Etaamb.openjustice.be
Wet van 25 april 2004
gepubliceerd op 24 mei 2005

Wet houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België, de Vlaamse Regering, de Regering van de Franse Gemeenschap en de Regering van het Waalse Gewest, enerzijds, en de Regering van de Franse Republiek, anderzijds, inzake de grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen, ondertekend te Brussel op 16 september 2002 (2)(3)

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2004015104
pub.
24/05/2005
prom.
25/04/2004
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 APRIL 2004. - Wet houdende instemming met het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België, de Vlaamse Regering, de Regering van de Franse Gemeenschap en de Regering van het Waalse Gewest, enerzijds, en de Regering van de Franse Republiek, anderzijds, inzake de grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen, ondertekend te Brussel op 16 september 2002 (1)(2)(3)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.Het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België, de Vlaamse Regering, de Regering van de Franse Gemeenschap en de Regering van het Waalse Gewest, enerzijds, en de Regering van de Franse Republiek, anderzijds, inzake de grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen, ondertekend te Brussel op 16 september 2002, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 25 april 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, L. MICHEL De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr L. ONKELINX _______ Nota's (1) Zitting 2003-2004. Senaat.

Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 8 december 2003, nr. 3-405-1. - tekst aangenomen door de Commissie, nr. 3-405-2.

Parlementaire handelingen. - Bespreking, vergadering van 19 februari 2004. - Stemming, vergadering van 19 februari 2004. Kamer van volksvertegenwoordigers.

Documenten. - Tekst overgezonden door de Senaat, nr. 51-839-1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-839-2.

Parlementair handelingen. - Bespreking, vergadering van 18 maart 2004. - Stemming, vergadering van 18 maart 2004. (2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 30 april 2004 (Belgisch Staatsblad van 9 juni 2004), Decreet van de Franse Gemeenschap van 17 december 2003 (Belgisch Staatsblad van 16 januari 2004), Decreet van het Waalse Gewest van 6 juni 2003 (Belgisch Staatsblad van 23 juni 2003).(3) Dit Akkoord treedt in werking op 1 juli 2005. Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België, de Vlaamse Regering, de Regering van de Franse Gemeenschap en de Regering van het Waalse Gewest, enerzijds, en de Regering van de Franse Republiek, anderzijds, inzake de grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen De Regering van het Koninkrijk België, De Vlaamse Regering, De Regering van de Franse Gemeenschap, en de Regering van het Waalse Gewest en De Regering van de Franse Republiek Hierna de Partijen genoemd, Zich bewust van de wederzijdse voordelen van samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen aan weerszijden van de grens, Verlangend het huidig beleid van goede nabuurschap tussen de Partijen aan te moedigen en de grondslag te leggen voor een verregaande grensoverschrijdende samenwerking, Verlangend de samenwerking tussen de territoriale gemeenschappen van de Partijen te vergemakkelijken en te bevorderen, Zich bewust van het verschil dat tussen de Staten bestaat inzake de politieke en administratieve organisatie van de territoriale gemeenschappen, Verlangend het juridisch kader te vervolledigen van de Europees Kaderovereenkomst van 21 mei 1980 inzake grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen of autoriteiten, waarvan de basisprincipes een leidraad vormen voor deze samenwerking, Vastbesloten deze samenwerking te vergemakkelijken en te bevorderen met inachtneming van het intern recht en de internationale verbintenissen van de Partijen, zijn het volgende overeengekomen : Artikel 1 Doel Dit Akkoord heeft als doel het juridisch kader te verduidelijken met betrekking tot de grensoverschrijdende samenwerking tussen de territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen die behoren tot de rechtsorde van de Partijen, binnen hun bevoegdheidsdomeinen en met inachtneming van het intern recht en hun internationale verbintenissen.

