Etaamb.openjustice.be
Wet van 14 december 2005
gepubliceerd op 28 december 2005

Wet houdende administratieve vereenvoudiging II

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2005021173
pub.
28/12/2005
prom.
14/12/2005
ELI
eli/wet/2005/12/14/2005021173/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 DECEMBER 2005. - Wet houdende administratieve vereenvoudiging II


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Wijziging van het Burgerlijk Wetboek

Art. 2.Artikel 577-8, § 4, van het Burgerlijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 30 juni 1994, wordt aangevuld als volgt : « 9° alle documenten aangaande het gebouw in mede-eigendom, de boekhouding en de activa die hij beheerde, over te dragen aan zijn opvolger. » HOOFDSTUK III. - Wijziging van het Wetboek van registratie-, hypotheek- en griffierechten

Art. 3.In artikel 173 van het Wetboek van registratie-, hypotheek- en griffierechten wordt een punt 1°bis ingevoegd luidende : « 1°bis. de expedities en uittreksels van akten, verleden voor Belgische notarissen, die aanleiding geven tot neerlegging ter griffie van de rechtbank van koophandel overeenkomstig artikel 67 van het Wetboek van vennootschappen; ». HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van het Wetboek van zegelrechten

Art. 4.Artikel 31 van het Wetboek van zegelrechten, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 12 van 18 april 1967, wordt aangevuld met het volgende lid : « De uitgiften of uittreksels waarvan de neerlegging op de griffie van de rechtbank van koophandel wordt voorgeschreven door artikel 67 van het Wetboek van vennootschappen, kunnen eveneens in elektronische vorm worden opgesteld overeenkomstig de bij ministerieel besluit bepaalde voorwaarden. »

Art. 5.Artikel 33 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 9 mei 1959, wordt aangevuld met het volgende lid : « Hetzelfde geldt voor de bladzijden van de uitgiften of uittreksels die in elektronische vorm werden opgesteld. » HOOFDSTUK V. - Wijzigingen van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, samengeordend op 3 april 1953

Art. 6.Het opschrift van hoofdstuk X van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, samengeordend op 3 april 1953, wordt vervangen als volgt : « Hoofdstuk X. Bepalingen eigen aan de Gewesten waar het tarief van de openingsbelasting tot nul werd verminderd ».

Art. 7.Artikel 50 van dezelfde wetsbepalingen, opgeheven bij de wet van 6 juli 1967, wordt hersteld in de volgende lezing : «

Art. 50.§ 1. De artikelen 23 tot 25ter, 28 en 29 zijn niet van toepassing wanneer ofwel een vaste drankslijterij wordt geopend, ofwel wordt aangevangen met een activiteit van een reizende slijterij, ofwel een gelegenheidsslijterij wordt georganiseerd op het grondgebied van een gemeente die deel uitmaakt van een Gewest dat de openingsbelasting tot nul heeft verminderd. § 2. Op basis van een voorafgaande bij de gemeente ingediende aanvraag tot opening van een vaste of reizende drankslijterij, gaat de gemeentelijke overheid van de bij § 1 bedoelde gemeente na : 1° in hoeverre de vaste drankslijterij aan de voorwaarden, bedoeld bij de artikelen 5 en 6, voldoet;2° met betrekking tot de vaste drankslijterijen en reizende slijterijen, in hoeverre de slijter, als bedoeld in artikel 17, § 1, en de bij hem inwonende personen die aan de exploitatie van de slijterij zouden kunnen deelnemen, zich niet bevinden, wat betreft de slijter, in een der gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 1, 2° tot 10°, en wat betreft de bij hem inwonende personen, in een de gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 1, 2° tot 9°. § 3. De onder § 2 bedoelde slijterijen mogen slechts worden geopend na een positief bericht van de gemeentelijke overheid, op basis van de controles uitgevoerd overeenkomstig § 2. » HOOFDSTUK VI. - Wijziging van de dienstplichtwetten, gecoördineerd op 30 april 1962

Art. 8.Artikel 100 van de dienstplichtwetten, gecoördineerd op 30 april 1962, wordt opgeheven. HOOFDSTUK VII. - Wijzigingen van de wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank

