Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 21 oktober 2013

Uittreksel uit arrest nr. 110/2013 van 31 juli 2013 Rolnummer : 5473 In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 3 en 51 van het decreet van het Waalse Gewest van 9 februari 2012 tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode, ingest Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en M. Bossuyt, en de rechte(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2013204635
pub.
21/10/2013
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 110/2013 van 31 juli 2013 Rolnummer : 5473 In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 3 en 51 van het decreet van het Waalse Gewest van 9 februari 2012 tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode, ingesteld door de stad Andenne.

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en M. Bossuyt, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 31 augustus 2012 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 3 september 2012, heeft de stad Andenne beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 3 en 51 van het decreet van het Waalse Gewest van 9 februari 2012 tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 9 maart 2012, tweede editie). (...) II. In rechte (...) Ten aanzien van de bestreden bepalingen B.1.1. Het beroep tot vernietiging heeft betrekking op de artikelen 3 en 51 van het decreet van 9 februari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/02/2012 pub. 09/03/2012 numac 2012201381 bron waalse overheidsdienst Decreet tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode sluiten tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode.

Daarenboven wijzigt artikel 1 van het decreet van 9 februari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/02/2012 pub. 09/03/2012 numac 2012201381 bron waalse overheidsdienst Decreet tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode sluiten het opschrift van de Waalse Huisvestingscode, dat sedert de inwerkingtreding van die bepaling als volgt wordt gelezen : « [Waals] Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen ».

B.1.2. Het bestreden artikel 3 wijzigt artikel 1 van de Waalse Huisvestingscode waarin diverse in de Code gehanteerde begrippen worden gedefinieerd. Uit de bewoordingen van het verzoekschrift blijkt dat de verzoekende partijen de vernietiging van die bepaling vorderen in zoverre zij het 2° van artikel 1 van de Waalse Huisvestingscode, waarin het begrip « woonkern » wordt gedefinieerd, wijzigt.

Vóór de wijziging ervan bij de bestreden bepaling, definieerde artikel 1, 2°, van de Code het begrip « woonkern » als : « groep van gebouwen die overeenkomstig een gewestplan of een gemeentelijk plan van aanleg in een woongebied gelegen zijn en aan door de Regering gestelde dichtheidsnormen inzake woningen en bewoners voldoen ».

Sedert de wijziging bij de bestreden bepaling dient het in artikel 1, 2°, van de Code gedefinieerde begrip « woonkern » te worden begrepen als : « grondgebieden betrokken bij de ontwikkeling van de woning waarvan de omtrek door de Waalse Regering wordt bepaald ».

B.1.3. Het bestreden artikel 51 van het decreet van 9 februari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/02/2012 pub. 09/03/2012 numac 2012201381 bron waalse overheidsdienst Decreet tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode sluiten vervangt artikel 79 van de Code door de volgende bepaling : « § 1. De in deze Code bedoelde specifieke tegemoetkomingen worden door de Regering toegekend of aangepast ten gunste van : 1° woonkernen zoals bepaald in artikel 1, 2°;2° omtrekken bedoeld in het algemeen reglement op gebouwen dat van toepassing is in de beschermingsgebieden van sommige gemeenten inzake stedenbouw;3° door haar afgebakende gebieden, te onderscheiden in twee soorten : a.gebieden met hoge vastgoeddruk, namelijk de gemeenten waar de gemiddelde prijs van de gewone woonhuizen hoger is, naar rato van een door de Regering te bepalen percentage, dan de gemiddelde prijs van dezelfde huizen berekend op het gewestelijk grondgebied; b. te revitaliseren woongebieden, namelijk de gewestelijke grondgebieden die voldoen aan de criteria van de vrije stadsgebieden bepaald bij littera a) of littera b) van artikel 38, § 3, van het programmadecreet van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 23/02/2006 pub. 07/03/2006 numac 2006200752 bron ministerie van het waalse gewest Programmadecreet betreffende de prioritaire acties voor de toekomst van Wallonië sluiten betreffende de prioritaire acties voor de toekomst van Wallonië of aan de criteria bepaald door de Regering inzake dichtheid en woonkwaliteit ». Uit de bewoordingen van het verzoekschrift blijkt dat het beroep enkel betrekking heeft op het 1° van die bepaling waarin naar het begrip « woonkern » wordt verwezen.