Artikel 2 Toepassingsgebied 1. Dit Akkoord is van toepassing op de volgende territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen : (1) in het Koninkrijk België a) op het grondgebied van het Vlaamse Gewest - de provincies; - de gemeenten; - de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden; - de autonome gemeentebedrijven en autonome provinciebedrijven; - de Openbare Centra voor maatschappelijk welzijn; - de door een Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn opgerichte verenigingen; - de polders en wateringen. b) op het grondgebied van het Waalse Gewest - de provincies; - de gemeenten; - de intercommunales; - de autonome gemeentebedrijven en autonome provinciebedrijven; - de Openbare Centra voor maatschappelijk welzijn; - de door een Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn opgerichte verenigingen. c) op het hele Belgische grondgebied - de openbare intergemeentelijke samenwerkingsstructuren die de gewestgrenzen overschrijden.(2) in de Franse Republiek, de regio Champagne-Ardenne, de regio Lorraine, de regio Nord-Pas de Calais en de regio Picardië, de gemeenten, de departementen, hun samenwerkingsverbanden op het grondgebied van voornoemde regio's, alsook hun openbare instellingen voor zover territoriale gemeenschappen deelnemen aan deze grensoverschrijdende samenwerking.2. De Partijen kunnen per uitwisseling van diplomatieke nota's overeenkomen het toepassingsgebied van dit Akkoord uit te breiden tot andere territoriale gemeenschappen, samenwerkingsverbanden van territoriale gemeenschappen of openbare instellingen die onder territoriale gemeenschappen ressorteren alsmede tot andere publiekrechtelijke rechtspersonen, voor zover hun deelname volgens het intern recht is toegestaan en de deelname van de territoriale gemeenschappen aan de verschillende vormen van grensoverschrijdende samenwerking wordt gehandhaafd.3. De vertegenwoordigers van de Staat in de Franse departementen en regio's en de autoriteiten van de Belgische federale Staat, de betrokken Gemeenschappen en Gewesten volgen de tenuitvoerlegging van dit Akkoord.Voorts kunnen de vertegenwoordigers van de Staat in de Franse departementen en regio's samen met voornoemde overheden vraagstukken inzake grensoverschrijdende samenwerking, die in Frankrijk tot de bevoegdheid van de Staat behoren, bestuderen. 4. Worden beschouwd als territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen in de zin van dit Akkoord, de in de 1e en 2e paragraaf vermelde lichamen.5. In dit Akkoord dient onder de notie "grensoverschrijdende samenwerking" te worden verstaan, de grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen, met uitzondering van de grensoverschrijdende samenwerking tussen de Partijen zelf, die niet door dit Akkoord wordt geregeld. Artikel 3 Samenwerkingsovereenkomsten 1. De territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen kunnen onderling samenwerkingsovereenkomsten sluiten in die bevoegdheidsdomeinen die zij volgens het intern recht dat op hen van toepassing is, gemeenschappelijk hebben.De samenwerkingsovereenkomsten worden schriftelijk gesloten. Eén exemplaar wordt opgesteld in de taal van elk van de betrokken Partijen, waarbij beide teksten gelijkelijk rechtsgeldig zijn. 2. Het doel van de samenwerkingsovereenkomsten is de partners in staat te stellen hun beslissingen te coördineren, de voorzieningen of openbare diensten van gemeenschappelijk lokaal belang samen tot stand te brengen en te beheren.Met dit doel voor ogen kunnen de samenwerkingsovereenkomsten voorzien in de oprichting van samenwerkingsorganen die overeenkomstig het intern recht van de desbetreffende Partij al dan niet rechtspersoonlijkheid hebben.

