Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 14 juli 2017

Uittreksel uit arrest nr. 46/2017 van 27 april 2017 Rolnummer 6364 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 tot invoering van een belasting op de a Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2017203466
pub.
14/07/2017
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 46/2017 van 27 april 2017 Rolnummer 6364 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen.

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging Bij vonnis van 10 februari 2016 in zake de nv « Varika » tegen het Waalse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 februari 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1. Schenden artikel 1 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest en artikel 2, 1°, f), van hetzelfde decreet, zoals gewijzigd bij artikel 11 van het decreet van 15 december 2012 [lees : 2011] houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2011 [lees : 2012], de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre zij een jaarlijkse belasting op de automaten invoeren voor de geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten, terwijl de verkoop van tabak, sigaren en sigaretten die op een andere wijze dan geautomatiseerd plaatsheeft, niet door die belasting wordt beoogd ? 2. Schenden artikel 1 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest, artikel 2, 1°, f), van hetzelfde decreet, zoals gewijzigd bij artikel 11 van het decreet van 15 december 2012 [lees : 2011] houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2011 [lees : 2012] en artikel 4 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre zij een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automaten (aanslagjaar 2011) invoeren voor de geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten, zonder rekening te houden met (i) het via de automaat gerealiseerde omzetcijfer en/of (ii) de duur van de exploitatie van de automaat tijdens het aanslagjaar waarvoor de belasting verschuldigd is ? 3.Schenden artikel 1 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest, artikel 2, 1°, f), van hetzelfde decreet, zoals gewijzigd bij artikel 11 van het decreet van 15 december 2012 [lees : 2011] houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2011 [lees : 2012] en artikel 4 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de vrijheid van handel en nijverheid, in zoverre zij een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automaten (aanslagjaar 2011) invoeren voor de geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten, zelfs wanneer de verschuldigde belasting de rendabiliteit van de exploitatie van de verkoop van dergelijke producten via die automaten wezenlijk aantast ? 4. Schenden artikel 1 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest, artikel 2, 1°, f), van hetzelfde decreet, zoals gewijzigd bij artikel 11 van het decreet van 15 december 2012 [lees : 2011] houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2011 [lees : 2012] en artikel 4 van het Waalse decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest artikel 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, in zoverre zij een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automaten (aanslagjaar 2011) invoeren voor de geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten, zonder rekening te houden met de rendabiliteit van de exploitatie van de verkoop van dergelijke producten via die automaten ? ». (...) III. In rechte (...) B.1.1. Artikel 1 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest bepaalt : « In het Waalse Gewest wordt een jaarlijkse belasting op de automaten ingevoerd met inachtneming van de bij dit decreet bepaalde voorwaarden en voorschriften ".

Artikel 2, 1°, f), van dat decreet, zoals gewijzigd bij artikel 11, § 1, van het decreet van het Waalse Gewest van 15 december 2011 houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012, bepaalt : « In de zin van dit decreet wordt verstaan onder : 1° ' automaat ' : [...] f) geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten ». Artikel 4, § 1, van dat decreet, zoals vervangen bij artikel 11, § 2, van het voormelde decreet van het Waalse Gewest van 15 december 2011 en vóór de wijziging ervan bij artikel 39 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 september 2013 houdende verscheidene fiscale bepalingen, luidt : « Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt : 1) voor de automaten bedoeld in artikel 2, a), b) en c) : 3.500 euro per automaat; 2) voor de zelfbedieningsbrandstofpompen waar automatische betaling mogelijk is : a) voor de volledig geautomatiseerde zelfbedieningspompen : 743,56 euro per slangkraan; b) wanneer meerdere slangkranen op één enkele meter aangesloten zijn en niet tegelijkertijd kunnen worden gebruikt : 1.062,63 euro per meter; 3) voor de zelfbedieningsbrandstofpompen waar automatische betaling verplicht is : a) voor de volledig geautomatiseerde zelfbedieningspompen : 875 euro per slangkraan; b) wanneer meerdere slangkranen op één enkele meter aangesloten zijn en niet tegelijkertijd kunnen worden gebruikt : 1.250 euro per meter; 4) voor de geautomatiseerde tabaks-, sigaren- of sigarettenautomaten : 500 euro per automaat. Het bedrag van voormelde belastingen worden jaarlijks aangepast naar gelang van de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Vanaf het jaar 2012 worden de bedragen te innen voor het lopend belastbaar tijdperk, aangepast aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen tussen de maand juni van het jaar van de bekendmaking en de maand juni van het vorige jaar, jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt door het Operationeel Directoraat-generaal Fiscaliteit van de Waalse Overheidsdienst ".