B.2.1. Artikel 2, § 1, van het Waalse Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen, dat in hoofdstuk II, met als opschrift « Doelstellingen », van titel I van het Wetboek is opgenomen, bepaalt : « Het Gewest en de andere overheidsorganen passen, elk binnen zijn eigen bevoegdheden, het recht op menswaardig wonen toe, waarbij de woning een omgeving is waarin personen en gezinnen wonen, zelfstandig leven en tot ontplooiing komen.

Het Gewest en de overheidsorganen nemen alle nuttige maatregelen met het oog op de ontwikkeling van het duurzame wonen door een gezonde woning na te streven, die toegankelijk is voor allen en die weinig energie gebruikt.

Hun beleidsdaden streven naar meer samenhang in de samenleving en sociale gemengdheid door het aanmoedigen van de renovatie van het patrimonium en door een diversifiëring en een uitbreiding van het woningaanbod in de woonkernen ».

B.2.2. In hoofdstuk II van titel II van het Wetboek worden tegemoetkomingen in het leven geroepen die door het Gewest worden toegekend aan natuurlijke personen die, onder bepaalde voorwaarden, onroerende goederen onder meer aankopen, bouwen, saneren of herstructureren om ze voor huisvesting te bestemmen. Hoofdstuk III van dezelfde titel voorziet in gewestelijke tegemoetkomingen voor een aantal andere rechtspersonen dan de openbare huisvestingsmaatschappijen. Hoofdstuk IV heeft betrekking op de tegemoetkomingen aan openbare huisvestingsmaatschappijen. Hoofdstuk IVbis voorziet in tegemoetkomingen in geval van een samenwerkingsverband tussen publiekrechtelijke rechtspersonen en privaatrechtelijke rechtspersonen. Ten slotte heeft hoofdstuk V, dat artikel 79 van het Waalse Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen bevat zoals het bij het bestreden artikel 51 van het decreet van 9 februari 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/02/2012 pub. 09/03/2012 numac 2012201381 bron waalse overheidsdienst Decreet tot wijziging van de Waalse Huisvestingscode sluiten is gewijzigd, als opschrift « Specifieke bepalingen betreffende woonkernen en sommige specifieke gebieden ».

B.2.3. Het Waalse Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen strekt onder meer ertoe uitvoering te geven aan artikel 23 van de Grondwet waarin, onder de bij de wet, het decreet of de Brusselse ordonnantie gewaarborgde economische, sociale en culturele rechten, « het recht op een behoorlijke huisvesting » wordt aangehaald (Parl.

St., Waals Parlement, 1997-1998, nr. 371/1, p. 3).

Het oorspronkelijke artikel 79 van de Waalse Huisvestingscode verleende een decretale basis aan het begrip « bevoorrechte initiatiefgebieden ». In de memorie van toelichting bij de Code wordt in dat verband vermeld : « De filosofie van de bevoorrechte initiatiefgebieden bestaat in feite erin op strikt objectieve gronden geografische gebieden te identificeren waarbinnen : - ofwel algemeen beleid moet worden beklemtoond; - ofwel specifiek beleid moet worden gevoerd, maar enkel binnen de door de Regering vastgestelde grenzen. Men kan zich immers niet voorstellen dat een beleid dat specifieke tegemoetkomingen aanmoedigt, wordt toegepast ten nadele van het beleid inzake de tegemoetkomingen die krachtens de hoofdstukken II, III en IV worden toegekend.

De aanpassing van de tegemoetkomingen betreft zowel de verhoging als de cumulatie ervan » (ibid., pp. 18-19).

B.2.4. Tijdens de parlementaire voorbereiding van het ontwerp dat aanleiding heeft gegeven tot het bestreden decreet, werd eveneens gepreciseerd dat de in artikel 79 van het Waalse Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen bedoelde specifieke tegemoetkomingen een mechanisme van « positieve discriminatie » uitmaken (Parl. St., Waals Parlement, 2011-2012, nr. 517/12, p. 81).