Artikel 4 Regels van toepassing op de overeenkomsten 1. Elke territoriale gemeenschap die of elk lokaal openbaar lichaam dat een samenwerkingsovereenkomst sluit moet, alvorens verbintenissen aan te gaan, de procedure- en controlevoorschriften in acht nemen waarin het toepasselijk intern recht voorziet.Op dezelfde wijze zijn de daden die elke territoriale gemeenschap of elk lokaal openbaar lichaam stelt met het oog op de tenuitvoerlegging van de samenwerkingsovereenkomst onderworpen aan de procedure- en controlevoorschriften waarin het voor hem toepasselijk intern recht voorziet. 2. De samenwerkingsovereenkomst vermeldt duidelijk de duur van de overeenkomst.Ze bevat een bepaling met betrekking tot de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om de samenwerking te beëindigen. 3. De bevoegdheden die een lokale autoriteit uitoefent in de hoedanigheid van vertegenwoordiger van de Staat of, in België, in de hoedanigheid van vertegenwoordiger van de Federale Staat, het Gewest of de Gemeenschap kunnen niet het voorwerp uitmaken van een dergelijke samenwerkingsovereenkomst evenmin als regelgevende bevoegdheden of politiebevoegdheden.4. De samenwerkingsovereenkomst mag geen wijziging van het statuut of de bevoegdheden van de territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen die er partij bij zijn, tot gevolg hebben.5. De samenwerkingsovereenkomst bevat een bepaling omtrent de wijze waarop de verantwoordelijkheid van elke territoriale gemeenschap of elk lokaal openbaar lichaam ten aanzien van derden kan worden vastgesteld.6. De samenwerkingsovereenkomst bepaalt het recht dat van toepassing is op de verplichtingen die ze bevat.Het toepasselijk recht is het recht van één van de verdragsluitende Partijen van dit Akkoord. In geval van betwisting over de naleving van deze verplichtingen is de bevoegde rechtbank deze van de partij wiens rechtsorde werd gekozen.