Artikel 4, § 2, van dat decreet bepaalt : « De belasting is voor het hele jaar verschuldigd voor zover de automaat in de loop van dat jaar wordt geplaatst en uitgebaat ».

B.1.2. Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat de verwijzende rechter zich moet uitspreken over een belasting op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten, gevestigd voor het begrotingsjaar 2011.

B.2. Uit de parlementaire voorbereiding van het decreet van het Waalse Gewest van 15 december 2011 blijkt dat de decreetgever een nieuwe categorie van automaten aan de belasting heeft willen onderwerpen, namelijk de apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten. « In 1998 werd reeds beslist dat, indien dat ooit nodig zou blijken, het decreet zou kunnen worden aangevuld door de onderwerping, aan de belasting, van een of meer andere soorten automaten. Dit is wat de onderhavige tekst doet voor de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten. De doelstellingen van die onderwerping aan de belasting op de automaten zijn dezelfde als die welke ten grondslag lagen aan het decreet van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027643 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027645 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op de verlaten woningen in het Waalse Gewest type decreet prom. 19/11/1998 pub. 27/11/1998 numac 1998027644 bron ministerie van het waalse gewest Decreet tot invoering van een belasting op afgedankte bedrijfsruimten in het Waalse Gewest sluiten tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest » (Parl. St., Waals Parlement, 2011-2012, nr. 4-IIIa-1, nr. 4-IIIbcd-1, Bijlage 3ter, p. 4). « Bij de invoering van een belasting op de automaten in 1998 was het altijd heel duidelijk dat die belasting de modernisering van de aangeboden diensten niet mocht afremmen. Het was dus niet de explosieve toename van de automaten die de belasting ervan verantwoordde, maar wel de uniformisering van de toepasselijke tarieven en het doel van een zekere fiscale rechtvaardigheid » (ibid.). « Ten aanzien van de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten is de onderwerping aan de belasting ingegeven door overwegingen in verband met de volksgezondheid en de werkgelegenheid » (ibid.).

B.3.1. In de eerste prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van de artikelen 1 en 2, 1°, f), van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre zij een jaarlijkse belasting invoeren op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten, terwijl de verkoop van tabak, sigaren en sigaretten die op een andere wijze dan geautomatiseerd plaatsheeft, niet door die belasting wordt beoogd.

B.3.2. De artikelen 10 en 11 van de Grondwet waarborgen het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. Artikel 172 van de Grondwet vormt een bijzondere toepassing van dat beginsel in fiscale aangelegenheden.

B.3.3. Met fiscale maatregelen kunnen tegelijkertijd een algemene begrotingsdoelstelling en meer bijzondere doelstellingen die verband houden met een bepaald beleid dat de wetgever wenst te voeren, worden nagestreefd. Uit het feit dat de wetgever een begrotingsdoelstelling van algemeen belang nastreeft, volgt niet dat hij geen onderscheid zou kunnen maken tussen bepaalde categorieën van belastingplichtigen die zich in een specifieke situatie bevinden ten aanzien van zowel het voorwerp van de maatregel als de bijzondere doelstellingen die eveneens ermee worden nagestreefd.

B.3.4. Naast de begrotingsdoelstelling die elke decreetgever kan nastreven bij de uitoefening van zijn fiscale bevoegdheid heeft de decreetgever, met artikel 2, 1°, f), van het in het geding zijnde decreet, de apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten omwille van een fiscale rechtvaardigheid willen onderwerpen aan de belasting waaraan reeds andere automaten waren onderworpen. Hij heeft ook overwegingen in verband met de volksgezondheid en de werkgelegenheid aangevoerd. De belasting heeft immers betrekking op een distributiewijze die toelaat op minder verkopers een beroep te doen en de tewerkstelling te verminderen. Bovendien heeft de voormelde in het geding zijnde bepaling tot gevolg de verkoop van tabak, sigaren en sigaretten via automatische apparaten te ontmoedigen, hetgeen ook tegemoetkomt aan het doel van de volksgezondheid. De verleiding die uitgaat van de automatische apparaten is reëel, ook al staat het koninklijk besluit van 3 februari 2005Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/02/2005 pub. 10/03/2005 numac 2005022155 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit inzake het verbod op verkoop van tabaksproducten aan personen onder de zestien jaar door middel van automatische distributieapparaten sluiten inzake het verbod op verkoop van tabaksproducten aan personen onder de zestien jaar door middel van automatische distributieapparaten de plaatsing van die apparaten alleen toe in gesloten ruimten en legt het de vergrendeling ervan op.