Art. 9.Artikel 2, § 2, van de wet van 28 december 1983 betreffende de vergunning voor het verstrekken van sterke drank wordt vervangen als volgt : « De vergunning wordt afgegeven door de gemeentelijke overheid onder de vorm die zij bepaalt. »

Art. 10.Artikel 3 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : « § 1. Op basis van een voorafgaande bij de bevoegde gemeente ingediende aanvraag tot het verkopen, het aanbieden of het verstrekken van sterke drank, gaat de gemeentelijke overheid na : 1° of de vaste drankgelegenheid voldoet aan de eisen inzake hygiëne, zoals bedoeld in de artikelen 5 tot 7 van de wetsbepalingen inzake slijterijen van gegiste dranken, samengeordend op 3 april 1953;2° met betrekking tot de vaste en reizende drankgelegenheden of de houder, de eventuele lasthebber en, in voorkomend geval, de bij deze personen inwonende of in de inrichting wonende personen en die aan de exploitatie van de drankgelegenheid deelnemen, zich niet bevinden, wat betreft de houder, in één der gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 11, § 1, wat betreft de lasthebber, in één der gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 11, § 1, 2° tot 7° en 9°, en wat betreft de inwonende of in de inrichting wonende personen, in één der gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 11, § 1, 2° tot 7°. § 2. Indien de houder van de drankgelegenheid of de lasthebber hetzij een rechtspersoon, hetzij een feitelijke vereniging is, gaat de gemeentelijke overheid na of, in voorkomend geval, hetzij elk orgaan, hetzij elk van de natuurlijke personen die deel uitmaken van de vereniging, belast met het vervullen van de bij deze wet opgelegde verplichtingen of op enigerlei wijze betrokken bij de exploitatie van de drankgelegenheid, zich niet bevindt in één der gevallen van uitsluiting bepaald bij artikel 11, § 1, 2° tot 7° en 9°. § 3. Het verkopen, aanbieden of verstrekken van sterke drank kan slechts geschieden na het afleveren van de vergunning door de gemeentelijke overheid, op basis van de controles uitgevoerd overeenkomstig §§ 1 en 2. »

Art. 11.In artikel 4 van dezelfde wet worden de woorden « de Administratie der douane en accijnzen » vervangen door de woorden « de gemeentelijke overheid ».

Art. 12.De artikelen 5, § 2, 6, 7, 7bis en 16 van dezelfde wet worden opgeheven.

Art. 13.In artikel 21, § 1, van dezelfde wet worden de woorden « en die niet vermeld werden in de bij artikel 3, § 1, voorgeschreven aangifte » vervangen door de woorden « zonder dat moet worden nagegaan of die lokalen al dan niet zijn aangegeven als dienende tot drankgelegenheid ». HOOFDSTUK VIII. - Wijziging van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een rijksregister

Art. 14.Artikel 1, § 2, tweede en derde lid, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, ingevoegd bij de wet van 24 januari 1997, wordt vervangen als volgt : « Onder referentieadres wordt verstaan het adres van ofwel een natuurlijke persoon die is ingeschreven in het bevolkingsregister op de plaats waar hij zijn hoofdverblijfplaats heeft gevestigd, ofwel een rechtspersoon en waar, met de toestemming van deze natuurlijke persoon of deze rechtspersoon, een natuurlijke persoon zonder vaste verblijfplaats is ingeschreven.

De natuurlijke persoon of de rechtspersoon die de inschrijving van een andere persoon aanvaardt als referentieadres, verbindt zich ertoe daar alle voor die persoon bestemde post of alle administratieve documenten te laten toekomen. Hierbij mag de natuurlijke persoon of de rechtspersoon geen winstbejag nastreven. Enkel verenigingen zonder winstoogmerk, stichtingen en vennootschappen met sociaal oogmerk die minstens vijf jaar rechtspersoonlijkheid genieten en die zich in hun statuten tot doel hebben gesteld onder meer de belangen van één of meer rondtrekkende bevolkingsgroepen te behartigen of te verdedigen, kunnen optreden als rechtspersoon bij wie een natuurlijk persoon een referentieadres kan hebben. » HOOFDSTUK IX. - Wijzigingen van de wet van 9 maart 1993 ertoe strekkende de exploitatie van huwelijksbureaus te regelen en te controleren

Art. 15.Artikel 2, eerste lid, van de wet van 9 maart 1993 ertoe strekkende de exploitatie van huwelijksbureaus te regelen en te controleren wordt vervangen als volgt : « Een natuurlijke persoon of een rechtspersoon mag niet aan huwelijksbemiddeling doen als hij niet voor deze activiteit is geregistreerd bij de Kruispuntbank van ondernemingen. »

Art. 16.In artikel 3 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste lid, vervallen de vermelding « § 1 » en de woorden « , behalve het registratienummer, »;2° § 2 wordt opgeheven.