Artikel 5 Mandaat, delegatie en concessie van openbare dienst 1. De samenwerkingovereenkomst kan met name bepalen dat een territoriale gemeenschap of een lokaal openbaar lichaam namens en op aanwijzing van een andere territoriale gemeenschap of lokaal openbaar lichaam taken vervult die onder deze ressorteren, met inachtneming van het intern recht van degene die de leidende bevoegdheid heeft.2. De concessies of, wat de Franse Partij betreft, de delegaties van openbare dienst die kunnen worden verleend door territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen behorend tot een Partij, aan territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen behorend tot een andere Partij, dan wel aan een grensoverschrijdend samenwerkingorgaan als bedoeld in de artikelen 10 en 11 van dit Akkoord, zijn onderworpen aan de bepalingen en procedures uit het intern recht van elk van de betrokken Partijen. Artikel 6 Gunning van overheidsopdrachten 1. Wanneer samenwerkingsovereenkomsten voorzien in de gunning van overheidsopdrachten, is deze onderworpen aan de wetgeving van de Partij welke van toepassing is op de verantwoordelijke territoriale gemeenschap of het samenwerkingsorgaan, als bedoeld in de artikelen 10 en 11.2. Wanneer de onder de andere Partijen ressorterende territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan de financiering van deze overheidsopdracht, bepaalt de overeenkomst aan welke verplichtingen elke territoriale gemeenschap of elk lokaal openbaar lichaam moet voldoen inzake bekendmakingsprocedures, het in concurrentie brengen en de keuze van de bedrijven, rekening houdend met de aard en de kostprijs van de verrichting.3. De territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen nemen alle nodige maatregelen om elk van hen in staat te stellen de door het intern recht voorgeschreven verplichtingen na te komen met inachtneming van de wetgeving inzake overheidsopdrachten. Artikel 7 Aansprakelijkheid van de Partijen 1. Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 17, zijn de samenwerkingsovereenkomsten slechts bindend voor de ondertekenende territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen.De Partijen zijn op generlei wijze gebonden noch door de gevolgen van de contractuele verplichtingen vervat in samenwerkingsovereenkomsten die worden gesloten door territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen, noch door de tenuitvoerlegging van deze samenwerkingsovereenkomsten. 2. Wanneer een samenwerkingsovereenkomst overeenkomstig het intern recht van een Partij nietig wordt verklaard, worden de andere betrokken Partijen daarvan onverwijld in kennis gesteld. Artikel 8 Grensoverschrijdende samenwerkingsorganen 1. De grensoverschrijdende samenwerkingsovereenkomsten kunnen voorzien in de oprichting van lichamen zonder rechtspersoonlijkheid (artikel 9), de oprichting van lichamen met rechtspersoonlijkheid of de deelname aan deze lichamen (artikel 10) of de oprichting van een lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking (artikel 11) met het oog op de efficiënte tenuitvoerlegging van de grensoverschrijdende samenwerking.2. Wanneer een territoriale gemeenschap of een lokaal openbaar lichaam de oprichting van een grensoverschrijdend samenwerkingsorgaan buiten de Staat waaronder hij ressorteert of de deelname aan een soortgelijk orgaan overweegt, moet deze oprichting of deelname eerst worden goedgekeurd overeenkomstig de voorwaarden van het intern recht van de Partij waaronder hij ressorteert.3. De autoriteit die belast is met de controle op het grensoverschrijdend samenwerkingsorgaan ziet toe op de behartiging van de belangen van de territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen die aan voornoemd orgaan deelnemen en die onder één of meer Partijen bij het Akkoord ressorteren.De autoriteit verstrekt alle informatie waar de bevoegde toezichthoudende overheden met betrekking tot deze territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen, om vragen. Ze stelt hen in kennis van de maatregelen die ze overweegt te nemen en van de resultaten van de door haar uitgeoefende controle, voor zover deze informatie gevolgen kan hebben voor de samenwerking van de territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen die deelnemen aan deze samenwerking. Tenzij de tenuitvoerlegging vertraging zou oplopen, dienen deze maatregelen te worden getroffen in overleg met de bevoegde toezichthoudende overheden van de andere betrokken Partijen. 4. De statuten van het grensoverschrijdend samenwerkingsorgaan en zijn beraadslagingen worden opgesteld in de taal van elk van de betrokken Partijen. Artikel 9 Lichamen zonder rechtspersoonlijkheid 1. Overeenkomstig artikel 3 kunnen territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen gemeenschappelijke lichamen zonder rechtspersoonlijkheid noch budgettaire autonomie oprichten, zoals conferenties, intergemeentelijke werkgroepen, studie- en overleggroepen, coördinatiecomités voor het bestuderen van vraagstukken van gemeenschappelijk belang.Zij kunnen voorstellen tot samenwerking doen, informatie uitwisselen of de goedkeuring door de betrokken lichamen aanmoedigen van maatregelen nodig voor de uitvoering van de gestelde doelstellingen. 2. Een lichaam zonder rechtspersoonlijkheid kan geen beslissingen treffen die bindend zijn voor de deelnemers of derden.3. De samenwerkingsovereenkomst die de instelling van lichamen zonder rechtspersoonlijkheid voorziet, bevat bepalingen omtrent : a) de domeinen waarop de werkzaamheden van het lichaam betrekking dienen te hebben;b) de oprichting en de werkwijzen van het lichaam;c) de duur waarvoor het wordt ingesteld.4. Het lichaam zonder rechtspersoonlijkheid is onderworpen aan het in de samenwerkingsovereenkomst bepaalde recht. Artikel 10 Lichamen met rechtspersoonlijkheid 1. De territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen mogen deelnemen aan lichamen met rechtspersoonlijkheid of dergelijke lichamen oprichten, voor zover deze behoren tot een categorie lichamen waarvan krachtens het intern recht van de Partij waar ze hun zetel hebben, ook buitenlandse territoriale gemeenschappen mogen deel uitmaken.2. De in de bovenstaande paragraaf bedoelde categorieën van lokale openbare lichamen zijn : (1) In het Koninkrijk België : a) op het grondgebied van het Vlaamse Gewest : de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (Vlaams decreet van 6 juli 2001), de door een Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn opgerichte verenigingen.b) op het grondgebied van het Waalse Gewest : de intercommunales (Waals decreet van 5 december 1996), de door een Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn opgerichte verenigingen.c) op het grondgebied van het Vlaams en het Waals Gewest : de verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen (wet van 27 juni 1921), de internationale verenigingen (wet van 25 oktober 1919), de intercommunales waarvan het ambtsgebied het grondgebied van een Gewest overschrijdt (wet van 22 december 1986);de Europese economische samenwerkingsverbanden (EESV). (2) In de Franse Republiek : de samenwerkingsverbanden van openbaar belang voor grensoverschrijdende samenwerking en samenwerkingsverbanden van openbaar belang die belast zijn met de tenuitvoerlegging van de beleidsmaatregelen inzake sociale stadsontwikkeling, de lokale gemengde ondernemingen met inbegrip van de reeds bestaande door de Franse territoriale gemeenschappen opgerichte samenwerkingsverbanden.3. Dit Akkoord is van toepassing op de samenwerkingsorganen die niet in bovenstaande tweede paragraaf worden genoemd en die na de inwerkingtreding van dit Akkoord op grond van het Belgische of Franse recht de mogelijkheid bieden aan buitenlandse territoriale gemeenschappen om toe te treden.Deze bepaling wordt van kracht zodra de betrokken verdragssluitende Partij langs diplomatieke weg de wijziging van haar intern recht heeft medegedeeld.

