Etaamb.openjustice.be
Wijziging Aan De Grondwet van 25 februari 2005
gepubliceerd op 11 maart 2005

Herziening van de Grondwet . - Wijziging van de terminologie van de Grondwet (Toepassing van artikel 198 van de Grondwet)

bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister
numac
2005021034
pub.
11/03/2005
prom.
25/02/2005
ELI
eli/wet/2005/02/25/2005021034/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER


25 FEBRUARI 2005. - Herziening van de Grondwet (1). - Wijziging van de terminologie van de Grondwet (Toepassing van artikel 198 van de Grondwet)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben, in de door artikel 198 van de Grondwet bepaalde voorwaarden, aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : Enig artikel. In artikel 41, vierde lid, van de Grondwet, worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

In artikel 67, § 1, eerste lid, 3°, worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement » en worden de woorden « Vlaamse Raad » vervangen door de woorden « Vlaams Parlement ».

In artikel 67, § 1, eerste lid, 4°, worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 67, § 1, eerste lid, 5°, worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 67, § 1, tweede lid, wordt het woord « Raad » telkens vervangen door het woord « Parlement ».

In artikel 68, § 1, tweede lid, worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 68, § 3, tweede lid, worden de woorden « Gemeenschapsraden, ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « Gemeenschapsparlementen, elk voor zich », en worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

In artikel 68, § 3, derde lid, worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 111 worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

In artikel 115, § 1, eerste lid, wordt het woord « Raad » telkens vervangen door het woord « Parlement », en worden de woorden « Vlaamse Raad » vervangen door de woorden « Vlaams Parlement ».

In artikel 115, § 1, tweede lid, wordt het woord « Raad » vervangen door het woord « Parlement ».

In artikel 115, § 2, wordt het woord « Raad » vervangen door het woord « Parlement ».

In artikel 116, § 1, wordt het woord « Raden » vervangen door de woorden « Gemeenschaps- en Gewestparlementen ».

In artikel 116, § 2, eerste lid, worden de woorden « Elke Gemeenschapsraad » vervangen door de woorden « Elk Gemeenschapsparlement », worden de woorden « de betrokken Gemeenschapsraad » vervangen door de woorden « het betrokken Gemeenschapsparlement » en wordt het woord « Gewestraad » vervangen door het woord « Gewestparlement ».

In artikel 116, § 2, tweede lid, worden de woorden « elke Gewestraad » vervangen door de woorden « elk Gewestparlement », worden de woorden « de betrokken Gewestraad » vervangen door de woorden « het betrokken Gewestparlement » en wordt het woord « Gemeenschapsraad » vervangen door het woord « Gemeenschapsparlement ».

In artikel 117, eerste lid, wordt het woord « Raden » telkens vervangen door de woorden « Gemeenschaps- en Gewestparlementen ».

In artikel 117, tweede lid, wordt het woord « Raden » vervangen door de woorden « Gemeenschaps- en Gewestparlementen ».

In artikel 118, § 1, wordt het woord « Raden » vervangen door de woorden « Gemeenschaps- en Gewestparlementen » en worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 118, § 2, worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement », worden de woorden « de Raden, ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « de Parlementen, elk voor zich » en worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

In artikel 118bis wordt het woord « Raden » vervangen door het woord « Parlementen ».

In artikel 119 wordt het woord « Raad » vervangen door de woorden « Gemeenschaps- of Gewestparlement ».

In artikel 120 wordt het woord « Raad » vervangen door de woorden « Gemeenschaps- of Gewestparlement ».

In artikel 122 wordt het woord « Raad » vervangen door het woord « Parlement ».

In artikel 123, § 2, worden de woorden « Raden, ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « Parlementen, elk voor zich » en worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

In artikel 125, vijfde lid, worden de woorden « de Gemeenschaps- of Gewestraad, ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « het Gemeenschaps- of Gewestparlement, elk voor zich ».

In artikel 125, zevende lid, worden de woorden « de betrokken Gemeenschaps- of Gewestraad » vervangen door de woorden « het betrokken Gemeenschaps- of Gewestparlement ».

In het tweede lid van de overgangsbepaling van artikel 125, wordt het woord « Gewestraden » vervangen door het woord « Gewestparlementen ».

In artikel 127, § 1, eerste lid, wordt het woord « Raden » vervangen door het woord « Parlementen » en worden de woorden « ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « elk voor zich ».

In artikel 128, § 1, eerste lid, wordt het woord « Raden » vervangen door de woorden « Parlementen » en worden de woorden « ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « elk voor zich ».

In artikel 129, § 1, wordt het woord « Raden » vervangen door het woord « Parlementen » en worden de woorden « ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « elk voor zich ».

In artikel 130, § 1, eerste lid, worden de woorden « De Raad » vervangen door de woorden « Het Parlement ».

In artikel 132 worden de woorden « de Gemeenschapsraad » vervangen door de woorden « het Gemeenschapsparlement ».

In artikel 136, eerste lid, worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 137 worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 138, eerste lid, worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 138, tweede lid, worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement » en worden de woorden « de betrokken Raad of taalgroep » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement of de betrokken taalgroep ».

In artikel 139, eerste lid, worden de woorden « de Raad » telkens vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 140, eerste lid, worden de woorden « De Raad » vervangen door de woorden « Het Parlement ».

In het vijfde lid van de overgangsbepaling van artikel 151 worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 162, derde lid, wordt het woord « Gewestraden » vervangen door het woord « Gewestparlementen ».

In artikel 166, § 3, 2°, wordt het woord « Raden » vervangen door het woord « Parlementen ».

In artikel 167, § 3, worden de woorden « hun Raad » vervangen door de woorden « hun Parlement » en worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In artikel 175, tweede lid, wordt het woord « Raden » vervangen door het woord « Parlementen » en worden de woorden « ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « elk voor zich ».

In artikel 176, tweede lid, worden de woorden « De Raad » vervangen door de woorden « Het Parlement ».

In artikel 177, tweede lid, wordt het woord « Gewestraden » vervangen door het woord « Gewestparlementen » en worden de woorden « ieder wat hem betreft » vervangen door de woorden « elk voor zich ».

In artikel 178 worden de woorden « de Raad » vervangen door de woorden « het Parlement ».

In titel IX, artikel IV, eerste lid, wordt het woord « Raden » telkens vervangen door het woord « Parlementen ».

In titel IX, artikel V, § 1, h ), worden de woorden « de betrokken Raad » vervangen door de woorden « het betrokken Parlement ».

Kondigen deze bepaling af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 25 februari 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX Nota's (1) Kamer van volksvertegenwoordigers Stukken : Doc 51 1326 - 2003/2004 : 001 : Voorstel van de heer De Croo. Doc 51-1326 - 2004/2005 : 002 : Verslag. 003 : Tekst voorgelegd aan de plenaire vergadering. 004 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.

Integraal Verslag : 18 november 2004.

Senaat Stukken : 3- 925 - 2004/2005 : Nr. 1 : Tekst overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers.

Nr. 2 : Verslag.

Handelingen van de Senaat : 3 februari 2005.

^