In zoverre zij een jaarlijkse belasting op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten invoeren, zijn de artikelen 1 en 2, 1°, f), van het in het geding zijnde decreet dus niet zonder redelijke verantwoording.

B.3.5. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord.

B.4.1. In de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van de artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre zij een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten invoeren, zonder rekening te houden met het via de automaat gerealiseerde omzetcijfer of de duur van de exploitatie van de automaat tijdens het aanslagjaar waarvoor de belasting verschuldigd is.

B.4.2. Om de in B.3.4 aangegeven motieven zijn de artikelen 1 en 2, 1°, f), van het in het geding zijnde decreet bestaanbaar met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre zij een jaarlijkse belasting op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten invoeren.

Om de tweede prejudiciële vraag te beantwoorden, dient het Hof nog na te gaan of artikel 4, § 1, 4), van het in het geding zijnde decreet, dat het bedrag van de belasting vaststelt op 500 euro per distributieapparaat, zonder rekening te houden met het via de automaat gerealiseerde omzetcijfer of de duur van de exploitatie van de automaat tijdens het aanslagjaar waarvoor de belasting verschuldigd is, bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet.

B.4.3. Rekening houdend met het doel van de fiscale rechtvaardigheid dat de decreetgever ertoe heeft gebracht de apparaten voor de distributie van tabak, sigaren en sigaretten te onderwerpen aan de belasting waaraan reeds andere automaten waren onderworpen en rekening houdend met de bedragen waarin artikel 4, § 1, voor de andere automaten voorziet, kan het bedrag van 500 euro per apparaat niet onredelijk worden geacht. Het is overigens relevant ten aanzien van dat doel om geen rekening te houden met het via de automaat gerealiseerde omzetcijfer, noch met de duur van de exploitatie van de automaat tijdens het aanslagjaar waarvoor de belasting verschuldigd is, aangezien die elementen niet in aanmerking worden genomen voor de belasting op de andere automaten. Artikel 4, § 2, van het decreet bepaalt in dat verband op algemene wijze dat de belasting verschuldigd is voor het hele jaar, voor zover de automaat in de loop van dat jaar wordt geplaatst en uitgebaat.

Een stelsel van forfaitaire belasting kan evenwel geen rekening houden met de bijzonderheden van elk gegeven geval. Het kan de diversiteit ervan niet anders dan benaderend en vereenvoudigend omschrijven. Het kan niet gedetailleerd op de individuele situaties ingaan zonder een controle te organiseren waarvan de kostprijs het rendement van de belasting in het gedrang zou kunnen brengen.

Het bedrag van 500 euro per apparaat is overigens gerechtvaardigd in het licht van het ontradende effect van het doel van de volksgezondheid. De fiscale wetgever mag, met de betwiste belasting, beogen de gevaren in verband met het gebruik van tabak te bestrijden, alsook de consumenten te beschermen door het aantal apparaten te beperken die tot het gebruik van tabak aanzetten.

B.4.4. De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord.

B.5.1. In de derde prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van de artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de vrijheid van handel en nijverheid, in zoverre zij, voor het aanslagjaar 2011, een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automaten invoeren voor de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten, zelfs wanneer de verschuldigde belasting de rendabiliteit van de exploitatie van de verkoop van dergelijke producten via die automaten wezenlijk aantast.

B.5.2. De vrijheid van handel en nijverheid kan niet als een absolute vrijheid worden opgevat. Zij belet niet dat de wet, het decreet of de ordonnantie de economische bedrijvigheid van personen en ondernemingen regelt. De bevoegde wetgever zou pas onredelijk optreden indien hij de vrijheid van handel en nijverheid zou beperken zonder dat daartoe enige noodzaak bestaat of indien die beperking onevenredig zou zijn met het nagestreefde doel.

B.5.3. De derde prejudiciële vraag, die de schending van de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet aanvoert, in samenhang gelezen met de vrijheid van handel en nijverheid, behoeft geen ander antwoord dan dat op de eerste en de tweede prejudiciële vraag.