Artikel 11 Lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking 1. De territoriale gemeenschappen en de lokale openbare lichamen mogen een lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking oprichten voor de uitvoering van opdrachten en het verlenen van diensten die in het belang zijn van elk van deze gemeenschappen en lichamen.Dit lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking is onderworpen aan het intern recht inzake openbare instellingen voor intergemeentelijke samenwerking van de Partij waar het zijn zetel heeft. 2. Het lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking is een publieke rechtspersoon.De rechtspersoonlijkheid wordt verleend met ingang van de datum waarop de oprichtingsbeslissing van kracht wordt. Het samenwerkingsverband bezit rechtsbekwaamheid en geniet budgettaire autonomie.

Artikel 12 Statuten van het lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking 1. De betrokken territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen leggen de statuten van het lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking in onderling overleg vast.2. De statuten van het lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking bevatten onder meer bepalingen betreffende : (1) de territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen waaruit het bestaat;(2) het doel, de opdrachten en de betrekkingen met de territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen waaruit het bestaat, met name op het gebied van de aansprakelijkheid voor de werkzaamheden die het voor hun rekening verricht;(3) de naam, de plaats van de zetel, en het betrokken geografisch gebied;(4) de bevoegdheden van de organen, de werkwijze, het aantal vertegenwoordigers van de deelnemers in de organen;(5) de wijze van bijeenroeping van de leden;(6) de quorums;(7) de wijzen van beraadslagen en de vereiste meerderheden;(8) de werkwijzen, inzonderheid op het gebied van personeelsbeheer;(9) de criteria voor de bijdrage van de leden aan de financieringsbehoeften alsmede de voorschriften inzake begroting en boekhouding;(10) de voorwaarden voor wijziging van de statuten, in het bijzonder de toetreding en de uittreding van deelnemers;(11) de bestaansduur en de voorwaarden voor de ontbinding, onder voorbehoud van de onderstaande bepalingen;(12) de voorwaarden voor de vereffening na de ontbinding.3. De statuten van het lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking bepalen de voorwaarden voor de aanvaarding van statutaire wijzigingen.Deze worden aangenomen met een meerderheid van ten minste twee derden van het statutair vastgelegd aantal vertegenwoordigers van de territoriale gemeenschappen en de lokale openbare lichamen in de algemene vergadering van het samenwerkingsverband. De statuten kunnen aanvullende bepalingen bevatten. In een lokaal samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking met als deelnemers territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen op het grondgebied van zowel het Vlaamse als het Waalse Gewest is ten minste een drievierdemeerderheid vereist.

Artikel 13 Organen 1. De organen van het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking zijn de algemene vergadering, de voorzitter en één of meerdere vice-voorzitters.De vice-voorzitters worden gekozen onder de vertegenwoordigers van de territoriale gemeenschappen en de lokale openbare lichamen die tot andere Partijen behoren dan degene waarvan de voorzitter ingezetene is. Elke territoriale gemeenschap en elk lokaal openbaar lichaam heeft minstens één zetel in de algemene vergadering met dien verstande dat geen van hen meer dan de helft van de zetels kan hebben. De statuten van het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking kunnen voorzien in bijkomende organen, voor zover daarbij het intern recht van elke betrokken Partij in acht wordt genomen. 2. De aanwijzing en de opdracht van de vertegenwoordigers van de territoriale gemeenschappen en de lokale openbare lichamen in de algemene vergadering van het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking, zijn onderworpen aan het intern recht van de Partij waaronder elke vertegenwoordigde territoriale gemeenschap of elk lokaal openbaar lichaam, ressorteert.3. De algemene vergadering legt met haar beslissingen de aangelegenheden vast die het voorwerp uitmaken van het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking.4. De voorzitter zorgt voor de uitvoering van de beslissingen van de algemene vergadering en vertegenwoordigt het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking op juridisch vlak.Hij kan op eigen verantwoordelijkheid en onder zijn toezicht, een gedeelte van zijn functies overdragen aan een of meerdere vice-voorzitters.

