Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 25 mei 2002

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 15 maart 2002 in zake H. Driane tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 21 « Schenden de artikelen 28, § 3, tweede lid, van de wet van 28 december 1992 [houdende fiscale(...)

bron
arbitragehof
numac
2002021219
pub.
25/05/2002
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 15 maart 2002 in zake H. Driane tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 21 maart 2002, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 28, § 3, tweede lid, van de wet van 28 december 1992 [houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen], dat geldt voor het aanslagjaar 1991, en 244, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, het gelijkheidsbeginsel vastgelegd in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de uitlegging dat voor de aanslagjaren 1991 en 1992 de rijksinwoners een bonificatie genieten voor de voorafbetalingen, in toepassing van de artikelen 93bis WIB/64 (aanslagjaar 1991) en 175 tot 177 WIB/92 (aanslagjaar 1992), daar waar de niet-rijksinwoners, zonder tehuis in België waarvan de in België belastbare beroepsinkomsten minder bedragen dan 75 % van het geheel van hun binnenlandse en buitenlandse beroepsinkomsten, niet genieten van deze bonificatie terwijl voor de Belgische Staat het voordeel hetzelfde is omdat in de beide gevallen in dezelfde mate vooraf betaald wordt ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2396 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^