B.6.1. In de vierde prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van de artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 met artikel 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij, voor het aanslagjaar 2011, een jaarlijkse belasting van 500 euro op de automaten invoeren voor de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten, zonder rekening te houden met de rendabiliteit van de exploitatie van de verkoop van dergelijke producten via die automaten.

B.6.2. Artikel 16 van de Grondwet bepaalt : « Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling ».

Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens bepaalt : « Alle natuurlijke of rechtspersonen hebben recht op het ongestoord genot van hun eigendom. Niemand zal van zijn eigendom worden beroofd behalve in het algemeen belang en met inachtneming van de voorwaarden neergelegd in de wet en in de algemene beginselen van het internationaal recht.

De voorgaande bepalingen zullen echter op geen enkele wijze het recht aantasten dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ».

B.6.3. Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens heeft een draagwijdte die analoog is met die van artikel 16 van de Grondwet, waardoor de erin vervatte waarborgen een onlosmakelijk geheel vormen met die welke in die grondwetsbepaling zijn ingeschreven, zodat het Hof, bij zijn toetsing van de in het geding zijnde bepalingen, rekening houdt met die verdragsbepaling.

B.6.4. Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol biedt niet alleen bescherming tegen een onteigening of een eigendomsberoving (eerste alinea, tweede zin), maar ook tegen elke verstoring van het genot van eigendom (eerste alinea, eerste zin). Een belasting of een andere heffing houdt in beginsel een inmenging in het recht op ongestoord genot van de eigendom in.

Bovendien vermeldt artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol dat de bescherming van het eigendomsrecht « echter op geen enkele wijze het recht [aantast] dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ».

De inmenging in het recht op het ongestoord genot van de eigendom is enkel verenigbaar met dat recht indien ze een redelijk verband van evenredigheid heeft tot het nagestreefde doel, dit wil zeggen indien ze het billijke evenwicht tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van dat recht niet verbreekt. Ofschoon de fiscale wetgever over een ruime beoordelingsmarge beschikt, schendt een belasting bijgevolg dat recht, indien ze op de belastingplichtige een overdreven last doet wegen of fundamenteel afbreuk doet aan zijn financiële situatie (EHRM, 31 januari 2006, Dukmedjian t. Frankrijk, §§ 52-58; beslissing, 15 december 2009, Tardieu de Maleissye e.a. t.

Frankrijk; 16 maart 2010, Di Belmonte t. Italië, §§ 38-40).

B.6.5. De belasting op de automatische apparaten voor de distributie van tabak, sigaren of sigaretten vormt een inmenging in het recht op het ongestoord genot van de eigendom van de eigenaars van die apparaten.

B.6.6. Zoals in B.3.4 is vermeld, streeft die belasting legitieme doelstellingen na die vallen onder het algemeen belang en is zij niet zonder redelijke verantwoording.

B.6.7. Zoals in B.4.3 is vermeld, kunnen het beginsel van de forfaitaire belasting en het bedrag van 500 euro per apparaat niet onredelijk worden geacht, rekening houdend met de door de decreetgever nagestreefde doelstellingen. Zij kunnen het recht van de eigenaars van die apparaten op het ongestoord genot van hun eigendom dus niet op onevenredige wijze aantasten. De in het geding zijnde bepalingen verbreken het billijke evenwicht tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van het in het geding zijnde recht niet. In dat opzicht dient rekening ermee te worden gehouden dat de decreetgever met name een doel van volksgezondheid nastreeft, namelijk de preventieve bestrijding van tabaksverslaving. Het afwegen van het door de sector geleden financiële verlies en het belang van de effecten van tabak op de gezondheid leidt niet tot de vaststelling dat de in het geding zijnde belasting, die beantwoordt aan een dwingende maatschappelijke behoefte inzake de bescherming van de gezondheid, onevenredig zou zijn ten aanzien van het aangevoerde recht.

B.6.8. De vierde prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord.

Om die redenen, het Hof zegt voor recht : De artikelen 1, 2, 1°, f), en 4 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 november 1998 tot invoering van een belasting op de automaten in het Waalse Gewest schenden noch de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de vrijheid van handel en nijverheid, noch artikel 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.

Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 27 april 2017.

De griffier, De voorzitter, F. Meersschaut J. Spreutels

^