B.2.5. Het bestreden decreet past in het kader van het gewestelijk huisvestingsbeleid, dat ertoe strekt de toegang tot een behoorlijke, betaalbare en duurzame huisvesting te waarborgen. Het bevat tal van bepalingen die beogen dat doel te verwezenlijken. Met betrekking tot het begrip « woonkern » dat in het beroep wordt betwist, wordt in de « Waalse regionale beleidsverklaring » van 16 juli 2009 aangegeven dat « het huisvestingsbeleid voorrang moet geven aan het zuinige gebruik van de ruimte en aan de wil om de bestaande stedelijke en landelijke woonkernen te concentreren » en dat « de Regering de noodzakelijke reglementaire maatregelen zal nemen om, in samenspraak met het beleid inzake ruimtelijke ordening, de woonkernen te definiëren en stelselmatig verhoogde tegemoetkomingen van de overheid daarop te richten ». Daartoe heeft de Regering zich ertoe verbonden « de woonkernen af te bakenen op grond van objectieve en kwalitatieve criteria door zich te inspireren op de concepten van het [Gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan], door te waken over de samenhang met de bestaande instrumenten in de gebiedsgebonden beleidsvormen en over het versterken van het beleid inzake stadsvernieuwing en -herwaardering » (Waalse regionale beleidsverklaring, Parl. St., Waals Parlement, B.Z. 2009, nr. 8/1, p. 59).

Ten aanzien van de middelen B.3. Het begrip « woonkern » draagt bij tot de invulling, in het Waalse Gewest, van het bij artikel 23 van de Grondwet gewaarborgde recht op een behoorlijke huisvesting aangezien een deel van de tegemoetkomingen die door het Gewest worden toegekend teneinde dat recht te waarborgen, krachtens artikel 79 van het Waalse Wetboek van de Huisvesting en het Duurzame Wonen wordt toegewezen aan de woningen of woonprojecten die zijn gelegen in de geografische gebieden die overeenstemmen met de definitie van dat begrip.

Daaruit vloeit voort dat de decreetgever, wanneer hij het begrip « woonkern » in het leven roept, artikel 23 van de Grondwet in acht dient te nemen.

B.4. Artikel 23, derde lid, 3°, van de Grondwet legt de bevoegde wetgevers de verplichting op om het recht op een behoorlijke huisvesting te waarborgen en stelt hen in staat de voorwaarden te bepalen voor de uitoefening van dat recht. Dat artikel verbiedt niet dat aan een regering machtigingen worden verleend, voor zover die machtigingen betrekking hebben op de tenuitvoerlegging van maatregelen waarvan het « onderwerp » door de bevoegde wetgever is aangegeven.

B.5. Te dezen heeft de decreetgever de Waalse Regering gemachtigd het begrip « woonkern » nader in te vullen. Bijgevolg heeft hij het « onderwerp » van de machtiging aangegeven.

B.6. Het eerste middel is niet gegrond.

B.7. Het tweede middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 19 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen. De verzoekende partij lijkt van oordeel te zijn dat die bepaling een algemeen wettigheidsbeginsel zou bevatten dat aan de gewestwetgevers de verplichting zou opleggen om zelf de aangelegenheden te regelen die aan de gewesten worden toegewezen en dat hun zou verbieden om die aangelegenheden te delegeren aan de daarmee overeenstemmende uitvoerende machten.

B.8. Artikel 19 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten bepaalt : « § 1. Behoudens toepassing van artikel 10, regelt het decreet de aangelegenheden bedoeld in de artikelen 4 tot 9, onverminderd de bevoegdheden die na de inwerkingtreding van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen door de Grondwet aan de wet zijn voorbehouden. [...] ».

B.9. In tegenstelling tot wat de verzoekende partij lijkt aan te voeren, heeft die bepaling noch tot doel, noch tot gevolg de decreetgever op algemene wijze te verbieden de uitvoerende macht ertoe te machtigen bepalingen aan te nemen in de aangelegenheden die hij bepaalt.

Daaruit vloeit voort dat de bestreden bepalingen niet in strijd zijn met artikel 19 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen.

B.10. Het tweede middel is niet gegrond.

Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep.

Aldus uitgesproken in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 31 juli 2013.

De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, J. Spreutels

^