Artikel 14 Financiering 1. Het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking wordt gefinancierd door verplichte bijdragen van de deelnemers.De financiering kan ook gebeuren met inkomsten die het door zijn dienstverlening verwerft. 2. Het raamt jaarlijks een begroting die door de algemene vergadering wordt goedgekeurd en maakt een balans en een resultatenrekening die door onafhankelijke deskundigen van de territoriale gemeenschappen en lokale openbare lichamen waaruit het bestaat, worden goedgekeurd.3. Indien het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking leningen mag aangaan, dient een akkoord te worden gesloten waarin alle deelnemers hun goedkeuring geven voor elke lening en de terugbetalingsvoorwaarden.Wanneer het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking in moeilijkheden verkeert of ontbonden wordt en de statuten hieromtrent geen bijzondere bepalingen bevatten, zijn de territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen verantwoordelijk in evenredigheid met hun voorgaande deelname. De territoriale gemeenschappen of de lokale openbare lichamen die deelnemen aan het lokale samenwerkingsverband voor grensoverschrijdende samenwerking blijven aansprakelijk voor de schulden tot wanneer deze zijn afgelost.

Artikel 15 Ontbinding Het samenwerkingsverband wordt van rechtswege ontbonden hetzij bij het verstrijken van de termijn waarvoor het is opgericht, hetzij bij het verwezenlijken van het doel waarvoor het werd opgericht. Verder kan het worden ontbonden bij unanieme beslissing van de deelnemers, voor zover de vereffeningsvoorwaarden de rechten van derden respecteren.

Artikel 16 Overgangsmaatregelen 1. Dit Akkoord is eveneens van toepassing op overeenkomsten inzake grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen of lokale openbare lichamen die vóór zijn inwerkingtreding werden gesloten.Binnen vijf jaar na deze inwerkingtreding worden de bedoelde overeenkomsten in de mate van het mogelijke aangepast aan de bepalingen in onderhavig Akkoord. 2. Er wordt niets gewijzigd aan de bevoegdheden en rechten van de bestaande organen voor intergouvernementele grensoverschrijdende samenwerking. Artikel 17 Aanvullende bepaling De bepalingen van dit Akkoord zijn van toepassing op de in artikel 3 bedoelde overeenkomsten waaraan één of meerdere Partijen bij dit Akkoord zouden deelnemen.

Artikel 18 Inwerkingtreding Dit Akkoord treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum waarop de laatste Partij aan de andere Partijen heeft medegedeeld dat aan de interne voorwaarden, vereist voor de inwerkingtreding van het Akkoord, werd voldaan.

Artikel 19 Duur en opzegging 1. Dit Akkoord wordt voor onbepaalde tijd gesloten.2. Dit Akkoord kan door elke partij worden opgezegd op voorwaarde dat ten minste een jaar vóór het eind van een kalenderjaar de andere Partijen hiervan schriftelijk in kennis worden gesteld.De opzegging door één van de Belgische Partijen laat de geldigheid van het Akkoord voor de andere Belgische Partijen onverlet. 3. De opzegging van dit Akkoord verandert niets aan de samenwerkingsmaatregelen die voor de beëindiging ervan van kracht zijn geworden, noch aan de bepalingen die van toepassing zijn op de samenwerkingsvormen. Gedaan te Brussel, op 16 september 2002, in twee exemplaren, elk in de Nederlandse en de Franse taal, waarbij beide teksten gelijkelijk rechtsgeldig zijn.

^