Art. 17.In artikel 6, § 1, 2°, van dezelfde wet worden de woorden « registratienummer bij het ministerie van Economische Zaken » vervangen door de woorden « ondernemingsnummer en desgevallend het vestigingseenheidnummer ».

Art. 18.In artikel 16bis, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 11 april 1999, worden de woorden « of die een bepaling van de wet of van haar uitvoeringsbesluiten niet naleven » vervangen door de woorden « of die een bepaling van de wet, van haar uitvoeringsbesluiten of van een besluit genomen in uitvoering van artikel 34 van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument niet naleven. » HOOFDSTUK X. - Wijziging van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, levering en diensten

Art. 19.Artikel 23, § 4, van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, levering en diensten wordt aangevuld als volgt : « De betekening kan eveneens gebeuren per aangetekend schrijven door de cessionaris aan de aanbestedende overheid. Daartoe vermeldt de aanbestedende overheid in het bestek of de documenten die hiervoor doorgaan, uitdrukkelijk de administratieve gegevens van de dienst aan wie de brief dient gericht te worden. Om geldig te zijn, moet de betekening gebeuren uiterlijk tegelijkertijd met de aanvraag tot betaling van de cessionaris.

Meerdere overgedragen schuldvorderingen kunnen aan de hand van hetzelfde aangetekend schrijven of deurwaardersexploot betekend worden, op voorwaarde dat zij op dezelfde aanbestedende overheid betrekking hebben en uit eenzelfde gegunde overheidsopdracht voortkomen. » HOOFDSTUK XI. - Wijzigingen van het Wetboek van vennootschappen

Art. 20.In artikel 68, tweede lid, 2°, van het Wetboek van vennootschappen, gewijzigd bij de wet van 27 december 2004, worden tussen de woorden « aan de » en het woord « akte » het woord « onderhandse » ingevoegd.

Art. 21.In artikel 69 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt aangevuld als volgt : « 13° de essentiële persoonsgegevens, de door dit Wetboek bepaalde gegevens alsmede de relevante bepalingen uit een onderhandse of authentieke volmacht;14° de bevestiging door de instrumenterende notaris van de deponering van het gestorte kapitaal, overeenkomstig de bepalingen van dit Wetboek, met opgave van de instelling waarbij de deponering werd verricht.»; 2° het tweede en derde lid worden vervangen als volgt : « Op de vennootschap onder firma en de gewone commanditaire vennootschap zijn de punten 11° tot 14° niet van toepassing. Op de landbouwvennootschappen zijn de punten 8°, 10° en 12° tot 14° niet van toepassing.

Op de coöperatieve vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid zijn de punten 13° en 14° niet van toepassing. »

Art. 22.In de artikelen 224, eerste lid, 311, eerste lid, 399, eerste lid, 422, eerste lid, 449, eerste lid, en 600, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, worden de woorden « Een bewijs van die deponering wordt aan de akte gehecht. » telkens vervangen door de woorden « Een bewijs van die deponering wordt overhandigd aan de instrumenterende notaris. » HOOFDSTUK XII. - Inwerkingtreding

Art. 23.Hoofdstuk X van deze wet is van toepassing op de opdrachten, bedoeld in de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, levering en diensten, die worden bekendgemaakt na de eerste dag van de maand na die waarin deze wet is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te, 15 december 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Landsverdediging, A. FLAHAUT De Minister van Economie, M. VERWILGHEN De Minister van Middenstand, Mevr. S. LARUELLE De Minister van Ambtenarenzaken, C. DUPONT De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN De Staatssecretaris voor Modernisering van de Financiën en de Strid tegen de fiscale fraude, H. JAMAR De Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, V. VAN QUICKENBORNE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^