krediet vermeld.

Deze mogelijkheid is beperkt tot de aflossingen en uitkeringen (artikelen 91.11 tot en met 94.11 van de begroting van de Koninklijke Munt van België).

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 7 mei 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, J.-L. DEHAENE De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie en Telecommunicatie, E. DI RUPO De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Vice-Eerste Minister n Minister van Landsverdediging, J.-P. PONCELET De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, T. VAN PARIJS _______ Nota (1) Parlementaire verwijzingen : Gewone zitting 1998-1999. 5e zitting van de 49e zittingsperiode.

Parlementaire documenten - Wetsontwerp (1e deel), nr. 2125/1. - Wetsontwerp (2e deel), nr. 2125/2. - Amendementen nrs. 1 en 2, nr. 2125/3. - Amendementen nrs. 3 tot 8, nr. 2125/4. - Amendement nr. 9, nr. 2125/5. - Verslag, nr. 2125/6. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 2125/7.

Parlementaire Handelingen.- Bespreking. Vergadering van 27 april 1999. - Aanneming. Vergadering van 28 april 1999.

TABELLEN GEVOEGD BIJ DE WET Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^