Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 18 mei 2006

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 21 maart 2006 in zake de BVBA Bribel tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen « Schendt het artikel 219 WIB92 (in de versie geldend voor de aanslagjaren 1993 en 1994) de artikel(...)

bron
arbitragehof
numac
2006201644
pub.
18/05/2006
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 21 maart 2006 in zake de BVBA Bribel tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 30 maart 2006, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 219 WIB92 (in de versie geldend voor de aanslagjaren 1993 en 1994) de artikelen 10 en/of 11 van de Grondwet, waar dit artikel de werk- of opdrachtgevers/vennootschappen die in strijd met artikel 57 WIB92 en de ten uitvoer daarvan genomen regelen nagelaten hebben tijdig de vereiste individuele fiches en samenvattende opgaven op te stellen, sanctioneert met een bijzondere aanvullende aanslag daar waar de werk- of opdrachtgevers/natuurlijke personen diezelfde sanctie niet kunnen oplopen, in aanmerking nemende dat (i) de verplichtingen voortvloeiend uit artikel 57 WIB92 en de uitvoeringsmaatregelen in dezelfde mate betrekking hebben op werk- of opdrachtgevers/natuurlijke personen en -vennootschappen en (ii) de situatie van werk- of opdrachtgevers/vennootschappen en werk- of opdracht gevers/natuurlijker personen dezelfde is in het licht van de doelstelling die bestaat in het vermijden en compenseren van het verlies aan belastingen ingevolge de (eventuele) ontduiking - mogelijk gemaakt doordat de werkgever heeft nagelaten de vereiste fiches op te stellen - door de verkrijger van de inkomsten ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 3953 van de rol van het Hof.

De griffier, L. Potoms.

^